Regeling vervallen per 08-09-2023

Uitvoeringsbesluit begraafplaatsindeling en grafbedekkingen begraafplaatsen Boxmeer 2017 – versie november 2017

Geldend van 01-03-2017 t/m 07-09-2023

Intitulé

Uitvoeringsbesluit begraafplaatsindeling en grafbedekkingen begraafplaatsen Boxmeer 2017 – versie november 2017

Lijkbezorging

Artikel 1 Mogelijkheden lijkbezorging

Op de begraafplaats, rekening houdend met het bepaalde in artikel 4, tweede en derde lid van de beheersverordening begraafplaatsen 2017, worden de volgende mogelijkheden tot lijkbezorging geboden:

  • het begraven of bijzetten van lijken in een particulier graf;

  • het begraven, bijzetten van asbussen of verstrooien van crematie as in of op een particulier graf;

  • het begraven of bijzetten van asbussen in een particulier urnengraf;

  • het begraven van lijken in een algemeen (gemeente)graf;

  • het bijzetten van asbussen in een algemene urnennis;

  • het begraven van een lijk in een algemeen natuurgraf;

  • het begraven van een asbus in een algemeen natuur-urnengraf;

  • het verstrooien van crematie as op een strooiveld.

Indeling der graven en asbestemmingen

Artikel 2 Locaties

1. De gemeentelijke begraafplaats, gelegen aan de Torenstraat te Sambeek, is als volgt ingedeeld.

  • Fase 1 Oude gedeelte, met alleen staand monument

  • Fase 2 Oude gedeelte, met liggend of staand monument

  • Fase 3 Kindergraven

  • Fase 4 Nieuw strooiveld

  • Fase 5 Urnenkelders in wal of op veld

  • Fase 6 Diverse urnen mogelijkheden

  • Fase 7 Natuurbegraafplaats, urnenveld

  • Fase 8 Natuurbegraafplaats, bloemenveld

  • Fase 9 Natuurbegraafplaats, aan de voet van de berg

  • Fase 10 Oude strooiveld

afbeelding binnen de regeling

Afbeelding: De gemeentelijke begraafplaats aan de Torenstraat te Sambeek voorzien van fasering:

2. De graven worden onderverdeeld

  • a.

    op fase 1 en 2 in:

    • algemene graven bestemd voor het begraven van ten hoogste twee overledenen.

    • particuliere graven bestemd voor het begraven van ten hoogste twee overledenen dan wel het plaatsen van maximaal twee asbussen per begraaflaag, of het erin verstrooien van de as van vier overledenen.

    • bestaande algemene en particuliere graven bestemd voor het begraven van ten hoogste twee overledenen, mits de wettelijke termijn van grafrust van tien jaar is verstreken.

  • b.

    op fase 3 in:

    • algemene graven bestemd voor het begraven van ten hoogste twee overledenen beneden 12 jaar.

    • particuliere graven bestemd voor het begraven van ten hoogste twee overledenen beneden 12 jaar dan wel het plaatsen van maximaal twee asbussen, met of zonder urn, per begraaflaag of het erin verstrooien van de as van overledenen beneden 12 jaar.

    • bestaande algemene en particuliere graven bestemd voor het begraven van ten hoogste twee overledenen mits de wettelijke termijn van grafrust van tien jaar is verstreken voor het eerst begraven kind.

  • c.

    op fase 4 en fase 10:

strooiveld, een plaats waar uitsluitend as verstrooid kan worden.

  • d.

    op fase 5:

Urnenkelders, algemene graven bestemd voor het plaatsen of bijzetten van ten hoogste 2 asbussen

  • e.

    op fase 6:

Columbaria, algemene urnennissen bestemd voor de bijzetting van ten hoogste twee asbussen, met of zonder urn

  • f.

    op fase 7:

natuurbegraafplaats urnenveld, algemene graven bestemd voor twee asbussen, met of zonder urn.

  • g.

    op fase 8:

natuurbegraafplaats, bloemenveld, algemene graven bestemd voor het begraven van ten hoogste twee overledenen.

  • h.

    op fase 9:

natuurbegraafplaats, aan de voet van de berg, algemene graven bestemd voor het begraven van ten hoogste twee overledenen.

3.

a. De graven op fase 1 en 2 bestemd voor overledenen van 12 jaar en ouder zullen in de regel een lengte hebben van 2 meter en een breedte van 1 meter.

b. De graven op fase 3 bestemd voor overledenen beneden 12 jaar zullen in de regel een lengte hebben van 1.50 meter en een breedte van 0.80 meter.

c. De natuurgraven op het urnenveld zullen doorgaans een afmeting hebben van 1 m2

d. De natuurgraven op het bloemenveld zullen doorgaans een afmeting hebben van 9 m2

e. De natuurgraven aan de voet van de berg zullen doorgaans een afmeting hebben van 25 m2.

4. De plaatsen in fase 7 zullen van gemeentewege gemarkeerd worden met een boom zodat er eerder een bos zal ontstaan.

Aanvraag toestemming en voorwaarden grafbedekking

Artikel 3 Ontwerptekening

1. Toestemming voor het plaatsen of vervangen van een gedenkteken dient schriftelijk bij burgemeester en wethouders te worden aangevraagd, onder overlegging in drievoud van een ontwerptekening schaal 1:10 en een duidelijke omschrijving van de toe te passen materialen.

2. Op deze ontwerptekening dienen tenminste vermeld te worden:

a. een boven-, voor- en zijaanzicht met alle hoogte-, breedte-, dikte- en lengtematen;

b. de soort, kleur en bewerking van het te gebruiken materiaal;

c. of de letters e.d. ingehakt of opgebracht zijn en welk materiaal wordt gebruikt;

d. de tekst, woordindeling van het opschrift en de plaats van figuratie(s);

e. de soort van het materiaal van de fundering en de wijze van bevestiging daarop;

f. de handtekening van de rechthebbende.

3. De ontwerptekening dient minstens drie weken voor het plaatsen te worden ingediend bij burgemeester en wethouders. Burgemeester en wethouders geven bericht wanneer de rechthebbende het gedenkteken kan plaatsen. Bij afwijkingen van de in deze verordening genoemde maten, indelingen en materialen wordt geen toestemming als bedoeld in lid 1 verleend.

Artikel 4 Materiaalgebruik

  • 1.

    Voor de gedenktekens mogen alleen duurzame materialen worden gebruikt met uitzondering van de graven op de natuurbegraafplaats waar alleen een boomschijf mag worden neergelegd.

  • 2.

    De onderdelen moeten vast aan het gedenkteken zijn verbonden.

  • 3.

    De toepassing van hekwerken, kettingen en stangen is niet toegestaan. Kantopsluitingen zijn toegestaan op particuliere graven maar niet aan de zijde van het pad.

  • 4.

    Waar van gemeentewege fundamenten zijn aangebracht, moet hiervan gebruik worden gemaakt. Indien niet aanwezig moet de grafbedekking door of vanwege de rechthebbende van fundamenten worden voorzien.

  • 5.

    Burgemeester en wethouders kunnen in uitzonderingsgevallen ontheffing verlenen voor de toepassing van andere materialen.

Artikel 5 Indeling graven en afmetingen gedenktekens

  • 1.

    Op fase 1, van de begraafplaats zoals dat op de plattegrond is aangegeven, worden alleen graven voor volwassenen uitgegeven waarop uitsluitend een staand gedenkteken mag worden aangebracht. Tot 0.70 meter vanaf de voorrand van de fundering is ruimte voor grafbeplanting dan wel beperkte grafbedekking.

2. Op fase 2, van de begraafplaats zoals dat op de plattegrond is aangegeven, worden alleen graven voor volwassenen uitgegeven waarop een staand gedenkteken en/of liggende grafbedekking mag worden aangebracht.

3. Op het kindergrafveld, zijnde fase 3, gelegen rechts vooraan op de begraafplaats zoals dat op de plattegrond is aangegeven, worden alleen graven voor kinderen uitgegeven. Hierop mag een staand gedenkteken en/of liggende grafbedekking worden aangebracht.

4. De afmetingen van de gedenktekens in fase 1 zijn als volgt:

a. De afmetingen van de staande gedenktekens voor particuliere graven zijn:

  • hoogte: maximaal 0.90 meter ten opzichte van het maaiveld;

  • dikte: minimaal 0.08 meter en maximaal 0.10 meter;

  • breedte: maximaal 1.00 meter, waarbij de breedte van het liggende deel niet kleiner mag zijn dan de breedte van het staande gedeelte;

  • een staand gedenkteken mag uitsluitend aan de verst gelegen breedtezijde van het graf, gerekend vanaf het pad binnen het grafveld worden aangebracht. Over de overige oppervlakte van het graf zijn uitsluitend liggende gedenktekens toegestaan.

b. De afmetingen van de beperkte grafbedekking zijn:

  • lengte maximaal 0.70 meter gemeten vanaf de voorrand van de fundering

  • breedte enkel graf: minimaal 0.80 meter en maximaal 1.00 meter, waarbij de breedte van het liggende deel niet kleiner mag zijn dan de breedte van het staande gedeelte;

c. De afmetingen van de liggende graftekens voor algemene graven zijn:

  • lengte: minimaal 0.40 meter en maximaal 0.50 meter;

  • breedte: minimaal 0.60 meter en maximaal 0.70 meter;

  • Over de oppervlakte van het graf zijn uitsluitend liggende gedenktekens toegestaan;

  • per overledene wordt slechts één steen aangebracht. De gedenktekens bestaan uit maximaal twee liggende stenen per graf;

5. De afmetingen van de gedenktekens in fase 2 zijn als volgt:

a. De afmetingen van de staande gedenktekens voor particuliere graven zijn:

  • hoogte: minimaal 0.80 meter en maximaal 1.10 meter ten opzichte van het maaiveld;

  • dikte: minimaal 0.08 meter en maximaal 0.25 meter;

  • breedte: maximaal 1.00 meter, waarbij de breedte van het liggende deel niet kleiner mag zijn dan de breedte van het staande gedeelte;

  • een staand gedenkteken mag uitsluitend aan de verst gelegen breedtezijde van het graf, gerekend vanaf het pad binnen het grafveld worden aangebracht. Over de overige oppervlakte van het graf zijn uitsluitend liggende gedenktekens toegestaan.

b. De afmetingen van de liggende gedenktekens voor particuliere graven zijn:

  • lengte enkel graf: minimaal 1.80 meter en maximaal 2.00 meter;

  • breedte enkel graf: minimaal 0.80 meter en maximaal 1.00 meter, waarbij de breedte van het liggende deel niet kleiner mag zijn dan de breedte van het staande gedeelte;

c. De afmetingen van de liggende gedenktekens voor particuliere dubbelgraven zijn:

  • lengte dubbel graf: minimaal 1.80 meter en maximaal 2.00 meter;

  • breedte dubbel graf: minimaal 1.80 meter en maximaal 1.90 meter, waarbij de breedte van het liggende deel niet kleiner mag zijn dan de breedte van het staande gedeelte;

6. De afmetingen van de gedenktekens voor kindergraven in fase 3 zijn:

a. De afmetingen van de staande gedenktekens voor kindergraven zijn:

  • hoogte: minimaal 0.50 meter en maximaal 0.60 meter ten opzichte van het maaiveld;

  • dikte: minimaal 0.08 meter en maximaal 0.25 meter;

  • breedte: minimaal 0.60 meter en maximaal 0.80 meter, waarbij de breedte van het liggende deel niet kleiner mag zijn dan de breedte van het staande gedeelte;

b. De afmetingen van de liggende gedenktekens voor kindergraven zijn:

  • lengte: minimaal 1.15 meter en maximaal 1.25 meter;

  • breedte: minimaal 0.60 meter en maximaal 0.80 meter, waarbij de breedte van het liggende deel niet kleiner mag zijn dan de breedte van het staande gedeelte;

7 De afmetingen van de liggende boomschijf op de natuurbegraafplaats zijn:

  • diameter: maximaal 0.60 meter;

  • dikte: maximaal 0.10 meter.

8. Burgemeester en Wethouders kunnen in uitzonderingsgevallen ontheffing verlenen voor de toepassing van andere afmetingen.

9. De afmetingen van het gedenkteken mogen de afmetingen van het graf nooit overschrijden.

10. Een urnennis wordt na plaatsing van een asbus, met of zonder urn, geheel afgesloten met een gedenkteken dat door burgemeester en wethouders wordt voorgeschreven

Artikel 6 Vereisten grafkelder

  • 1.

    Het stichten van een grafkelder geschiedt door de zorg en voor rekening en risico van de aanvrager na verkregen vergunning van het college op een door het college aan te wijzen locatie.

  • 2.

    De afmetingen van de ruimte waarbinnen een grafkelder voor het begraven van lijken mag worden aangebracht, zijn: lengte 250 cm, breedte 110 cm en diepte 150 cm beneden maaiveld.

Artikel 7 Vereisten vergunning grafkelder

  • 1.

    Een vergunning voor het aanbrengen of vervangen van een grafkelder dient schriftelijk bij het college te worden aangevraagd, onder overlegging van een ontwerptekening, schaal 1:10 en een duidelijke omschrijving van de toe te passen materialen.

  • 2.

    Op deze ontwerptekening dienen tenminste vermeld te worden:

    • a.

      een boven , voor en zijaanzicht met alle hoogte , breedte , dikte en lengtematen;

    • b.

      welke fundering wordt toegepast om verzakking te voorkomen;

    • c.

      de soort, de kleur en de bewerking van het te gebruiken materiaal;

    • d.

      of de letters e.d. ingehakt, opgehakt of van metaal zijn;

    • e.

      de tekst en figuratie;

    • f.

      de handtekening van de rechthebbende.

  • 3.

    Het college kan de in het eerste lid bedoelde vergunning weigeren indien:

    • a.

      niet voldaan is aan de in deze nadere regels gestelde bepalingen;

    • b.

      de grafkelder afbreuk doet aan het aanzien van de begraafplaats;

    • c.

      de duurzaamheid van de materialen onvoldoende is;

    • d.

      de constructie van de grafbedekking, fundering, kelder of andere voorwerpen ondeugdelijk is.

Artikel 8 Aanbrengen van voorwerpen

  • 1.

    Er mogen geen voorwerpen voor, achter of naast de voor het graf beschikbare oppervlak worden aangebracht of opgeborgen.

  • 2.

    Het is niet toegestaan op enigerlei wijze voorwerpen middels een vaste verbinding op de columbaria aan te brengen.

  • 3.

    Bij de beheerder kan een verzoek worden ingediend om van gemeentewege een naamplaatje op de gedenkzuil bij het strooiveld aan te brengen. Dit naamplaatje blijft gedurende 10 jaren op de gedenkzuil bevestigd.

Artikel 9 Firmanaam

Het vermelden van een firmanaam of enige andere reclame op een gedenkteken of onderdeel daarvan is verboden.

Artikel 10 Tijdstip plaatsing gedenkteken of grafkelder

  • 1.

    Het tijdstip van plaatsing van het gedenkteken of de grafkelder wordt steeds vooraf in overleg met de beheerder afgesproken om te voorkomen dat de werkzaamheden samenvallen met een uitvaart.

  • 2.

    Het plaatsen van het gedenkteken of de grafkelder dient na voorafgaande toestemming van de beheerder plaats te vinden op werkdagen van maandag t/m vrijdag van 09:00 uur tot 16:00 uur. De beheerder kan in bijzondere gevallen van deze tijden afwijken.

Artikel 11 Afval werkzaamheden gedenkteken

Alle sporen van afval, ontstaan ten gevolge van werkzaamheden op of aan de grafbedekking of de grafkelder dienen van de begraafplaats te worden meegenomen behoudens groenafval dat op de daarvoor bestemde plaats dient te worden gedeponeerd.

Beschadigingen, ontstaan ten gevolge van werkzaamheden op of aan de grafbedekkingen moeten worden hersteld.

Losse bloemen en planten, eenjarige planten en winterharde gewassen

Artikel 12 Grafbeplantingen

  • 1.

    De oppervlakte van het particuliere graf kan door de rechthebbende worden beplant met gewassen die de voor het graf beschikbare oppervlakte zoals aangegeven in artikel 2, lid 3 niet overschrijden of door snoeien binnen deze oppervlakte kunnen worden gehouden. De hoogte van deze gewassen mag niet meer zijn dan de hoogte van het gedenkteken op het graf.

  • 2.

    Gewassen die buiten de in het eerste lid bedoelde ruimte geplant worden of groeien, kunnen van gemeentewege verwijderd worden, zonder dat de gemeente tot enige vergoeding verplicht is.

  • 3.

    De natuurgraven op fase 9 mogen door de gebruiker worden beplant met één boom.

  • 4.

    De natuurgraven op fase 8 mogen door de gebruiker worden beplant met lage beplanting, jaarlijks zal de gemeente de aanwezige beplanting maaien

  • 5.

    Het college hanteert een lijst van bomen en heesters die toegestaan zijn op de te onderscheiden delen van de natuurbegraafplaats.

Artikel 13 Losse voorwerpen

  • 1.

    Op een particulier graf en vóór een urnennis kunnen losse voorwerpen, potplanten en bloemen in vazen worden geplaatst.

  • 2.

    Losse voorwerpen, potplanten en bloemen in vazen dienen op de daarvoor bestemde plaats voor de urnennis te worden gezet en mogen de proporties van de urnennis niet overschrijden.

  • 3.

    Op het strooiveld, op de natuurgraven en op de natuur-urnengraven mogen geen losse voorwerpen, planten en bossen bloemen geplaatst worden anders dan het bepaalde in artikel 12, derde lid, met uitzondering van de ruimte rond de gedenkzuil of andere centrale gedenkplaatsen.

  • 4.

    Het is toegestaan losse bloemen te leggen op een graf.

Onderhoud

Artikel 14 Onderhoud door rechthebbende of gebruiker

De rechthebbende of de gebruiker is verplicht het grafteken en de grafbeplanting op het graf behoorlijk te onderhouden of te herstellen voor zover dat onderhoud niet bij de gemeente berust. Onder dit onderhoud wordt verstaan: het stellen van de gedenktekens na verzakking, het uitvoeren van herstellingen van de gedenktekens en losse voorwerpen, het verven of het vergulden van de opschriften, het aanbrengen, onderhouden en vernieuwen van losse planten en één- of meerjarige gewassen en het verwijderen van dode planten. Het afval dat vrij komt bij het onderhoud dient door een ieder in de daarvoor aanwezige afvalbakken te worden gedeponeerd.

Verwijdering van grafbedekkingen

Artikel 15 Verwijderen verwelkte bloemen en planten

Verwelkte bloemen, beplanting of kransen en kapotte voorwerpen kunnen zonder voorafgaande kennisgeving door de beheerder worden verwijderd, zonder dat aanspraak kan worden gedaan op schadevergoeding. Linten, siervazen en dergelijke voorwerpen worden gedurende drie maanden ter beschikking gehouden van de rechthebbende indien deze daarvoor tevoren een mondelinge of schriftelijke aanvraag heeft gedaan bij de beheerder.

Artikel 16 Verwijderen grafbedekking voor bijzetting

  • 1.

    Indien in een bestaand graf een bijzetting wordt gedaan, dient door of vanwege de rechthebbende het tijdig en tijdelijk verwijderen van een gedenkteken of grafbedekking plaats te vinden.

  • 2.

    De rechthebbende op een particulier graf moet gedogen dat grafbedekkingen of andere voorwerpen door of namens hem geplaatst op het particuliere graf door of vanwege de gemeente tijdelijk worden weggenomen of verplaatst indien dit ter begraving van lijken in de nabijheid van het betreffende particuliere graf of om andere redenen noodzakelijk is.

  • 3.

    De rechthebbende op een particulier graf moet gedogen dat op het particuliere graf door of vanwege de gemeente tijdelijk grond wordt opgeslagen indien dit ter begraving van lijken in de nabijheid van het betreffende particuliere graf of om andere redenen noodzakelijk is.

  • 4.

    De gemeente is aansprakelijk voor de schade die ontstaat aan de grafbedekkingen ten gevolge van de werkzaamheden als bedoeld in het eerste, tweede en derde lid van dit artikel. De schade zal, in overleg met de rechthebbende, door of vanwege de gemeente en op kosten van de gemeente, onmiddellijk worden hersteld.

Slotbepalingen

Artikel 17 Beslissingsbevoegdheid

In geval waarin deze verordening niet voorziet of in geval van verschil van mening over de uitleg van haar bepalingen, beslissen burgemeester en wethouders.

Artikel 18 Citeertitel

  • 1.

    Deze voorschriften kunnen worden aangehaald als: “Nadere regels voor begraafplaatsindeling en grafbedekkingen op de gemeentelijke begraafplaats Boxmeer 2017”.

  • 2.

    Deze voorschriften treden in de plaats van de Nadere regels voor begraafplaatsindeling en grafbedekkingen op de gemeentelijke begraafplaats Boxmeer 2007“.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders in de vergadering van d.d. 6 december 2016 onder de bepaling dat deze voorschriften per 1 maart 2017 in werking treden.

Burgemeester en wethouders van Boxmeer,

de gemeentesecretaris,

de burgemeester,