Regeling vervallen per 31-12-2019

Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2019

Geldend van 24-12-2018 t/m 30-12-2019

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2019

De raad van de gemeente Beuningen in openbare vergadering bijeen;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 6 november 2018;

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet;

B E S L U I T :

vast te stellen de volgende verordening:

Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2019

(Verordening Lijkbezorgingsrechten 2019)

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    begraafplaats: begraafplaats Haaghove;

  • b.

    graf: een zandgraf of keldergraf;

  • c.

    particulier graf: een graf, waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

    • het doen begraven en begraven houden van lijken;

    • het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

    • het doen verstrooien van as;

  • d.

    algemeen graf: een graf bij de gemeente in beheer, waarin aan een ieder gelegenheid wordt geboden tot het doen van begraven van lijken;

  • e.

    urnenkelder: een betonnen of gemetselde constructie, waarin een of meerdere asbussen worden bijgezet;

  • f.

    asbus: een bus ter berging van de as van een overledene;

  • g.

    urn: een voorwerp ter berging van een of meerdere asbussen;

  • h.

    particulier urnengraf: een graf, waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

    • het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

    • het doen verstrooien van as;

  • i.

    algemeen urnengraf: een graf bij de gemeente in beheer waarin gelegenheid wordt geboden tot het doen bijzetten van asbussen met of zonder urnen;

  • j.

    grafbedekking: gedenkteken of grafbeplanting op een graf of een urnengraf.

Artikel 2Belastbaar feit

Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaats en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats

Artikel 3 Belastingplicht

De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.

Artikel 4Maatstaf van heffing en belastingtarief

  • 1.

    De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2.

    Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 5Belastingjaar

  • 1.

    Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.

  • 2.

    Met betrekking tot de rechten genoemd in hoofdstuk 4.2, 4.3, 4.4 en 4.5 van de tarieventabel is het belastingtijdvak gelijk aan de periode waarvoor wordt afgekocht.

Artikel 6Wijze van heffing

  • 1.

    De onderhoudsrechten, bedoeld in hoofdstuk 4.2, 4.3, 4.4 en 4.5 van de tarieventabel, worden geheven bij wege van aanslag.

  • 2.

    Andere rechten als die bedoeld in hoofdstuk 4.2, 4.3, 4.4 en 4.5 van de tarieventabel worden geheven door middel van een gedagtekende kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingplichtige bekendgemaakt.

Artikel 7Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang voor de jaarlijks verschuldigde rechten

  • 1.

    De onderhoudsrechten, als bedoeld in hoofdstuk 4.2, 4.3, 4.4 en 4.5 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van het belastingtijdvak of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

  • 2.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt zijn de rechten bedoeld in 4.2, 4.3, 4.4 en 4.5 van de tarieventabel verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 3.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor de rechten bedoeld in 4.2, 4.3, 4.4 en 4.5 van de tarieventabel voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 5,--.

Artikel 8Ontstaan van de belastingschuld voor de overige rechten

Andere rechten dan die bedoeld in hoofdstuk 4.2, 4.3, 4.4 en 4.5 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrich-tingen.

Artikel 9Termijnen van betaling

De rechten moeten worden betaald binnen 30 dagen na de dagtekening van het aanslagbiljet of de schrif-telijke kennisgeving.

Artikel 10Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de rechten.

Artikel 11Overgangsrecht

  • 1.

    De “Verordening Lijkbezorgingsrechten 2018” vastgesteld bij besluit van 19 december 2017, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 12, tweede lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 12, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feilen voor zover de heffing van de rechten hiervoor in die periode plaatsvindt.

Artikel 12 Inwerkingtreding

1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na die van de bekendmaking.

2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2019.

Artikel 13 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als de ‘Verordening lijkbezorgingsrechten 2019’.

Ondertekening

Beuningen, 4 december 2018

De raad voornoemd,

De griffier, de voorzitter,

Tarieven lijkbezorgingsrechten 2019

behorende bij de "Verordening Lijkbezorgingsrechten 2019"

Hoofdstuk 1 Verlenen van rechten

1.1

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een graf wordt geheven:

1.1.1

voor een periode van 20 jaar

1.347,--

1.1.2

voor verlenging van de onder 1.1.1 vermelde termijn met 10 jaar

673,--

1.1.3

voor de reservering van de grafruimte, gelegen naast de eigen grafruimte

voor een periode van 20 jaar

451,--

1.1.4

voor verlenging van de onder 1.1.3 vermelde termijn met 10 jaar

225,--

1.2

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een urnengraf op het

urnenveld wordt geheven:

1.2.1

voor een periode van 20 jaar

674,--

1.2.2

voor verlenging van de onder 1.2.1 vermelde termijn met 10 jaar

337,--

1.2.3

voor de reservering van het urnengraf, gelegen naast het eigen urnen-

graf op het urnenveld, voor een periode van 20 jaar

225.--

1.2.4

voor verlenging van de onder 1.2.3 vermelde termijn met 10 jaar

113,--

1.3

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een kindergraf wordt

geheven:

1.3.1

voor een periode van 20 jaar

674,--

1.3.2

voor verlenging van de onder 1.3.1 vermelde termijn met 10 jaar

337,--

1.4

Voor het plaatsen van een urnenkelder wordt geheven

276,--

Hoofdstuk 2 Begraven

2.1

Voor het begraven van een lijk van een persoon van 12 jaar en ouder

wordt geheven

305,--

2.2

Voor het begraven van een lijk van een kind, beneden de leeftijd van

één jaar, wordt geheven

76,--

2.3

Voor het begraven van een lijk van een kind, beneden de leeftijd van

twaalf jaar, wordt geheven

152,--

Hoofdstuk 3 Bijzetten van asbussen en urnen

3.1

Voor het bijzetten van een asbus of urn in een op het urnenveld gelegen

urnengraf wordt geheven

116,--

3.2

Voor het bijzetten van een asbus of urn op of in een bestaand graf

116,--

Hoofdstuk 4 Grafbedekking en onderhoud

4.1

Vervallen

-,--

4.1.1.

Vervallen

-,--

4.1.2

Vervallen

-,--

4.1.3

Vervallen

-,--

4.2

Voor het door of vanwege de gemeente onderhouden van een eigen

graf, inclusief het daarop geplaatste monument of gedenkteken en van

de naast de eigen grafruimte gereserveerde grafruimte, wordt per graf-

ruimte per jaar geheven

47,--

4.3

Voor het door of vanwege de gemeente onderhouden van een urnen-

graf, inclusief het daarop geplaatste monument of gedenkteken, en van

de naast het eigen urnengraf gereserveerde grafruimte, wordt per

urnengraf per jaar geheven

23,50,--

4.4

Voor het door of vanwege de gemeente onderhouden van een kinder-

graf, inclusief het daarop geplaatste monument of gedenkteken, en van

de naast het eigen kindergraf gereserveerde grafruimte, wordt per

kindergraf per jaar geheven

23,50,--

4.5

Het recht als bedoeld in de onderdelen 4.2, 4.3 en 4.4 kan worden

afgekocht door voldoening van een bedrag, bepaald volgens onder-

staande tabel.

De afkoopsom bedraagt de contante waarde van de op het tijdstip van

afkoop nog te verschijnen belastingbedragen, en wordt berekend door

vermenigvuldiging van het jaarlijkse belastingbedrag met de hierna te

noemen factor:

Aantal jaren, waarvoor afkoop

vermeningvuldigingsfactor

30

17,29203330

20

13,59032634

10

8,11089578

Hoofdstuk 5 Inschrijven en overboeken eigen graven

5.1

Voor het inschrijven en overboeken van eigen graven of eigen urnen-

graven in een daartoe bestemd register wordt geheven, per inschrijving

of overboeking

34,--

Hoofdstuk 6 Opgraven, ruimen van graven

6.1

Voor het opgraven van een lijk wordt geheven

305,--

6.2

Voor het na opgraven weer opnieuw begraven in hetzelfde graf wordt

geheven

305,--

6.3

Voor het na opgraven weer begraven in een ander graf wordt geheven

305,--

6.4

Voor het openen en weer dichten van een graf, met als doel het ver-

zetten of verschikken van een lijk, wordt geheven

305,--

6.5

Voor het opgraven of verwijderen van een asbus uit een eigen urnen-

graf wordt geheven

115,--

6.6

Voor het na het opgraven weer terugplaatsen van de asbus wordt

geheven

115,--

6.7

Voor het openen en weer dichten van een urnengraf, met als doel het

verzetten of herschikken van een asbus, wordt geheven

115,--

6.8

Voor het na ruiming van een graf afzonderen van een lijk ten behoeve

van crematie of herbegraven

305,--

Gewaarmerkt als behorende bij het besluit

van de raad van de gemeente Beuningen

van 4 december 2018

De griffier,