EILANDSBESLUIT houdende algemene maatregelen van de 31e januari 1985, no.1, inzake nieuwe regelen voor het toekennen van huisvestingstoelage en vergoeding overtochtskosten ingeval van studie buiten Bonaire doch binnen de Nederlandse Antillen en Aruba

Geldend van 10-10-2010 t/m heden

Intitulé

EILANDSBESLUIT houdende algemene maatregelen van de 31e januari 1985, no.1, inzake nieuwe regelen voor het toekennen van huisvestingstoelage en vergoeding overtochtskosten ingeval van studie buiten Bonaire doch binnen de Nederlandse Antillen en Aruba

Artikel 1

Door het bestuurscollege kan een huisvestingstoelage worden toegekend in verband met het bezoeken van een inrichting van onderwijs waarbij rekening wordt gehouden met de huidige en toekomstige behoeften aan werkkrachten voor ambten, beroepen, of bedrijven, mits voldaan aan de navolgende eisen;

  • a.

    de student heeft de leeftijd van vijfentwintig jaar niet bereikt;

  • b.

    de student is ingezetene van het eilandgebied Bonaire;

  • c.

    de student bezit de Nederlandse nationaliteit of voldoet aan de wettelijke vereisten om de Nederlandse nationaliteit te verkrijgen en heeft hiertoe een verzoek tot naturalisatie ingediend;

  • d.

    de buiten Bonaire gevestigde onderwijsinstelling is gevestigd binnen de Nederlandse Antillen of Aruba.

Artikel 2

  • 1. Ouders, voogden, of wettelijke verzorgers van minderjarige studenten dienen zich tot het verkrijgen van de in artikel 1 bedoelde huisvestingstoelage elk jaar bij verzoekschrift te wenden tot het Bestuurscollege.

  • 2. In het verzoekschrift moeten worden vermeld:

    • 1.

      naam, voornamen, geboorteplaats en geboortedatum van de verzoeker en de student

    • 2.

      de onderwijsinrichting(en) welke de leerling heeft bezocht of bezoekt;

    • 3.

      de onderwijsinrichting die de leerling gaat bezoeken en waarvoor het verzoek geldt, met vermelding van richting en klas waarin de leerling geplaatst gaat worden;

    • 4.

      adres en naam van de huisvester bij wie de leerling gaat verblijven.

  • 3. Bij het verzoekschrift dient te worden gevoegd;

    • 1.

      een bewijs van plaatsing op de inrichting waar de leerling de studie gaat volgen;

    • 2.

      een gewaarmerkte kopie van het laatst ontvangen rapport of diploma met puntenlijst;

    • 3.

      een afschrift van het aanslagbiljet van de inkomstenbelasting van het voorgaande jaar van de ouders of wettelijke vertegenwoordigers.

    • 4.

      Indien in het voorgaande jaar reeds een huisvestingstoelage in de zin van dit besluit is toegekend, kan bij het verzoekschrift volstaan worden met overlegging van een puntenlijst van het afgelopen schooljaar en een afschrift-aanslagbiljet als onder 3 bedoeld.

Artikel 3

De huisvestingstoelage mag nimmer meer bedragen dan het door de leerling verschuldigde kost- en lesgeld.

Artikel 4

De is artikel 1 bedoelde huisvestingstoelage wordt niet toegekend aan een leerling,die uit andere hoofde in het genot is van enige studiebeurs of toelage.

Artikel 5

De in artikel 1 bedoelde huisvestingstoelage kan geheel of gedeeltelijk worden teruggevorderd, indien ouder(s), voogd of wettelijke vertegenwoordiger(s) of de meerderjarige student zelf in het verzoekschrift tot het verkrijgen van de huisvestingstoelage onware gegevens heeft vermeld of vervalste of onjuiste verklaringen bij het verzoekschrift heeft over gelegd.

Artikel 6

  • 1. De in artikel 1 bedoelde huisvestingstoelage, wordt jaarlijks per 1 augustus toegekend.

  • 2. De ouders of voogden zijn aan het eilandgebied een bijdrage per jaar of per maand verschuldigd, rekening houdende met hun belastbaar inkomen en met het aantal kinderen, waarvoor bij de berekening van de inkomstenbelasting kinderaftrek wordt toegekend, volgens de hierbij behorende tabel.

  • 2. In geval een student tijdens het schooljaar een onderwijsinrichting gaat bezoeken wordt de huisvestingstoelage voor het resterende gedeelte van het schooljaar toegekend:

    • I.

      indien de plaatsing op bedoelde inrichting geschiedt vóór de 15de van de maand, met ingang van de eerste van die maand;

    • II.

      indien de plaatsing geschiedt na de 15de van de maand, met ingang van de eerste van de daarop volgende maand.

Artikel 7

  • 1. Bij de verlening van de huisvestingstoelage kan tweemaal per jaar aan de in artikel 1 bedoelde student worden toegekend een tegemoetkoming in reiskosten.

  • 2. Ingeval de in artikel 1 bedoelde student een inrichting van dagonderwijs bezoekt of gaat bezoeken buiten Curaçao of Aruba, terwijl er tevens op Curaçao of Aruba een zodanige inrichting van dagonderwijs aanwezig is welke hij had kunnen bezoeken, zijn slechts de overtochtskosten, welke voor een reis van Bonaire-Curaçao v.v. en of Bonaire-Aruba v.v. verschuldigd zouden zijn geweest, voor overheidsrekening.

  • 3. De in het eerste lid bedoelde overtochtskosten worden niet vergoed, indien de helft van het schooljaar reeds is verstreken bij de aanvang van de studie.

Artikel 8

  • 1. Indien de student een inrichting voor avondonderwijs bezoekt of gaat bezoeken kunnen de huisvestingstoelage en overtochtskosten slechts worden toegekend indien er geen inrichting voor dagonderwijs aanwezig is en/of het aantal lesuren per week aan de inrichting voor avondonderwijs groter is dan 12.

  • 2. Van het genoemde in het eerste lid kan door het Bestuurscollege afgeweken worden, indien de studie in een grote behoefte voorziet en niet anders gevolgd kan worden, een en ander naar het oordeel van het Bestuurscollege.

Artikel 9

Degene aan wie ten behoeve van een of meer van zijn kinderen een huisvestingstoelage is toegekend, is verplicht telkens binnen één week na ontvangst van een schoolrapport van zijn kind, een gewaarmerkt afschrift daarvan aan het Bestuurscollege te doen toekomen.

Artikel 10

  • 1. De huisvestingstoelage wordt ingetrokken, wanneer de student ten behoeve van wie deze is toegekend, naar het oordeel van het Bestuurscollege, blijk beeft gegeven van slecht gedrag, weinig ijver, onvoldoende vorderingen of het niet regelmatig volgen van de lessen.

  • 2. De intrekking geschiedt:

    • I.

      met ingang van de eerste van de maand, volgende op die, waarin is vastgesteld, dat een van de in het eerste lid bedoelde omstandigheden aanwezig is;

    • II.

      met ingang van de eerste van de maand, volgende op die, waarin de omstandigheden, welke tot de toekenning hebben geleid, hebben opgehouden te bestaan, tenzij deze omstandigheden reeds op de eerste van de maand hebben opgehouden te bestaan, in welk geval de intrekking per dezelfde datum ingaat.

  • 3. In geval van intrekking van de huisvestingstoelage wordt, behoudens bijzondere omstandigheden ter beoordeling van het Bestuurscollege, geen terugreiskosten toegekend.

Artikel 11

  • 1. Dit eilandsbesluit, welke kan worden aangehaald “Regeling Huisvestingstoelage Bonaire" 1985 treedt in werking met ingang van de dag na die van zijn afkondiging en zal voor het eerst van toepassing zijn op het schooljaar 1985-1986.

  • 2. Met ingang van het in het vorige lid bedoelde tijdstip vervallen:

    • I.

      het Eilandsbesluit van de 16e mei 1955, houdende algemene maatregelen, regelende de toekenning van huisvestingstoelagen ten behoeve van studie elders in het Koninkrijk (A.B.1955, no.7), zoals gewijzigd;

    • II.

      de regeling Huisvestingstoelage (onderwijs in het koninkrijk buiten het eilandgebied Bonaire) (A.B.1969, no.12), zoals gewijzigd.

    Tabel behorende bij “Regeling Huisvestingstoelage Bonaire 1985”.

    1

    2

    3

    4

    5

    6

    7

    8

    9

    10

    11

    12

    13

    14

    15

    12.500,- t/m 13.500,-

    150

    13.501,- t/m 14.500,-

    145

    150

    14.501,- t/m 15.500,-

    140

    145

    150

    15.501,- t/m 16.500,-

    135

    140

    145

    150

    16.501,- t/m 17.500,-

    130

    135

    140

    145

    150

    17.501,- t/m 18.500,-

    125

    130

    135

    140

    145

    150

    18.501,- t/m 19.500,-

    120

    125

    130

    135

    140

    145

    150

    19.501,- t/m 20.500,-

    115

    120

    125

    130

    135

    140

    145

    150

    20.501,- t/m 21.500,-

    110

    115

    120

    125

    130

    135

    140

    145

    150

    21.501,- t/m 22.500,-

    105

    110

    115

    120

    125

    130

    135

    140

    145

    150

    22.501,- t/m 23.500,-

    100

    105

    110

    115

    120

    125

    130

    135

    140

    145

    150

    23.501,- t/m 24.500,-

    95

    100

    105

    110

    115

    120

    125

    130

    135

    140

    145

    150

    24.501,- t/m 25.500,-

    90

    95

    100

    105

    110

    115

    120

    125

    130

    135

    140

    145

    150

    25.501,- t/m 26.500,-

    85

    90

    95

    100

    105

    110

    115

    120

    125

    130

    135

    140

    145

    150

    26.501,- t/m 27.500,-

    80

    85

    90

    95

    100

    105

    110

    115

    120

    125

    130

    135

    140

    145

    150

    27.501,- t/m 28.500,-

    75

    80

    85

    90

    95

    100

    105

    110

    115

    120

    125

    130

    135

    140

    145

    28.501,- t/m 29.500,-

    70

    75

    80

    85

    90

    95

    100

    105

    110

    115

    120

    125

    130

    135

    140

    29.501,- t/m 30.500,-

    65

    70

    75

    80

    85

    90

    95

    100

    105

    110

    115

    120

    125

    130

    135

    30.501,- t/m 31.500,-

    65

    65

    70

    75

    80

    85

    90

    95

    100

    105

    110

    115

    120

    125

    130

    31.501,- t/m 32.500,-

    65

    65

    65

    70

    75

    80

    85

    90

    95

    100

    105

    110

    115

    120

    125

    Bij een inkomen hoger dan f 32.500,-- wordt ongeacht het aantal kinderen een minimum van f 65,- per maand aan huisvestingstoelage toegekend.