Regeling vervallen per 01-01-2022

Beleidsregels Wet BIBOB

Geldend van 01-05-2010 t/m 31-12-2021

Intitulé

Beleidsregels Wet BIBOB

De burgemeester en het college van de gemeente Boxmeer, ieder voor zover het hun bevoegdheden betreft;

gelet op de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur, artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht, artikel 3 van de Drank- en Horecawet, de artikelen 2.3.4.2 en 3.2.1 van de Algemene Plaatselijke Verordening vastgesteld in de openbare vergadering van de gemeenteraad van Boxmeer, alsmede artikel 4 van het Besluit BIBOB;

besluiten vast te stellen de volgende beleidsregels:

beleidsregels Wet BIBOB

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

a. aanvraag: de aanvraag om een beschikking;

b. advies: het advies, zoals bedoeld in artikel 9 van de wet;

c. bestuursorgaan: het bevoegde bestuursorgaan;

d. Besluit: het Besluit BIBOB (Besluit van 12 april 2003, houdende uitvoering van de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaaar bestuur (Stb. 2003, 180);

e. betrokkene: de aanvrager, de vergunninghouder, de gegadigde;

f. BIBOB-toets: de wijze van behandelen van een aanvraag waarbij door het bestuursorgaan volgens deze beleidsregels wordt beoordeeld of er redenen ontleend aan de wet aanwezig zijn om de aanvraag te weigeren respectievelijk de beschikking in te trekken dan wel een advies aan te vragen;

g. Bureau: het Bureau bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur, bedoeld in artikel 8 van de wet;

h. wet: Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur (Stb.2002, 347).

Artikel 2 Doel

  • 1. De gemeente, waartoe het bestuursorgaan behoort, beoogt met toepassing van de wet te voorkomen dat zij criminele activiteiten faciliteert waardoor de veiligheid, de leefbaarheid, de rechtsorde en de integriteit van het bestuurlijk handelen van de gemeente worden aangetast;

  • 2. Deze beleidsregels hebben tot doel duidelijkheid te verschaffen over de wijze waarop het bestuursorgaan de wet toepast.

Artikel 3 Categorieën

  • 1. Het bestuursorgaan past, met inachtneming van hetgeen in deze beleidsregels daarover is bepaald, de wet toe met betrekking tot beschikkingen zoals bedoeld in:

    a. artikel 3 van de Drank- en Horecawet, indien sprake is van vestiging van een nieuw bedrijf, overname van een bestaand bedrijf of wijziging van de ondernemingsvorm;

    b. artikel 7 van de wet juncto de artikelen 2.3.4.2 en 3.2.1 van de Algemene Plaatselijke Verordening, indien sprake is van vestiging van een nieuw bedrijf, overname van een bestaand bedrijf of wijziging van de ondernemingsvorm alsmede inrichtingen genoemd in artikel 4 van het Besluit.

  • 2. Het bestuursorgaan past, met inachtneming van hetgeen in deze beleidsregels daarover is bepaald, eveneens de wet toe met betrekking tot de ambtshalve intrekking van de in het eerste lid genoemde vergunningen.

Artikel 4 Bijzondere situaties

Behalve op de in artikel 3 genoemde categorieën, past het bestuursorgaan de wet toe:

a. ten aanzien van beschikkingen in bijzondere gevallen, bijvoorbeeld in het kader van een projectmatige aanpak, waarbij aanleiding bestaat voor het vermoeden dat de beschikking, die onder de artikel 5 of 6 van de wet valt, mede zou kunnen worden gebruikt om uit gepleegde strafbare feiten verkregen of te verkrijgen, op geld waardeerbare voordelen te benutten of strafbare feiten te plegen;

b. ten aanzien van beschikkingen in de gevallen dat de officier van justitie op basis van artikel 11 juncto 26 van de wet het bestuursorgaan wijst op de wenselijkheid om een advies aan te vragen

Artikel 5 Vragenlijsten

  • 1. In alle in artikel 3 en 4 bedoelde gevallen moet betrokkene, naast de reguliere aanvraagformulieren, de van toepassing zijnde BIBOB-vragenlijsten invullen;

  • 2. Bij elke aanvraag voor een vergunning die onder deze beleidslijn valt moet een vragenlijst worden ingevuld.

  • 3. De in het eerste lid bedoelde BIBOB-vragenlijsten worden door het bestuursorgaan bij openbaar bekend te maken besluit vastgesteld;

  • 4. Weigering om de in het eerste lid bedoelde BIBOB-vragenlijst(en) volledig in te vullen levert een grond op om de aanvraag niet-ontvankelijk te verklaren, respectievelijk de beschikking in te trekken.

Artikel 6 Regulier afhandelen

  • 1. Het bestuursorgaan gaat over tot het positief beschikken op de aanvraag indien, noch de reguliere weigeringsgronden behorende bij de in artikel 3 genoemde beschikkingen, noch de weigeringsgronden op grond van de wet van toepassing zijn;

  • 2. Het bestuursorgaan weigert de aanvraag of gaat over tot het intrekken van beschikkingen, indien de reguliere weigeringsgronden behorende bij de in artikel 3 genoemde vergunningen van toepassing zijn.

Artikel 7 Ultimum remedium

Uitsluitend indien geen toepassing gegeven kan worden aan artikel 6, beoordeelt het bestuursorgaan of weigering dan wel intrekking op grond van de wet mogelijk is.

Artikel 8 Informatieplicht

  • 1. Het bestuursorgaan informeert betrokkene schriftelijk over het voornemen om een advies aan het Bureau aan te vragen. Betrokkene wordt daarbij gewezen op de opschorting van de beslistermijn als bedoeld in artikel 9 van deze beleidsregels.

  • 2. In het geval het bestuursorgaan overgaat tot het aanvragen van een advies aan het Bureau, voegt het een afschrift van het schrijven als bedoeld in het eerste lid toe aan de adviesaanvraag.

Artikel 9 Opschorten beslistermijn

  • 1. Indien het bestuursorgaan een advies aanvraagt, wordt op grond van artikel 31 van de wet de wettelijke termijn waarbinnen de beschikking dient te worden gegeven, opgeschort voor de duur van de periode die begint met de dag waarop het advies is aangevraagd en eindigt met de dag waarop dat advies is ontvangen, met dien verstande dat deze opschorting in beginsel overeenkomstig het bepaalde in artikel 15, eerste lid van de wet niet langer duurt dan vier weken nadat het bestuursorgaan een advies heeft aangevraagd met dien verstande dat deze termijn kan worden opgeschort op grond van artikel 15, tweede lid van de wet;

  • 2. De in het eerste lid bedoelde (beslis)termijn wordt verlengd indien het Bureau zijn adviestermijn op grond van artikel 15, derde lid van de wet, verlengt. Deze verlenging bedraagt niet meer dan vier weken.

  • 3. Het bestuursorgaan informeert betrokkene onverwijld over een verlenging als bedoeld in het tweede lid.

Artikel 10 Weigering en aanvullende voorwaarden

  • 1. Het bestuursorgaan weigert in elk geval een aanvraag of gaat over tot intrekking van de beschikking op grond van de wet, indien sprake is van een ernstige mate van gevaar als bedoeld in artikel 3 van de wet.

  • 2. Het bestuursorgaan kan de aanvraag weigeren of de beschikking intrekken, indien sprake is van een mindere mate van gevaar die niet kan worden geweerd door het stellen van aanvullende voorwaarden en bovendien de gevolgen van deze weigering niet onevenredig zijn in verhouding tot de met het besluit te dienen doelen.

  • 3. Indien het bestuursorgaan voornemens is de aanvraag te weigeren of de beschikking in te trekken op grond van de wet, wordt de aanvrager en indien noodzakelijk andere derde belanghebbenden in de gelegenheid gesteld daartegen zienswijzen in te brengen.

Artikel 11 Slotbepalingen

  • 1. Deze beleidsregels treden in werking op 1 mei 2010

  • 2. Deze beleidsregels zijn van toepassing op na de datum van inwerkingtreding ontvangen aanvragen en op de datum van inwerkingtreding afgegeven beschikkingen als bedoeld in artikel 3 en 4 van deze beleidsregels.

  • 3. Deze beleidsregels worden aangehaald als “Beleidsregels Wet BIBOB gemeente Boxmeer”

Ondertekening

Boxmeer
Burgemeester en wethouders van Boxmeer,
de secretaris, de burgemeester,

Toelichting beleidsregels wet BIBOB.pdf