Regeling vervallen per 21-01-2017

VERORDENING Wmo-beraad gemeente Bunnik

Geldend van 02-08-2007 t/m 20-01-2017

Intitulé

VERORDENING Wmo-beraad gemeente Bunnik

De raad van de gemeente Bunnik,

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van < datum>

gelet op artikel 11 en 12 van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (Wmo) en art. 84 van degemeentewet,

besluit vast te stellen de volgende verordening Wmo-beraad.

Artikel 1 Begrippen

  • 1. In deze verordening wordt verstaan onder.

    • a.

      college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Bunnik;

    • b.

      Wmo: Wet maatschappelijke ondersteuning;

    • c.

      doelgroep: de personen/groepen, die vallen onder de werkingsfeer van de Wmo;

    • d.

      belangenorganisaties: organisaties die de belangen behartigen van de doelgroepen behorende bij de prestatievelden zoals beschreven in artikel 1 lid 1, onder g, van de Wmo;

    • e.

      Wmo-beraad: overlegorgaan, zoals bedoeld in deze verordening;

    • f.

      relevante prestatievelden: de prestatievelden zoals genoemd in de kadernota Wmo gemeente Bunnik;

    • g.

      overlegvergadering: het overleg met de desbetreffende beleidsmedewerker(s) en/of de verantwoordelijk wethouder Wmo.

  • 2. Voor zover niet anders is bepaald worden begrippen in deze verordening gebruikt in dezelfde betekenis als in de Wmo.

Artikel 2 Doelstelling

  • 1. Het doel van het Wmo-beraad is om de belangen van inwoners van Bunnik die behoren bij de prestatievelden, zoals genoemd in de gemeentelijke kadernota Wmo, te behartigen.

  • 2. Met de instelling van het Wmo-beraad wordt beoogd meerwaarde te bereiken in de kwaliteit van de dienstverlening bij de uitvoering van de Wmo.

Artikel 3 Taken

  • 1. Het Wmo-beraad heeft tot taak het college gevraagd en ongevraagd te adviseren over onderwerpen die de vorming, controle en evaluatie van het gemeentelijk beleid ten aanzien van de Wmo betreffen. Alle adviezen van het Wmo-beraad aan het college worden onverkort ter kennisname aan de gemeenteraad verstrekt.

  • 2. Het Wmo-beraad is alert op ontwikkelingen en knelpunten binnen de eerder genoemde prestatievelden in de kadernota Wmo voor Bunnik voor zover deze inwoners, doelgroepen en/of individuen raken. Het Wmo-beraad geeft de signalen door aan de gemeente.

Artikel 4 Samenstelling Wmo-beraad

  • 1. Het Wmo-beraad bestaat uit ca. 10 leden.

  • 2. In het Wmo-beraad hebben zitting:

    • a.

      Personen met kennis en affiniteit die aansluit bij de vragers op het gebied van maatschappelijke ondersteuning;

    • b.

      Personen van niet-georganiseerde doelgroepen in de gemeente Bunnik;

    • c.

      betrokken burgers van de gemeente Bunnik.

  • 3. De samenstelling van het Wmo-beraad dient zoveel mogelijk een afspiegeling te zijn van de doelgroepen van beleid en aan te sluiten op de 4 geclusterde prestatievelden.

  • 4. De leden nemen deel op persoonlijke titel.

  • 5. De onafhankelijke voorzitter van het Wmo-beraad wordt benoemd door het college en maakt deel uit van het beraad.

  • 6. Voor de eerste termijn worden de leden benoemd door het college.

Artikel 5 Aanwijzing en zittingsduur

  • 1. Teneinde leden van de doelgroepen en andere burgers de gelegenheid te geven zich kandidaat te stellen voor het Wmo-beraad wordt een oproep geplaatst in het Bunniks Nieuws.

  • 2. Teneinde representatieve organisaties van de kant van vragers op het gebied van maatschappelijke ondersteuning de gelegenheid te geven een kandidaat voor te dragen wordt deze een schriftelijk verzoek hiertoe gestuurd.

  • 3. De klankbordgroep Wmo (2 leden) en de gemeente (2 ambtenaren) verzorgen bij de start de selectie van de kandidaten.

  • 4. Het college wijst op voordracht van deze selectiecommissie de leden van het Wmo-beraad aan.

  • 5. De zittingsduur van de leden van het Wmo-beraad is drie jaren, welke periode maximaal eenmaal verlengd kan worden.

  • 6. Een lid van het Wmo-beraad kan zijn lidmaatschap tussentijds middels een schriftelijke kennisgeving beëindigen.

Artikel 6 Overleg

  • 1. Het Wmo-beraad komt zoveel als nodig bijeen voor overleg, al dan niet met beleidsmedewerkers op het gebied van de Wmo.

  • 2. De beleidsmedewerkers betrekken het Wmo-beraad in een zo vroeg mogelijk stadium bij de totstandkoming van beleid en regelingen betreffende de uitvoering van de Wmo.

  • 3. Ten minste tweemaal per jaar vindt een overlegvergadering plaats met de verantwoordelijk wethouder en de voorzitter van het Wmo-beraad.

  • 4. Het Wmo -beraad heeft het recht onderwerpen ter bespreking op de agenda van de overlegvergadering te plaatsen.

Artikel 7 Advisering

  • 1.

    Het college legt onderwerpen ais bedoeld in artikel 3 lid 1 middels een schriftelijke adviesaanvraag voor aan het Wmo-beraad. In de aanvraag wordt expliciet vermeld over welke punten advies wordt gevraagd.

  • 2.

    Het Wmo-beraad brengt binnen vier weken na ontvangst van de adviesaanvraag schriftelijk advies uit aan het college.

    • a.

      Het besluit omtrent de advisering wordt bij voorkeur bij meerderheid van stemmen genomen.

    • b.

      Minderheidsstandpunten kunnen apart worden vermeld.

  • 3.

    Indien het college het advies van het Wmo-beraad niet overneemt, deelt het dat met redenen omkleed schriftelijk mee aan het Wmo-beraad.

Artikel 8 Ambtelijke ondersteuning

  • 1. Het Wmo-beraad wordt bijgestaan door een ambtelijk secretaris, die geen deel uitmaakt van het Wmo-beraad.

  • 2. De ambtelijk secretaris draagt in zijn algemeenheid zorg voor een goede ondersteuning van het Wmo-beraad, opdat deze zijn taken op een goede wijze kan uitvoeren.

  • 3. De ambtelijk secretaris stelt in overleg met de voorzitter de agenda op voor de overlegvergaderingen.

  • 4. De ambtelijk secretaris draagt er zorg voor dat de overlegvergaderingen worden genotuleerd.

  • 5. De ambtelijk secretaris draagt er zorg voor dat de adviezen van het Wmo-beraad ter besluitvorming worden voorgelegd aan het college.

  • 6. De ambtelijk secretaris draagt in overleg met het Wmo-beraad zorg voor de bewaking van het budget zoals dat opgenomen is in de begroting ten behoeve van de werkzaamheden van de Wmo-beraad.

Artikel 9 Bevoegdheden

  • 1. Het Wmo-beraad kan werkgroepen instellen rond bepaalde onderwerpen of consultaties organiseren c.q. raadplegingen. De bevindingen worden aan het Wmo-beraad voorgelegd,

  • 2. Op verzoek van het Wmo-beraad kunnen deskundigen worden uitgenodigd om een vergadering bij te wonen met het oog op de behandeling van een bepaald onderwerp.

  • 3. De leden van het Wmo-beraad kunnen altijd derden raadplegen over de aangelegenheden waarmee zij als lid van het Wmo-beraad te maken krijgen.

Artikel 10 Budget en faciliteiten

  • 1. Voor het uitvoeren van de taken van het Wmo-beraad wordt in de gemeentelijke begroting een budget opgenomen voor:

    • a.

      deskundigheidsbevordering;

    • b.

      reis- en overige onkostenvergoeding;

    • c.

      activiteitenkosten;

    • d.

      vergaderfaciliteiten.

    • e.

      kosten voor ambtelijke ondersteuning;

  • 4. Over de besteding van het budget als bedoeld in het eerste lid onder a t/m e wordt jaarlijks door het Wmo-beraad vóór 1 maart schriftelijk verantwoording afgelegd. [fout in nummering uit originele tekst is in de geconsolideerde tekst overgenomen]

  • 5. Op verzoek van het Wmo-beraad kan het college faciliteiten beschikbaar stellen die noodzakelijk zijn voor het goed functioneren van het Wmo-beraad.

Artikel 11 Overige bepalingen

  • 1. Het Wmo-beraad behandelt geen klachten die op individuen betrekking hebben.

  • 2. Klachten over de wijze waarop door een persoon die werkzaam is onder de verantwoordelijkheid van het college uitvoering wordt gegeven aan deze verordening worden behandeld overeenkomstig hoofdstuk 9 van de Algemene wet bestuursrecht en de Klachtenregeling van de gemeente.

Artikel 12 inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de achtste dag na bekendmaking in het Bunniks Nieuws.

Artikel 13 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als Verordening Wmo-beraad.

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad d.d. 12 juli 2007.
De raad van de gemeente Bunnik,
de griffier,
de voorzitter,