Regeling vervallen per 02-07-2015

Toeslagenverordening Wet werk en bijstand gemeente Castricum 2012

Geldend van 15-03-2012 t/m 01-07-2015 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2012

Intitulé

Toeslagenverordening Wet werk en bijstand gemeente Castricum 2012

De raad van de gemeente Castricum;

gelezen het voorstel van het college burgemeester en wethouders van 31 januari 2012;

gelet op artikel 147, eerste lid van de Gemeentewet en artikel 8, eerste lid onder c en artikel 30 van de Wet werk en bijstand;

gezien het advies van de raadscarrousel van 16 februari 2012;

overwegende dat het noodzakelijk is bij verordening regels te stellen voor welke categorieën de bijstandsnorm wordt verhoogd of verlaagd en op grond van welke criteria de hoogte van die verhoging of verlaging wordt bepaald;

besluit vast te stellen de volgende:

Toeslagenverordening Wet werk en bijstand gemeente Castricum 2012

Hoofdstuk 1 ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1 Begripsomschrijving

In deze verordening wordt verstaan onder:

a. de wet: de Wet werk en bijstand (WWB);

b. gezinsnorm: de norm bedoeld in artikel 21 eerste lid, van de wet;

c. belanghebbende: degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken als bedoeld in artikel 1:2 van de Algemene wet bestuursrecht.

d. college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Castricum;

e. woning: een woning als bedoeld in artikel 1, onderdeel j, Wet op de huurtoeslag, als mede een woonwagen of woonschip, als bedoeld in artikel 3, zesde lid, van de wet;

f. woonkosten:

1°. indien een huurwoning wordt bewoond, de per maand geldende huurprijs, bedoeld in artikel 1, onderdeel d, van de Wet op de huurtoeslag;

2°. Indien een eigen woning wordt bewoond, de tot een bedrag per maand omgerekende som van de verschuldigde hypotheekrente en de in verband met het in eigendom hebben van de woning te betalen zakelijke lasten en een naar omstandigheden vast te stellen bedrag voor onderhoud.

Hoofdstuk 2 CATEGORIEEN

Artikel 2 Categorieaanduiding

  • 1 Voor de belanghebbende aan wie bijstand kan worden verleend, geldt een categorieaanduiding.

  • 2 De categorieën worden aangeduid als:

    a. alleenstaande;

    b. alleenstaande ouder, of

    c. gezin.

  • 3 De bepalingen van deze verordening zijn uitsluitend van toepassing op alleenstaanden en alleenstaande ouders van 21 jaar of ouder maar jonger dan 65 jaar en op gezinnen waarvan alle meerderjarige gezinsleden 21 jaar of ouder maar jonger dan 65 jaar zijn.

Hoofdstuk 3 CRITERIA VOOR HET VERHOGEN VAN DE NORM

Artikel 3 Verhogingscriteria

  • 1 De toeslag als bedoeld in artikel 25 , van de wet bedraagt 20% van de gezinsnorm voor de alleenstaande en de alleenstaande ouder in wiens woning geen ander zijn hoofdverblijf heeft en die daardoor de noodzakelijke kosten van het bestaan niet kan delen;

  • 2 De toeslag als bedoeld in artikel 25 , van de wet bedraagt 10% van de gezinsnorm voor de alleenstaande en de alleenstaande ouder die met één of meer anderen zijn hoofdverblijf in dezelfde woning heeft en daardoor de noodzakelijke kosten van het bestaan kan delen.

  • 3 Voor de toepassing van dit artikel worden de volgende personen niet in aanmerking genomen als een ander die in dezelfde woning zijn hoofdverblijf heeft:

    a. een kind als bedoeld in artikel 4, tweede lid van de wet;

    b. asielzoekers die buiten een opvangcentrum gehuisvest zijn.

Hoofdstuk 4 CRITERIA VOOR HET VERLAGEN VAN DE NORM

Artikel 4 Verlagen norm gezin

  • 1 De verlaging als bedoeld in artikel 26 van de wet bedraagt 10% van de gezinsnorm voor de belanghebbenden, die met één of meer anderen hun hoofdverblijf in dezelfde woning hebben en die daardoor de noodzakelijke kosten van het bestaan kunnen delen.

  • 2 In afwijking van het eerste lid wordt de uitkering niet verlaagd indien het gezin bestaat uit drie of meer meerderjarige gezinsleden.

  • 3 Het derde lid van artikel 3 van deze verordening is van overeenkomstige toepassing.

Artikel 5 Verlagingen woonsituatie

  • 1 De verlaging als bedoeld in artikel 27 van de wet bedraagt 20% van de gezinsnorm, indien een woning wordt bewoond waaraan voor de belanghebbende geen woonkosten, als bedoeld in artikel 1, onder f van deze verordening verbonden zijn.

  • 2 De verlaging als bedoeld in het eerste lid wordt bij voorrang toegepast op de toeslag als bedoeld in artikel 3 van deze verordening.

     

Artikel 6 Verlaging toeslag alleenstaanden van 21 en 22 jaar

  • 1 De verlaging als bedoeld in artikel 29 van de wet bedraagt:

    a. 20% van de gezinsnorm, indien het een belanghebbende van 21 jaar betreft;

    b. 10% van de gezinsnorm indien het een belanghebbende van 22 jaar betreft.

  • 2 In afwijking van het eerste lid wordt de verlaging vastgesteld op de hoogte van de op grond van artikel 3 toegekende toeslag, indien deze toeslag minder bedraagt dan de verlaging

    waartoe toepassing van het eerste lid zou leiden.

Artikel 7 Anti-cumulatiebepaling

De toepassing van de artikelen 3 tot en met 6 van de verordening geschiedt zodanig, dat de toepasselijke norm voor de belanghebbende tenminste bedraagt:

a. 35% van de gezinsnorm voor een alleenstaande;

b. 55% van de gezinsnorm voor een alleenstaande ouder;

c. 65% van de gezinsnorm voor een gezin.

Hoofdstuk 5 SLOTBEPALING

Artikel 8 Beslissing van het college in gevallen waarin de verordening niet voorziet

In gevallen die de uitvoering van deze verordening betreffen en waarin deze verordening niet voorziet beslist het college.

Artikel 9 Hardheidsclausule

Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de belanghebbende afwijken van de bepalingen in deze verordening, indien toepassing van de verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.

Artikel 10 Inwerkingtreding

  • 1 Deze verordening treedt in werking de dag na publicatie en werkt terug tot en met 1 januari 2012.

  • 2 De Toeslagenverordening Wet werk en bijstand gemeente Castricum, zoals vastgesteld op 16 december 2010 wordt ingetrokken.

Artikel 11 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Toeslagenverordening Wet werk en bijstand gemeente Castricum 2012.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Castricum op 8 maart 2012.
de griffier,                     de voorzitter,
 
mr. V. Hornstra             drs. A. Mans
 

Toelichting 1 Toelichting op de Toeslagenverordening Wet werk en bijstand gemeente Castricum 2012