EILANDSBESLUIT VAN ALGEMENE STREKKING van MAY 15 2014, no. 3 tot het vaststellen van een Regeling voor het melden en aanvaarden van nevenactiviteiten

Geldend van 16-05-2014 t/m heden

Intitulé

EILANDSBESLUIT VAN ALGEMENE STREKKING van MAY 15 2014, no. 3 tot het vaststellen van een Regeling voor het melden en aanvaarden van nevenactiviteiten.

HET BESTUURSCOLLEGE VAN HET OPENBAAR LICHAAM BONAIRE:

Overwegende:

dat ambtenaren van het openbaar lichaam Bonaire integer en betrouwbaar dienen te handelen;

dat het daarom wenselijk is nadere regels te stellen inzake nevenactiviteiten;

Gelet op:

de artikelen 49 tot en met 52 van het Rechtspositiebesluit ambtenaren BES

HEEFT BESLOTEN:

het navolgende eilandsbesluit van algemene strekking vast te stellen:

Artikel 1 Begripsbepalingen

  • 1. In dit eilandsbesluit van algemene strekking worden de volgende begrippen als volgt gedefinieerd:

    • a.

      het bevoegd gezag: de eilandsraad in geval van de eilandsgriffier en het personeel van de griffie en in andere gevallen het bestuurscollege van het openbaar lichaam Bonaire;

    • b.

      nevenactiviteit(en): het aanvaarden van nevenbetrekkingen, het verrichten van nevenwerkzaamheden en het drijven van nering of handel ongeacht of daarvoor, in welke vorm dan ook, enige beloning wordt genoten;

    • c.

      ambtenaar: degene die door het bevoegd gezag is aangesteld om in openbare dienst van het openbaar lichaam Bonaire werkzaam te zijn en is aangesteld op grond van de Ambtenarenwet BES en het Rechtspositiebesluit ambtenaren BES;

    • d.

      contractant: degene die op basis van een overeenkomst van opdracht voltijds door het bevoegd gezag is aangesteld om in openbare dienst van het openbaar lichaam Bonaire werkzaam te zijn;

    • e.

      toestemming: de toestemming voor nevenactiviteiten zoals bedoeld in artikel 3 eerste lid van dit Eilandsbesluit.

  • 2. Onder nevenactiviteiten wordt niet verstaan het lidmaatschap van enig bestuurlijk college waarin de ambtenaar is benoemd of gekozen door het bestuurscollege van het openbaar lichaam Bonaire.

Artikel 2 Verbod

  • 1. De ambtenaar verricht geen nevenactiviteiten die:

    • a.

      schadelijk kunnen zijn voor zijn dienstvervulling;

    • b.

      niet in overeenstemming zijn met het aanzien van zijn ambt;

    • c.

      plaatsvinden bij vennootschappen, stichtingen, verenigingen of andere rechtspersonen die geregeld in aanraking komen met de betrokken dienst.

  • 2. De ambtenaar neemt geen werken, leveringen of dienstverrichtingen aan welke direct dan wel indirect geheel of gedeeltelijk ten laste van de overheid komen, en stelt zich daarvoor ook niet borg en heeft daaraan evenmin, rechtstreeks noch zijdelings deel.

  • 3. De vennootschappen, stichtingen, verenigingen of andere rechtspersonen bedoeld in lid het eerste lid onder c, worden bij eilandsbesluit aangewezen.

Artikel 3 Voorafgaande toestemming

  • 1. De ambtenaar verricht de nevenactiviteiten niet zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van het bevoegd gezag.

  • 2. Toestemming is niet vereist voor de nevenactiviteiten die de werkzaamheden en de belangen van de afdeling of dienst waar de betrokken ambtenaar werkzaam is, niet raken.

  • 3. Voor het bekleden van een ten laste van het openbaar lichaam Bonaire bezoldigd ambt, is steeds toestemming vereist. Bij het aanvaarden van de nevenactiviteit zonder toestemming of bij voortgezette bekleding daarvan, nadat de desbetreffende toestemming is ingetrokken, wordt indien aan een schriftelijke aanzegging om het ambt te laten varen geen gevolg is gegeven, binnen 30 dagen na deze aanzegging, de ambtenaar geacht zijn ontslag te hebben gevraagd.

  • 4. In het geval zoals genoemd in artikel 3 lid 3 zijn de bepalingen in hoofdstuk VIII van het Rechtspositiebesluit Ambtenaren BES van overeenkomstige toepassing.

Artikel 4 Vereisten en aanvraag toestemming

  • 1. De ambtenaar die nevenactiviteiten wil verrichten waarvoor toestemming is vereist, dient vooraf voor die nevenarbeid bij het bevoegd gezag een aanvraag in voor het verkrijgen van de toestemming.

  • 2. De aanvraag, bedoeld in het eerste lid, wordt ingediend door middel van een formulier waarvan het model door het bevoegd gezag is vastgesteld.

  • 3. Het bevoegd gezag kan desgewenst aanvullende gegevens verlangen, indien zulks voor de beoordeling van de aanvraag noodzakelijk is.

  • 4. Voorafgaand aan het indienen van de aanvraag bij het bevoegd gezag, legt de ambtenaar het door hem ingevulde aanvraagformulier voor aan de directeur van de dienst waaronder hij of zij ressorteert. De directeur legt zijn oordeel over de toelaatbaarheid van de betreffende nevenactiviteit vast op het aanvraagformulier.

  • 5. Het bevoegd gezag zendt na ontvangst van een volledig ingevuld formulier, de aanvraag terstond door naar de afdeling Personeel & Organisatie voor advies.

Artikel 5 Ontvankelijkheid

  • 1. Een aanvraag als bedoeld in artikel 4 eerste lid, is niet-ontvankelijk in geval van:

    • a.

      onvolledigheid van het in artikel 6 eerste lid bedoelde formulier.

    • b.

      strijd met enige andere wettelijke bepaling.

  • 2. Een besluit waarbij een aanvraag niet ontvankelijk wordt verklaard is schriftelijk gemotiveerd. Een afschrift van het besluit wordt aan de aanvrager toegezonden.

Artikel 6 Beslistermijn verlening toestemming

  • 1. Het bevoegd gezag beslist niet eerder op een aanvraag als bedoeld in artikel 4 vijfde lid, dan nadat de afdeling Personeel & Organisatie ter zake heeft geadviseerd.

  • 2. Het bevoegd gezag beslist binnen één maand na de datum van ontvangst van de aanvraag.

  • 3. Het besluit op een aanvraag waarbij toestemming wordt geweigerd, wordt schriftelijk gemotiveerd. Een afschrift van het besluit wordt naar de ambtenaar bedoeld in artikel 4 eerste lid verzonden.

Artikel 7 Weigering toestemming

  • 1.

    Aan de ambtenaar wordt geen toestemming verleend in de gevallen bedoeld in artikel 2 en voor het overige niet indien de nevenactiviteit in redelijkheid kan leiden tot:

    • a.

      schade aan de belangen van de overheid of de afdeling of dienst waar de ambtenaar tewerkgesteld is;

    • b.

      schending van de integriteit van de ambtenaar;

    • c.

      belangenverstrengeling;

    • d.

      belemmering van goede arbeidsprestaties;

    • e.

      overschrijding van de arbeidstijdenwet;

    • f.

      misbruik van ambtelijke informatie of misbruik van vertrouwelijke informatie;

    • g.

      fraude en corruptie;

    • h.

      een ongewenste voor de overheid, dienst of afdeling nadelige binding aan derden;

    • i.

      onduidelijkheid over de hoedanigheid van de betrokkene in zijn optreden naar derden;

    • j.

      fysieke of psychische overbelasting van de overheidsdienaar;

    • k.

      concurrentie tussen de overheidsdienaar en de afdeling of dienst waar hij tewerkgesteld is;

    • l.

      misbruik van overheidseigendommen, zoals faciliteiten, gereedschappen, materialenen materieel.

    • m.

      situaties waarin de integriteit in het geding is conform de richtlijnen zoals verwoord in de Ambtenarengedragscode Bonaire 2014.

    • n.

      situaties waarin er een negatieve externe beeldvorming kleeft binnen de samenleving aan de nevenactiviteit.

    • o.

      een negatieve uitwerking op de handhavingsmogelijkheden in de ambtelijke functie.

Artikel 8 Voorschriften verlening toestemming

Aan een besluit tot het verlenen van toestemming kan het bevoegd gezag voorschriften verbinden om de goede vervulling van zijn functie door de ambtenaar of de goede functionering van de openbare dienst of afdeling te verzekeren.

Artikel 9 Besluit verlening toestemming

Een besluit tot het verlenen van toestemming bevat een omschrijving van de desbetreffende nevenactiviteiten en, indien van toepassing, de voorschriften die hieraan verbonden zijn.

Artikel 10 Melding wijzigingen en beëindigingen

  • 1. De ambtenaar stelt het bevoegd gezag onverwijld schriftelijk op de hoogte van wijzigingen in de omstandigheden die aanleiding kunnen geven om het besluit waarbij eerder toestemming is verleend, te heroverwegen.

  • 2. De ambtenaar stelt het bevoegd gezag schriftelijk op de hoogte van de beëindiging van de nevenactiviteit waar het bevoegd gezag eerder toestemming voor heeft verleend.

  • 3. Voor de meldingen, bedoeld in het eerste lid, wordt gebruik gemaakt van een formulier waarvan het model door het bevoegd gezag is vastgesteld.

Artikel 11 Register

  • 1. Het bevoegd gezag houdt een register bij van alle aanvragen, bedoeld in artikel 4 het eerste lid, met inbegrip van de daarop genomen besluiten.

  • 2. Het register is niet openbaar.

  • 3. Het register wordt beheerd door de afdeling Personeel & Organisatie.

  • 4. De in het derde lid bedoelde afdeling, verstrekt de ambtenaar op diens verzoek een afschrift van de over hem of haar geregistreerde gegevens.

Artikel 12 Intrekking en wijziging verlening toestemming

  • 1. Het bevoegd gezag kan het besluit tot het verlenen van toestemming intrekken of wijzigen indien nieuwe of gewijzigde feiten en omstandigheden daartoe aanleiding geven.

  • 2. Een besluit tot wijziging of intrekking van de toestemming is gemotiveerd. Een afschrift van het besluit wordt naar de ambtenaar verzonden. Artikel 6 het eerste lid is van overeenkomstige toepassing.

Artikel 13 Overbruggingsperiode

  • 1. De ambtenaar die op het tijdstip van inwerkingtreding van dit eilandsbesluit nevenactiviteiten verricht, vraagt voor deze nevenactiviteiten binnen twee maanden na dat tijdstip om toestemming.

  • 2. De in het eerste lid vermelde ambtenaar aan wie de gevraagde toestemming wordt geweigerd, beëindigd binnen zes maanden na die weigering de betreffende nevenactiviteit.

Artikel 14 Commissie

De ambtenaar kan tegen het besluit van het bevoegd gezag, binnen 6 weken na ontvangst van het besluit, in bezwaar gaan bij een daartoe op te richten onafhankelijke commissie bij nader op te stellen regelen vastgesteld door het bevoegd gezag. Deze commissie zal bestaan uit een door de vakbond aangewezen persoon, een door het bestuurscollege aan te wijzen externe voorzitter en één tot drie professionals van buiten het bevoegd gezag. De secretaris wordt aangedragen door de afdeling Juridische en Algemene Zaken.

Artikel 15 Slotbepalingen

Het besluit nevenactiviteiten (AB 2007, nr. 12) wordt ingetrokken.

Artikel 16 Citeertitel

Dit eilandsbesluit van algemene strekking houdende een Regeling voor het melden en aanvaarden van nevenactiviteiten wordt aangehaald als: “Besluit Nevenactiviteiten 2014”.

Artikel 17 Inwerkingtreding

Dit eilandsbesluit van algemene strekking treedt in werking de dag na afkondiging.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van MAY 15 2014
de gezaghebber, de secretaris,

Bijlage

Procedure nevenactiviteiten OLB

Bijlage

Formulier nevenwerkzaamheden