Algemene verordening ondergrondse infrastructuren

Geldend van 24-06-2014 t/m heden

Intitulé

Algemene verordening ondergrondse infrastructuren

De Raad van de gemeente Blaricum;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Blaricum d.d. 8 april 2014;

gelet op artikel 1 van de Belemmeringenwet Privaatrecht, artikelen 5.2 en 5.4, vierde lid, van de Telecommunicatiewet en artikelen 149, 154, 156 en 229 van de Gemeentewet;

Besluit:

vast te stellen de volgende verordening: “Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren” inzake werkzaamheden in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels en/of leidingen, welke luidt als volgt:

Deel

In deze verordening wordt verstaan onder:

a. college van college van burgemeester en wethouders van de gemeente

burgemeester en Blaricum; wethouders

b. net of netwerk samenstel van ondergrondse kabel(s) en/of leiding(en), bestemd voor

het transport van vaste, vloeibare of gasvormige stoffen, van energie of

van informatie (een elektronisch communicatienetwerk als bedoeld in artikel 1.1. onder e en h van de Telecommunicatiewet);

c. kabels en/of leidingen kabels en/of leidingen als onderdeel van een openbaar net(werk),

daaronder mede begrepen de daarmee verbonden transformator-, schakel-, verdeel- en onderstations, voorzieningen (afsluiters, brandkranen, lassen, etc.) en andere hulpmiddelen, behoudens voor zover deze verbindingen en hulpmiddelen liggen binnen de installatie van een producent of van een afnemer en tevens omvattende lege buizen, ondergrondse ondersteuningswerken en beschermingswerken; voorbeelden van deze kabels en leidingen zijn kabels als bedoeld in de Telecommunicatiewet, elektriciteitskabels (koppel-, transport- en distributiekabels), gasleidingen en waterleidingen (transport-, distributie- en dienstleidingen) en kabels en leidingen ten behoeve van industriële netwerken;

d. bovengrondse transformator-, schakel-, verdeel- en onderstations die onderdeel

voorzieningen uitmaken van een net of netwerk, als bedoeld in onderdeel b. van dit artikel, die bovengronds in de openbare ruimte worden geplaatst en waarvoor geen omgevingsvergunning is vereist;

e. huisaansluiting het gedeelte van de kabel en/of leiding dat een netwerk verbindt met

een netwerkaansluitpunt ten behoeve van een onroerende zaak als

bedoeld in artikel 16, onderdelen a tot en met d, van de Wet Waardering

Onroerende Zaken;

f. openbare gronden openbare gronden, als genoemd in artikel 1.1, onder

aa, van de Telecommunicatiewet;

g. netbeheerder de rechtspersoon die acteert als beheerder van een net of netwerk voor de levering van elektriciteit, gas, water, aardwarmte of WKO (Warmte Koude Opslag), dan wel aanbieder is van een (al dan niet openbaar) elektronisch communicatienetwerk; h. grondroerder degene, waaronder de netbeheerder, onder wiens verantwoordelijkheid werkzaamheden worden verricht;

i. gedoogplichtige degene op wie een gedoogplicht rust als bedoeld in artikel 1 van de

Belemmeringenwet Privaatrecht, in artikel 5.2, eerste lid,

van de Telecommunicatiewet, een publiekrechtelijke vergunning of

een privaatrechtelijke overeenkomst;

j. coördinatieverplichting de coördinerende rol van de gemeente over de aanleg, instandhouding en opruiming van alle kabels en/of leidingen in de gehele openbare grond binnen de gemeentelijke grenzen;

k. werkzaamheden handmatige en/of mechanische (graaf)werkzaamheden (inclusief het

opbreken en herstel van de sleufverharding) en sleufloze technieken

(boringen en persingen) in de openbare grond in verband met de

aanleg, instandhouding en opruiming van kabels en/of leidingen;

l. spoedeisende reparatie of onderhoudswerk waarvan uitstel niet mogelijk is als een

werkzaamheden ernstige belemmering of storing in de dienstverlening via het betreffende net is opgetreden;

m. werkzaamheden van het aanbrengen of verwijderen van kabels en/of leidingen in reeds

minder ingrijpende aard aangebrachte voorzieningen (mantelbuizen);

reparaties of onderhoudswerk aan kabels en/of leidingen over een gezamenlijke tracélengte tot vijfentwintig (25) meter en niet vallend onder onderdeel l. van dit artikel en waarbij geen wegen, watergangen of groenvoorzieningen volledig worden gekruist;

het maken van huisaansluitingen, waarbij geen wegen, watergangen of groenvoorzieningen volledig worden gekruist, tot een gezamenlijke tracélengte van vijfentwintig (25) meter; het maken van een montagegat c.q. lasgat; een opbreking met beperkte afmeting, maximaal 2 m², die wordt gemaakt t.b.v. de toegang tot een handhole en/of distributiepunt, plaatsen van afsluiters, het opgraven van een kabelrol t.b.v. huisaansluitingen, voor het herstellen van kabel c.q. leidingstoringen of voor inspectiedoeleinden;

n. instemmingsbesluit besluit van het college van burgemeester en wethouders op een aanvraag van voorgenomen werkzaamheden;

o. werken een constructie of werkzaamheden, niet zijnde een gebouw, die op de

plaats van bestemming hetzij direct of indirect met de grond verbonden

is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;

p. niet-openbare kabels kabels en/of leidingen (dan wel het netwerk waartoe deze behoren) die

en/of leidingen niet gebruikt worden om openbare (voor het publiek beschikbare)

diensten aan te bieden;

q. marktconforme kosten kosten zoals deze onder normale omstandigheden in een

markteconomie op de desbetreffende markt worden gemaakt;

r. breekverbod verbod voor het uitvoeren van werkzaamheden in de

grond, geldend onder andere bij extreme weersomstandigheden of bij

evenementen;

s. uitvoeringsvoorschriften uitvoeringsvoorschriften volgens het Handboek Kabels & Leidingen van

de Gemeenten Blaricum, Eemnes en Laren;

t. omwonenden de bewoners en bedrijfsmatige gebruikers van alle percelen, grenzend

aan het tracé van kabels en/of leidingen;

u. registratiesysteem geautomatiseerd systeem van de gemeente waarin meldingen en instemmingen van werkzaamheden aan kabels en/of leidingen en alles wat daarmee samenhangt worden verwerkt door of namens de gemeente en/of de grondroerder.

Artikel 2 Toepasselijkheid

Deze verordening bevat de procedures en voorschriften voor de aanleg, instandhouding (inclusief het nemen van maatregelen, waaronder het verplaatsen) en opruiming van kabels en/of leidingen in of op openbare gronden.

Artikel 3 Nadere regels

Het is verboden om af te wijken van de door het college van burgemeester en wethouders vastgestelde nadere regels. Deze nadere regels hebben in ieder geval betrekking op: het tijdstip, de plaats en de wijze van uitvoering bij de aanleg, onderhoud, verplaatsing en opruiming van kabels en/of leidingen; het bevorderen van het medegebruik van voorzieningen; het opstellen van voorschriften op het gebied van markering en afzetting; het toepassen van proefsleuven.

Hoofdstuk 2: Aanvragen en melden van werkzaamheden

Artikel 4 Instemmingsvereiste

Het is verboden zonder of in afwijking van een door het college van burgemeester en wethouders genomen instemmingsbesluit omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden, medegebruik van voorzieningen en de afstemming van voorgenomen werkzaamheden met overige netbeheerders, kabels en/of leidingen in of op openbare gronden aan te leggen, in stand te houden of op te ruimen en/of bovengrondse voorzieningen te plaatsen. Voor het verrichten van spoedeisende werkzaamheden of werkzaamheden van minder ingrijpende aard, als bedoeld in onderdeel l. respectievelijk m. van artikel 1, is geen instemming, als bedoeld in het eerste lid, noodzakelijk, maar kan worden volstaan met een (digitale) melding vooraf aan het college van burgemeester en wethouders. Het instemmingsbesluit vervalt binnen één jaar na de datum waarop het besluit onherroepelijk is geworden. Het in het eerste lid opgenomen verbod is niet van toepassing op werkzaamheden van de gemeente bij het uitvoeren van haar publiekrechtelijke taak.

Artikel 5 Aanvragen en melden

Een grondroerder die werkzaamheden wil verrichten, vraagt daarvoor een instemmingsbesluit, als bedoeld in artikel 4, aan bij het college van burgemeester en wethouders. Een grondroerder die werkzaamheden wil verrichten kan hierover vooroverleg voeren met het college van burgemeester en wethouders ten einde de aanvraag, als bedoeld in het eerste lid, voor te bereiden. Als de werkzaamheden ook betrekking hebben op gronden van een andere gedoogplichtige dan de gemeente Blaricum wordt uiterlijk vier weken na ontvangst van de aanvraag, als genoemd in het eerste lid, het college van burgemeester en wethouders schriftelijk in kennis gesteld van de uitkomsten van het (voor)overleg tussen de grondroerder en de overige gedoogplichtige(n). Werkzaamheden van minder ingrijpende aard, als bedoeld in onderdeel m. van artikel 1, dienen drie (3) werkdagen voorafgaand aan de start van de werkzaamheden gemeld te worden. Spoedeisende werkzaamheden, als bedoeld in onderdeel l. van artikel 1, dienen voorafgaand aan de start van de werkzaamheden gemeld te worden. Als een melding vooraf niet mogelijk is, moet de melding uiterlijk binnen één werkdag na de start van de uitvoering gemotiveerd worden gedaan aan het college van burgemeester en wethouders. Indien achteraf blijkt dat de uitgevoerde werkzaamheden instemmingsplichtig zijn, dient er alsnog een instemmingsbesluit aangevraagd te worden. Als werkzaamheden worden verricht in de gebieden die staan aangegeven op een bij deze verordening behorende en als zodanig gewaarmerkte, kaart zijn de uitzonderingsbepalingen voor spoedeisende werkzaamheden of werkzaamheden van minder ingrijpende aard, als bedoeld in artikel 4 lid 2 en het vijfde lid van dit artikel, niet van toepassing. Het melden van aanvang en einde werkzaamheden dient te gebeuren conform de uitvoeringsvoorschriften.

Artikel 6 Gegevensverstrekking

Voor het aanvragen van een instemmingsbesluit, als bedoeld in artikel 4, eerste lid, dient gebruik te worden gemaakt van daartoe door het college van burgemeester en wethouders vastgestelde (digitale) formulieren en/of registratiesysteem. Bij een aanvraag voor een instemmingsbesluit, als bedoeld in artikel 4, eerste lid, dienen de volgende gegevens te worden verstrekt: een uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel van de netbeheerder bij de eerste aanvraag van ieder kalenderjaar; een schriftelijke machtiging als het een aanvraag betreft voor de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels en/of leidingen voor of namens een netbeheerder; naam-, adres- en woonplaatsgegevens van de eigenaar, beheerder en exploitant van de kabels en/of leidingen en van de (onder)aannemer(s) die belast zijn met de werkzaamheden, alsmede de naam en telefoonnummer van de uitvoerder, zijnde een Nederlands sprekende contactpersoon voor de werkzaamheden; een opgave van het aantal, de soort en het beoogde gebruik van de kabels en/of leidingen; welke belanghebbenden en instanties vooraf in kennis worden gesteld van de voorgenomen datum van aanvang, beëindiging en aard van de werkzaamheden; een uitvoeringsplan met daarin opgenomen: - een (digitale) GBKN tekening (DWG- of PDF-formaat) met legenda en eenduidige en volledige maatvoering (RD-coördinaten) met daarop aangegeven een opgave van het gewenste tracé;- de resultaten van het haalbaarheidsonderzoek betreffende de beschikbare ruimte; - de maatregelen die de bereikbaarheid van in de openbare gronden aanwezige kabels en/of leidingen waarborgen; - een opgave van de objecten (bovengrondse voorzieningen en de afmetingen daarvan, handholes en/of distributiepunten, brandkranen, etc.), zowel van permanente als tijdelijke aard, die ten tijde van de werkzaamheden worden geplaatst en de situering daarvan op de tekening; - de doorsnede van de kabel en/of leiding(goot) en lengte en breedte van de te graven sleuf; - een omschrijving van eventuele opbrekingen; - het voorgenomen tijdstip van aanvang en beëindiging van de werkzaamheden. Indien de werkzaamheden betrekking hebben op kabels van elektronische communicatienetwerken dienen, aanvullend op het tweede lid, bij de aanvraag tevens de volgende gegevens te worden verstrekt: een opgave van het aantal kabels dat direct in gebruik wordt genomen en een opgave van het aantal kabels dat niet direct in gebruik wordt genomen.

Bij een melding, als bedoeld in artikel 4, tweede lid (spoedeisende werkzaamheden en werkzaamheden van minder ingrijpende aard), dienen de volgende gegevens te worden verstrekt: een schriftelijke machtiging indien het een aanvraag betreft voor de aanleg, instandhouding of opruiming van kabels en/of leidingen voor of namens een netbeheerder; naam, adres en woonplaatsgegevens van de eigenaar, beheerder en exploitant van de kabels en/of leidingen, naam en adres van de (onder)aannemer(s) die belast zijn met de werkzaamheden, alsmede de naam en telefoonnummer van de uitvoerder, zijnde een Nederlands sprekende contactpersoon voor de werkzaamheden; het adres van de graaflocatie; de dagtekening van de melding; de lengte van de sleuf die wordt opengebroken; het oppervlak dat wordt opengebroken indien het alleen een montagegat betreft. Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels stellen inzake de te verstrekken gegevens alsmede over de wijze waarop die dienen te worden verstrekt.

Artikel 7 Termijnen

Een beslissing op een aanvraag voor een instemmingsbesluit wordt genomen uiterlijk acht weken na de dag van ontvangst van de aanvraag. De aanvraag voor een instemmingsbesluit voor werkzaamheden ten behoeve van een openbaar elektronisch communicatienetwerk geldt als melding als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, onderdeel a van de Telecommunicatiewet. Betreft het een aanvraag waarbij meerdere gedoogplichtigen zijn betrokken dan beslist het college van burgemeester en wethouders binnen acht weken na de dag van ontvangst van de volledige aanvraag. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid, houdt het college van burgemeester en wethouders de beslissing aan, indien er in verband met de voorgenomen werkzaamheden een of meerdere vergunning(en), ontheffing(en) of toestemming(en) op grond van overige wetgeving is of zijn vereist. Behalve als de beschikking op een aanvraag van de vergunning(en), ontheffing(en) of toestemming(en) al is gegeven en de in artikelen 6:7 en 6:9 Algemene wet bestuursrecht genoemde termijnen zijn verstreken zonder dat bezwaren zijn ingediend. Deze aanhouding eindigt na afloop van de bezwarentermijn, tenzij er bezwaren zijn ingediend en tevens is verzocht om een voorlopige voorziening; in dat geval eindigt de aanhouding met ingang van de dag nadat op dat verzoek is beslist. Indien een beschikking niet binnen acht weken kan worden gegeven, deelt het college van burgemeester en wethouders dit schriftelijk aan de aanvrager mede en noemt het daarbij een redelijke termijn waarbinnen de beschikking wel tegemoet kan worden gezien. Paragraaf 4.1.3.3. van de Algemene wet bestuursrecht (positieve beschikking bij niet tijdig beslissen) is niet van toepassing.

Artikel 8 Voorschriften en beperkingen

Het bepaalde in dit artikel geldt niet indien hierin reeds is voorzien in de Telecommunicatiewet. Het college van burgemeester en wethouders kan aan het instemmingsbesluit en aan meldingsplichtige werkzaamheden nadere voorschriften of beperkingen verbinden in het belang van: de openbare orde; veiligheid, waaronder mede verstaan wordt de verkeersveiligheid en/of een goede doorstroming van het verkeer; het voorkomen of beperken van schade of overlast; waaronder mede verstaan wordt de bescherming van eventuele archeologische vondsten, van groenvoorzieningen, bomen en beplantingen en van het uiterlijke aanzien van de omgeving; de bereikbaarheid van gronden of gebouwen; waaronder mede verstaan wordt het veilig en doelmatig gebruik van openbare gronden en gebouwen en het doelmatig beheer en onderhoud ervan en het belang van nader aan te geven grote lokale evenementen als weekmarkten en kermissen; de ondergrondse ordening, waaronder mede verstaan wordt het zo min mogelijk hinder veroorzaken voor reeds in de grond aanwezige werken en het niet in gevaar brengen of zonder noodzaak bemoeilijken van deze werken, waaronder mede verstaan worden werken ten behoeve van de riolering en de levering of het transport van elektronische informatie, gas, water en elektriciteit. De voorschriften of beperkingen, zoals genoemd in het eerste lid, kunnen slechts betrekking hebben op: het tijdstip, de plaats en wijze van uitvoering bij de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels en/of leidingen; het medegebruik van voorzieningen, zoals kabelgoten en geleidingen, die door derden of de gemeente Blaricum tegen marktconforme prijzen ter beschikking worden gesteld; afstemming met betrekking tot overige in de grond aanwezige werken; een zekerheidsstelling voor de nakoming van verplichtingen die gesteld zijn bij de voorschriften en beperkingen aan het instemmingsbesluit; afmetingen van kasten en andere toebehoren behorende bij het netwerk. De grondroerder dient omwonenden, zoals bedoeld in onderdeel t. van artikel 1, ter plaatse van de uit te voeren werkzaamheden schriftelijk te informeren over aanvang, duur, aard en plaats van de werkzaamheden. De wijze van uitvoering bij de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels en/of leidingen en medegebruik van voorzieningen moet gebeuren conform in de gemeente van toepassing zijnde uitvoeringsvoorschriften zoals bedoeld in onderdeel s. van artikel 1. De grondroerder is verplicht na het einde van de werkzaamheden de grond, eventuele verhardingen en beplanting terug te brengen in de oude staat, tenzij het college van burgemeester en wethouders vooraf heeft aangegeven hier (gedeeltelijk) zelf zorg voor te willen dragen. De grondroerder draagt de marktconforme kosten voor herstel (inclusief onderhoudstermijn) die gebaseerd zijn op de vigerende VNG richtlijn “Tarieven (graaf)werkzaamheden Telecom” en de daarbij behorende “Tarieven (her)straatwerkzaamheden kabels- en/of leidingwerken” en van de eventueel door de gemeente ter beschikking gestelde voorzieningen. Indien na groot onderhoud of herinrichting van openbare gronden een grondroerder werkzaamheden moet uitvoeren, verlangt het college van burgemeester en wethouders conform de uitvoeringsvoorschriften specifiek schadeherstel ten einde de situatie terug te brengen in de oude staat. Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een instemmingsbesluit en meldingen zijn leges verschuldigd conform de vigerende Legesverordening van de gemeente Blaricum.

Artikel 9 (Mede)gebruik van voorzieningen en vooroverleg

Een grondroerder maakt op verzoek van het college van burgemeester en wethouders bij de aanleg of instandhouding van kabels en/of leidingen in openbare gronden zoveel mogelijk (mede)gebruik van bestaande, hetzij door overige netbeheerders dan wel door of in opdracht van het college van burgemeester en wethouders aangelegde, voorzieningen. Indien dit technisch haalbaar is en medegebruik geen belemmering vormt voor de veiligheid, toegankelijkheid en leveringszekerheid. Het vooroverleg als bedoeld in artikel 5, tweede lid, dan wel een door het college van burgemeester en wethouders geïnitieerd overleg naar aanleiding van een aanvraag als bedoeld in artikel 5, eerste lid, is er mede op gericht te bepalen of en zo ja langs welke delen van het tracé gebruik kan worden gemaakt van bestaande voorzieningen als bedoeld in het eerste lid. Indien een netbeheerder een redelijk aanbod wordt gedaan om gebruik te maken van vooraangelegde voorzieningen, zoals mantelbuizen, kabelgoten of kabel- en leidingentunnels, is de netbeheerder verplicht om voor de aanleg of uitbreiding van zijn netwerk van deze voorzieningen gebruik te maken. Indien de openbare gronden geen ruimte bieden voor de aanleg van nieuwe kabels en/of leidingen, dient de grondroerder een alternatief tracé te kiezen.

Hoofdstuk 3: Overige bepalingen

Artikel 10 Nadeelcompensatie

Het bepaalde in dit artikel geldt niet indien hierin reeds is voorzien in de Telecommunicatiewet. Op het nemen van maatregelen, waaronder het verplaatsen, ten aanzien van kabels en/of leidingen in of op openbare gronden gelden de volgende bepalingen (tenzij en voor zover daarover andersluidende afspraken zijn overeengekomen tussen partijen): De netbeheerder is verplicht op aanwijzing van de gemeente over te gaan tot het nemen van maatregelen, waaronder het verplaatsen, ten aanzien van kabels en/of leidingen ten dienste van zijn netwerk; Eventuele nadeelcompensatie wordt verleend op basis van een publiekrechtelijke regeling of schriftelijk vastgelegde (privaatrechtelijke) afspraken; Nadeelcompensatie wordt verder uitsluitend verleend op basis van een gespecificeerd kostenoverzicht; Het college van burgemeester en wethouders en de netbeheerder zullen bij verwijdering, verlegging of aanpassing van kabels en/of leidingen elkaars schade zo veel mogelijk beperken; Na een aanwijzing tot het nemen van maatregelen ten aanzien van kabels en/of leidingen gaat de netbeheerder zo snel mogelijk over tot de uitvoering, doch niet later dan zestien (16) weken na de datum van ontvangst van de aanwijzing.

Artikel 11 Breekverbod

Als er sprake is van extreme weersomstandigheden of tijdens bijvoorbeeld evenementen is het college van burgemeester en wethouders bevoegd een breekverbod in te stellen. De vaststelling dat er sprake is van extreme weersomstandigheden is een bevoegdheid van het college van burgemeester en wethouders. Het college van burgemeester en wethouders besluit over beëindiging van het breekverbod. Indien er sprake is van een breekverbod is het verboden werkzaamheden uit te voeren in de openbare grond en/of bestrating. Het breekverbod is niet van toepassing in geval van spoedeisende werkzaamheden ten gevolge van een ernstige belemmering of storing en waarvan uitstel niet mogelijk is.

Artikel 12 Eigendom

Indien eigendom, exploitatie of beheer van de kabel en/of leiding wordt overgedragen aan een andere netbeheerder, gaan de rechten en plichten volgens deze verordening die betrekking hebben op de kabel en/of leiding van rechtswege over op de nieuwe netbeheerder. De netbeheerder stelt het college van burgemeester en wethouders onverwijld in kennis van het feit dat het eigendom, de exploitatie of het beheer van de kabel of leiding verandert. Op het eigendom van de kabels en/of leidingen zijn de desbetreffende wettelijke bepalingen van toepassing.

Artikel 13 Niet-openbare kabels en/of leidingen

Bij werkzaamheden in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van niet-openbare kabels en/of leidingen in openbare gronden is het bepaalde in deze verordening van overeenkomstige toepassing. Het opnemen van het eerste lid van dit artikel in deze verordening houdt geen gedoogplicht in voor de gemeente Blaricum met betrekking tot niet-openbare kabels en/of leidingen.

Artikel 14 Informatieplicht

De netbeheerder stelt het college van burgemeester en wethouders, met uitzondering van het geregelde in de Telecommunicatiewet, onverwijld en schriftelijk in kennis van het feit dat een kabel en/of leiding niet langer ten dienste staat van een net of netwerk in of op openbare gronden. In dit kader kan van de netbeheerder, met uitzondering van het geregelde in de Telecommunicatiewet, een overzicht van alle (niet) in gebruik zijnde kabels en/of leidingen worden verlangd. De bewijslast van ingebruikname ligt bij de netbeheerder.

Artikel 15 Overleg

Het college van burgemeester en wethouders organiseert periodiek een overleg, waarvoor in elk geval de bij de gemeente Blaricum bekende netbeheerders en andere betrokken of belanghebbende partijen worden uitgenodigd. In dit overleg worden de plannen van de gemeente Blaricum en van de diverse netbeheerders en andere betrokken of belanghebbende partijen besproken en eventueel afgestemd in het kader van de bepalingen van deze verordening.

Hoofdstuk 4: Handhavings- en toezichtbepalingen

Artikel 16 Toezicht en handhaving

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de bij besluit van het college van burgemeester en wethouders aangewezen personen. Indien het college van burgemeester en wethouders vaststelt dat de verplichtingen van deze verordening niet zijn nagekomen, kan het college van burgemeester en wethouders besluiten handhavend op te treden met inachtneming van de bepalingen zoals vastgelegd in de Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 17 Naleving voorschriften

Indien een grondroerder zich niet houdt aan de voorschriften en beperkingen uit het instemmingsbesluit, kan het college van burgemeester en wethouders het instemmingsbesluit intrekken. Wanneer het college van burgemeester en wethouders een besluit neemt op grond van het eerste lid, kan het college van burgemeester en wethouders verlangen dat de oorspronkelijke situatie wordt hersteld op grond van een besluit inhoudende een last onder dwangsom of een last onder bestuursdwang.

Artikel 18 Bevoegdheid college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd de werkzaamheden stil te leggen, indien er wordt gewerkt:

zonder voorafgaande aanvraag of melding, als bedoeld in artikel 5 van deze verordening; zonder instemmingsbesluit of zonder toestemming ingeval van meldingsplicht; in afwijking van de uitvoeringsvoorschriften; in afwijking van de voorschriften uit het instemmingsbesluit; in strijd met het geldende breekverbod.

Hoofdstuk 5: Overgangs- en slotbepalingen

Artikel 19 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na bekendmaking. Op de datum van inwerkingtreding van de in het eerste lid genoemde verordening wordt de huidige Telecommunicatieverordening 2008 gemeente Blaricum, zoals vastgesteld in de raadsvergadering van 23-09-2008 ingetrokken.

Artikel 20 Overgangsbepalingen

De in stand te houden kabels en/of leidingen in of op openbare gronden, voor zover deze zijn gemeld of aangevraagd en aangelegd met toepassing van verleende vergunningen, instemmingsbesluiten en/of op basis van andere aantoonbare en gelegaliseerde afspraken met de gemeente, zoals die hebben gegolden tot de inwerkingtreding van deze verordening, worden per ingang van deze verordening eveneens beheerst door de regels van deze verordening. Op aanvragen, als bedoeld in het eerste lid, waarop bij de inwerkingtreding van deze verordening nog niet is beslist, wordt met toepassing van deze verordening een beslissing genomen.

Artikel 21 Hardheidsclausule

Het college van burgemeester en wethouders heeft de bevoegdheid op grond van afweging van de te behartigen belangen en met in acht name van de redelijkheid en billijkheid in incidentele en te motiveren gevallen af te wijken van de bepalingen van deze verordening.

Artikel 22 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als:

"Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren gemeente Blaricum 2014".

Ondertekening

Aldus vastgesteld door de Raad van de gemeente Blaricum
in zijn openbare vergadering van 20 mei 2014.
De griffier, de voorzitter,

Bijlage Bijlagen

Handboek Kabels en Leidingen BEL Combinatie 2014

Toelichting Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren Blaricum