Regeling vervallen per 01-01-2012

Verordening op de Raadscommissies

Geldend van 25-07-2010 t/m 31-12-2011 met terugwerkende kracht vanaf 01-05-2006

Intitulé

Verordening op de Raadscommissies

De raad van de gemeente Bladel

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 8 maart 2002;

gezien het advies van het Presidium d.d. 10 april 2006;

gelet op artikel 82 en volgende van de Gemeentewet;

b e s l u i t :

  • I.

    in te stellen de navolgende raadscommissies:

    • 1.

      de commissie Algemene Zaken:

    • 2.

      de commissie Middelen;

    • 3.

      de commissie Grondgebied;

    • 4.

      de commissie Inwoners.

Naast de hiervoor genoemde commissies wordt ingesteld een seniorenconvent, bestaande uit de voorzitters van de raadsfracties.

II.vast te stellen de navolgende

Verordening regelende taken, bevoegdheden, samenstelling, zittingsduur en werkwijze van de raadscommissies.

Hoofdstuk 1 Taken commissies

Artikel 1 Commissie Algemene Zaken

De commissie Algemene Zaken heeft tot taak de besluitvorming van de raad voor te bereiden en of met het college van burgemeester en wethouders te overleggen over zaken, betreffende:

  • a.

    openbare orde, openbare veiligheid en algemene bestuurszaken;

  • b.

    intergemeentelijke samenwerking;

  • c.

    (straf)verordeningen en regelingen van huishoudelijke aard;

  • d.

    andere onderwerpen van algemene aard, voor zover niet behorend tot de taakstelling van een andere commissie.

Artikel 2 Commissie Middelen

De commissie Middelen heeft tot taak de besluitvorming van de raad voor te bereiden en of met het college van burgemeester en wethouders te overleggen over zaken, betreffende:

  • a.

    personeelsorganisatiebeleid en beheer;

  • b.

    financieel beleid, begrotingen algemene dienst en bedrijven, meerjarenramingen en belastingen;

  • c.

    financiële organisatie en comptabiliteit, inclusief jaarrekeningen algemene dienst en bedrijven;

  • d.

    automatisering en verzekeringen;

  • e.

    financieringen en garantieregelingen;

  • f.

    post, archief en interne zaken.

Artikel 3 Commissie Grondgebied

  • 1. De commissie Grondgebied heeft tot taak de besluitvorming van de raad voor te bereiden en of met het college van burgemeester en wethouders te overleggen over zaken, betreffende:

    • a.

      ruimtelijke ontwikkeling, grondzaken en volkshuisvesting;

    • b.

      milieubeleid, recreatie, economische zaken en verkeer;

    • c.

      openbare werken;

    • d.

      bouwkunde;

    • e.

      bouw- en civiele werken;

    • f.

      cultuurtechniek en onderhoud.

Artikel 4 Commissie Inwoners

De commissie Inwoners heeft tot taak de besluitvorming van de raad voor te bereiden en of met het college van burgemeester en wethouders te overleggen over zaken, betreffende:

  • a.

    openbaarheid, voorlichting en inspraak;

  • b.

    sociale zaken;

  • c.

    welzijn en volksgezondheidszorg;

  • d.

    sport en sportieve recreatie;

  • e.

    onderwijs.

Hoofdstuk 2 Samenstelling commissies

Artikel 5 Voorzitter

  • 1. De voorzitter en de plaatsvervangend voorzitter worden aangewezen door de gemeenteraad uit zijn midden.

  • 2. De gemeenteraad kan de aanwijzing van een voorzitter of van de plaatsvervangend voorzitter herzien.

  • 3. Bij verhindering van de voorzitter en de plaatsvervangend voorzitter van een commissie fungeert een op dat tijdstip door de commissie aangewezen lid, raadslid, als tijdelijk voorzitter voor de betreffende vergadering.

  • 4. De voorzitter is geen lid van een commissie en heeft geen stemrecht.

  • 5. De voorzitter is belast met:

    • a.

      de voorbereiding en uitvoering van de vergaderingen; ter voorbereiding van de vergadering stelt hij een agenda-overleg in met de verantwoordelijk portefeuillehouder uit het college van burgemeester en wethouders en de secretaris van de commissie;

    • b.

      de leiding van de vergaderingen;

    • c.

      hetgeen deze verordening hem opdraagt.

Artikel 6 Leden en plaatsvervangende leden

  • 1. a. Elke fractie is gerechtigd vertegenwoordigd te zijn:

    - in de Commissie Algemene Zaken met een raadslid;

    - in de Commissie Middelen, Grondgebied en Inwoners met een raadslid en een niet-raadslid.

    b. De leden, raadsleden, worden benoemd door de gemeenteraad op voordracht van de raads­fracties.

    c. De leden, niet-raadsleden worden benoemd door de raad op voordracht van de voorzitter van de onderscheidene raadsfracties, met dien verstande dat voor de benoeming in aanmerking komen inwoners van de gemeente die voorkomen op de lijst van de laatstgehouden gemeenteraadsverkiezing".

  • 2. Ingeval een lid van een commissie in de onmogelijkheid verkeert een vergadering bij te wonen mag vervanging plaatsvinden door een ander lid van de raad van de betreffende fractie.

  • 3. Ingeval een lid van de commissie Algemene Zaken niet met toepassing van het bepaalde in lid 2 van dit artikel kan worden vervangen, mag vervanging plaatsvinden door een inwoner van de gemeente, die voorkomt op de lijst van de betreffende raadsfractie ten behoeve van de laatstgehouden gemeenteraadsverkiezing.

Artikel 7 Secretaris

  • 1. Elke commissie wordt bijgestaan door een secretaris. Hij heeft adviserende be­voegd­heid.

  • 2. De secretaris wordt aangewezen door de gemeentesecretaris in overeenstemming met de voorzitter van de commissie.

  • 3. De secretaris kan zich laten bijstaan door één of meerdere gemeenteambtenaren.

Hoofdstuk 3 Zittingsduur commissies

Artikel 8 Zittingsduur

  • 1. De zittingsduur van de leden is gelijk aan die van de gemeenteraad.

  • 2. Een lid kan te allen tijde ontslag nemen en doet daarvan schriftelijk mededeling aan de commissievoorzitter.

  • 3. Indien commissieleden de hoedanigheid waarin zij werden benoemd verliezen, hou­den zij op lid van de commissie te zijn.

  • 4. Een commissielid kan bij gemotiveerd besluit van de gemeenteraad ontslag worden verleend.

  • 5. Bij het tussentijds ontstaan van een vacature wordt daarin zo spoedig mogelijk voor­zien. Artikel 6 is van overeenkomstige toepassing

  • 6. De ter vervulling van een tussentijdse vacature benoemde treedt af op het tijdstip waarop degene in wiens plaats hij is benoemd moest aftreden.

Hoofdstuk 4 Werkwijze commissies

Artikel 9 Openbaarheid vergaderingen

  • 1. De commissievergaderingen zijn openbaar. Bijeenkomsten van het seniorenconvent worden niet als een commissievergadering aangemerkt.

  • 2. De deuren worden gesloten wanneer de voorzitter dit nodig acht of indien ten minste twee leden, raadsleden, dit vorderen met het oog op de te behandelen zaak. De com­missie be­slist vervolgens of met ge­sloten deuren wordt vergaderd.

  • 3. De voorzitter of de commissie kan omtrent het in besloten vergadering behandel­de geheimhou­ding opleggen. Zij wordt door zowel de voorzitter en de leden als door anderen die bij de behan­deling tegenwoordig waren of op enigerlei wijze daarvan ken­nis hebben genomen in acht geno­men, totdat de voorzitter of de commissie haar op­heft.

Artikel 10 Oproeping, agenda, vergaderingen

  • 1. De agenda van de commissievergaderingen wordt vastgesteld door de voorzitter. De leden wor­den door middel van een gezamenlijke uitnodiging voor alle com­missieverga­deringen die in de betreffende maand worden gehouden ter vergade­ring opgeroepen, uitzonderingen daargelaten. Verzending van uitnodiging heeft plaats tenminste één week vóór de datum van de eerste com­missievergadering, spoedeisende gevallen uitgezonderd. Van de te houden vergaderingen wordt openbare kennisgeving gedaan.

  • 2. De stukken die op de geagendeerde onderwerpen betrekking hebben, liggen voor een ieder ter inzage. Raadsleden, die geen lid van de commissie zijn, kunnen kennis­nemen van stukken waaromtrent door de commissie geheim­houding is opgelegd. Inza­ge wordt slechts geweigerd ingeval de commissie heeft geoordeeld dat dit in strijd is met het openbaar belang.

Artikel 11 Vergaderquorum

  • 1. De commissie vergadert niet indien niet meer dan de helft van het aantal zitting heb­bende leden is opgekomen.

  • 2. Indien het vereiste aantal leden niet is opgekomen, wordt door de voorzitter een nieu­we vergade­ring belegd. Deze vergadering vindt niet eerder plaats dan nadat tweemaal vierentwintig uren zijn verstreken, spoedeisende gevallen uitgezonderd.

  • 3. In de in het tweede lid bedoelde vergadering kan slechts over die zaken worden be­raadslaagd en besloten die op de oorspronkelijke uitnodiging staan vermeld.

Artikel 12 Stemmen

  • 1. Over zaken wordt mondeling en bij hoofdelijke oproeping gestemd. Indien echter geen van de leden stemming verlangt, wordt het voorstel geacht te zijn aangeno­men.

  • 2. Over personen wordt schriftelijk gestemd.

  • 3. Artikel 28 van de Gemeentewet is van overeenkomstige toepassing.

Artikel 13 Besluiten

  • 1. Voor het totstandkomen van een besluit bij stemming wordt de meerderheid vereist van de leden, die aan de stemming hebben deelgenomen.

  • 2. Bij het staken van de stemmen over een zaak worden in het advies alle menin­gen, waartussen een keuze moet worden gemaakt, opgenomen.

Artikel 14 Gezamenlijke vergaderingen

  • 1. Het presidium is bevoegd twee of meer commissies gezamenlijk te laten vergaderen.

  • 2. Alsdan bepaalt het presidium welke voorzitter van de onderscheidene commissies als voorzit­ter van de betref­fende vergadering optreedt.

Artikel 15 Vergaderrooster

  • 1. Voor de vergaderingen van de commissies wordt een rooster opgesteld waarbij ervan uitgegaan wordt dat de commissies als regel vergaderen in de tweede week vóór een gemeenteraadsverga­dering en de commissie Middelen als laatste verga­dert.

  • 2. Het normale vergadertijdstip is 19.30 uur.

  • 3. Wanneer een vergadering niet doorgaat, wordt daarvan door de voorzitter tijdig ken­nis gegeven.

Artikel 16 Verslaglegging

  • 1. Van commissievergaderingen wordt onder verantwoordelijkheid van de secretaris in concluderen­de zin aantekening gehouden.

  • 2. Uit het verslag blijken de door de commissie uitgebrachte adviezen.

  • 3. In het verslag wordt opgenomen welk lid of welke leden een minderheidsstand­punt hebben ingenomen dan wel anderszins blijk gegeven hebben van een van de meerder­heid afwijkende opvat­ting dan wel zich een oordeel hebben voorbehouden.

  • 4. Het verslag bevat een overzicht van gedane toezeggingen, welke nog moeten worden gevolgd door een actie.

  • 5. Het verslag wordt door de voorzitter en secretaris van de commissie ondertekend en toegezonden aan de commissieleden, de ge­meente­raad en aan burgemeester en wethouders.

Artikel 17 Externe adviseurs

  • 1. Een commissie kan zich tijdens een vergadering laten voorlichten door externe advi­seurs.

  • 2. Indien aan zodanige voorlichting kosten zijn verbonden, moet tevoren machtiging zijn verkregen van het presidium.

Artikel 18 Spreekrecht

  • 1. Personen die geen lid zijn van een commissie kunnen in openbare vergaderingen van die com­missie het woord voeren over de op de agenda vermelde onderwer­pen.

    Zij dienen dit uiterlijk vanaf een kwartier vóór aanvang van de vergadering aan de secretaris te melden onder opgave van de naam en van het agendapunt waarover gesproken zal worden.

  • 2. Zij die van deze mogelijkheid gebruik willen maken, worden daartoe door de voorzitter in de gele­genheid gesteld vóór de behandeling van elk agendapunt.

  • 3. De voorzitter bepaalt de volgorde van de sprekers en bepaalt een zodanige spreektijd per spreker dat het inspreken maximaal 15 minuten in beslag neemt.

  • 4. De sprekers dienen hun vragen, opmerkingen en dergelijke zakelijk en beknopt weer te geven.

  • 5. Een belangstellende mag over hetzelfde agendapunt slechts eenmaal het woord voe­ren.

  • 6. De leden van de commissie worden door de voorzitter in de gelegenheid gesteld een korte nadere toelichting te vragen aan degenen die van het spreekrecht ge­bruik ma­ken. In dat geval geeft de voorzitter gelegenheid de nadere toelichting te verstrekken.

  • 7. Ingeval gebruik gemaakt is van het spreekrecht stelt de voorzitter de insprekers in de gelegenheid om, na discussie in de commissie, nog een korte reactie te geven, alvorens definitieve standpunt­bepaling door de commissie plaatsheeft".

Artikel 19 Onvoorzien

Omtrent gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslist het presidium.

Hoofdstuk 5 Slotbepalingen

Artikel 21 Titel, inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening kan worden aangehaald als de "Commissieverordening".

  • 2. Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 mei 2006.

Artikel 22 Vervallenverklaring verordeningen

Met ingang van 14 maart 2002 vervalt de commissieverordening.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in zijn openbare vergadering van 27 april 2006.
De raad voornoemd,
de secretaris, de voorzitter,