Regeling vervallen per 09-03-2016

Nadere regeling Subsidieregeling muziek-, dans en dramaonderwijs Gemeente Best

Geldend van 15-06-2015 t/m 08-03-2016

Intitulé

Nadere regeling subsidieverstrekking muziek-, dans- en dramaonderwijs gemeente Best

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Best;

Gelet op het bepaalde in de Algemene subsidieverordening 2013, titel 4.2

van de Algemene wet bestuursrecht, de artikelen 149 en 156 van de

Gemeentewet en het raadsbesluit muziek- en dansonderwijs van 2-2-2015;

overwegende dat de gemeente Best muziek- en dansonderwijs wil subsidiëren;

overwegende dat het van belang is een afwegingskader te formuleren voor de behandeling van aanvragen voor subsidies;

besluit vast te stellen de volgende:

Nadere regeling Subsidieregeling muziek-, dans en drama onderwijs Gemeente Best

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    Cultuureducatie: onderwijs aan jeugdigen op het terrein van muziek, dans en drama.

  • b.

    Cultuurparticipatie: deelname van jeugdigen aan activiteiten op het terrein van muziek, dans en drama.

  • c.

    Muziekonderwijs: les in het bespelen van muziekinstrumenten en zang of het volgen van theorielessen ten behoeve van zang of muziek gedurende een cursusjaar.

  • d.

    Dansonderwijs: les in dansvormen gedurende een cursusjaar.

  • e.

    Dramaonderwijs: les in drama gedurende een cursusjaar.

  • f.

    Cursusjaar: de periode augustus tot en met juli in twee aaneengesloten kalenderjaren waarin een cyclus van kunst- en cultuureducatieactiviteiten wordt uitgevoerd.

Artikel 2. Doel(-groepen)

De gemeente Best hecht waarde aan cultuureducatie voor en cultuurparticipatie door de jeugd. Cultuureducatie en –participatie levert een bijdrage aan de ontwikkeling en ontplooiing van talenten en vaardigheden van jeugdigen. Het laat hen kennismaken met en zich verdiepen in verschillende culturele disciplines. Meer specifiek wenst de gemeente dat de jeugd van Best (jonger dan 18 jaar) muziek-, dans- en dramaonderwijs kan volgen. Dit levert een belangrijke bijdrage aan de ontwikkeling van jeugdigen.

Artikel 3. Subsidieaanvrager

  • 1. De aanvrager is een natuurlijk persoon, een rechtspersoon of een rechtspersoon in oprichting.

  • 2. Een natuurlijk persoon wordt als aanbieder erkend indien hij/zij:

    • a.

      beschikt over een diploma van het conservatorium, dansacademie of theateropleiding op minstens HBO-niveau;

    • b.

      een Verklaring Omtrent Gedrag (VOG) bezit;

    • c.

      staat ingeschreven bij de Kamer van Koophandel en over een BTW-nummer beschikt, of in loondienst is bij een rechtspersoon.

    • d.

      lesgeeft op een locatie in Best.

  • 3. Een rechtspersoon wordt als aanbieder erkend indien zij werkt met personeel dat aan de bovenstaande voorwaarden voldoet.

  • 4. Indien activiteiten van de aanvrager volgens de nadere regeling subsidieverstrekking vrijwilligersorganisaties cultuurin aanmerking komen voor subsidie, is een beroep op de n adere regeling Subsidieregeling muziek-, dans en dramaonderwijs voor deze activiteitenuitgesloten.

Artikel 4. De te subsidiëren activiteiten

  • 1. Subsidie kan worden verleend voor:

    • a.

      activiteiten die plaatsvinden in de Culturele Hotspot op het gebied van muziekonderwijs;

    • b.

      activiteiten die plaatsvinden in de Culturele Hotspot op het gebied van dansonderwijs;

    • c.

      activiteiten die plaatsvinden in de Culturele Hotspot op het gebied van dramaonderwijs;

    • d.

      culturele activiteiten die een innovatief karakter hebben;

    • e.

      culturele activiteiten die reuring veroorzaken in het centrum;

    • f.

      activiteiten die samenwerking tussen culturele organisaties of kunstuitingen bevorderen.

  • 2. De subsidie, zoals bedoeld in het eerste lid, wordt in afwijking van de Algemene Subsidieverordening als een subsidie per cursusjaar verleend.

Artikel 5. Subsidievereisten

Om in aanmerking te komen voor een subsidie zoals bedoeld in artikel 4, eerste lid onderdeel a tot en met f, wordt voldaan aan de volgende vereisten:

  • 1.

    De activiteiten in artikel 4 , lid 1 a, b en c zijn gericht op jeugdigen jonger dan 18 jaar uit Best.

  • 2.

    Voor de activiteiten in artikel 4, lid 1 a, b en c geldt dat de leerling lessen volgt gedurende een cursusjaar. Naast lessen gedurende een heel cursusjaar, komen tevens modules/workshops met een duur van minimaal vijf lessen in aanmerking voor subsidie.

  • 3.

    De activiteiten op het gebied van muziek-, dans- en dramaonderwijs vinden plaats in de Culturele Hotspot. Zolang de Culturele Hotspot nog niet is gerealiseerd, mogen aanbieders gebruik blijven maken van hun eigen huisvesting in Best.

Artikel 6. Subsidieplafond/verdeling van de subsidie

  • 1. Het subsidieplafond voor het subsidiëren van activiteiten per cursusjaar, zoals bedoeld in deze nadere regeling, wordt jaarlijks vastgesteld.

  • 2. Het beschikbare subsidiebudget kent de volgende verdeling:

    • a.

      70% van het budget is voor muziek-, dans- en dramaonderwijs in de Culturele Hotspot.

    • b.

      30% van het budget is voor culturele activiteiten die of een innovatief karakter hebben, of reuring veroorzaken in het Centrum of waarmee samenwerking tussen partijen/kunstuitingen wordt bevorderd. Hierbij wordt de 30% als volgt verdeeld:

      • i.

        10% voor culturele activiteiten die een innovatief karakter hebben;

      • ii.

        10% voor culturele activiteiten die reuring veroorzaken in het Centrum;

      • iii.

        10% voor culturele activiteiten waarmee samenwerking tussen partijen/kunstuitingen wordt bevorderd.

  • 3. De subsidie voor activiteiten genoemd in dit artikel lid 2a bedraagt:

    • a.

      voor muziekactiviteiten en zangactiviteiten 50% van het cursusgeld met een maximum van € 370,- per deelnemer. Gelet op het bepaalde in dit artikel lid 4, kan dit bedrag/percentage lager zijn;

    • b.

      voor dansactiviteiten en drama-activiteiten 50% van het cursusgeld met een maximum van € 100,- per deelnemer. Gelet op het bepaalde in dit artikel lid 4, kan dit bedrag/percentage lager zijn.

  • 4. Indien het bedrag waarvoor op basis van deze nadere regeling een subsidie per cursusjaar moet worden verleend, aan diegenen die daartoe tijdig een aanvraag hebben ingediend en die aan de vereisten voldoen, groter is dan het op grond van het in het eerste lid vastgestelde plafond, worden de betrokken subsidies naar rato verlaagd.

Artikel 7. Subsidiehoogte

  • 1.

    Het college bepaalt de hoogte van de subsidie op basis van de door het college noodzakelijk geachte subsidiabele kosten, met in achtneming van de onder lid 2, 3, 4 en 5 van dit artikel genoemde wegingscriteria.

  • 2.

    Bij de beoordeling van de subsidieaanvragen voor muziek-, dans- en dramaonderwijs worden de volgende wegingscriteria in acht genomen:

    -Beleidsdoelstellingen

    De activiteiten dienen bij te dragen aan de gemeentelijke beleidsdoelstellingen.

    -Toegankelijkheid

    De gemeente hecht sterk aan een toegankelijk aanbod van muziek-, dans- en dramaonderwijs voor de jeugd van Best. Het is daarbij van belang dat de aanbieder een bijdrage levert aan laagdrempelig aanbod op deze terreinen. Ze dient daarbij open te staan voor kwetsbare jeugdigen en jeugdigen met een beperking. Het uitgangspunt is dat deze groepen zo veel mogelijk in staat worden gesteld deel te nemen aan het reguliere aanbod van activiteiten en voorzieningen.

    3.Bij de beoordeling van de subsidieaanvragen voor culturele activiteiten die een innovatief karakter hebben worden de volgende wegingscriteria in acht genomen:

    -Vernieuwing

    Het culturele landschap verandert continu door maatschappelijke, technologische, economische en culturele trends. De op cultuur georiënteerde activiteiten dienen hierop in te spelen en daarmee een vernieuwend karakter te hebben ten opzichte van het bestaande aanbod. De vernieuwing van het aanbod, niet zijnde het reguliere muziek-, dans- en/of dramaonderwijs, dient plaats te vinden op een breder sociaal-maatschappelijk terrein. Het gaat hierbij onder andere om het inspelen op de manier waarop mensen kunst beleven. Jeugdigen groeien op in het digitale tijdperk. Het is belangrijk dat aanbieders hierop inspelen om zo de relatie met het nieuwe publiek te versterken. Door ruimte te creëren voor experimenten, pilots en broedplaatsen kunnen nieuwe culturele activiteiten en aanbod ontstaan.

    -Financiële draagkracht

    Bij de subsidieverlening doen we een beroep op de eigen verantwoordelijkheid van inwoners en organisaties. Subsidie wordt alleen verleend als financiering door de gemeente noodzakelijk is en de overige mogelijkheden voor het verkrijgen van inkomsten voldoende zijn benut. Subsidieverlening vormt zo het sluitstuk. We verwachten van organisaties dat zij hun draagkracht maximaal benutten door zich voldoende in te spannen om inkomsten te werven uit deelnemersbijdragen, contributie, entreeprijzen, fondsen, donaties, sponsoring, et cetera.

    4.Bij de beoordeling van de subsidieaanvragen voor culturele activiteiten die reuring veroorzaken in het centrum worden de volgende wegingscriteria in acht genomen:

    -Betrokkenheid

    Van organisaties wordt verwacht dat de activiteit bijdraagt aan betrokkenheid van inwoners bij de samenleving in het algemeen en meer in het bijzonder aan de levendigheid van het centrum van Best. De op cultuur georiënteerde activiteiten dienen tot doel te hebben om mensen op de been te brengen in het centrum van Best. Hiermee zorgen deze nieuwe initiatieven en extra activiteiten voor meer gezelligheid en levendigheid.

    -Financiële draagkracht

    Bij de subsidieverlening doen we een beroep op de eigen verantwoordelijkheid van inwoners en organisaties. Subsidie wordt alleen verleend als financiering door de gemeente noodzakelijk is en de overige mogelijkheden voor het verkrijgen van inkomsten voldoende zijn benut. Subsidieverlening vormt zo het sluitstuk. We verwachten van organisaties dat zij hun draagkracht maximaal benutten door zich voldoende in te spannen om inkomsten te werven uit deelnemersbijdragen, contributie, entreeprijzen, fondsen, donaties, sponsoring, et cetera.

    5.Bij de beoordeling van de subsidieaanvragen voor activiteiten die samenwerking tussen culturele organisaties of kunstuitingen bevorderen worden de volgende wegingscriteria in acht genomen:

    -Samenwerking

    Samenwerking schept kansen voor nieuwe initiatieven en verlaagt drempels om deel te nemen. En door samenwerking ontstaan nieuwe verbindingen of worden bestaande verbindingen versterkt. Dit komt ten goede aan het gehele culturele netwerk in Best. Er dient ten minste met drie partijen samen gewerkt te worden, waarvan er twee op het gebied van muziek-, dans- en dramaonderwijs actief zijn.

    -Financiële draagkracht

    Bij de subsidieverlening doen we een beroep op de eigen verantwoordelijkheid van inwoners en organisaties. Subsidie wordt alleen verleend als financiering door de gemeente noodzakelijk is en de overige mogelijkheden voor het verkrijgen van inkomsten voldoende zijn benut. Subsidieverlening vormt zo het sluitstuk. We verwachten van organisaties dat zij hun draagkracht maximaal benutten door zich voldoende in te spannen om inkomsten te werven uit deelnemersbijdragen, contributie, entreeprijzen, fondsen, donaties, sponsoring, et cetera.

Artikel 8. Aanvraag

  • 1. De aanvraag bevat ten minste:

    • a.

      voor welke onder artikel 4 genoemde activiteiten subsidie wordt aangevraagd;

    • b.

      een beschrijving per activiteit inclusief doelstelling;

    • c.

      een kostenoverzicht per activiteit;

    • d.

      de gevraagde subsidie per activiteit;

    • e.

      indien subsidie wordt aangevraagd voor muziek-, dans- en dramaonderwijs, dient een overzicht te worden overlegd waarin het aantal jeugdige leerlingen uit Best is opgenomen.

  • 2. In afwijking van de Algemene Subsidieverordening dient de subsidieaanvraag uiterlijk 1 april, in het jaar voorafgaand aan het cursusjaar waarin de activiteiten worden uitgevoerd, te worden ingediend.

  • 3. In het eerste jaar dient de aanvraag uiterlijk 1 juli 2015 binnen te zijn.

Artikel 9. Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking op 15 juni 2015 en is van toepassing op aanvragen voor subsidie voor de uitvoering van activiteiten vanaf 1 augustus 2015.

Artikel 10. Citeerregel

Deze regeling wordt aangehaald als: Nadere regeling Subsidieregeling muziek- en dansonderwijs Gemeente Best .

Aldus vastgesteld in de collegevergadering van 9 juni 2015

Burgemeester en wethouders van Best,

Anton van Aert Ceciel Noordman

Burgemeester gemeentesecretaris