Regeling vervallen per 20-12-2019

Beleidsregeling ontheffing horecasluitingstijden 2013

Geldend van 25-01-2013 t/m 19-12-2019

Intitulé

Beleidsregeling ontheffing horecasluitingstijden 2013

1. Inleiding

Op 18 december 2008 heeft de raad besloten de horecaverordening zodanig te wijzigen dat het voor horecaondernemers in het horecaconcentratiegebied mogelijk wordt tot 04.00 uur open te zijn. Hierbij wordt gewerkt met het verlenen van ontheffingen onder vastgestelde voorwaarden. De belangrijkste voorwaarden die de raad heeft gesteld zijn de aanwezigheid van beveiligers en het opstellen van een veiligheidsplan. In artikel 15 lid 1 van de Drank- en horecaverordening Breda is opgenomen dat de burgemeester nadere regels stelt ten behoeve van het ontheffingenbeleid. Deze beleidsregels betreffen de wijze waarop hij met zijn bevoegdheden omgaat.

In 2009 is het Convenant Veilig Uitgaan gesloten. Doel van het convenant is om te komen tot een gezamenlijke aanpak rondom het uitgaan in de Bredase binnenstad, waardoor het uitgaansleven voor alle betrokkenen zo veilig mogelijk verloopt en bijdraagt aan het positieve imago van de stad Breda. De directe aanleiding voor het sluiten van het convenant is de verruiming van de openingstijden geweest.

Uitgangspunt is de eigen verantwoordelijkheid van de convenantpartners en de wil om een bijdrage aan elkaars rol en verantwoordelijkheid te leveren. Het werkingsgebied omvat het gebied, dat in de Drank- en Horecaverordening als uitgaanscentrum is aangewezen aangevuld met het gebied tussen de binnenstad en het station. Het convenant loopt tot en met 2013.

De convenantpartners zijn:

  • ·

    De gemeente Breda

  • ·

    Het openbaar ministerie, arrondissementsparket Breda

  • ·

    Politie Midden en West Brabant, district Breda

  • ·

    Horeca Nederland, afdeling Breda

  • ·

    De Wandelarij

  • ·

    De Nederlandse Veiligheidsbranche (NVB), voorheen de Vereniging van beveiligingsorganisaties voor evenementen

In het convenant Veilig Uitgaan hebben de convenantpartners afspraken met elkaar gemaakt om het doel van het convenant te verwezenlijken.

2. Uitgangspunten beleidsregeling

Bij de uitwerking van de nadere beleidsregels voor de ontheffing horecasluitingstijden hebben de volgende overwegingen een rol gespeeld:

Veiligheidbevordering en overlastreductie: de beleidsregels dienen ertoe verruimde openingstijden voor de horeca in de binnenstad mogelijk te maken zonder dat er verhoogde veiligheidrisico’s of een toename van de overlast ontstaan.

Handhaafbaarheid: gelet op de gevoeligheid van het gebied en de raakvlakken met de openbare orde en veiligheid in de binnenstad dient het beleid goed handhaafbaar te zijn. Dat betekent onder meer dat de regels duidelijk en eenduidig dienen te zijn. Dat geldt voor de ondernemers, de handhavers maar ook voor de bezoekers en bewoners van de binnenstad. Het betekent ook dat er op een snelle en doeltreffende manier ingegrepen moet kunnen worden wanneer er sprake is van openbare orde en//of veiligheidrisico’s.

Duurzaamheid: de beleidsregels zijn dusdanig gemaakt dat er sprake is van duurzaam beleid. Dat betekent dat er gezocht is naar dusdanige kaders dat deze voor langere tijd toepasbaar zijn. Maar ook dat daarbinnen maatwerk mogelijk is. Tevens is aansluiting gezocht bij bestaande regelgeving.

Het creëren van verantwoorde mogelijkheden: de beleidsregels kennen een zodanige opbouw dat er keuzemogelijkheden bestaan voor ondernemers en in de toepassing aansluiting gevonden wordt bij de aard en omvang van de onderneming. Tevens is de mogelijkheid van verder maatwerk opgenomen, zodanig dat de mogelijkheden van ondernemers in goede verhouding staan tot de veiligheid en openbare orde in de binnenstad – en daarmee ook tot de belangen van de bewoners en andere belanghebbenden.

3. Inhoudelijke onderdelen van de beleidsregeling

3.1 Drie scenario's

De mogelijkheid om tot 04.00 uur open te zijn is door de raad in principe voor alle dagen van de week open gesteld. Het aantal horecaondernemers dat belangstelling heeft voor een ontheffing die voor alle dagen geldt is echter zeer beperkt. Vanuit het oogpunt van de ondernemer heeft een vrije keuze in de openingstijden vanzelfsprekend de voorkeur. Tijdens de behandeling van de horecasluitingstijden zijn de nadelen van een vrije keuze - met name voor de openbare orde en veiligheid en de handhaafbaarheid van het beleid – al aan de orde geweest en is een individuele vormgeving van het beleid afgewezen. Om de ondernemers echter wel tegemoet te komen is in de beleidsregeling de mogelijkheid opgenomen alleen voor de uitgaansavonden een ontheffing te krijgen.

Dat betekent dat er drie scenario’s ontstaan:

  • -

    Een onderneming is alle dagen tot maximaal 02.00 uur open

  • -

    Een onderneming heeft een ontheffing van het sluitingsuur tot 04.00 uur voor alle dagen van de week

  • -

    Een onderneming heeft een ontheffing van het sluitingsuur tot 04.00 uur voor de donderdag-, vrijdag- en zaterdagnacht.

3.2 Veiligheid- en overlastplan per onderneming:

Een horecaondernemer dient – wanneer hij/zij voor een ontheffing in aanmerking wil komen – een veiligheid- en overlastplan te maken. De inhoud daarvan is voor iedereen gelijk en in de beleidsregeling vastgelegd. De uitwerking is op maat en sluit daarmee aan bij de omvang en het karakter van de onderneming. Een deel van de inhoud is nieuw. Een belangrijk deel betreft bestaande regelgeving. Deze wordt niet ‘over gedaan’ of dubbel toegepast. Het plan geeft wel nader inzicht in de wijze waarop de onderneming wordt geëxploiteerd en biedt duidelijkheid tussen de verstrekker van de ontheffing en de ontvanger ervan.

De inhoud van het veiligheidsplan omvat de volgende onderdelen:

  • 1.

    Voorschriften ten aanzien van beveiliging van de inrichting

  • 2.

    Brandveiligheidsvoorzieningen

  • 3.

    Maatregelen ter voorkoming van overlast

  • 4.

    Huisregels

  • 5.

    Constatering van strafbare feiten en het melden van incidenten

  • 6.

    (Collectief) lokaalverbod

  • 7.

    EHBO en afstemming hulpverleningsdiensten

  • 8.

    Deurbeleid

  • 9.

    Alcoholmatiging

  • 10.

    Toegang toezichthouders en controleurs

3.3 Aantal beveiligers

Er is gezocht naar een verantwoord aantal verplichte beveiligers per onderneming. De raad heeft in de drank- en horecaverordening vastgelegd dat er gecertificeerde beveiligers moeten zijn vanaf 22.00 uur tot 04.00 uur indien de ondernemer een ontheffing heeft. De bepaling van het aantal is opgedragen aan de burgemeester.

Bij het vaststellen van de aantallen is gebruik gemaakt van de deskundigheid en ervaringen van brandweer, politie, vergunningsverleners, de beveiligingsbranche, andere gemeenten en de input van horecaondernemers zelf.

Gezien de kosten die hiermee gemoeid zijn en de beperkte aanloop van publiek aan het begin van de avond, is het voor veel ondernemers lastig te voldoen aan de vereisten ten aanzien van de beveiligers. Consequentie is dat veel zaken pas later open gaan. Dit is niet wenselijk, mede gezien de doelstelling van het convenant om een aantrekkelijk uitgaansklimaat en een positief imago voor Breda als uitgaansstad te creëren.

Een en ander heeft ertoe geleid het aantal beveiligers als volgt te relateren aan het aantal toegelaten bezoekers (op basis van de brandveiligheidregelgeving).

  • -

    Vanaf 22.00u dient er tenminste 1 beveiliger werkzaam te zijn.

  • -

    Vanaf 24.00u gelden de volgende aantallen:

    • .

      Van 0 tot en met 125 bezoekers tenminste 1 beveiliger

    • .

      Van 126 tot en met 250 tenminste 2 beveiligers

    • .

      Van 251 en meer bezoekers tenminste 3 beveiligers.

  • -

    Voor kleine zaken die gedurende de hele avond maar 1 beveiliger in dienst hoeven te hebben, kan de burgemeester individueel maatwerk toepassen op basis van het veiligheidsplan.

De burgemeester heeft de mogelijkheid op grond van de openbare orde of veiligheid, de aard van de betreffende onderneming (doelgroep, kenmerken activiteiten, kenmerken bezoekers), geconstateerde risico’s, overlast e.d. in individuele gevallen afwijkende voorwaarden op te leggen (maatwerk).

3.4 Keurmerk horecabeveiliging

De kwaliteit van het optreden van portiers en een gedegen aansturing van individuele portiers vanuit de werkgever (beveiligingsbedrijven) en opdrachtgever (horecaondernemer), zijn belangrijk voor een goede handhaving van de openbare orde en een adequaat veiligheidsniveau in en rond de horecagelegenheid.

De beveiligingsbranche is daarom ook een serieuze convenantpartner. Incidenten waarbij beveiligingspersoneel onprofessioneel tewerk gaat - bijvoorbeeld door buitensporige geweldtoepassing of niet de-escalerend optreden – hebben grote gevolgen voor betrokkenen en de opdrachtgevers. De gezamenlijke wens is om dit soort incidenten zoveel mogelijk te voorkomen. Ook daartoe is een basis kwaliteitsniveau van belang en daar dragen onderwerpen als goede instructies, coaching en begeleiding van personeel (onderdelen van het keurmerk) toe bij.

De Nederlandse Veiligheidsbranche investeert in de kwaliteit, professionaliteit en betrouwbaarheid van de bedrijven en hun dienstverlening; onder meer door het hanteren van keurmerken. Deze vorm van investeren in kwaliteit en zelfregulering sluiten nauw aan bij de uitgangspunten en doelstellingen die aan het Convenant Veilig Uitgaan zijn verbonden.

Om een basiskwaliteit van dienstverlening door de beveiligingsbedrijven in Breda te waarborgen, is daarom het beschikken over het keurmerk horecabeveiliging van De Nederlandse Veiligheidsbranche voor de beveiligingsbedrijven die werkzaam zijn in de Bredase horeca vanaf 1 juli 2013 verplicht.

3.5 Toezicht op sluitingstijden

Vanuit de horeca wordt aangegeven, dat het niet altijd mogelijk is om exact om 02.00u of 04.00u iedereen buiten te hebben. Dit geldt met name waar het gaat om zaken, die grote aantallen bezoekers kennen. Ook de politie en beveiligingsbranche bevestigen dat het binnen zeer korte tijd buiten zetten van veel personen problemen kan opleveren met de openbare orde en veiligheid. De convenantpartners constateren dat het erom gaat dat de ondernemer een actieve houding aanneemt om de mensen tijdig naar buiten te krijgen.

De uitgangspunten ten aanzien van het toezicht op en handhaving van de sluitingstijden zijn als volgt:

  • -

    Om 01.50u respectievelijk 03.50u is de ondernemer actief bezig om mensen uit zijn zaak te krijgen, dat wil zeggen er is gestopt met het verstrekken van consumpties, de lichten zijn aan en de muziek is geheel uit.

  • -

    Om 02.15u respectievelijk 04.15 dient de gehele onderneming leeg te zijn; er mogen dan geen bezoekers meer aanwezig zijn.

Op de naleving van beide tijdstippen kan door toezichthouders gecontroleerd worden. Indien 10 minuten voor sluitingstijd niet is begonnen met het naar buiten krijgen van bezoekers en vervolgens 15 minuten na sluitingstijd de zaak niet leeg is, dan volgen sancties.

Uitdrukkelijk wordt hier opgemerkt dat aan de sluitingstijden van 02.00u c.q. 04.00u in de Drank- en Horecaverordening niet getornd wordt. Uit coulance wordt een periode van 15 minuten gegund aan de ondernemer om de stroom bezoekers weg te werken en ervoor te zorgen dat zij de horeca rustig en ordelijk kunnen verlaten. Het is en blijft de verantwoordelijkheid van de ondernemer om ervoor te zorgen dat om 02.15u respectievelijk 04.15u de zaak helemaal leeg is. Indien na invoering blijkt dat de ondernemers deze aanpassing in de beleidsregels gaan misbruiken om de sluitingstijden op te rekken, dan worden de beleidsregels onmiddellijk aangepast en wordt de oude situatie weer teruggedraaid. Dat betekent dat we in dat geval weer terug gaan naar het huidige regime dat om 02.00u dan wel 04.00u de hele zaak leeg moet zijn en er geen enkele bezoeker meer aanwezig mag zijn. Om een en ander te monitoren wordt een half jaar na aanpassing van de beleidsregels de situatie geëvalueerd.

3.6 Collectieve Horeca Ontzegging

In het Convenant Veilig Uitgaan is de invoering van de Collectieve Horeca Ontzegging (CHO) al opgenomen. De horecabranche in hiervoor verantwoordelijk en heeft inmiddels het systeem daartoe ingericht en verschillende ondernemers zijn inmiddels al aangesloten. Het gemeentelijk beleid ten aanzien van gebiedsverboden (dat inmiddels al twee jaar draait) ondersteunt het systeem van CHO.

Aangezien de nachtelijke tijden het meest gevoelig zijn voor orde en veiligheidsproblemen en het systeem van ontheffingen zo is ingericht dat de veiligheid zo goed mogelijk gewaarborgd wordt, is het voor ondernemers met een ontheffing van de sluitingstijden verplicht zich aansluiten bij CHO. Dit om notoire overlast- en geweldplegers uit de horeca te weren. Deze verplichting heeft voornamelijk het karakter van een ‘zekerheidsstelling’ aangezien een groot deel van de horecaondernemers zich vrijwillig bij de regeling CHO aan zal sluiten. Het systeem van CHO is door de branchevereniging KHN Breda in januari 2013 operationeel gemaakt.

3.7 Handhaving

De wijze waarop opgetreden wordt tegen overtredingen door de horeca is beschreven in de notitie Handhaving@horeca Breda. In principe geldt ten aanzien van de ontheffingen dat een ondernemer één waarschuwing krijgt wanneer aan de gestelde eisen niet wordt voldaan. Een volgende overtreding houdt in dat de ontheffing voor een bepaalde tijd kan worden ingetrokken. Voor deze vorm is gekozen om snel en adequaat te kunnen ingrijpen en daarmee de openbare orde en veiligheid in de gevoelige nachtelijke uren te kunnen waarborgen, zonder dat de exploitatie van de onderneming onmogelijk wordt gemaakt (openingstijden tot 02.00 uur blijven mogelijk).

3.8 Eenvoudige toekenning

Om de regeldruk te beperken wordt een ontheffing in eerste instantie verstrekt voor één jaar en vervolgens – wanneer zich geen bijzonderheden hebben voorgedaan – omgezet voor een ontheffing voor onbepaalde tijd.

Ondertekening

Breda,
Aldus vastgesteld,
P.A.C.M. van der Velden
Burgemeester van Breda