Regeling vervallen per 01-01-2015

Verordening op de heffing en de invordering van Marktgelden 2014

Geldend van 21-11-2013 t/m 31-12-2014

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van Marktgelden 2014

De raad van de gemeente Beverwijk;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 24 september 2013, nummer 2013/04963;

gehoord de commissies Onderwijs, Sociale Zaken, Cultuur en Welzijn en Ruimte, Economie en Stadsbeheer d.d. 9 oktober 2012 en de commissie Algemeen Bestuur, Veiligheid en Middelen d.d. 11 oktober 2012

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en bvan de Gemeentewet;

besluit:

vast te stellen de volgende verordening:

Verordening op de heffing en de invordering van marktgelden 2014 (Verordening marktgelden 2014).

Artikel 1 Begripsomschrijving

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    een dag: de dag waarop de markt gehouden wordt, waarbij de voor de markt bestemde dagen afzonderlijk worden beschouwd;

  • b.

    een maand: een kalendermaand;

  • c.

    een jaar: een kalenderjaar.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam “marktgelden” worden rechten geheven voor het grbuik of genot van een standplaats, op de daarvoor aangewezen marktterreinen of op andere voor de openbare dienst bestemde plaatsen, voor het uitoefenen van de markthandel en daarmee verband houdende handelingen en/of het gebruik van verstrekte hulpmiddelen.

Artikel 3 Belastingplicht

De rechten worden geheven van degene die van een standplaats, als bedoeld in artikel 2, het gebruik of genot heeft.

Artikel 4 Maatstaf van heffing

De rechten worden geheven naar de frontbreedte met een diepte van ten hoogste twee meter van de standplaats in strekkende meters, ingenomen langs de voorzijde van de kraam of standplaats.

Artikel 5 Tarief

De rechten bedragen per strekkende meter frontbreedte met een diepte van ten hoogste twee meter of gedeelte daarvan, ongeacht de mate van gebruik:

a.

voor een standplaats, per dag of gedeelte daarvan:

€ 4,60

b.

voor een vaste standplaats, per kalendermaand of een gedeelte daarvan:

€ 13,40

c.

voor een vaste standplaats, per kalenderjaar of een gedeelte daarvan:

€ 155,40

Artikel 6 Belastingjaar

Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar voor artikel 5c.

Artikel 7 Wijze van heffing

De rechten worden geheven bij wege van aanslag of middels een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waarin het verschuldigde bedrag wordt vermeld.

Artikel 8 Ontstaan van belastingschuld en heffing naar tijdsgelang voor de jaarlijkse verschuldigde rechten

  • 1. De rechten als bedoeld in artikel 5.a zijn verschuldigd bij de aanvang van de belastingplicht.

  • 2. De rechten als bedoeld in artikel 5.b en 5.c zijn verschuldigd bij het begin van het belastingtijdvak of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

  • 3. Indien de belastingplicht, zoals bedoeld in artikel 5.c in de loop van het belastingjaar aanvangt, is het recht verschuldigd over zoveel twaalfde gedeelten van het voor dat jaar verschuldigde recht als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 4. Indien de belastingplicht, zoals bedoeld in artikel 5.c in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van het voor dat jaar verschuldigde recht als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

Artikel 9 Termijn van betaling

  • 1. De in artikel 5.a. bedoelde rechten moeten worden betaald op het moment waarop de in artikel 7 bedoelde kennisgeving wordt uitgereikt.

  • 2. De in artikel 5.b en 5.c bedoelde rechten moeten worden betaald in negen gelijke termijnen, waarvan de eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand volgens op de maand die in de dagtekening van de schriftelijke kennisgeving is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.

  • 3. Indien de in artikel 5.c bedoelde verschuldigde bedragen door middel van een automatische incasso van de rekening van de belastingschuldige kunnen worden afgeschreven, geldt dat de schriftelijke kennisgeving wordt betaald in acht gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt op de laatste dag van de tweede maand volgend op die welk in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telken één maand later.

  • De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de gestelde termijnen.

Artikel 10 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels met betrekking tot de heffing en de invordering van de marktgelden.

Artikel 11 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. De Verordening marktgelden 2012 van 1 november 2012 (2012/41137), wordt ingetrokken met ingang van de in het tweede lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2014.

  • 3. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 4. Deze verordening kan worden aangehaald als de “Verordening Marktgelden 2014”.

Ondertekening

Beverwijk, 1 november 2013
de raad voornoemd,
de griffier,de voorzitter,