Regeling vervallen per 01-01-2020

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Bloemendaal; gelet op artikel 5 van de Bezoldigingsverordening; gelet op het advies de commissie voor Georganiseerd Overleg; b e s l u i t : vast te stellen de navolgende REGELING FUNCTIEWAARDERING GEMEENTE BLOEMENDAAL 2006

Geldend van 03-02-2006 t/m 31-12-2019 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2006

Intitulé

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Bloemendaal; gelet op artikel 5 van de Bezoldigingsverordening; gelet op het advies de commissie voor Georganiseerd Overleg; b e s l u i t : vast te stellen de navolgende REGELING FUNCTIEWAARDERING GEMEENTE BLOEMENDAAL 2006

REGELING FUNCTIEWAARDERING GEMEENTE BLOEMENDAAL 2006

Algemeen

artikel 1

  • 1. Deze regeling is van toepassing op de ambtenaar in de zin van de CAR/UWO en op de werknemer waarmee een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht is afgesloten omdat betrokkene een zodanige arbeidstijd heeft dat deze geen deelnemer aan de IZA-regeling kan zijn.

  • 2. Waar in de regeling taalkundig de mannelijke uitdrukkingsvorm wordt gebruikt is daaraan tevens nevenschikkend de vrouwelijke uitdrukkingsvorm.

artikel 2

In deze regeling wordt verstaan onder:

A.Organisatie:

Het geheel van vastgelegde doelstellingen, taken, organisatiestructuur en formatie

B.Organieke functie:

Het geheel van werkzaamheden dat uit de doelstelling en taken van de organisatie is af te leiden en dat door één of meerdere medewerkers is te verrichten;

C.Format:

De standaardindeling voor de opbouw van het functieprofiel

D.Functiefamilie:

Een groep functies met een gemeenschappelijk grondpatroon

E.Functieprofiel:

Het op geordende wijze inhoudelijk weergeven van een organieke functie;

F.Bandbreedte:

Het verschil in zwaarte tussen de functies onderling in een functiefamilie

G.Functiewaarderingssysteem:

het in de bijlage opgenomen OFS 2000,- inclusief de conversietabel van de gemeente Bloemendaal;

H.Conversietabel:

tabel die de relatie aangeeft tussen de hoofdgroepen en scores voor gezichtspunten enerzijds en de salarisschalen anderzijds;

I.Dienst:

de Bestuursdienst;

J.Hoofd van dienst:

de directeur / gemeentesecretaris;

K.Afdeling:

een organisatorische eenheid van de Bestuursdienst, aangewezen door de burgemeester en wethouders en genoemd in artikel 3 van de Organisatieverordening;

L.Afdelingshoofd :

het hoofd van een afdeling;

M.Personeelsfunctionaris:

medewerker van het team Personeel en Organisatie belast met de begeleiding van de functiewaardering;

N.Centrales van overheidspersoneel:

een organisatie die in de commissie voor Georganiseerd Overleg is vertegenwoordigd;

O.Waarderingscommissie:

een commissie belast met het uitbrengen van advies over de waardering van alle functies bij de gemeente;

P.Bezwarencommissie:

een commissie belast met het uitbrengen van advies over ingediende bezwaren tegen een besluit m.b.t. de functiewaardering.

artikel 3

  • 1. Van alle bij de gemeente Bloemendaal voorkomende organieke functies zal de waarde worden vastgesteld volgens het OFS-2000.

  • 2. Het bepaalde in het vorige lid geldt niet ten aanzien van functies waarvoor de bezoldiging bij of krachtens wet of een afzonderlijke regeling is vastgesteld.

artikel 4

  • 1. Uit oogpunt van coördinatie wordt een commissie ingesteld bestaande uit afdelingshoofden die belast wordt met het beschrijven van functieprofielen volgens het daarvoor opgestelde format. De commissie staat onder voorzitterschap van de directeur. Een personeelsfunctionaris treedt op als coördinator van het geheel en draagt bij aan het beschrijven van functieprofielen.

  • 2. Het format van het functieprofiel omvat de onderdelen functiefamilie,plaats in de organisatie, functieprofiel, bandbreedte, indicatie van kennis en vaardigheid en competenties.

  • 3. De ambtenaar wordt inzage gegeven in het voor hem opgestelde functieprofiel voordat deze door burgemeester en wethouders wordt vastgesteld.

    De ambtenaar kan zijn opmerkingen met betrekking tot het functieprofiel schriftelijk aan burgemeester en wethouders kenbaar maken.

  • 4. Het college van burgemeester en wethouders stelt de functieprofielen vast op voorstel van het hoofd van dienst, zulks binnen een termijn van een maand na ontvangst van het voorstel.

  • 5. Het college van burgemeester en wethouders stelt vervolgens de functieprofielen ter waardering in handen van de waarderingscommissie.

artikel 5

Indien wezenlijke blijvende veranderingen in de organisatie, taken en/of functies naar het oordeel van de directeur of een een afdelingshoofd daartoe aanleiding geven, draagt hij zorg voor aanpassing van het organisatieschema en/of van de betrokken functieprofiel(en).

Het bepaalde in artikel 4 is van overeenkomstige toepassing.

artikel 6

  • 1. De waarderingscommissie wordt gevormd door:

    • a.

      . hoofd van dienst

    • b.

      afdelingshoofden

    • c.

      twee door de commissie voor Georganiseerd Overleg aan te wijzen ambtenaren van de Bestuursdienst.

  • 2. In voorkomende gevallen kunnen de bevoegde organen onder a.,b. en c. een plaatsvervanger aanwijzen.

  • 3. Als voorzitter van de commissie fungeert het hoofd van dienst.

  • 4. Als secretaris van de commissie wordt een personeelsfunctionaris toegevoegd. Deze wordt aangewezen door burgemeester en wethouders.

  • 5. De waarderingscommissie kan haar werkwijze vastleggen in een reglement.

  • 6. De waarderingscommissie kan deskundigen en informanten horen.

  • 7. De waarderingscommissie vergadert niet wanneer één van de genoemde leden in lid 1 dan wel lid 2 van dit artikel niet aanwezig is.

  • 8. De vergaderingen van de waarderingscommissie zijn niet openbaar.

  • 9. De waarderingscommissie komt één keer per jaar bijeen.

  • 10. De waarderingscommissie neemt een besluit bij meerderheid van stemmen. Indien het advies niet unaniem is, wordt ook het minderheidsstandpunt bijgevoegd.

Artikel 7

De waarderingscommissie brengt op basis van de vastgestelde functieprofielen aan het college van burgemeester en wethouders een schriftelijk waarderingsadvies uit volgens de in artikel 3,lid 1, bedoelde methode.

artikel 8

  • 1. Burgemeester en wethouders stellen het niveau van de organieke functie vast, rekening houdend met het waarderingsadvies.

  • 2. Burgemeester en wethouders maken aan de betrokken ambtenaar, zijn afdelingshoofd en het hoofd van dienst het besluit van de indeling in de functiefamilie, bandbreedte en de waardering gedifferentieerd per hoofdgroep en scores voor de gezichtspunten schriftelijk bekend. Met behulp van de Conversietabel wordt tevens de daarbij behorende tunctieschaal vastgesteld.

artikel 9

  • 1. 1.Diegene van de in artikel 8 genoemden die bezwaar heeft tegen het besluit kan

    binnen zes weken nadat dit besluit te zijner kennis is gebracht zijn bezwaar aan burgemeester en wethouders kenbaar maken door middel van een door hem ondertekend en gemotiveerde uiteenzetting van zijn bezwaren met het verzoek het besluit te herzien.

  • 2. Op het ingediende bezwaarschrift wordt de datum van ontvangst aangetekend.

  • 3. Burgemeester en wethouders zenden het bezwaarschrift direct, nadat dit bij hen is binnengekomen, door aan de bezwarencommissie, waarvan de samenstelling, werking en bevoegdheden zijn geregeld in de volgende artikelen.

  • 4. Van een ingekomen bezwaarschrift doen burgemeester en wethouders aan de in artikel 8 genoemde functionarissen een afschrift toekomen.

artikel 10

  • 1. De in artikel 9 bedoelde commissie is als volgt samengesteld:

    • a.

      een door burgemeester en wethouders aan te wijzen voorzitter met instemming van de Ondernemingsraad. Deze maakt geen deel uit dan wel is werkzaam onder verantwoordelijkheid van een gemeentelijk bestuursorgaan in Bloemendaal;

    • b.

      een lid, door burgemeester en wethouders aan te wijzen deskundige;

    • c.

      een lid, door de centrales van overheidspersoneel aan te wijzen;

  • 2. Als secretaris van de bezwarencommissie wordt een personeelsfunctionaris toegevoegd. Deze wordt aangewezen door burgemeester en wethouders.

  • 3. De in deze commissie zitting hebbende leden als bedoeld onder a, b en c, mogen niet eerder zitting hebben gehad in de waarderingscommissie.

  • 4. In voorkomende gevallen kan door de bevoegde organen onder a,b en c een plaatsvervanger worden aangewezen.

artikel 11

  • 1.

    • De voorzitter van de bezwarencommissie is in verband met de behandeling van het bezwaarschrift bevoegd alle gewenste inlichtingen in te winnen of te doen inwinnen.

  • 2. De leden van de bezwarencommissie mogen alle ingebrachte stukken inzien.

  • 3. Diegene die het bezwaarschrift heeft ingediend wordt op zijn verzoek danwel op verzoek van de voorzitter van de bezwarencommissie in de gelegenheid gesteld zijn zienswijze aan de commissie kenbaar te maken.

    Indien de ambtenaar een bezwaarschrift heeft ingediend, kan hij zich bij het kenbaar maken van zijn zienswijze laten bijstaan of vertegenwoordigen door een raadsman, niet zijnde een persoon die zitting heeft (gehad) in de waarderingscommissie of bezwarencommissie.

  • 4. De voorzitter kan uit eigen beweging of op verlangen van de bezwarencommissie bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en deze zonodig uitnodigen daartoe in de zitting te verschijnen.

    Indien daaraan kosten zijn verbonden, is vooraf machtiging van burgemeester en wethouders vereist.

artikel 12

De voorzitter van de commissie bepaalt plaats en tijdstip van de zitting waarin de belanghebbende en het verwerend orgaan in de gelegenheid worden gesteld zich door de commissie te doen horen.

artikel 13

  • 1. De voorzitter deelt de belanghebbende en het verwerend orgaan ten minste drie weken voor de zitting schriftelijk mede, dat zij in de gelegenheid worden gesteld zich te doen horen tijdens de zitting.

  • 2. Binnen drie dagen na de in het eerste lid bedoelde mededeling kunnen de belanghebbenden of het verwerend orgaan, onder opgaaf van redenen de voorzitter verzoeken het tijdstip van de zitting te wijzigen.

  • 3. De beslissing van de voorzitter op een verzoek als bedoeld in het tweede lid wordt zo spoedig mogelijk, doch in ieder geval twee weken voor het tijdstip van de zitting aan de belanghebbende en het verwerend orgaan meegedeeld.

  • 4. De voorzitter is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken of afwijking toe te staan van de termijnen als genoemd in het eerste, tweede en derde lid.

artikel 14

De bezwarencommissie mag een bezwaarschrift niet behandelen wanneer één van de in artikel 10, lid 1 onder a, b, en c, dan wel onder lid 4 genoemde leden niet aanwezig is.

artikel 15

De vergadering van de commissie is niet openbaar.

artikel 16

  • 1. Van de beraadslagingen in de commissie wordt een schriftelijk verslag gemaakt. Het vermeldt de namen van de aanwezigen, met daarbij vermelding van hun hoedanigheid.

  • 2. Het verslag houdt een korte vermelding in van hetgeen over en weer is gezegd en overigens ter zitting is voorgevallen.

  • 3. Het verslag verwijst naar de op de zitting overgelegde bescheiden, die aan het verslag worden gehecht.

  • 4. Het verslag wordt ondertekend door de voorzitter en de secretaris van de commissie.

artikel 17

  • 1. Indien na afloop van de zitting maar voordat het advies wordt opgesteld, nader onderzoek wenselijk blijkt te zijn, kan de voorzitter uit eigen beweging of op verlangen van de commissie dit onderzoek houden.

  • 2. De uit het nader onderzoek verkregen informatie wordt in afschrift aan de leden van de commissie, het verwerend orgaan en de belanghebbenden toegezonden.

  • 3. De leden van de commissie, het verwerend orgaan en belanghebbenden kunnen binnen een week na verzending van de in eerste lid bedoelde nadere informatie aan de voorzitter van de commissie een verzoek richten tot het beleggen van een nieuwe hoorzitting. De voorzitter beslist omtrent een dergelijk verzoek.

  • 4. Op een nieuwe hoorzitting, als bedoeld in het derde lid, zijn de bepalingen in deze verordening, die betrekking hebben op de hoorzitting zoveel mogelijk van overeenkomstige toepassing.

artikel 18

  • 1. 1De commissie beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het door haar uit te brengen advies.

  • 2. a. De commissie beslist bij meerderheid van stemmen over het uit te brengen advies.

    • b.

      Indien bij een stemming de stemmen staken beslist de stem van de voorzitter.

    • c.

      Van een minderheidsstandpunt wordt bij het advies melding gemaakt, indien die minderheid dat verlangt

  • 3. Het advies is gemotiveerd en omvat een voorstel voor de te nemen beslissing op het bezwaarschrift.

  • 4. Het advies wordt door de voorzitter en de secretaris van de commissie ondertekend.

artikel 19

  • 1. Het advies wordt, onder medezending van het verslag als bedoeld in artikel 16 en eventueel door de commissie ontvangen nadere informatie, binnen zes weken na ontvangst van het bezwaarschrift, uitgebracht aan het college van burgemeester en wethouders ter beslissing.

  • 2. Indien naar het oordeel van de voorzitter van de commissie de termijn van 10 weken, als bedoeld in artikel 7:10 van de Algemene Wet Bestuursrecht, ontoereikend is voor achtereenvolgens het uit brengen van een advies door de commissie en het nemen van een beslissing verzoekt hij het college van burgemeester en wethouders tijdig de beslissing te verdagen.

  • 3. Van een besluit tot verdaging ontvangen de commissie, de belanghebbende en het verwerend orgaan een afschrift.

artikel 20

Burgemeester en wethouders beslissen binnen twee weken na ontvangst van het advies van de bezwarencommissie. Zij doen van het besluit schriftelijke mededeling aan de in artikel 8 genoemde functionarissen, met vermelding van de motieven die aan dat besluit ten grondslag zijn gelegd.

artikel 21

Deze regeling treed in werking op 1 januari 2006.

Per die datum vervalt de Regeling Functiewaardering gemeente Bloemendaal 1999, zoals die is vastgesteld op 19 januari 1999.

artikel 22

Deze regeling kan worden aangehaald als " regeling Functiewaardering gemeente Bloemendaal 2006" .

Overveen, 24 januari 2006

Burgemeester en wethouders van Bloemendaal,

W.H. de Gelder ,burgemeester

A.Ph. van der Wees ,secretaris

Gepubliceerd in het Bloemendaals Weekblad van 26 januari 2006

In werking op 1 januari 2006

Bijlage A

Nieuwe Conversietabel gemeente Bloemendaal HOOFDGROEPEN

I

11

111

IV

V

schalen

1

4 en 5

6 t/m 8

pm

2

3

9 en meer

5 t/m 7

4

8 t/m 9

5

10 t/m 12

4 t/m 6

6

13 en meer

7 t/m 9

4

7

10 t/m 12

5 en

6

~'"

8

13 t/m 15

7~8

9

16 en meer

9 en 10

10

11 en 12

4 t/m 6

10 A

13 en 14

7 en 8

11

15 en 16

9 en 10

11 A

17 en 18

11 en 12

12

19 en 20

13 t/m 15

13

• 16 t/rn 18

14

19 en 20

Bijlage B

Echalon

1e

2e

3e

functioneel

1

X

2

X

3

X

4

X

Toelichting:

Het eerste echalon is de directeur. Hij krijgt vier punten voor leidinggeven.

Het tweede echalon zijn de afdelingshoofden. Zij krijgen drie punten voor leidinggeven. De derde kolom is voor hoofd buitendienst gemeentewerken. De kolom "functioneel" is bestemd voor de teamcoördinatoren. Zij krijgen een punt voor functionele leiding.