Regeling briefadres gemeente Blaricum 2013

Geldend van 06-07-2013 t/m heden

Intitulé

Regeling briefadres gemeente Blaricum 2013

Het college van Burgemeester en wethouders van de gemeente Blaricum,

gelet op de artikelen 1, 49, 65, 66, 67, 70, 72 en 77 van de Wet gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens (verder genoemd: Wet GBA),

artikel 58 van het Besluit gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens,

de artikelen 32, 33 en 34 van de Regeling gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens,

artikel 4:84 van de Algemene wet bestuursrecht en op de circulaire briefadres (BPR2012/0000306843) van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 1 juni 2012;

overwegende dat het noodzakelijk is om een beleidsregel vast te stellen met betrekking tot de aangifte van een briefadres om het oneigenlijk gebruik van het briefadres tegen te gaan;

besluit vast te stellen:

Regeling briefadres gemeente Blaricum 2013

Deel

Artikel 1 Begrippen

In deze regeling wordt verstaan onder:

1. briefadres (artikel 1 Wet GBA): adres waar voor betrokkene bestemde geschriften in ontvangst worden genomen en waar, indien daartoe grond bestaat, zorg wordt gedragen dat geschriften of inlichtingen daarover, betrokkene bereiken;

2. briefadresgever: de ingezetene in de basisadministratie of bij wie het briefadres wordt gehouden;

3. briefadreshouder: de ingezetene in de basisadministratie die een briefadres houdt;

4. woonadres (artikel 1 Wet GBA):

a. het adres waar betrokkene woont, waaronder begrepen het adres van een woning die zich in een voertuig of vaartuig bevindt, indien het voertuig of vaartuig een vaste stand- of ligplaats heeft, of indien betrokkene op meer dan één adres woont, het adres waar hij naar redelijke verwachting gedurende een half jaar de meeste malen zal overnachten;

b. het adres waar, bij het ontbreken van een adres als bedoeld onder a, betrokkene naar redelijke verwachting gedurende drie maanden ten minste twee derden van de tijd zal overnachten;

5. gezinshuishouden:

a. twee personen die volgens de basisregistratie personen een geregistreerd partnerschap zijn aangegaan of gehuwd zijn, met of zonder kind(eren);

b. twee personen die door het overleggen van een door een notaris opgemaakt samenlevingscontract hebben aangetoond, dat zij een gemeenschappelijke huishouding voeren, met of zonder kind(eren):

c. een alleenstaande ouder met kind(eren).

Artikel 2 Redenen briefadres

Redenen voor de aangifte van een briefadres zijn:

1. het ontbreken van een woonadres vanwege:

a. dak- of thuisloosheid;

b. overbrugging van maximaal drie maanden tussen twee woonadressen;

c. de uitoefening van een ambulant beroep;

d. kort verblijf in het buitenland: gedurende één jaar ten hoogste twee derden van de tijd;

e. korter dan 2 jaar verblijf in het buitenland en varend op een schip dat de thuishaven in Nederland heeft;

2. verblijf in een instelling voor mannen- of vrouwenopvang (blijf-van-mijn-lijfhuizen);

3. verblijf in een instelling als bedoeld in artikel 67, lid 3 (instellingen voor gezondheidszorg, instellingen op het gebied van de kinderbescherming en penitentiaire instellingen) en lid 4 (instelling op het gebied van de Wet maatschappelijke ondersteuning) van de Wet GBA.

Artikel 3 voorwaarden

1. De aangifte wordt in persoon gedaan.

2. De aangever is verplicht om bij de aangifte tot briefadres alle benodigde stukken te overleggen.

3. Onder benodigde stukken als bedoeld in het tweede lid wordt in ieder geval verstaan:

a. een geldig identiteitsbewijs;

b. de schriftelijke verklaring van de aangever met reden voor de aangifte en de te verwachte periode dat het briefadres noodzakelijk is in geval van artikel 2, lid 1b, d en e;

c. een geldig identiteitsbewijs of een kopie ervan en een schriftelijke verklaring van instemming van degene bij wie het briefadres wordt gehouden;

d. een ingevulde en ondertekende vragenlijst briefadres, als het briefadres gevraagd wordt op grond van artikel 2, eerste lid.

4. De briefadresgever die als ingezetene in de GBA ingeschreven staat, kan maximaal aan twee gezinshuishoudens of twee alleenstaanden toestemming geven om een briefadres op zijn of haar woonadres te houden.

Artikel 4 Onvolledige aangifte

1. De aangifte is volledig indien alle benodigde gegevens, zoals bedoeld in artikel 3, tweede en derde lid, zijn ingeleverd.

2. Als één of meer gegevens ontbreken, dan wordt de aangever in de gelegenheid gesteld binnen veertien dagen het verzuim te herstellen en de aangifte alsnog aan te vullen.

3. Indien de aangifte niet binnen de, in het vorige lid bepaalde termijn kan worden aangevuld, dan kan, op verzoek van de aangever, de termijn eenmalig verlengd worden met veertien dagen.

4. Indien de aangifte niet binnen veertien dagen na aangifte, aangevuld wordt of uitstel gevraagd wordt, wordt de aangifte buiten behandeling gesteld.

Artikel 5 Weigeringsgronden

Het is in ieder geval niet mogelijk om ingeschreven te worden op een briefadres, indien:

1. de aangever een woonadres heeft;

2. de aangever, niet varend is op een schip dat zijn thuishaven in Nederland heeft, en langer dan acht maanden gedurende één jaar in het buitenland verblijft;

3. de aangever varend is op een schip dat zijn thuishaven in Nederland heeft en langer dan twee jaar in het buitenland verblijft;

4. er een onderzoek loopt naar de verblijfplaats van de briefadresgever;

5. het briefadres een adres betreft waarop reeds aan twee alleenstaanden of twee gezinshuishoudens een briefadres is verleend;

6. het briefadres geen bestaand adres betreft;

7. het briefadres een postbus is.

Artikel 6 Termijn briefadres

1. In de situatie als bedoeld in artikel 2, eerste lid, sub b mag een briefadres worden gekozen voor de duur van maximaal drie maanden.

2. In de situatie als bedoeld in artikel 2, eerste lid, sub d en e mag een briefadres worden gekozen voor de duur van maximaal de periode dat aangever buiten Nederland zal verblijven.

3. Als de aangever voor het aflopen van de termijn als bedoeld in het tweede lid geen woonadres heeft gekozen, dient betrokkene op grond van artikel 68, lid 1, schriftelijke aangifte van vertrek te doen.

4. In de situatie als bedoeld in artikel 2, eerste lid, sub b kan de termijn voor een briefadres eenmalig met maximaal drie maanden verlengd worden.

5. De aanvraag voor verlenging van het briefadres wordt beoordeeld met inachtneming van de artikelen 2, 3 en 5.

6. Onverminderd hetgeen is bepaald in het eerste tot en met het vijfde lid, is degene waarop het briefadres betrekking heeft gehouden om binnen vijf dagen na de wijziging van zijn adres hiervan aangifte te doen bij de gemeente waar hij zijn nieuwe adres heeft.

Artikel 7 Hardheidsclausule

Als vanwege bijzondere omstandigheden een strikte toepassing van het bepaalde in deze regeling zou leiden tot een onbillijkheid, kan worden afgeweken van het bepaalde in deze regeling.

Artikel 8 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking op de eerste dag na de bekendmaking in de “Hei en Wei”.

Artikel 9 Citeerregeling

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling briefadres gemeente Blaricum 2013.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van 23 april 2013.
de secretaris, de burgemeester,