Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Brunssum houdende regels voor de organisatie Organisatiebesluit gemeente Brunssum 2017

Geldend van 10-01-2017 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2017

Intitulé

Organisatiebesluit gemeente Brunssum 2017

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Brunssum;

gelet op de artikelen 103, 106 en 160 van de Gemeentewet;

gezien het Organisatieplan gemeente Brunssum 2016 inclusief bijlagen (vastgesteld door B&W op 6 september 2016)

besluit

het Organisatiebesluit gemeente Brunssum 2017 vast te stellen.

Inleiding

Op 6 september 2016 heeft het college van B&W het organisatieplan van de gemeente Brunssum vastgesteld. Dit was het startsein voor de reorganisatie om te komen tot de nieuwe organisatie-indeling die per 1 januari 2017 een feit is. Behalve de (hoofd)structuur bevat het Organisatieplan ook richtlijnen en uitgangspunten over onder meer de managementprincipes en de manier van (samen)werken die wij nastreven. Het Organisatieplan geldt de komende jaren als leidraad voor de verdere organisatieontwikkeling van de ambtelijke organisatie. Dit Organisatiebesluit gaat specifiek in op de hoofdstructuur en de aansturing van de ambtelijke organisatie van de gemeente Brunssum. Tegelijk met dit besluit wordt separaat ook de mandaatregeling door het college vastgesteld. Tezamen vormen deze drie documenten het formele kader voor de uitvoering van taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden door de Brunssumse ambtelijke organisatie.

Artikel 1. Begripsbepalingen

  • a. college: college van burgemeester en wethouders;

  • b. gemeentesecretaris/algemeen directeur: hoogste ambtenaar die belast is met het informeren, adviseren en ondersteunen van het college. Hoofd van de ambtelijke organisatie;

  • c. directieteam: belast met de zorg en de verantwoordelijkheid voor het bewaken van de eenheid in uitoefening van de organisatiebrede taken en het bevorderen van het goed functioneren van de ambtelijke organisatie. De gemeentesecretaris/algemeen directeur en de directeuren vormen het directieteam;

  • d. managementteam: mede belast met het ontwikkelen en beheren van gemeentebrede onderwerpen zowel qua vastgestelde programma’s als bedrijfsvoering. Het directieteam met de afdelingshoofden vormen tezamen het managementteam, onder voorzitterschap van de algemeen directeur.

  • e. afdeling: de organisatorische eenheid die is ontstaan na verbijzondering van taken en als zodanig aangewezen door het college.

Artikel 2. Structuur van de ambtelijke organisatie

  • 1. Dit organisatiebesluit is niet van toepassing op de griffie.

  • 2. De ambtelijke organisatie van de gemeente Brunssum wordt ingedeeld in een drie- hoofdige directie met daaronder afdelingen

    Het betreft de volgende afdelingen:

    • -

      Financiën en Control

    • -

      Informatiemanagement

    • -

      Bestuurszaken

    • -

      Publieksdiensten (in het besluit van 6 september 2016 betreffende het Organisatieplan Gemeente Brunssum 2016 genoemd Gemeentewinkel)

    • -

      Zorg

    • -

      Openbare Ruimte

    • -

      Maatschappelijke Ontwikkeling

    • -

      Ruimtelijke Ontwikkeling en Vastgoed ( in het besluit van 6 september 2016 betreffende het Organisatieplan Gemeente Brunssum 2016 genoemd Ruimtelijke Ontwikkeling en Accommodaties)

  • 3. De plaats van de in het vorige lid bedoelde directie en afdelingen in de ambtelijke organisatie wordt aangegeven in een organogram, dat als bijlage 1 bij deze regeling is gevoegd.

  • 4. De taaktoedeling aan de in het tweede lid bedoelde afdelingen geschiedt door de gemeentesecretaris/algemeen directeur.

  • 5. Wijziging van de structuur als bedoeld in dit artikel geschiedt niet dan nadat het personeel bij de voorbereiding daarvan inspraak heeft gehad volgens de vastgestelde regels van medezeggenschap.

Artikel 3 De gemeentesecretaris/algemeen directeur

Onder bestuurlijke verantwoordelijkheid van het college berust het dagelijks beheer van de ambtelijke organisatie, met uitzondering van de griffie, bij de gemeentesecretaris/algemeen directeur.

De gemeentesecretaris/algemeen directeur is integraal eindverantwoordelijk voor een doeltreffend, doelmatig, kwalitatief hoogwaardig functioneren van de organisatie als geheel. Draagt als hoofd van de ambtelijke organisatie in het bijzonder zorg voor:

  • 1.

    Ondersteuning van het college:

    • a.

      onverminderd de verantwoordelijkheid van de burgemeester draagt de gemeentesecretaris/algemeen directeur de zorg voor een goede voorbereiding van de vergaderingen van het college de voorbereiding van de vergaderingen van het college;

    • b.

      het adviseren van het college bij de uitvoering van taken.

    • c.

      het vaststellen van de besluiten in de vergaderingen van het college;

    • d.

      de terugkoppeling van de onder c. bedoelde besluiten naar de ambtelijke organisatie;

    • e.

      het sturen op en bewaken van de uitvoering van deze besluiten.

  • 2.

    Het aansturen van het ambtelijk apparaat door:

    • a.

      het geven van directe leiding aan directeuren en afdelingshoofden;

    • b.

      het signaleren en analyseren van in- en externe ontwikkelingen en de vertaling hiervan in beleidsinitiatieven en – instrumenten;

    • c.

      het nemen van initiatief tot het ontwikkelen, evalueren en bijstellen van de lange termijn visie, doelen en strategie met betrekking tot de bedrijfsvoering en de organisatiestructuur;

    • d.

      het creëren van een goede afstemming tussen de beleidsvelden onderling en tussen de (meerjaren)beleidsplanning en het (meerjaren)middelenbeleid.

    • e.

      De juridische- en financiële rechtmatigheid, de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het gemeentelijke beleid en beheer;

    • f.

      De gemeentesecretaris/algemeen directeur is voorzitter van het directie- en managementteam en het eerste en enige aanspreekpunt voor het college van burgemeester en wethouders ten aanzien het algemene functioneren van de leden van het directieteam;

    • g.

      het uitoefenen van zijn/haar taak als WOR-bestuurder op grond van de Wet op de Ondernemingsraden;

    • h.

      het bouwen en onderhouden van een (regionaal) relatienetwerk op bestuurlijk- en ambtelijk niveau;

    • i.

      De gemeentesecretaris/algemeen directeur wordt bij afwezigheid volledig vervangen door de loco-secretaris. Loco-secretaris zijn de beide directeuren en het afdelingshoofd Bestuurszaken, dit is met een collegebesluit vastgelegd;

    • j.

      De gemeentesecretaris/algemeen directeur is, voor zover niet anders bepaald in dit Organisatiebesluit en andere besluiten, het mandaat verleend om directeuren, afdelingshoofden, coördinatoren en/of overige ambtenaren te benoemen, te schorsen, over te plaatsen naar een andere afdeling of te ontslaan.

Artikel 4 Het directieteam

  • 1. De algemeen directeur en twee directeuren vormen het directieteam.

  • 2. Het directieteam geeft, onder eindverantwoordelijkheid van de algemeen directeur, sturing aan de ontwikkelingen en implementatie van de gemeentelijke strategie en het stellen van prioriteiten op strategisch niveau.

  • 3. Het directieteam draagt de eindverantwoordelijkheid voor de aansturing van de afdelingen en de afdelingshoofden.

  • 4. Het directieteam richt zich verder op het realiseren van gemeentelijke ambities en de door ontwikkeling en het beheer van de organisatie en de bedrijfsvoering.

  • 5. Het directieteam is verantwoordelijk voor:

    • a.

      het adviseren van het college van burgemeester en wethouders bij de bestuurlijke strategie en strategische gemeentebrede vraagstukken;

    • b.

      het vertalen van bestuurlijke uitgangspunten naar een strategie voor de gemeentelijke organisatie en het stellen van kaders en prioriteiten voor het functioneren van de gemeentelijke organisatie;

    • c.

      het tot stand brengen van een verbinding tussen de ambtelijke organisatie en het bestuur;

    • d.

      het opdrachtgeverschap voor strategische projecten en programma’s;

    • e.

      het zorgdragen voor het evalueren van en toetsen op resultaten.

Artikel 5 De directeur

  • 1. De directeur is, binnen de door het college van burgemeester en wethouders gegeven richtlijnen, als lid van het directieteam, belast met en verantwoordelijk voor:

    • a.

      het leveren van een bijdrage aan de ontwikkeling van de gemeentelijke strategie;

    • b.

      het adviseren aan en het fungeren als sparringpartner voor het college;

    • c.

      de tijdige oplevering en kwaliteit van de taken/producten waarvoor hij verantwoordelijk is;

    • d.

      het onderhouden van een gedegen netwerk met bedrijven en instellingen;

    • e.

      het voeren van plannings-, ontwikkelings- en beoordelingsgesprekken met afdelingshoofden.

  • 2. De directeur legt voor de uitoefening van zijn taken verantwoording af aan de algemeen directeur.

  • 3. De directeur wordt bij afwezigheid vervangen door de collega directeur of de gemeentesecretaris.

Artikel 6 Hoofd Financiën en Control Concerncontroller

Het afdelingshoofd Financiën & Control , treedt tevens op als concerncontroller en draagt in die rol onder verantwoordelijkheid van de gemeentesecretaris/algemeen directeur en onverminderd de integrale verantwoordelijkheid van de afdelingshoofden zorg voor:

  • 1.

    het college, de algemeen directeur en het directieteam gevraagd en ongevraagd organisatiebreed adviseren over strategische bedrijfsvoering en rapporteren over de realisatie van gestelde doelen, beleidsinitiatieven en instrument ontwikkelingen;

  • 2.

    een juiste uitvoering van het bedrijfsvoeringsinstrumentrium waaronder de planning en controlcyclus;

  • 3.

    de concerncontroller draagt zorg voor de interne controle van de administratieve organisatie/interne beheersing;

  • 4.

    de ontwikkeling en implementatie van risicobeheersing en risicomanagement;

  • 5.

    voor zaken die te maken hebben met het aangaan van risico’s van het bestuur en de organisatie, heeft de concerncontroller, met vooraf een meldingsplicht aan de gemeentesecretaris, de mogelijkheid zich rechtstreeks tot het college te wenden en te verlangen dat door de concerncontroller verstrekte informatie ter kennis wordt gebracht aan de raad;

  • 6.

    de concerncontroller adviseert na overleg met de algemeen directeur/gemeentesecretaris gevraagd en ongevraagd het college over de financiële rechtmatigheid, de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het middelenbeleid, het middelenbeheer en de beleidsuitvoering. In dit kader doet hij voorstellen aan het college over het (doen) uitvoeren van audits;

  • 7.

    de concerncontroller is tevens afdelingshoofd Financiën en Control waardoor de onder art. 7 genoemde verantwoordelijkheden eveneens op hem/haar van toepassing zijn.

Artikel 7 Het afdelingshoofd

  • 1. Het afdelingshoofd is verantwoordelijk voor het direct aansturen en coachen van coördinatoren en medewerkers binnen zijn afdeling.

  • 2. Het afdelingshoofd is verantwoordelijk voor een tijdige oplevering en kwaliteit van de taken, producten en projecten waarvoor de afdeling opdrachtnemer is.

  • 3. Het afdelingshoofd draagt zorg voor de bedrijfsvoering van zijn afdeling (op gebied van personeel, informatisering, organisatie, financiën en huisvesting).

  • 4. Het afdelingshoofd draagt collectief (met andere afdelingshoofden) zorg voor de integraliteit tussen afdelingen: het bewaken van processen, afstemming en samenwerking tussen de verschillende organisatie-eenheden.

  • 5. Het afdelingshoofd draagt zorg voor de implementatie en een juiste toepassing van Europese en nationale wet- en regelgeving en gemeentelijke regelgeving.

  • 6. Het afdelingshoofd draagt zorg voor de toetsing (op juridische en financiële rechtmatigheid, doelmatigheid en doeltreffendheid) van voorstellen aan het college door zijn afdeling opgesteld en voor de toetsing van de door zijn afdeling namens de gemeente te verrichten rechtshandelingen op juridische en financiële rechtmatigheid.

  • 7. Het afdelingshoofd legt voor de uitoefening van zijn taken verantwoording af aan de directeur.

  • 8. Het afdelingshoofd voert plannings-, ontwikkelings- en beoordelingsgesprekken met medewerkers.

  • 9. Het afdelingshoofd wordt bij afwezigheid vervangen door een collega afdelingshoofd.

Artikel 8 De Coördinator

  • 1. De coördinator ondersteunt het afdelingshoofd in de aansturing, coördinatie en werkverdeling en bij het bewaken van de voortgang en kwaliteit van de werkzaamheden. De coördinator treedt ook op als vraagbaak en klankbord voor medewerkers binnen het aan hem/haar toegewezen taakgebied. Hij/zij verzorgt vakinhoudelijke ondersteuning en begeleiding van deze medewerkers.

  • 2. De coördinator legt voor de uitoefening van zijn taken verantwoording af aan het afdelingshoofd.

  • 3. De coördinator voert plannings- en ontwikkelingsgesprekken met medewerkers.

  • 4. De coördinator wordt bij afwezigheid vervangen door het afdelingshoofd.

Artikel 9 Financieel management

Het college draagt binnen zijn bevoegdheid zorg voor een adequaat financieel management. Dit dient gestoeld te zijn op de , overeenkomstig artikel 212 van de Gemeentewet, door de raad vast te stellen verordening op de organisatie van de administratie en het beheer van de vermogenswaarden van de gemeente.

Artikel 10 Inwerkingtreding

  • 1. De regeling inclusief bijlage treedt in werking met terugwerkende kracht op 1 januari 2017;

  • 2. Het organisatiebesluit, vastgesteld op 1 augustus 2010, inclusief latere wijziging(en), wordt ingetrokken.

Artikel 11 Citeertitel

Deze regeling kan worden aangehaald als “Organisatiebesluit gemeente Brunssum 2017”.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders van Brunssum in haar vergadering van 3 januari 2017.
, de burgemeester
, de gemeentesecretaris

Bijlage 1: organogram

afbeelding binnen de regeling