Regeling vervallen per 01-01-2010

Beleidsregels ter uitvoering van art. 4 van particulier landschapsbeheer gemeente Bladel

Geldend van 01-01-2010 t/m 31-12-2009

Intitulé

Beleidsregels ter uitvoering van art. 4 van particulier landschapsbeheer gemeente Bladel

Beleidsregels ter uitvoering van artikel 4 van de Subsidieverorde­ning particu­lier landschapsbeheer gemeente Bladel voor 2002

 

Overzicht subsidiabele activiteiten, subsidie-bedragen, criteria en randvoorwaarden.

In aangehechte overzichten zijn de subsidiabele activiteiten, de subsidie-normbedragen, de jaarlijkse vergoedingen, alsmede de criteria en randvoorwaarden in de bijlagen A en B nader bepaald. De hoogte van de subsidie wordt berekend op basis van de in de bijlage A en B vastgestelde normen.

 

Bijlage A heeft betrekking op de bijdrage voor de aanleg van landschapselementen en de jaarlijkse vergoeding voor inkomstenderving.

Voor de aanleg van landschapselementen is zoveel mogelijk aangesloten op de normen, criteria en randvoorwaarden van de desbetreffende provinciale subsidieverordening. Dit geldt ook in voorkomend geval voor de beoordeling van de aanvraag om subsidie.

In de subsidienorm voor de aanleg van een beplantingselement is o.a. opgenomen: grondbewerking, aankoop materiaal (plantsoen, boompalen e.d.), aanleg van de beplanting (arbeid) en rasterkosten ter bescherming van het element.

Voor de aanleg van een poel zijn de volgende werkzaamheden subsidiabel: het uitzetten van het object, uitgraven en transport grond, verwerken vrijkomende grond, indien van toepas­sing het betreffende perceel waarop het zand wordt verwerkt in oude staat herstellen, herstel rijpaden en rasterkosten ter bescherming van het element. De hoogte van de subsidie wordt bepaald aan de hand van een ingediende offerte/begroting van de aanvrager. Bij de beoor­de­ling van de offerte wordt gebruik gemaakt van vastgestelde normen voor kleinschalige na­tuurbouw.

Behalve de subsidiebedragen zijn in bijlagen A en B ook subsidiecriteria en randvoorwaar­den aangegeven, zoals de minimale omvang van de activiteit en de plantafstand. Bij de aan­leg van poelen is ook een maximum oppervlakte aangegeven.

 

De bijdrage voor inkomstenderving voor vlakvormige landschapselementen is vastgesteld op 4% van de grondprijs. Op basis van gegevens van het Centraal Bureau voor de Statistiek (jaar 2000) is de gemiddelde grondprijs voor de Provincie Noord-Brabant € 41.373,00

(¦ 91.175,00; voor deze beleidsregels afgerond naar ¦ 90.000,00 ofwel € 40.840,00) per hectare landbouwgrond excl. dijken; voor dijken wordt uitgegaan van een grondprijs van € 18.151,00 euro (ƒ 40.000,00) per hectare.

 

De bijdrage voor inkomstenderving voor puntvormige elementen is berekend op basis van de oppervlakte die werkelijk uit productie wordt genomen en de kronenprojectie. Voor de opper­vlakte die uit productie is genomen geldt een vergoeding van 4% van de grondprijs en voor de oppervlakte van de kronenprojectie een vergoeding van 2% van de grondprijs.

 

Bijlage B heeft betrekking op het onderhoud van landschapselementen waarvoor een jaar­lijkse subsidie wordt toegekend.

In de subsidienorm voor onderhoud van beplantingen is begrepen: het afzetten van beplan­tingen, inclusief uitsnoeien en korten van de stammen en het versnipperen van het takhout voor alle elementen met uitzondering van brede houtwallen of -singels en hakhoutbosjes omdat bij deze elementen het snoeihout op andere wijze kan worden verwerkt.

In de subsidienorm voor het onderhoud van een poel is opgenomen: het jaarlijks maaien van het talud en het éénmaal in de 6 jaar uitbaggeren van de poel inclusief het afvoeren van het uitkomende materiaal.

De vergoedingen voor het onderhoud van beplantingen zijn gebaseerd op tijdnormen van het IMAG en de vergoedingen voor arbeid en machines op basis van het normenboek Staats­bos­­beheer. De vergoeding voor poelen is gebaseerd op de normen van de Regeling agra­risch natuurbeheer van het ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij.

Aan het toekennen van de subsidie wordt de voorwaarde verbonden dat een overeenkomst wordt gesloten waarin afspraken worden gemaakt omtrent de instandhoudingstermijn van 10 jaar en de wijze van instandhouding.

 

Nadere uitwerking Beleidsvisie Natuur en Landschap.

Ter verduidelijking en nadere uitwerking van de Beleidsvisie Natuur en Landschap is in het veld bezien in welke gebieden de aanleg van bepaalde landschapselementen de kwaliteit van het landschap zal verbeteren. Voorkomen moet worden dat landschapselementen die niet passen binnen een bepaald gebied met subsidie kunnen worden aangelegd. Omdat slechts subsidie dient te worden verleend voor activiteiten die een kwaliteitsverbetering van het landschap bewerkstelligen, is gelet op de feitelijke situatie in het veld op een kaart aan­gegeven binnen welke gebieden voor de aanleg van de daarbij aangegeven landschapsele­menten subsidie kan worden verkregen. Tevens zijn de aandachtsgebieden op perceelsni­veau uitgewerkt. De Kaart nadere uitwerking Beleidsvisie Natuur en Landschap is ge­hecht aan en maakt als zodanig deel uit van deze beleidsregels.

 

Inrichten subsidieaanvraag.

Voor het aanvragen van een subsidie wordt gebruik gemaakt van een door burgemeester en wethouders vast te stellen of van toepassing te verklaren standaardformulier. Bij de aan­vraag moet worden overgelegd:

  • - een inrichtingsschets op schaal;

  • - een beschrijving van de uit te voeren activiteiten;

  • - een topografische kaart schaal maximaal 1:25.000 waarop de locatie is aangegeven;

  • - voor zover van toepassing een begroting of offerte.

 

De aanvraag wordt ingediend bij het college van burgemeester en wethouders. Aanvrager krijgt eenmalig de mogelijkheid de aanvraag te completeren.

 

Subsidieverlening en voorwaarden.

De hoogte van de subsidie wordt berekend op basis van de in bijlage A en B vastgestelde nor­men. De jaarlijkse subsidie wegens inkomstenderving is in bijlage A aangegeven.

De subsidie voor de aanleg en het onderhoud van een nieuw landschapselement en het on­derhoud van een bestaand landschapselement wordt voor 10 jaar verleend onder voor­waar­de dat een onderhoudsovereenkomst voor 10 jaar wordt gesloten. Hierin worden afspraken vastgelegd die betrekking hebben op de vaststelling van de subsidie, het (jaarlijks) ver­strek­ken van gegevens, de wijze van het onderhoud en de (jaarlijkse) uitbetaling van de subsidie.

 

Vaststelling en uitbetaling van subsidie.

Binnen 1 maand na afronding van de aanleg van een landschapselement waarvoor subsidie is verleend, vraagt subsidieontvanger aan burgemeester en wethouders om vaststelling van de subsidie. Hierbij wordt rekening en verantwoording afgelegd door aan te tonen dat de ac­tiviteiten hebben plaatsgevonden overeenkomstig de verplichtingen verbonden aan het ver­lenen van de subsidie en omtrent de aan de activiteiten verbonden uitgaven en inkomsten voor zover die voor de vaststelling van de subsidie van belang zijn (kopieën van rekeningen van geleverde diensten of producten van derden).

Er vindt controle plaats van de uitgevoerde werkzaamheden. De vaststelling en uitbetaling van de subsidie vindt plaats met inachtneming van hetgeen hieromtrent in de betreffende overeenkomst en in de Subsidieverordening particulier landschapsbeheer en de Algemene Wet Bestuursrecht is bepaald.

 

Een aanvraag om vaststelling van de subsidie als jaarlijkse vergoeding wegens inkomsten­derving en voor het onderhoud van de bestaande of nieuwe landschapselementen wordt binnen 3 maanden na afloop van het betreffende subsidiejaar ingediend.

 

Wanneer het nieuwe landschapselement vóór 1 april is aangelegd, vindt de uitbetaling van de jaarlijkse subsidie voor onderhoud en/of inkomstenderving voor dat subsidiejaar plaats.

Wanneer de overeenkomst voor het onderhoud van een bestaand landschapselement vóór 1 april is ondertekend, vindt de uitbetaling van de jaarlijkse subsidie ook voor dat subsidie­jaar plaats. 

 

Wijziging, intrekking en beëindiging subsidie.

Hierbij wordt aangesloten bij hetgeen in de Algemene Wet Bestuursrecht is geregeld.

 

Bijzondere gevallen.

Burgemeester en wethouders kunnen in bijzondere gevallen ontheffing verlenen van één of meer verplichtingen.

 

Bezwaar- en beroepsmogelijkheden.

Hierbij wordt aangesloten op hetgeen in de Algemene Wet Bestuursrecht is geregeld.

Bijlage A

Bijlage A als bedoeld in de beleidsregels ter uitvoering van artikel 4 van de Subsidie­ver­ordening particulier landschapsbeheer gemeente Bladel.   Overzicht van de subsidiebijdragen van de gemeente voor de aanleg van een land­schapselement en voor inkomstenderving, voor zover de landschapselementen in aanmerking komen voor subsidiëring in het kader van de Subsidieverordening par­ticulier landschapsbeheer gemeente Bladel. *  

Normen 2002

Type landschapselement

Aanvullende bijdrage voor aanleg

 

Jaarlijkse vergoeding voor inkomstenderving **

Eisen ten aanzien van oppervlakte of aantal om in aanmerking te komen voor een bijdrage voor aanleg en/of inkomstenderving *****  

Aanplant houtwal, houtsingel, elzensingel en hakhoutbosje (max. 50 are)

Bosplantsoen op dijken (grondbewerking niet mogelijk)

0,32 euro/st

7,30 euro/are ***

Houtwal/houtsingel:  minimaal 50 meter lang en 3 rijen breed met plantverband 1,25m x 1,25m (120 planten).

 

Elzensingel: minimaal 50 meter lang, 1 rij met plantafstand van 1 meter

(50 planten).

Elzensingel rondom een boomgaard komt niet in aanmerking voor subsidie.

Bosplantsoen op overige gronden

0,23 euro/st

16,30 euro/are ***

Aanplant landschapsbomen

Laanbomen cat. A, B en C **** Zonder boombescherming

7,90 euro/st

4,50 euro/st

Minimaal 10 bomen met minimale plantafstand van 8 meter.

Laanbomen cat. A, B en C  + Boombescherming voor schapen

11,70 euro/st

4,50 euro/st

Laanbomen cat. A, B en C

+ Boombescherming voor rundvee

14,40 euro/st

4,50 euro/st

Aanplant knotbomen

Onbewortelde wilgenstek

1,20 euro/st

2,70 euro/st

Minimaal 10 bomen met een minimale plantafstand van 5 meter.

Bewortelde wilgenstek (cat. A) of andere soorten (cat. B of C)

Zie landschapsbomen

2,70 euro/st

Aanleg poel

Ontgraven poel en verwerken grond

20 % van de kosten met maximum van 544,00 euro per poel

16,30 euro/are ***

Doorsnede minimaal 16 meter en oppervlakte maximaal 1000 m2.

 

*           Indien een landschapselement voor meer dan 50% (qua oppervlakte, lengte of aantal) buiten het erf ligt, wordt het totale element als landschappelijk element beschouwd en niet als erfbeplanting, en zijn de vergoedingen in bovenstaande tabel van toepassing. 

**         Vergoeding voor inkomstenderving kan uitsluitend aan een agrarisch ondernemer worden toegekend voor het aanleggen van een landschapselement buiten het erf en binnen een aandachtsgebied.

 

***        De jaarlijkse vergoeding voor gederfde inkomsten voor vlakvormige landschapselementen is ge­baseerd op 4% van de grondprijs, die volgens landelijke normen voor de gemeente Bladel is vastgesteld op € 41.373,00 (¦ 91.175,00; voor deze beleidsregels afgerond naar ¦ 90.000,00 ofwel € 40.840,00) per hectare landbouwgrond excl. dijken; voor dijken wordt uitgegaan van een grondprijs van € 18.151,00 (ƒ 40.000,00) per hectare.

 

De berekening van de oppervlakte voor inkomstenderving voor houtwal, houtsingel en hak­houtbosje vindt als volgt plaats:

oppervlakte = (lengte in meters (afstand tussen de eerste en laatste plant in de rij) x breedte in meters (afstand tussen de buitenste rijen)) + (omtrek in meters x 2,50  meter).

 

De berekening van de oppervlakte voor inkomstenderving voor 1 rijïge elzensingel vindt als volgt plaats:

Oppervlakte = lengte in meters x 3,0 meter.

 

Bij poelen wordt de oppervlakte voor inkomstenderving berekend op basis van de werkelijk uit productie genomen oppervlakte landbouwgrond. Hiertoe behoort ook de oppervlakte van de bij de poel behorende inrichting direct rond de poel en bestaande uit onbemest hooiland en/of moeras en/of beplantingselementen (de betreffende beplantingselementen komen dan niet ook nog eens afzonderlijk in aanmerking voor een vergoeding voor inkomstenderving).

  ****       Indeling landschapsbomen: Categorie A: populier, schietwilg, berk en zwarte els; Categorie B: gewone esdoorn, gewone es, iep, grauwe abeel, grootbladige linde, zoete kers; Categorie C: beuk, zomer- en wintereik, kleinbladige linde, Hollandse linde.

 Voor nadere specificatie zie lijst behorende bij Subsidieverordening natuur, bos en landschap provincie Noord-Brabant.

 

*****      Indien door de feitelijke situatie redelijkerwijs niet aan de afzonderlijke minimale eisen m.b.t. de aanleg van beplantingen kan worden voldaan of op een andere wijze een landschappelijk passendere situatie kan worden verkregen, geldt in plaats van de afzonderlijke minimale eisen de eis dat de minimale jaarlijkse gemeentelijke bijdrage voor onderhoud minimaal 22,69 euro (¦ 50,00) zal moeten bedragen. Indien er sprake is van de aanleg van een poel zijn voor de daarbij behorende inrichting de minimale eisen m.b.t. de aanleg van beplantingen niet van toepassing.                                                                        

Bijlage B

Bijlage B als bedoeld in de beleidsregels ter uitvoering van artikel 4 van de Subsidie­ver­ordening particulier landschapsbeheer gemeente Bladel.   Overzicht van de subsidiebijdragen van de gemeente voor het onderhoud van land­schapselementen voor zover deze in aanmerking komen voor subsidiëring in het kader van de Subsidieverordening particulier landschapsbeheer gemeente Bladel. *  

Normen 2002            

Type landschapselement **

Code***

Jaarlijkse vergoeding voor onderhoud per eenheid

Eisen ten aanzien van oppervlakte of aantal om in aanmerking te komen voor jaarlijkse vergoeding voor onderhoud ****

 

1S. Houtwal / houtsingel, tot 10 meter breed

Bedekking hakhout < 50%

1S-A

5,70 euro/are

 

Bedekking hakhout 50-75%

1S-B

6,80 euro/are

Bedekking hakhout > 75%

1S-C

9,10 euro/are

1B. Houtwal / houtsingel, breder dan 10 meter en hakhoutbosje

Bedekking hakhout < 50%

1B-A

3,40 euro/are

Houtsingel/houtwal maximaal 30 meter breed. Hakhoutbosje maximaal 50 are.

Bedekking hakhout 50-75%

1B-B

4,50 euro/are

Bedekking hakhout > 75%

1B-C

6,80 euro/are

2. Elzensingel

50 tot 150 telgen (> 6 cm) per 100 m

2A

18,20 euro/100 meter

Geschoren hagen en elzensingels rond boomgaarden komen niet in aanmerking voor subsidie.

151 tot 250 telgen (> 6 cm) per 100 m

2B

29,50 euro/100 meter

Meer dan 250 telgen (> 6 cm) per 100 m

2C

36,30 euro/100 meter

3. Landschapsboom*****

Diameter < 20 cm

3A

  2,30 euro/st

Ingeval er sprake is van een bestaande bomenrij is het onderhoud van maximaal 20 stuks bomen per 100 meter subsidiabel.

Diameterklasse 20-40 cm

3B

  4,50 euro/st

Diameterklasse 41-60 cm

3C

  6,80 euro/st

Diameterklasse 61-80 cm

3D

  9,10 euro/st

Diameter > 80 cm

3E

11,30 euro/st

4. Knotboom

Diameter < 20 cm

4A

  2,30 euro/st

Ingeval er sprake is van bestaande knotwilgen is het onderhoud van maximaal 30 stuks bomen per 100 meter subsidiabel.

Diameterklasse 20-40 cm

4B

  3,40 euro/st

Diameterklasse 41-60 cm

4C

  6,80 euro/st

Diameterklasse 61-80 cm

4D

  9,10 euro/st

Diameter > 80 cm

4E

11,30 euro/st

5. Poel

Oppervlakte 100-175 m2

5A

 40,80 euro/st

 

Oppervlakte 176-300 m2

5B

 63,50 euro/st

Oppervlakte 301-500 m2

5C

 77,10 euro/st

Oppervlakte groter dan 500 m2

5D

113,40 euro/st

 

 

*           Indien een landschapselement voor meer dan 50% (qua oppervlakte, lengte of aantal) buiten het erf ligt, wordt het totale element als landschappelijk element beschouwd en niet als erfbeplanting, en zijn de vergoedingen in bovenstaande tabel van toepassing.

 

**         De specificatie van het landschapselement is beschreven in de desbetreffende aangehechte landschapspakketten.

 

***        Nieuw aan te leggen beplantingen worden ingedeeld in klasse A.

 

****       De minimale jaarlijkse gemeentelijke bijdrage voor onderhoud moet minimaal € 22,69 (¦ 50,00) bedragen.

 

*****      De bijdrage voor landschapsbomen is gebaseerd op verspreid voorkomende solitaire bomen en boomgroepen. Ingeval er sprake is van grotere aaneengesloten beplantingen met land­schapsbomen zal de vergoeding bijgesteld worden en wel als volgt.

            Voor elementen die bestaan uit 100-200 bomen is de vergoeding 75% van het normbedrag en voor elementen die bestaan uit meer dan 200 bomen is de vergoeding 50% van het normbe­drag.

 

Subsidieverordening particulier landschapsbeheer gemeente Bladel

 

Landschapspakket 1: Houtwal/houtsingel/hakhoutbosje

 Wat is een houtwal/houtsingel? Het is een lijnvormig landschapselement van inheemse loofbomen en/of struiken.Het element is maximaal 30 meter breed.Een houtwal onderscheidt zich van een houtsingel door de aanwezigheid van een aarden wal van minimaal 50 cm hoogte.

 Wat is een hakhoutbosje? Het is een vlakvormig landschapselement van inheemse loofbomen en/of struiken die periodiek worden afgezet.

-      Het element is maximaal 50 are groot. Algemene eisen ten aanzien van beheer Geen chemische bestrijdingsmiddelen of meststoffen gebruiken en niet branden in of in de directe omgeving van het element.Het raster bevindt zich op zodanige afstand van het landschapselement, dat schade door vraat en betreding wordt voorkomen.De diameter van het hakhout (uitgezonderd de overstaanders) is maximaal 15 cm op 1,30 meter boven het maaiveld.Het hakhout wordt eenmaal in de 10-15 jaar geheel of gedeeltelijk afgezet op een hoogte van tenminste 15 cm en ten hoogste 30 cm boven de stobbe; in een hakhoutbosje mogen maximaal 3 overstaanders per are worden gehandhaafd.Werkzaamheden worden alleen verricht in de periode tussen 1 november en 1 april.

  Jaarlijkse bijdrage voor beheer

Type element

Jaarlijkse bijdrage per are ** en per type

 

Smalle houtwallen/houtsingels,

breedte tot 10 meter

Brede houtwallen/houtsingels,

 (> 10 m) en hakhoutbosjes

 

1..A: Bedekking hakhout < 50% *

1S.A

5,70 euro

1B.A

3,40 euro

 

1..B: Bedekking hakhout 50-75%

1S.B

6,80 euro

1B.B

4,50 euro

 

1..C: Bedekking hakhout > 75%

1S.C

9,10 euro

1B.C

6,80 euro

 

 

*  

Tot hakhout behoren alle bomen/struiken die op 130 cm boven maaiveld een maximale     

diameter hebben van 15 centimeter en die periodiek worden afgezet. De bedekking wordt    

vastgesteld op basis van de kronenprojectie van het hakhout.

 

** 

De oppervlakte wordt vastgesteld na een meting van de lengte en de breedte. De breedte

wordt gemeten van insteek sloot/greppel tot insteek sloot/greppel. Indien geen sloot/greppel

aanwezig is, wordt gemeten vanaf het raster.

 

 

 

Subsidieverordening particulier landschapsbeheer gemeente Bladel

 

Landschapspakket 2: Elzensingel

 Wat is een elzensingel? Het is een lijnvormig landschapselement en tenminste 80% van de begroeiing bestaat uit zwarte els.Het element is 1,5-2,5 meter breed.Het element wordt beheerd als hakhout*.

 Algemene eisen ten aanzien van beheer Geen chemische bestrijdingsmiddelen of meststoffen gebruiken en niet branden in of in de directe omgeving van het element.Het raster bevindt zich op zodanige afstand van het landschapselement, dat schade door vraat en betreding wordt voorkomen.De diameter van de stammen (uitgezonderd de overstaanders) is maximaal 15 cm op 1,30 meter boven het maaiveld.Eenmaal in de 6-15 jaar wordt het element afgezet op een hoogte van tenminste 15 cm en ten hoogste 50 cm boven de stobbe.Het element bevat maximaal 10 overstaanders (bomen die niet gekapt worden) per 100 meter.Werkzaamheden worden alleen verricht in de periode tussen 1 november en 1 april.

 Jaarlijkse bijdrage voor beheer

Type elzensingel

Jaarlijkse bijdrage per 100 meter per type

2A: 50-150 telgen (> 6 cm **) per 100 meter

18,20 euro

2B: 151-250 telgen (> 6 cm) per 100 meter

29,50 euro

2C: Meer dan 250 telgen (> 6 cm) per 100 meter

36,30 euro

 

*  

Het onderhoud van geschoren elzensingels en elzensingels rondom een boomgaard is niet  

Subsidiabel.

 

**

De diameter wordt gemeten op 130 centimeter boven het maaiveld, ingeval de stam ovaal is

wordt de gemiddelde diameter op basis van twee metingen vastgesteld. Het aantal loten

wordt bepaald op basis van een inventarisatie van het gehele element.

 

Subsidieverordening particulier landschapsbeheer gemeente Bladel

 

Landschapspakket 3: Landschapsboom

 Wat is een landschapsboom? Een inheemse loofboom*, niet zijnde een knotboom, die kenmerkend is voor het gebied en als solitair of in een groep of rij voorkomt op of langs landbouwgronden.

 Algemene eisen ten aanzien van beheer Geen chemische bestrijdingsmiddelen of meststoffen gebruiken en niet branden in of in de directe omgeving van het element.Het raster bevindt zich op zodanige afstand van het landschapselement, dat schade door vraat en betreding wordt voorkomen.De kroon (gemeten vanaf de onderste tak tot de top) is even lang of langer dan de lengte van het takvrij stamstuk (te hoog opgesnoeide bomen komen dus niet voor subsidie in aanmerking).Werkzaamheden worden alleen verricht in de periode tussen 1 augustus en 1 april.

 Jaarlijkse bijdrage voor beheer

Type landschapsboom

Jaarlijkse bijdrage per stuk ***

3A: diameter < 20 cm **

2,30 euro

3B: diameterklasse 20-40 cm

4,50 euro

3C: diameterklasse 41-60 cm

6,80 euro

3D: diameterklasse 61-80 cm

9,10 euro

3E:  diameter > 80 cm

11,30 euro

 

*   

Tot de inheemse landschapsbomen worden gerekend: ruwe en zachte berk, gewone beuk,

gewone es, gewone esdoorn, grauwe abeel, iep, kleinbladige, grootbladige en Hollandse

linde, populier, schietwilg, zomer- of wintereik, zoete kers en zwarte els.

 

** 

De diameter wordt gemeten op 130 centimeter boven het maaiveld, ingeval de stam ovaal is

wordt de gemiddelde diameter op basis van twee metingen vastgesteld.

 

*** 

De bijdrage voor landschapsbomen is gebaseerd op verspreid voorkomende solitaire bomen en     

boomgroepen. Ingeval er sprake is van grotere aaneengesloten beplantingen met

landschapsbomen zal de vergoeding bijgesteld worden en wel als volgt.

Voor elementen die bestaan uit 100-200 bomen is de vergoeding 75% van het normbedrag en voor elementen die bestaan uit meer dan 200 bomen is de vergoeding 50% van het normbedrag.

 

 

Subsidieverordening particulier landschapsbeheer gemeente Bladel

 

Landschapspakket 4: Knotboom

 Wat is een knotboom? Inheemse loofboom, veelal wilg, waarvan de stam periodiek op een hoogte van 1,5-2,5 meter boven maaiveld wordt afgezet (geknot).

 Algemene eisen ten aanzien van beheer Geen chemische bestrijdingsmiddelen of meststoffen gebruiken en niet branden in of in de directe omgeving van het element.Het raster bevindt zich op zodanige afstand van het landschapselement, dat schade door vraat en betreding wordt voorkomen.De boom wordt eenmaal in de 3 tot 6 jaar geknot.Werkzaamheden worden alleen verricht in de periode tussen 1 november en 1 april.

 Jaarlijkse bijdrage voor beheer

Type knotboom

Jaarlijkse bijdrage per stuk

4A: diameter < 20 cm *

2,30 euro

4B: diameterklasse 20-40 cm

3,40 euro

4C: diameterklasse 41-60 cm

6,80 euro

4D: diameterklasse 61-80 cm

9,10 euro

4E: diameter > 80 cm

11,30 euro

 

*  

De diameter wordt gemeten op 130 centimeter boven het maaiveld, ingeval de stam ovaal is

Wordt de gemiddelde diameter op basis van twee metingen vastgesteld.

 

 

Subsidieverordening particulier landschapsbeheer gemeente Bladel

 

Landschapspakket 5: Poel

 Wat is een poel?

-     Een poel is een vlakvormig gegraven natuurelement dat permanent water houdt en gevoed        

      wordt door grond- en regenwater.

 Algemene eisen ten aanzien van beheer Geen chemische bestrijdingsmiddelen of meststoffen gebruiken en niet branden in of in de directe omgeving van het element.Het raster bevindt zich op zodanige afstand van het landschapselement, dat schade door vraat en betreding wordt voorkomen.Geen water onttrekken aan de poel anders dan voor het drenken van vee.Schoningswerkzaamheden verrichten in de periode tussen 1 september en 15 oktober.De waterdiepte is in de diepste delen in de periode van 1 oktober tot 1 april ten minste 0,7 meter.Tenminste 80% van de oppervlakte bestaat uit open water.Maximaal 10% van de oever is begroeid met houtige gewassen.In de poel mag geen vis uitgezet worden en er mogen geen eenden/ganzen in gehouden of gelokt worden.Poel wordt eenmaal in de 6-8 jaar uitgebaggerd.

 Jaarlijkse bijdrage voor beheer

Type poel

Jaarlijkse bijdrage per stuk

5A: poeloppervlakte 100-175 m2 *

40,80 euro

5B: poeloppervlakte 176-300 m2

63,50 euro

5C: poeloppervlakte 301-500 m2

77,10 euro

5D: poeloppervlakte groter dan 500 m2

113,40 euro

 

*   De oppervlakte van de poel bestaat uit de oppervlakte van de poel zelf, gemeten 

     vanaf de insteek van het talud, en de oppervlakte direct rond de poel die in beheer is als onbemest        

     hooiland en/of moeras.