EILANDSBESLUIT HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN VAN 14 oktober 2005, no. 9 Inzake financiële steun aan ingezetenen van het eilandgebied Bonaire, die een ouderdompensioen ingevolge de Landsverordening Algemene Ouderdomsverzekering (P.B. 1960, no. 83) genieten

Geldend van 10-10-2010 t/m heden

Intitulé

EILANDSBESLUIT HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN VAN 14 oktober 2005, no. 9 Inzake financiële steun aan ingezetenen van het eilandgebied Bonaire, die een ouderdompensioen ingevolge de Landsverordening Algemene Ouderdomsverzekering (P.B. 1960, no. 83) genieten

Artikel 1

Voor de toepassing van dit Eilandsbesluit, houdende algemene maatregelen wordt verstaan onder:

ander inkomen:

inkomen als bedoeld in artikel 3, vierde lid van de Landsverordening op de Inkomstenbelasting 1943, (P.B. 1956, no. 9), met uitzondering van het ouderdomspensioen en de toeslag conform artikel 7a van de Landsverordening Algemene Ouderdomsverzekering;

pensioengerechtigde:

de persoon die ouderdomspensioen ingevolge de Landsverordening Algemene Ouderdomsverzekering (P.B. 1960, no. 83) geniet;

toelage:

de door het eilandgebied Bonaire te verlenen financiële hulp aan pensioengerechtigden die niet in hun eerste levensbehoeften kunnen voorzien;

Artikel 2

Een toelage kan worden verleend aan een pensioengerechtigde, die:

  • a.

    gedurende ten minste zes maanden, onmiddellijk voorafgaande aan de aanvraag, ingezetene is van het eilandgebied Bonaire en hier daadwerkelijk woonachtig is, en

  • b.

    niet woonachtig is in een bejaardentehuis of soortgelijke instelling.

Artikel 3

  • 1. De toelage bedraagt maximaal Naf. 100,- per maand en wordt in geld uitbetaald.

  • 2. Het hoofd van de Servisio pa Asuntunan Sosial of een door deze aan te wijzen ambtenaar wordt namens het bestuurscollege belast met de toekenning van de toelage.

  • 3. De uitbetaling geschiedt door de Sociale Verzekeringsbank ingevolge een tussen het eilandgebied Bonaire en de Sociale Verzekeringsbank van de Nederlandse Antillen gesloten protocol.

Artikel 4

  • 1. Een alleenstaande pensioengerechtigde, die geen ander inkomen heeft, ontvangt een toelage van maximaal Naf. 100,- per maand.

  • 2. Indien de pensioengerechtigde een ouderdomspensioen geniet welke minder bedraagt dan Naf. 536-, geschiedt de vaststelling van de toelage met inachtneming van artikel 8.

Artikel 5

  • 1. Indien een alleenstaande pensioengerechtigde ander inkomen heeft, wordt dat andere inkomen bij het ouderdomspensioen geteld.

  • 2. Indien de in het eerste lid vermelde som Naf. 680,- of minder bedraagt, ontvangt de pensioengerechtigde een toelage van maximaal Naf. 100,-.

  • 3. Indien de in het eerste lid vermelde som meer bedraagt dan Naf. 680, doch minder bedraagt dan Naf. 780,-, dan bedraagt de toelage het verschil tussen de som en het bedrag Naf. 780,-, met dien verstande dat de toelage maximaal Naf. 100,- bedraagt.

  • 4. Indien de som, bedoeld in het eerste lid, Naf. 780,- of meer bedraagt, wordt geen toelage toegekend.

  • 5. Indien de pensioengerechtigde een ouderdomspensioen geniet welke minder bedraagt dan Naf. 536,-, geschiedt de vaststelling van de toelage met inachtneming van artikel 8.

Artikel 6

  • 1. Indien de pensioengerechtigde gehuwd is of samenwoont en de pensioengerechtigde en diegene met wie de pensioengerechtigde gehuwd is of samenwoont geen ander inkomen heeft en of geen ouderdomspensioen geniet, dan ontvangt de pensioengerechtigde een toelage van maximaal Naf. 100,- per maand.

  • 2. Indien de pensioengerechtigde een ouderdomspensioen geniet welke minder bedraagt dan Naf. 536,-, dan geschiedt de vaststelling van de toelage met inachtneming van artikel 8.

Artikel 7

  • 1. Indien de pensioengerechtigde gehuwd is of samenwoont en de pensioengerechtigde ander inkomen heeft en of diegene met wie hij gehuwd is of samenwoont ander inkomen heeft en of ouderdomspensioen geniet, dan wordt dat andere inkomen en of het ouderdomspensioen bij het ouderdomspensioen van de aanvrager geteld.

  • 2. Indien de pensioengerechtigde gehuwd is met iemand die jonger is dan 60 jaar en de pensioengerechtigde een toeslag geniet als bedoeld in artikel 7a van de Landsverordening Algemene Ouderdomsverzekering, dan wordt de toeslag en het eventuele ander inkomen vermeld in het eerste lid bij het ouderdomspensioen van de aanvrager geteld.

  • 3. Indien de in het eerste lid of tweede lid vermelde som Naf. 1.460,- of minder bedraagt, ontvangt de pensioengerechtigde een toelage van maximaal Naf. 100,-.

  • 4. Indien de in het eerste en of tweede lid vermelde som meer bedraagt dan Naf. 1.460,- doch minder bedraagt dan Naf. 1.560, dan bedraagt de toelage het verschil tussen de som vermeld in het eerste of tweede lid en het bedrag Naf. 1.560,- met dien verstande dat de toelage maximaal Naf. 100,- bedraagt.

  • 5. Indien de som, bedoeld in het eerste lid of tweede lid, Naf. 1.560 of meer bedraagt, wordt geen toelage toegekend.

  • 6. Indien de pensioengerechtigde een ouderdomspensioen geniet welke minder bedraagt dan Naf. 536,-, geschiedt de vaststelling van de toelage met inachtneming van artikel 8.

Artikel 8

Indien ingevolge artikel 8 van de Landsverordening Algemene Ouderdomsverzekering een korting wordt toegepast op het ouderdomspensioen, wordt de toelage met een gelijk percentage en op gelijke wijze gekort.

Artikel 9

De kerstuitkering, als bedoeld in de artikelen 22a tot en met 22c van de Landsverordening Algemene Ouderdomsverzekering, wordt voor de toepassing van de voorgaande artikelen niet als inkomen beschouwd.

Artikel 10

Gehuwde of samenwonende pensioengerechtigden, die op hetzelfde adres zijn geregistreerd, worden voor de toepassing van dit eilandsbesluit, geacht steeds daadwerkelijk samen te wonen.

Artikel 11

  • 1. De aanvraag van de toelage wordt ingediend bij het hoofd van de dienst Servisio pa Asuntunan Sosial of bij een door deze aangewezen medewerker op een door de aanvrager ingevuld en ondertekend aanvraagformulier, waarvan het model door het bestuurscollege wordt vastgesteld.

  • 2. Het Hoofd of de medewerker van de dienst Servisio pa Asuntunan Sosial kan overlegging eisen van een verklaring van de Inspecteur der Belastingen inzake het laatst bekende belastbare inkomen van de pensioengerechtigde.

Artikel 12

Dit Eilandsbesluit, houdende algemene maatregelen treedt in werking met ingang van de dag na afkondiging.

Artikel 13

Dit Eilandsbesluit, houdende algemene maatregelen wordt aangehaald als Besluit toelage AOV-pensioengerechtigden.