Mandaatregeling gemeente Buren 2018

Artikel 1 Definities

In dit besluit wordt verstaan onder:

1. Functionarissen: de in dit artikel opgenomen functiebenamingen.

• a.

  beheerder van de basisregistratie grootschalige topografie: degene die belast is met de uitvoering van de taken op grond van de Wet Basisregistratie grootschalige topografie (Wet Bgt);

• b.

  budgethouder: degene die door het college of de gemeentesecretaris/algemeen directeur gemachtigd is tot het uitvoeren van een deel van de gemeentebegroting, het realiseren van een investering of project inclusief het sluiten van overeenkomsten en het aanwenden van middelen die verband houden met het desbetreffende budget zoals nader uitgewerkt in de Budgethoudersregeling;

• c.

  budgetuitvoerder: degene die door de Budgethouder gemachtigd is handelen te verrichten voor de controle van de opdrachten, diensten en leveringen, inclusief de parafering van de factuur in het financieel systeem van de gemeente Buren;

• d.

  directeur organisatie: de door het college van burgmeester en wethouders benoemde plaatsvervangend gemeentesecretaris/algemeen directeur;

• e.

  gemeentesecretaris/algemeen directeur: de ambtenaar als bedoeld in hoofdstuk VII. Paragraaf 2 van de Gemeentewet, tevens hoofd van de ambtelijke organisatie;

• f.

  gegevensbeheerder BAG: de door het college aangewezen beheerder als bedoeld in de Wet basisregistraties adressen en gebouwen (Wet BAG) en zijn plaatsvervangers;

• g.

  gegevensbeheerder Wkpb: degene die belast is met de uitvoering van de werkzaamheden op grond van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen (Wkpb);

• h.

  heffingsambtenaar: de ambtenaar die bij besluit van burgemeester en wethouders op grond van artikel 231, tweede lid, onderdeel b van de Gemeentewet als zodanig is aangewezen;

• i.

  hoofdbudgethouder: de gemeentesecretaris/algemeen directeur;

• j.

  hulpofficier van justitie: door de Minister van Veiligheid en Justitie als zodanig aangewezen ambtenaar van de politie met bijzondere strafrechtelijke opsporingsbevoegdheden;

• k.

  inkoopadviseur regio Rivierenland: de persoon die vanuit de regio taken in het kader voor de inkoop verricht voor de gemeente Buren;

• l.

  invorderingsambtenaar: de ambtenaar die bij besluit van burgemeester en wethouders op grond van artikel 231, tweede lid, onderdeel c van de Gemeentewet als zodanig is aangewezen;

• m.

  klachtcoördinator: de medewerker die belast is met de (ondersteunende) werkzaamheden voor klachtbehandeling, zoals bedoeld in artikel 9:1 Awb;

• n.

  medewerker: een binnen de gemeentelijke organisatie werkzame ambtenaar of extern ingehuurde kracht;

• o.

  portefeuillehouder: de wethouder of burgemeester belast met een selectie aan gemeentelijke programma’s;

• p.

  privacyfunctionaris: de ambtenaar belast met de uitvoering van de wetgeving op het gebied van privacy;

• q.

  stafmedewerker: alle medewerkers die zijn geplaatst in het organisatieonderdeel “Staf;

• r.

  secretaris bezwaarschriftencommissie: de medewerker die belast is met de secretariaatswerkzaamheden voor de bezwaarschriftencommissie zoals bedoeld in artikel 7:13 Awb;

• s.

  teammanager: de ambtenaar die is belast met de dagelijkse leiding van een team.  

• 2.

   Overige definities

• a.

  burgemeester: de (loco-)burgemeester van de gemeente Buren als bestuursorgaan en als  vertegenwoordiger van de gemeente in en buiten rechte;

• b.

  college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Buren;

• c.

  gemeentebestuur: raad, college of burgemeester, ieder voor zijn eigen bevoegdheden;

d. functie: het geheel van werkzaamheden die passen binnen de functiebeschrijving van een medewerker/medewerkers binnen een team op basis van de HR21 functiebeschrijvingen en zijn plaatsvervangers;

e. machtiging: de bevoegdheid om namens een bestuursorgaan handelingen te verrichten die noch een besluit als bedoeld in artikel 1:3 van de Awb, noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn;

f. mandaat: de bevoegdheid om in naam van een bestuursorgaan besluiten te nemen en deze te ondertekenen zoals bedoeld in artikel 10:1 van de Awb;

g. volmacht: de bevoegdheid die het college verleent aan een ander om in zijn naam rechtshandelingen te verrichten zoals bedoeld in artikel 3:60 BW in verbinding met artikel 160, eerste lid, onder e van de Gemeentewet.

Artikel 2 Mandaat ondergeschikte functionarissen

• 1.

  Burgemeester en wethouders respectievelijk de burgemeester, ieder voor zover het hun bevoegdheid betreft, verlenen mandaat aan de gemeentesecretaris/algemeen directeur voor alle gemandateerde onderwerpen, zoals in deze regeling beschreven.

• 2.

  De gemeentesecretaris/algemeen directeur kan (onder)mandaat verlenen aan de directeur Organisatie; de Teammanagers en de overige medewerkers van de gemeente dan wel voor de gemeente werkzame personen en diensten.

• 3.

  De bevoegdheden in lid 2 betreffen zowel handelingen voor mandaat als budgetbeheer.   

Artikel 3 Reikwijdte mandaat

• 1.

  Voor de toepassing van deze regeling en de daarop berustende bepalingen worden met mandaat gelijkgesteld de verlening van:

  • a.

    volmacht;

  • b.

    machtiging.

• 2.

  De gemandateerde maakt van de aan hem verleende bevoegdheid slechts gebruik ten aanzien van aangelegenheden die behoren tot zijn functiebeschrijving, het werkterrein van zijn team en tot het aan hem opgedragen aandachtsgebied.

• 3.

  De gemandateerde budgethouder maakt van de aan hem verleende bevoegdheid slechts gebruik voor het doel waarvoor het budget is toegekend, binnen de financiële grenzen van het toegekende budget en overeenkomstig de geldende Budgethoudersregeling.

• 4.

  De gemandateerde laat het besluit nemen door een in de lijn hogere functionaris, door een plaatsvervanger, door het college of de burgemeester indien hij zelf belanghebbende is bij het besluit.

Artikel 4 Bevoegdheden voorbehouden aan college en burgemeester

• 1.

  Onverminderd artikel 2 van dit besluit en de artikelen 10:3 en 10:7 van de Awb, blijven aan het college en de burgemeester voorbehouden de bevoegdheid tot het nemen van schriftelijke beslissingen, gericht tot:

  • a.

    de raad;

  • b.

    de Koning en andere leden van het Koninklijk Huis;

  • c.

    de raad van ministers van het Koninkrijk, de ministerraad of een daaruit gevormde onderraad of commissie, ministers en staatssecretarissen;

  • d.

    de voorzitters van de Eerste of Tweede Kamer der Staten-Generaal of van een uit die Kamer gevormde commissie;

  • e.

    de vicepresident van de Raad van State;

  • f.

    de president van de Algemene Rekenkamer;

  • g.

    de Nationale Ombudsman, voor zover het correspondentie betreft ter zake van formele klachten;

  • h.

    enig bestuursorgaan van een provincie;

  • i.

    enig bestuursorgaan van een gemeente, waterschap, een hoogheemraadschap of een gemeenschappelijke regeling.

• 2.

  Voorts blijven aan het college en de burgemeester voorbehouden de bevoegdheid tot:

  • a.

    het nemen van beslissingen op bezwaar, waarbij wordt afgeweken van het advies van de commissie Bezwaarschriften

  • b.

    het nemen van besluiten indien een intern of extern advies over de desbetreffende aangelegenheid niet overeenstemt met eerder uitgebrachte adviezen of indien het voorgenomen besluit in afwijking is van wet- en regelgeving of vastgesteld beleid;

  • c.

    het nemen van een besluit indien de beslissing leidt tot een besluit van controversiële aard. Hiervan kan sprake zijn indien:

    1º de verantwoordelijke portefeuillehouder van oordeel is dat de aangelegenheid door het college of de burgemeester moet worden afgedaan, waarbij de portefeuillehouder vooraf is geïnformeerd over de gevoelige kwestie, de aangelegenheid of het voorgenomen besluit;

    2º de aangelegenheid tot negatieve berichtgeving in de media heeft geleid, dan wel in verband met de aard van de aangelegenheid redelijkerwijs moet worden aangenomen dat dit zal gebeuren;

    3º indien de aangelegenheid ingrijpende gevolgen kan hebben voor een groot aantal burgers, bedrijven, verenigingen of belangengroepen.

     

Artikel 5 Plaatsvervanging

Bij afwezigheid of verhindering van de (onder)gemandateerde wordt deze vervangen door diens plaatsvervanger, waarbij de directeur organisatie de gemeentesecretaris/algemeen directeur vervangt en de teammanagers elkaar onderling mogen vervangen zoals bepaald in artikel 10 van het Organisatiebesluit gemeente Buren 2018 of door een hoger in de lijn geplaatste functionaris. Bij afwezigheid van alle teammanagers vervangt de directeur organisatie de afwezige teammanagers.

Artikel 6 Informatieverstrekking en terugkoppeling

Onverminderd artikel 10:6 van de Awb vormt de toepassing van deze regeling een onderdeel van het overleg tussen management en college of burgemeester. Desgewenst worden afschriften of overzichten overgelegd van in mandaat genomen besluiten.

Artikel 7 Te ondertekenen documenten

• 1.

  De volgende documenten worden ondertekend door de functionaris die het besluit heeft genomen, door diens plaatsvervanger of door een in lijn hogere functionaris:

  • a.

    documenten waarin publiekrechtelijke besluiten worden vastgelegd;

  • b.

    documenten waarin privaatrechtelijke rechtshandelingen of andere handelingen (waaronder begrepen handelingen ter uitvoering van privaatrechtelijke aangelegenheden) worden vastgelegd;

  • c.

    documenten waarin officiële standpunten van of namens het gemeentebestuur worden vastgelegd.

• 2.

  Documenten anders dan in het eerste lid bedoeld, kunnen door medewerkers worden ondertekend.

Artikel 8 Vorm van ondertekening  bij mandaat

• 1.

  De ondertekening namens het college van documenten geschiedt als volgt:

  “Namens burgemeester en wethouders van Buren,”

  gevolgd door de handtekening en naam van de gemandateerde, alsmede diens functienaam en

  team.

• 2.

  De ondertekening namens de burgemeester van documenten geschiedt als volgt:

  “Namens de burgemeester van Buren”,

  gevolgd door de handtekening en naam van de gemandateerde, alsmede diens functienaam en team.

• 3.

  De aanhef van overeenkomsten luidt: “De gemeente Buren, op grond van artikel 171 Gemeentewet vertegenwoordigd door de burgemeester,  ………………(naam), met volmacht vertegenwoordigd door …..XXX….. (de naam en functieaanduiding van degene die de gemandateerde bevoegdheid uitoefent), hierna te noemen: de gemeente”.

Artikel 9 Intrekking oude regeling, inwerkingtreding, citeertitel

• 1.

  Deze regeling treedt in werking op de eerste dag na haar bekendmaking, met terugwerkende kracht tot 1 oktober 2018.

• 2.

  De volgende regelingen worden ingetrokken per de datum dat deze regeling in werking treedt:

  • a.

    Aanpassing directiemandaat, vastgesteld door het college op 6 maart 2018;

  • b.

    Aanwijzings- en mandaatbesluit uitvoering Wet BAG en (huis)nummering, vastgesteld door het college op 28 oktober 2014;

  • c.

    Mandaat- en volmachtregeling sociaal domein 2015 gemeente Buren, vastgesteld door het college op 16 december 2014;

  • d.

    Mandaatregeling 2012, vastgesteld door het college op 17 juli 2012;

  • e.

    Ondermandaatbesluit uitvoering Participatiewet voor gemeente Neder-Betuwe, Afdeling Inwonerszaken, vastgesteld door het college op 19 januari 2016;

• 3.

  Deze regeling wordt aangehaald als: Mandaatregeling gemeente Buren 2018.

Artikel 10 Overgangsrecht

Extern verleende mandaten die verleend zijn op basis van voorgaande mandaatregelingen, blijven onder deze mandaatregeling van kracht.