Regeling vervallen per 25-01-2013

Beleidsregeling horecasluitingstijden 2009

Geldend van 02-07-2009 t/m 24-01-2013

Intitulé

Beleidsregeling horecasluitingstijden 2009

De Burgemeester van Breda:

Gelet op artikel 15 lid 1 onder C van de Drank- en horecaverordening Breda 2001,

overwegende dat het gewenst beleidsregels als bedoeld in artikel 4.81 van de Algemene wet bestuursrecht vast te stellen in verband met de uitoefening van de bevoegdheden zoals opgenomen onder artikel 15 eerste lid van de Drank- en Horecaverordening Breda 2001 (sluitingstijdenregeling)

Besluit de volgende beleidsregels vast te stellen:

Artikel 1

In deze beleidsregels wordt verstaan onder verordening:Drank- en Horecaverordening Breda 2001

Artikel 2 ontheffingsmogelijkheid

Met de toepassing van artikel 15, eerste lid onder c van de verordening ( ontheffing van 02.00 uur tot 04.00 uur) houdt de burgemeester rekening met het volgende.

De Burgemeester kan op verzoek een ontheffing voor hetzij alle nachten hetzij voor donderdagnacht tot en met de zaterdagnacht, verlenen. Waarbij voor elke nacht de ontheffing geldt van 02.00 uur tot 04.00 uur, met inachtneming van de onder artikel 15 eerste lid onder d van de verordening, genoemde weigerings- en intrekkingsgronden

Artikel 3 Weigeringsgronden, Intrekkingsgronden.

Met toepassing van de in artikel Artikel 15, eerste lid onder d van de verordening, genoemde weigerings- en intrekkingsgronden houdt de burgemeester rekening met:

A. Algemeen.

De burgemeester houdt rekening met het in de “Notitie handhaving horeca” vermelde. Over de sanctiestrategie staat daarover het volgende:

Categorie 1:

  • 1.

    Bestuurlijke waarschuwing

    • -

      afschrift aan relevante partners

    • -

      voornemen beschikking bekend maken

    • -

      termijn zienswijze stellen

  • 2.

    Handhavingsbeschikking

    • -

      afschrift aan relevante partners

  • 3.

    verbeuren dwangsom

Afhankelijk van de zwaarte van de overtreding kan de tweede stap het intrekken van de ontheffing betekenen.

B. Het onder artikel 15, eerste lid onder d, lid 1 van de verordening genoemde:

Gedragseisen leidinggevenden.

De ontheffing wordt niet afgegeven voordat onderzoek is gedaan naar de eisen omtrent gedrag en zedelijkheid van de leidinggevenden.

Voor een nieuwe ondernemer betekent dit de normale procedure in verband de aanvraag van de eveneens benodigde Drank- en Horecavergunning. Toetsing op gedrag zal plaatsvinden aan artikel 8 tweede en derde lid van de Drank- en Horecawet en het Besluit eisen zedelijk

gedrag Drank en Horecawet 1999. Hierbij zal voor de ontheffing sluitingstijden in het uitgaansgebied een strenger toezichtregime gelden op de gedrag- en zedelijkheidseisen dan voor een andere aanvraag voor een drank- en horecavergunning. Het uitgaansgebied is een bijzonder deel van de stad Breda waar in het kader van de openbare orde en veiligheid strengere eisen worden gesteld en bijzondere afspraken gelden.

Strenger in die zin dat bij niet nader omschreven weigeringsgrond van artikel 8 tweede lid onder b. maximaal op deze weigeringsgrond wordt ingezet. Dat geldt ook voor de jurisprudentie in het kader van het Besluit eisen zedelijk gedrag 1999.

C. Het onder artikel 15, eerste lid onder d, lid 3 van de verordening genoemde: Gevaar of bedreiging voor de openbare orde en veiligheid en zedelijkheid kan of is ontstaan danwel ernstige vrees bestaat voor aantasting van het woon- en leefklimaat.

De burgemeester houdt hierbij rekening met De notitie handhaving horeca,waarbij overtredingen in de periode gelegen na 02.00 uur als een verzwarende omstandigheid moet worden gezien.

D. Het onder artikel 15, eerste lid onder d, lid 4 van de verordening genoemde: indien er vanaf 22.00 uur geen gecertificeerd beveiligingspersoneel werkzaam is.

Richtlijn hierbij zijn de volgende aantallen:

  • -

    Van 0 tot en met 125 bezoekers tenminste 1 beveiliger

  • -

    Van 126 tot en met 250 bezoekers tenminste 2 beveiligers

  • -

    Van 251 en meer ten minste 3 beveiligers

Daarbij houdt de burgemeester tevens rekening met het volgende:

  • -

    Het beveiligingsbedrijf dient een HBD of HND vergunning te beschikken. (HBD =particulier bedrijfsbeveiligingsdienst voor de eigen horecaonderneming , HND = particulier beveiligingsbedrijf uitsluitend gericht op horecabeveiliging)

  • -

    Het betreffende beveiligingsbedrijf dient de gedragscode voor leden en aspirant leden van de Vereniging van beveiligingsorganisaties voor evenementen en Horecagelegenheden onderschreven te hebben of te verklaren deze te onderschrijven

E. Het onder artikel 15, eerste lid onder d, lid 5 van de verordening genoemde: indien er een veiligheidsplan ontbreekt of dit niet deugdelijk is of dat niet door de burgemeester goedgekeurd is. De burgemeester houdt hierbij rekening met het in bijlage I opgenomen model

Artikel 4

Met de toepassing van artikel 15 eerste lid onder e van de verordening, houdt de Burgemeester rekening met het volgende:

  • -

    Indien er in de periode van 1 jaar na verlening van de ontheffing geen incidenten zijn voorgevallen na 02.00 uur of geen incidenten zijn voorgevallen die gevolgen hebben gehad voor de verleende Drank- en Horecavergunning kan de ontheffing voor onbepaalde tijd worden verleend.

Artikel 5

Met de toepassing van artikel 15, eerste lid onder g van de verordening houdt de burgmeester rekening met het volgende:

De burgemeester stelt het in bijlage I van deze beleidsregeling opgenomen model vast als minimale inhoud van het veiligheidsplan.

Artikel 6

De burgemeester kan voor de toepassing van deze regels afwijken van hetgeen hierin dwingend of bij richtlijn is voorgeschreven in geval

  • a.

    de feitelijke toestand of omstandigheden met betrekking tot de horeca-inrichting en/of de exploitatie daarvan hem daartoe aanleiding geven

  • b.

    de inhoud van het ingediende veiligheidsplan hem daartoe aanleiding geeft

  • c.

    de onverkorte toepassing van deze regels voor de belanghebbende een klaarblijkelijke hardheid zou opleveren.

Artikel 7

Dit besluit treedt in werking op 2 juli 2009.

Ondertekening

Breda, d.d. 2 juli 2009,
De burgemeester voornoemd,
P.A.C.M. van der Velden

Bijlage 1 Inhoudsopgave veiligheidsplan

Algemeen

In Breda bestaat de mogelijkheid voor horecaondernemers – in het aangewezen horecaconcentratiegebied – hun zaak open te hebben tot maximaal 04.00 uur. Om voor deze ontheffing van de algemene regels in aanmerking te kunnen komen dient de ondernemer een aantal zaken goed geregeld te hebben. De onderwerpen die het betreft zijn opgenomen in dit model veiligheid- en overlastplan. Dit plan is als voorschrift aan bedoelde ontheffing verbonden.

De keuze voor de onderwerpen die onderdeel zijn van het modelplan zijn besproken met de horecabranche en de gemeente. De primaire invalshoek is vanzelfsprekend het bevorderen van veiligheid en het voorkomen van overlast geweest. Daarnaast is een aantal onderwerpen opgenomen die in eerste aanleg meer verbonden zijn aan de gezondheid van jongeren maar in hun uitwerking wel degelijk effect hebben op de sfeer in de binnenstad.

Inhoudsopgave modelplan

1. Voorschriften ten aanzien van beveiliging van de inrichting

1a. De ondernemer is verplicht tussen 22.00 uur en 04.00 uur gecertificeerd

beveiligingspersoneel aanwezig te hebben in de onderneming.

Aantal gecertificeerde beveiligers (afkomstig van het gecertificeerde beveiligingsbedrijf waarmee wordt samengewerkt) in de onderneming is minimaal 1 en verder afhankelijk van de omvang van de onderneming (maximum aantal bezoekers).

Afschriften van contracten met gecertificeerd beveiligingsbedrijf waar mee wordt samengewerkt.

Afschriften van de eigen vergunning van het ministerie van justitie.

Afschriften van de vergunning van de beveiligingsmensen die worden ingezet.

1b. De ondernemer en het personeel van de inrichting, waaronder begrepen de beveiligingsmedewerkers en portiers, bewapenen zich op geen enkele wijze.

Op welke wijze wordt hier door de ondernemer op toegezien?

Op welke wijze wordt het personeel hierover geïnstrueerd?

1c. Aanwezigheid en gebruik van detectieapparatuur gericht op het buiten houden van wapens.

Beschikt de ondernemer over detectieapparatuur?

Indien ja, over welke apparatuur, hoe wordt de bediening ervan en instructie erover verzorgd?

Indien nee, welke andere maatregelen zijn getroffen ter voorkoming van de

aanwezigheid van wapens in de onderneming?

1d. Aanwezigheid van camera- en/of videobewaking.

Beschikt de ondernemer over camera en/of videoapparatuur?

Indien ja, op welke wijze worden bezoekers daarover geïnformeerd?

Afschrift van plattegrond waarop cameraplan zichtbaar is.

2. Brandveiligheidsvoorzieningen

De onderneming voldoet aan de gestelde eisen op het gebied van brandveiligheid.

Op welke wijze wordt het personeel hierover geïnstrueerd?

Op welke wijze worden noodzakelijke procedures getraind en beoefend?

3. Maatregelen ter voorkoming van overlast

3a. De ondernemer is gehouden de orde binnen de onderneming te handhaven en in de directe omgeving ervan de hinder, veroorzaakt door komende en vertrekkende bezoekers, te voorkomen en zoveel mogelijk te beperken.

Welke maatregelen heeft de ondernemer hiertoe getroffen?

Op welke wijze wordt de stroom komende en vertrekkende bezoekers begeleid?

Welke maatregelen worden getroffen om de activiteiten vanaf een half uur voor sluitingstijd geleidelijk af te bouwen?

Welke instructies worden aan het personeel gegeven?

3b. De ondernemer houdt zich aan de voorschriften en eisen vanuit de wet milieubeheer – met name met betrekking tot het voorkomen van geluidshinder

3c. De ondernemer voorziet in instructies en/of trainingen van het personeel met betrekking tot het omgaan met agressie, dronkenschap en het gebruik van verdovende middelen.

Op welke wijze wordt het personeel geïnformeerd?

Welke instructies worden aan het personeel gegeven?

Welke trainingen worden gegeven? Is dat eenmalig of met een hogere frequentie?

4. Huisregels

4a. In de inrichting gelden huis- en gedragsregels die zodanig zijn opgehangen en leesbaar zijn dat bezoekers er eenvoudig kennis van kunnen nemen.

Wat zijn de huisregels die in de onderneming gelden?

Op welke wijze wordt het personeel hierover geïnstrueerd?

Op welke wijze wordt opgetreden bij het overtreden van de huisregels?

Afschrift van plattegrond en foto’s waaruit duidelijk wordt hoe en waar de huisregels in de onderneming zijn opgehangen.

5. Constatering van strafbare feiten en het melden van incidenten

5a. De ondernemer en het aanwezige personeel zien erop toe dat er geen strafbare feiten worden gepleegd in de inrichting of de directe omgeving. Het gaat daarbij onder meer om het voorhanden hebben of gebruiken van verdovende middelen, het voorhanden hebben van wapens, geweldpleging, bedreiging of (seksuele) intimidatie.

5b. Bij constatering van een strafbaar feit wordt onmiddellijk de politie in kennis gesteld.

Op welke wijze is het personeel hierover geïnstrueerd?

Welke afspraken zijn gemaakt over het verwijderen van betrokkene uit de inrichting en het overdragen aan de politie?

Welke afspraken zijn gemaakt met andere horecaondernemers?

Welke meldprocedure wordt gehanteerd?

5c. Indien de feiten gericht zijn tegen de onderneming, ondernemer of het personeel wordt altijd aangifte gedaan bij de politie.

Welke afspraken zijn hierover binnen de onderneming gemaakt?

6. (Collectief) lokaalverbod

6a. Overtreders van de huisregels en plegers van strafbare feiten worden voor een bepaalde periode, afhankelijk van de ernst van het gepleegde feit, de toegang tot de inrichting ontzegd.

Op welke wijze worden bezoekers hierover geïnformeerd?

Op welke wijze worden de maatregelen afgestemd met die van andere

horecaondernemers in het horecaconcentratiegebied?

6b. De ondernemer participeert in het collectief lokaalverbod binnen het

horecaconcentratiegebied.

Alle deelnemende ondernemingen worden direct geïnformeerd van een opgelegd lokaalverbod.

7. EHBO en afstemming hulpverleningsdiensten

7a. In de inrichting is minstens één goed geoutilleerde EHBO-koffer aanwezig.

Is in de onderneming een bedrijfshulpverlener aangesteld?

Op welke wijze wordt voorzien in de aanwezigheid van EHBO-ers?

Hoeveel medewerkers zijn aanwezig die een EHBD-U training (Novadic-Kentron) – of een vergelijkbare training - hebben gevolgd?

7b. De ondernemers zorgt er in voorkomende gevallen voor dat de opvang van hulpdiensten en de medewerking met hen optimaal verlopen.

8. Deurbeleid

8a. De ondernemer zorgt voor een eenduidig, controleerbaar, transparant en nietdiscriminerend toegangsbeleid. De ondernemer zorgt ervoor dat bij de ingang van de inrichting door middel van een bord wordt aangegeven waar geweigerde personen een klacht kunnen indienen.

Afschrift/foto van het genoemde bord.

Is het toelatingsbeleid vooraf voorgelegd aan het Panel Deurbeleid?

Welke instructies zijn daarover aan het personeel gegeven?

8b. Indien er sprake is van functionele toelatingseisen in de onderneming, zorgt de ondernemer ervoor dat deze eisen duidelijk en goed leesbaar worden opgehangen bij de toegang.

Afschrift van de gehanteerde toegangseisen.

Afschrift/foto van de wijze waarop de eisen bij de toegang zijn opgehangen.

9. Alcoholmatiging

9a. De ondernemer treft maatregelen om overmatig alcoholgebruik in en rond de inrichting te voorkomen.

Maatregelen m.b.t. informatie en trainingen voor het personeel.

Welke werkinstructies bestaan hieromtrent voor het personeel.

Welke maatregelen worden getroffen voor de betrokken bezoekers.

Werknemers gebruiken geen alcohol gedurende werktijd.

9b. De ondernemer houdt zich aan de eisen en richtlijnen met betrekking tot het schenken van alcohol aan minderjarigen.

Welke leeftijdsgrens hanteert de onderneming?

Welke werkinstructies bestaan hieromtrent voor het personeel.

Welke preventieve maatregelen worden uitgevoerd door de ondernemer?

Hoe wordt voorzien in het volgen van barcode-trainingen voor de medewerkers?

9c. De ondernemer onthoudt zich van het organiseren van ‘happy hours’, anders dan één keer per week, gedurende één uur en tegen een maximale korting op de consumptieprijs van 50%.

9d. De ondernemer initieert en/of werkt mee aan preventieve en informatieve acties met betrekking tot alcoholmatiging door jongeren.

Worden er ‘frisavonden’ of andere campagnes gehouden?

10. Toegang toezichthouders en controleurs

De ondernemer zorgt ervoor dat toezichthouders en controleurs te allen tijde worden toegelaten tot de inrichting om hun werkzaamheden uit te kunnen voeren.

Op welke wijze is het personeel daarover geïnstrueerd?