Regeling vervallen per 05-11-2013

Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van de gemeenteraad en de Politieke Markt Coevorden 2012

Geldend van 01-08-2012 t/m 04-11-2013

Intitulé

Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van de gemeenteraad en de Politieke Markt Coevorden 2012

No. 2012/944

De raad van de gemeente Coevorden;

Gelezen het voorstel van het Seniorenconvent, bijlagenr. 944;

gelet op artikel 16 en 82 van de Gemeentewet;

besluit

vast te stellen de volgende verordening:

Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van de gemeenteraad en de Politieke Markt Coevorden.

Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van de gemeenteraad en de Politieke Markt Coevorden 2012

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In dit reglement wordt verstaan onder:

  • a.

    voorzitter: bij politieke kamer 1 en 2 het door de gemeenteraad als zodanig benoemde lid; bij de gemeenteraad de voorzitter van de gemeenteraad of diens vervanger;

  • b.

    amendement: voorstel tot wijziging van een ontwerp-verordening of ontwerpbeslissing, naar de vorm geschikt om daarin direct te worden opgenomen;

  • c.

    subamendement: voorstel tot wijziging van een aanhangig amendement, naar de vorm geschikt om direct te worden opgenomen in het amendement, waarop het betrekking heeft;

  • d.

    motie: korte en gemotiveerde verklaring over een onderwerp waardoor een oordeel, wens of verzoek wordt uitgesproken;

  • e.

    voorstel van orde: voorstel betreffende de orde van de vergadering;

  • f.

    initiatiefvoorstel: een voorstel voor een verordening of een ander voorstel;

  • g.

    Politieke Markt Coevorden: verzameling van vergaderingen tijdens een gemeenteraadsavond waarbij in verschillende kamers en de gemeenteraad overgegaan wordt tot beeldvorming, oordeelsvorming en besluitvorming;

  • h.

    politieke kamer 1 en 2: onderdelen van de Politieke Markt Coevorden met de status van adviescommissie in de zin van artikel 82 van de Gemeentewet die adviseert en overlegt en waarin beeldvormend en oordeelsvormend wordt gesproken ter voorbereiding van besluitvorming door de gemeenteraad;

  • i.

    gemeenteraad: onderdeel van de Politieke Markt Coevorden waarin de gemeenteraad eerst overgaat tot oordeelsvorming zonder dat daarbij sprake is van formele besluitvorming en daarna overgaat tot besluitvorming over geagendeerde onderwerpen;

  • j.

    themabijeenkomst: een openbare bijeenkomst van de gemeenteraad, waarin een thema wordt besproken.

  • k.

    portefeuillehouder: een lid van het college dat in het bijzonder met een onderwerp is belast of de burgemeester;

  • l.

    fractie: leden van de gemeenteraad zoals bedoeld in artikel 8 van de verordening.

  • m.

    interruptie: · een onderbreking in de vergadering van een woordvoerder.

  • n.

    hamerstuk: een voorstel waarover de gemeenteraad zonder discussie of stemverklaring besluit.

  • o.

    bestuursproductieagenda: het op voorstel van het college door de gemeenteraad vastgestelde overzicht van de in een gemeenteraadsperiode te realiseren beleidsinitiatieven en –producten .

Artikel 2 De voorzitter

  • 1. De voorzitter van de gemeenteraad en de voorzitters van de politieke kamers 1 en 2 zijn belast met:

    • a.

      het leiden van de vergadering;

    • b.

      het handhaven van de orde;

    • c.

      het doen naleven van het reglement van orde;

    • d.

      hetgeen de Gemeentewet of dit reglement hem verder opdraagt.

  • 2. De gemeenteraad benoemt uit zijn midden de voorzitter en zijn plaatsvervanger van de

    politieke kamers 1 en 2.

  • 3. De voorzitters van de politieke kamers 1 en 2 zijn niet tevens woordvoerder namens hun

    fractie.

  • 4. De gemeenteraad benoemt op voorstel van het seniorenconvent door middel van een door de

    gemeenteraad vastgestelde benoemingsprocedure de eerste en de tweede plaatsvervangend

    voorzitter van de gemeenteraad.

  • 5. de gemeenteraad stelt een procedure vast voor benoeming van de eerste en tweede

    plaatsvervangend voorzitter van de gemeenteraad.

Artikel 3 De griffier

  • 1. De griffier is in elke vergadering van de gemeenteraad aanwezig.

  • 2. Bij elke vergadering van de politieke kamers 1 en 2 is de griffier of de daartoe aangewezen gemeenteraadsadviseur aanwezig.

  • 3. Bij verhindering of afwezigheid wordt de griffier vervangen door de door de gemeenteraad

    daartoe aangewezen waarnemend griffier.

  • 4. De griffier kan, indien daartoe door de voorzitter uitgenodigd, aan de beraadslagingen als bedoeld in dit reglement deelnemen.

Artikel 4 De secretaris

De gemeenteraad kan het college verzoeken de secretaris in de vergadering aanwezig te laten zijn en deel te laten nemen aan de beraadslagingen als bedoeld in deze verordening.

Artikel 5 Het seniorenconvent

  • 1. De gemeenteraad heeft een seniorenconvent.

  • 2. Het seniorenconvent vergadert één keer per maand.

  • 3. Het seniorenconvent bestaat uit de voorzitter van de gemeenteraad en de fractievoorzitters.

    De griffier of diens vervanger is in elke vergadering van het seniorenconvent aanwezig.

  • 4. De voorzitter kan voorstellen de secretaris uit te nodigen voor het seniorenconvent.

  • 5. Elke fractie wijst een plaatsvervangend fractievoorzitter aan, die de fractievoorzitter bij zijnafwezigheid in het seniorenconvent vervangt.

  • 6. Elke fractievoorzitter heeft één stem in het seniorenconvent.

  • 7. Het seniorenconvent heeft de volgende taken:

    • 1.

      het doen van voorstellen aan de gemeenteraad aangaande de algemene, procedurele en organisatorische zaken ten aanzien van de werkzaamheden van de gemeenteraad;

    • 2.

      de behartiging van zaken over het werkgeverschap van de gemeenteraad;

    • 3.

      het bespreken van spoedeisende- en afstemmingszaken met het college;

    • 4.

      het beheer van de gemeenteraads- en griffiebudgetten;

  • 8. De vergaderingen van het seniorenconvent zijn niet openbaar;

    Van de vergaderingen wordt een besluitenlijst gemaakt die zo spoedig mogelijk voor de gemeenteraadsleden beschikbaar wordt gesteld.

  • 9. Het seniorenconvent kan besluiten dat bepaalde aangelegenheden openbaar gemaakt worden;

    Het seniorenconvent laat openbaarmaking achterwege voor zover het aangelegenheden betreft ten aanzien waarvan op grond van de Gemeentewet geheimhouding is opgelegd of ten aanzien waarvan openbaarmaking in strijd is met het openbaar belang.

Artikel 6 De agendacommissie

  • 1. De gemeenteraad heeft een agendacommissie.

  • 2. De agendacommissie bestaat uit de voorzitter en de eerste plaatsvervangend voorzitter vande gemeenteraad, de voorzitters en plaatsvervangend voorzitters van de politieke kamers 1 en 2.

    Indien de voorzitters van de politieke kamers 1 en 2 uitsluitend uit vertegenwoordigers van de collegepartijen bestaan wijzen de niet-collegepartijen gezamenlijk een vertegenwoordiger in de agendacommissie aan.

  • 3. De eerste plaatsvervangend voorzitter van de gemeenteraad is voorzitter van de agendacommissie.

  • 4. De agendacommissie heeft de volgende taken:

    • 1.

      het bewaken van de in de gemeenteraad afgesproken werkwijze en spelregels met betrekking tot alle onderdelen van de Politieke Markt Coevorden, het houden van evaluaties en het doen van wijzigingsvoorstellen daarover aan de gemeenteraad.

    • 2.

      het vaststellen van de agenda voor de vergaderingen van de politieke kamers 1 en 2.

    • 3.

      het opstellen van de ontwerpagenda voor de gemeenteraad.

    • 4.

      het coördineren van stukken voor de bijeenkomsten van de gemeenteraad en de politieke kamers 1 en 2.

    • 5.

      het indien noodzakelijk combineren van politieke kamervergaderingen.

    • 6.

      het vaststellen van het jaarlijks vergaderschema van de Politieke Markt Coevorden, Informatie- en Themabijeenkomsten van de gemeenteraad.

    • 7.

      het vaststellen van de agenda, de plaats en de tijd van niet reguliere vergaderingen van de gemeenteraad.

    • 8.

      het volgen van de door de gemeenteraad vastgestelde Bestuursproductieagenda en indien nodig doen van voorstellen aan het seniorenconvent.

    • 9.

      het in specifieke omstandigheden besluiten tot afwijking van de spreektijden zoals opgenomen in artikel 27.

  • 5. De vergaderingen van de agendacommissie zijn niet openbaar.

  • 6. De agendacommissie wordt ondersteund door de (plaatsvervangend) griffier.

Hoofdstuk 2 Toelating van nieuwe leden; benoeming wethouders; fracties

Artikel 7 Onderzoek geloofsbrieven; beëdiging; benoeming wethouders

  • 1. Bij elke benoeming van nieuwe leden van de gemeenteraad stelt de gemeenteraad eencommissie in bestaande uit drie leden van de gemeenteraad. De commissie onderzoekt de geloofsbrieven, de daarop betrekking hebbende stukken van nieuw benoemde leden en het

    proces-verbaal van het (centraal)stembureau.

  • 2. De commissie brengt na haar onderzoek van de geloofsbrieven verslag uit aan degemeenteraad en doet daarbij een voorstel voor een besluit. In het verslag wordt ook melding gemaakt van een minderheidsstandpunt.

  • 3. Na een gemeenteraadsverkiezing roept de voorzitter de toegelaten leden van de gemeenteraadop om in de eerste vergadering van de gemeenteraad in nieuwe samenstelling, bedoeld in

    artikel 18 van de Gemeentewet, de voorgeschreven eed of verklaring en belofte af te leggen.

  • 4. In geval van een tussentijdse vacaturevervulling roept de voorzitter een nieuw benoemd lid vande gemeenteraad op voor de vergadering van de gemeenteraad waarin over diens toelating wordt beslist om de voorgeschreven eed of verklaring en belofte af te leggen.

  • 5. Bij de benoeming van een wethouder wordt overeenkomstig het eerste lid een commissie ingesteld welke onderzoekt of de kandidaat voldoet aan de eisen van de Gemeentewet. De werkwijze van deze commissie is overeenkomstig het tweede lid.

Artikel 8 Fractie

  • 1. De leden van de gemeenteraad, die door het centraal stembureau op dezelfde kandidatenlijst verkozen zijn verklaard, worden bij de aanvang van de zitting als één fractie beschouwd.

    Is onder een lijstnummer slechts één lid verkozen, dan wordt dit lid als een afzonderlijke fractie beschouwd.

  • 2. Indien boven de kandidatenlijst een aanduiding was geplaatst, voert de fractie in degemeenteraad deze aanduiding als naam. Indien geen aanduiding boven de kandidatenlijst was geplaatst, deelt de fractie in de eerste vergadering van de gemeenteraad aan de voorzitter mee

    welke naam deze fractie in de gemeenteraad wil voeren.

  • 3. De namen van degenen die als voorzitter van de fractie en als diens plaatsvervanger optreden worden zo spoedig mogelijk doorgegeven aan de voorzitter.

    • a.

      Indien:

  • 1. één of meer leden van een fractie als zelfstandige fractie gaan optreden;

  • 2. twee of meer fracties als één fractie gaan optreden;

  • 3. één of meer leden van een fractie zich aansluiten bij een andere fractie;

    wordt hiervan zo spoedig mogelijk schriftelijk mededeling gedaan aan de voorzitter.

    • b.

      Met de onder a beschreven veranderde situatie wordt rekening gehouden met ingang van de eerstvolgende vergadering van de gemeenteraad na de mededeling daarvan.

Hoofdstuk 3 taak en samenstelling kamers Artikel 9 Kamers

  • 1.

    De vergaderingen van de gemeenteraad worden gehouden in vier onderdelen: de gemeenteraadmet een oordeelsvormend en een besluitvormend deel en de politieke kamers 1 en 2.

  • 2.

    De agendacommissie stelt bij aanvang van een nieuwe gemeenteraadsperiode een verdeling van de onderwerpen voor politieke kamers 1 en 2 vast.

    Zij kan in bepaalde gevallen de verdeling van onderwerpen wijzigen.

  • 3.

    Indien een onderwerp meerdere Kamers aangaat, wordt het onderwerp in de afzonderlijkepolitieke kamers besproken, tenzij de agendacommissie beslist dat een gezamenlijke vergadering van de politieke kamers wordt belegd of de politieke kamer die het onderwerp het meest aangaat, het onderwerp behandelt.

  • 4.

    Indien een gezamenlijke vergadering van politieke kamers 1 en 2 wordt belegd, vervult devoorzitter van de politieke kamer die het onderwerp het meest aangaat, de taken van devoorzitter.

Artikel 10 Status en Taken

  • 1. De politieke kamers 1 en 2 zijn commissies zoals bedoeld in artikel 82 van de Gemeentewet.

  • 2. De politieke kamers 1 en 2 hebben de volgende taken:

    • a.

      beeldvorming en eerste oordeelsvorming over geagendeerde onderwerpen;

    • b.

      het uitbrengen van advies aan de Agendacommissie over een voorstel of onderwerp dat

      betrekking heeft op de in artikel 9 tweede lid, genoemde onderwerpen;

    • c.

      het uitbrengen van advies aan de gemeenteraad uit eigener beweging;

    • d.

      het voeren van overleg met het college of de burgemeester over in ieder geval door het college of de burgemeester verstrekte inlichtingen en het gevoerde bestuur ten aanzien van de in artikel 9, eerste, genoemde onderwerpen;

  • 3. De vergaderingen van de gemeenteraad worden gehouden in de volgende twee gedeelten waarin:

    • a.

      oordeelsvorming plaatsvindt over geagendeerde onderwerpen,

    • b.

      zonder debat formele besluitvorming plaatsvindt over geagendeerde onderwerpen

Artikel 11 Samenstelling politieke kamers 1 en 2

De fracties vaardigen één woordvoerder per fractie per onderwerp af om bij de geagendeerde onderwerpen in de politieke kamers 1 en 2 aanwezig te zijn en daarover het woord te voeren.

Artikel 12 Themabijeenkomsten

  • 1. De gemeenteraad kan op voorstel van de agendacommissie themabijeenkomsten voor de leden houden waarin zonder besluitvorming opiniërend een bepaald beleidsthema aan de orde gesteld wordt.

  • 2. De agendacommissie kan besluiten om niet-gemeenteraadsleden uit te nodigen bij debijeenkomsten van de gemeenteraad als bedoeld in het eerste lid.

Hoofdstuk 4 Vergaderingen

Paragraaf 1 Tijdstip van vergaderen; voorbereidingen

Artikel 13 Vergaderfrequentie

  • 1. De vergaderingen van de Politieke Markt Coevorden vinden in de regel plaats op de eerste en derde dinsdag van de maand en worden gehouden in het gemeentehuis.

  • 2.

    • a.

      De vergadering van de gemeenteraad vangt aan om 19.30 uur.

    • b.

      De vergaderingen van de politieke kamers 1 en 2 vangen aan om 21.00 uur.

      De agendacommissie kan het tijdstip wijzigen.

  • 3. De voorzitter kan in bijzondere gevallen een andere dag en aanvangsuur van de vergaderingen van de gemeenteraad bepalen of een andere vergaderplaats aanwijzen. Hij voert hierover, tenzij er sprake is van een spoedeisende situatie, overleg in de agendacommmissie.

Artikel 14 Oproep

  • 1. De voorzitter zendt ten minste 10 dagen voor een vergadering de leden van de gemeenteraadeen oproep onder vermelding van dag, tijdstip en plaats van de vergadering.

  • 2. De voorlopige agenda voor de gemeenteraad en de agenda voor de politieke kamers 1 en2, en de daarbij behorende stukken, met uitzondering van de in artikel 25, eerste en tweede lid, juncto artikel 86, eerste en tweede lid van de Gemeentewet bedoelde stukken, worden

    tegelijkertijd met de oproep aan de leden van de gemeenteraad verzonden.

  • 3. De in lid 1 en 2 bedoelde stukken kunnen elektronisch worden verzonden.

Artikel 15 Agenda

  • 1. Voordat de schriftelijke oproep wordt verzonden, stelt de agendacommissie de voorlopigeagenda voor de vergadering van de gemeenteraad, alsmede de agenda voor de vergadering van de politieke kamers 1 en 2, vast.

  • 2. In spoedeisende gevallen kan de voorzitter na het verzenden van de schriftelijke oproep tot uiterlijk 48 uur voor de aanvang van een vergadering een aanvullende agenda voor devergadering van de gemeenteraad opstellen.

    Deze wordt met de daarbij behorende stukken aan de leden van de gemeenteraad verzonden, en openbaar gemaakt.

  • 3. Bij aanvang van de vergadering stelt de gemeenteraad de agenda vast. Op voorstel van een lid van de gemeenteraad of de voorzitter kan de gemeenteraad bij devaststelling van de agenda onderwerpen aan de agenda toevoegen of van de agenda afvoeren.

  • 4. Wanneer de gemeenteraad een onderwerp onvoldoende voor de openbare beraadslaging in degemeenteraad voorbereid acht, kan hij het onderwerp verwijzen naar politieke kamer 1 of 2 of aan het college nadere inlichtingen of advies vragen.

  • 5. Op voorstel van een lid van de gemeenteraad of van de voorzitter kan de gemeenteraad in degemeenteraad de volgorde van behandeling van de agendapunten wijzigen.

Artikel 16 De portefeuillehouder

  • 1. Het seniorenconvent kan de burgemeester, een of meer wethouders uitnodigen, al dan niet op zijn/hun verzoek, om in de vergadering aanwezig te zijn en aan de beraadslagingen deel te nemen.

  • 2. De portefeuillehouder beantwoordt in de beeldvormende ronde van de politieke kamers 1 en 2 de gestelde beleidsmatige vragen.

  • 3. Aan het eind van de oordeelsvormende ronde in de politieke kamers 1 en 2 nodigt de voorzitter de portefeuillehouder uit om te reageren op de discussie.

  • 4. De portefeuillehouder voert het woord in de gemeenteraad op uitnodiging van de voorzitter.

Artikel 17 Ter inzage leggen van stukken

  • 1. Stukken, die ter toelichting van de onderwerpen of voorstellen op de agenda dienen, worden gelijktijdig met het verzenden van de schriftelijke oproep voor een ieder op het gemeentehuis ter inzage gelegd. Indien na het verzenden van de schriftelijke oproep stukken ter inzage worden gelegd, wordt hiervan mededeling gedaan aan de leden van de gemeenteraad en zo mogelijk in een openbare kennisgeving.

  • 2. Een origineel van een ter inzage gelegd stuk wordt niet buiten het gemeentehuis gebracht.

  • 3. Onverminderd het bepaalde in het eerste lid kunnen stukken ook op elektronische wijze aan een ieder ter beschikking worden gesteld.

  • 4. Indien omtrent stukken op grond van artikel 25, eerste of tweede lid, van de Gemeentewet geheimhouding is opgelegd, blijven deze stukken in afwijking van het eerste lid, onder berusting van de griffier en verleent de griffier de leden van de gemeenteraad inzage.

Artikel 18 Openbare kennisgeving

  • 1. De vergadering wordt door aankondiging in een huis-aan-huisblad, of op de voor afkondigingen in de gemeente gebruikelijke wijze en door plaatsing op de gemeentelijke website openbaar gemaakt.

  • 2. De openbare kennisgeving vermeldt:

    • a.

      de datum, aanvangstijd en plaats, alsmede de voorlopige agenda van de vergadering;

    • b.

      de wijze waarop en de plaats waar een ieder de bij de vergadering behorende stukken kan inzien;

  • 3. De voorlopige agenda en de daarbij behorende stukken worden, indien elektronisch beschikbaar, op de website van de gemeenteraad geplaatst.

Paragraaf 2 Orde der vergadering

Artikel 19 Presentielijst

Bij binnenkomst in de vergaderzaal van de gemeenteraad tekent ieder lid van de gemeenteraad de presentielijst. Aan het einde van elke vergadering wordt die lijst door de voorzitter en de griffier door ondertekening vastgesteld.

Artikel 20 Zitplaatsen

  • 1. De voorzitter, de leden van de gemeenteraad en de griffier hebben in de gemeenteraad eenvaste zitplaats, door de voorzitter na overleg in het seniorenconvent bij aanvang van iedere nieuwe zittingsperiode van de gemeenteraad aangewezen.

  • 2. Indien daartoe aanleiding bestaat, kan de voorzitter de indeling herzien na overleg in het seniorenconvent.

  • 3. De voorzitter draagt zorg voor een zitplaats voor de wethouders, secretaris en overige personen,die voor de vergadering zijn uitgenodigd.

Artikel 21 Opening vergadering; quorum politieke kamer 1 en 2

  • 1. De voorzitter van de gemeenteraad opent de vergadering op het vastgestelde uur, indien het daarvoor door de wet vereiste aantal leden van de gemeenteraad blijkens de presentielijst aanwezig is.

  • 2. Wanneer een kwartier na het vastgestelde tijdstip niet het vereiste aantal leden aanwezig is,bepaalt de voorzitter, na voorlezing van de namen der afwezige leden, dag en uur van de volgende vergadering, met inachtneming van artikel 20 van de Gemeentewet.

  • 3. De voorzitters van politieke kamer 1 en  politieke kamer 2 openen de vergadering op het vastgestelde uur, indien meer dan de helft van het aantal woordvoerders van de fracties aanwezig is.

  • 4. Wanneer een kwartier na het vastgestelde tijdstip niet het vereiste aantal woordvoerdersaanwezig is, bepaalt de voorzitter, na voorlezing van de namen der afwezige fracties, dagen uur van de volgende vergadering.

Artikel 22 Spreekrecht burgers

  • 1. Burgers hebben spreekrecht. Zij kunnen het woord voeren in politieke kamer 1 of 2.

  • 2. Het woord kan niet gevoerd worden over:

    • a.

      een besluit van het gemeentebestuur waartegen bezwaar en beroep openstaat of heeft opengestaan;

    • b.

      benoemingen, keuzen, voordrachten of aanbevelingen van personen;

    • c.

      een gedraging waarover een klacht ex artikel 9:1 van de Algemene wet bestuursrecht kan of kon worden ingediend.

  • 3. Degene, die van het spreekrecht gebruik wil maken, meldt dit voor de aanvang van de vergadering bij de griffiemedewerker. Hij vermeldt daarbij zijn naam, adres, telefoonnummer en het onderwerp, waarover hij het woord wil voeren.

  • 4. De voorzitter geeft het woord op volgorde van aanmelding. De voorzitter kan van de volgorde afwijken, indien dit in het belang is van de orde van de vergadering.

  • 5. De gemeenteraad kan nadere regels vaststellen voor het gebruik van het spreekrecht.

  • 6. De spreker voert het woord, nadat de voorzitter hem dit heeft verleend.

  • 7. De voorzitter concludeert aan het eind van het onderwerp of:

    • a.

      de inspreker voldoende is geïnformeerd over de reactie van de woordvoerders in de Kamer;

    • b.

      het gezien de behandeling gewenst is dat inspreker een schriftelijke reactie van de gemeenteraad of individuele fracties ontvangt.

  • 8. De voorzitter of een lid doet een voorstel voor de behandeling van de inbreng van de burger.

Artikel 23 Primus bij hoofdelijke stemming

Alvorens de aangekondigde onderwerpen in de gemeenteraad aan de orde te stellen deelt de voorzitter mede, bij welk lid van de gemeenteraad, de hoofdelijke stemming zal beginnen. Daartoe wordt bij loting een volgnummer van de presentielijst aangewezen; bij het daar genoemde lid begint de hoofdelijke stemming.

Artikel 24 Verslag en besluitenlijst

  • 1. De griffier draagt zorg voor het bijhouden van een presentielijst en de besluitenlijst van de vergadering van de gemeenteraad.

  • 2. Van de vergaderingen van de politieke kamers 1 en 2 wordt een digitaal audio- danwelvideoverslag gemaakt. Het elektronisch verslag van deze Kamers wordt zo spoedig op de gemeentelijke website geplaatst.

    De besluitenlijst van de politieke kamers 1 en 2 bevat:

    • a.

      de namen van de voorzitter, de griffier of de door hem aangewezen griffiemedewerker,

      de wethouders en de ter vergadering aanwezige woordvoerders, en overige personen die het woord gevoerd hebben;

    • b.

      een vermelding van de onderwerpen die aan de orde zijn geweest;

    • c.

      het advies van de kamer aan de Agendacommissie;

    • d.

      het advies naar aanleiding van het gebruik van het spreekrecht.

  • 3. Van de vergaderingen van de gemeenteraad wordt een elektonisch audio- danwelvideoverslag en een besluitenlijst gemaakt.

  • 4. De bestanden van het elektronisch verslag van vergaderingen van deze Kamers worden zo spoedig mogelijk na de vergadering op de gemeentelijke website geplaatst.

  • 5. De besluitenlijst van de vergaderingen van gemeenteraad bevat ten minste:

    • a.

      de namen van de voorzitter, de griffier, de secretaris, de wethouders en de ter vergadering aanwezige leden,

    • b.

      de genomen besluiten met het volledige dictum;

    • c.

      op verzoek van een lid de aantekening welk lid of welke leden geacht worden tegen een bepaald onderdeel van een samengesteld besluit uitgesproken te hebben;

    • d.

      een overzicht van het verloop van elke stemming, met vermelding bij hoofdelijke stemming van de namen van de leden die voor of tegen stemden, onder aantekening van de namen van de leden die zich overeenkomstig de Gemeentewet van stemming hebben onthouden of zich bij het uitbrengen van hun stem hebben vergist;

    • e.

      het dictum van de ter vergadering ingediende initiatiefvoorstellen, voorstellen van orde, moties, amendementen en subamendementen;

    • f.

      bij het desbetreffende agendapunt de naam en de hoedanigheid van die personen aan wie het op grond van het bepaalde in artikel 30 door de gemeenteraad is toegestaan deel

      te nemen aan de beraadslagingen.

  • 6. De leden, de voorzitter, de wethouders, de griffier en de secretaris hebben het recht, een voorstel tot verandering aan de gemeenteraad te doen, indien het concept besluitenlijstonjuistheden bevat of niet duidelijk weergeeft hetgeen gezegd of besloten is. Een voorstel tot

    verandering dient voor de aanvang van de vergadering bij de griffier te worden ingediend.

  • 7. De besluitenlijst wordt zo mogelijk in de eerstvolgende vergadering vastgesteld, waarnadit door de voorzitter en de griffier wordt ondertekend.

  • 8. Voor zover de aard en de inhoud van de besluitvorming zich daartegen niet verzet, wordtde besluitenlijst zo spoedig mogelijk na de vergadering openbaar gemaakt door plaatsing in een in de gemeente verschijnend huis-aan-huisblad en door plaatsing op de

    gemeentelijke website.

Artikel 25 Ingekomen stukken

  • 1. Bij de gemeenteraad ingekomen stukken, waaronder schriftelijke mededelingen van het collegeaan de gemeenteraad, worden op een lijst geplaatst. Deze lijst wordt aan de leden van de gemeenteraad toegezonden en op de lijst van ingekomen stukken op de agenda van politieke kamer 1, 2 en de gemeenteraad geplaatst.

  • 2. De gemeenteraad stelt op voorstel van de agendacommissie de wijze van afdoening van deingekomen stukken vast.

Artikel 26 Aantal spreektermijnen

  • 1. De beraadslaging over een onderwerp of voorstel geschiedt in de politieke kamers 1, 2 enhet oordeelsvormend deel van de gemeenteraad in ten hoogste twee termijnen.

  • 2. Elke spreektermijn wordt door de voorzitter afgesloten.

  • 3. Een lid mag in een termijn niet meer dan één maal het woord voeren over hetzelfde onderwerp of voorstel.

  • 4. Het derde lid is niet van toepassing op:

    • a.

      de rapporteur van een politieke kamer;

    • b.

      het lid dat een (sub)amendement, een motie of een initiatiefvoorstel heeft ingediend, voor wat betreft dat amendement, die motie of dat voorstel.

  • 5. Bij de bepaling hoeveel malen een lid over hetzelfde onderwerp of voorstel het woord heeft gevoerd, wordt niet meegerekend het spreken over een voorstel van orde.

Artikel 27 Spreektijd

  • 1. De gemeenteraad kan nadere regels vaststellen voor het gebruik van het spreekrecht van de leden en de overige aanwezigen.

Artikel 28 Handhaving orde; schorsing

  • 1. Een spreker mag in zijn betoog niet worden gestoord, tenzij

    • a.

      de voorzitter het nodig oordeelt hem aan het opvolgen van deze verordening te herinneren;

    • b.

      een lid hem interrumpeert. De voorzitter kan bepalen dat de spreker zonder verdere interrupties zijn betoog zal afronden.

  • 2. Indien een spreker zich beledigende of onbetamelijke uitdrukkingen veroorlooft, afwijkt van hetin behandeling zijnde onderwerp, een andere spreker herhaaldelijk interrumpeert, dan wel

    anderszins de orde verstoort, wordt hij door de voorzitter tot de orde geroepen.

    Indien de betreffende spreker, hieraan geen gevolg geeft, kan de voorzitter hem gedurende de vergadering, waarin zulks plaats heeft, over het aanhangige onderwerp het woord ontzeggen.

  • 3. De voorzitter kan ter handhaving van de orde de vergadering voor een door hem te bepalen tijd schorsen en - indien na de heropening de orde opnieuw wordt verstoord - de vergadering sluiten.

Paragraaf 3 Plenair debat in de gemeenteraad

Artikel 29 Oordeelsvorming in de gemeenteraad

  • 1. De gemeenteraad kan op voorstel van de voorzitter of een lid van de gemeenteraad beslissen over één of meer onderdelen van een onderwerp of voorstel afzonderlijk in de gemeenteraad oordeelsvormend te vergaderen.

  • 2. Amendementen zoals bedoeld in artikel 40 of moties zoals bedoeld in artikel 41 overgeagendeerde onderwerpen worden zoveel als mogelijk aan het begin doch uiterlijk aanhet eind van het oordeelsvormd deel van de vergadering van de gemeenteraad ingediend.

  • 3. Op verzoek van een lid van de gemeenteraad of op voorstel van de voorzitter kan de gemeenteraad besluiten de oordeelsvorming voor een door hem te bepalen tijd te schorsen teneinde het college of de leden de gelegenheid te geven tot onderling nader beraad.

    De oordeelsvorming wordt hervat nadat de schorsingsperiode verstreken is.

  • 4. Wanneer de voorzitter vaststelt dat een onderwerp of voorstel voldoende is toegelicht, sluit

    hij de oordeelsvorming, tenzij de gemeenteraad anders beslist.

  • 5. De voorzitter concludeert aan het eind van de oordeelsvorming of:

    - het voorstel ter besluitvorming door kan naar de gemeenteraad;

    - het voorstel terug dient te komen in Kamer 1, 2 of het oordeelsvormend deel van de

    gemeenteraad;

    - het voorstel voor nader beraad in handen gesteld wordt van het college.

Artikel 30 Deelname aan de beraadslaging door anderen

De gemeenteraad kan bepalen dat anderen dan de in de vergadering van de gemeenteraad aanwezige leden van de gemeenteraad, de wethouder, de secretaris, de griffier en de voorzitter deelnemen aan de beraadslaging.

Een beslissing daartoe wordt op voorstel van de voorzitter of één der leden van de gemeenteraad genomen alvorens met de beraadslaging ten aanzien van het aan de orde zijnde agendapunt een aanvang wordt genomen.

Paragraaf 4 Besluitvorming in de gemeenteraad

Artikel 31 Onderwerpen

De vergadering stelt op voorstel van voorzitter de agenda vast om te besluiten over onderwerpen die volgen uit:

- het oordeelsvormend deel van de gemeenteraad;

- eerdere bespreking in een van vergaderingen van de gemeenteraad of de politieke kamers van de PMC;

- een voorstel van de agendacommissie om zonder bespreking in kamer 1 en 2 als hamerstuk ter besluitvorming te agenderen.

Artikel 32 Stemverklaring

  • 1. Na het sluiten van de oordeelsvorming en voordat de gemeenteraad tot stemming overgaat, heeft ieder lid het recht in het besluitvormend deel van de gemeenteraad zijn stemgedrag te motiveren.

  • 2. Het bepaalde in lid 1 is niet van toepassing op hamerstukken.

Artikel 33 Beslissing

  • 1. Na vaststelling van de agenda en na een stemming over eventuele amendementen, vindt destemming plaats over het voorstel, zoals het dan luidt, in zijn geheel tenzij geen stemming wordt gevraagd.

  • 2. Voordat de stemming over het voorstel in zijn geheel plaatsvindt, formuleert de voorzitter hetvoorstel over de te nemen eindbeslissing.

Paragraaf 5 Procedures bij stemmingen

Artikel 34 Algemene bepalingen over stemming

  • 1. De voorzitter vraagt, of stemming wordt verlangd. Indien geen stemming wordt gevraagd enook de voorzitter dit niet verlangt, stelt de voorzitter vast dat het voorstel zonder hoofdelijkestemming is aangenomen.

  • 2. In de vergadering aanwezige leden kunnen aantekening in de besluitenlijst vragen, dat zij geacht willen worden te hebben tegengestemd of zich op grond van artikel 28 Gemeentewet van stemming te hebben onthouden.

  • 3. Indien door een of meer leden stemming wordt gevraagd, doet de voorzitter daarvan mededeling.

  • 4. De voorzitter of de griffier roept de leden van de gemeenteraad bij naam op hun stem uit tebrengen.

    De stemming begint bij het lid dat daarvoor overeenkomstig artikel 23 is aangewezen.

    Vervolgens geschiedt de oproeping naar de volgorde van de presentielijst.

  • 5. Bij hoofdelijke stemming is ieder ter vergadering aanwezig lid dat zich niet van deelneming aande stemming op grond van artikel 28 Gemeentewet moet onthouden verplicht zijn stem uit te

    brengen.

  • 6. De leden brengen hun stem uit door het woord ‘voor’ of ‘tegen’ uit te spreken, zonder enige toevoeging.

  • 7. Heeft een lid zich bij het uitbrengen van zijn stem vergist, dan kan hij deze vergissing nog herstellen voordat het volgende lid gestemd heeft. Bemerkt het lid zijn vergissing pas later, dan kan hij nadat de voorzitter de uitslag van de stemming bekend heeft gemaakt wel aantekening vragen dat hij zich heeft vergist; in de uitslag van de stemming brengt dit echter geen verandering.

  • 8. De voorzitter deelt de uitslag na afloop van de stemming mede, met vermelding van het aantal voor en tegen uitgebrachte stemmen. Hij doet daarbij tevens mededeling van het genomen besluit.

Artikel 35 Stemming over amendementen en moties

  • 1. Indien een amendement op een aanhangig voorstel is ingediend, wordt eerst over dat amendement gestemd.

  • 2. Indien op een amendement een subamendement is ingediend, wordt eerst over het subamendement gestemd en vervolgens over het amendement.

  • 3. Indien twee of meer amendementen of subamendementen op een aanhangig voorstel zijn ingediend, bepaalt de voorzitter de volgorde waarin hierover zal worden gestemd. Daarbij geldt de regel, dat het meest verstrekkende amendement of subamendement het eerst in stemming wordt gebracht.

  • 4. Indien aangaande een aanhangig voorstel een motie is ingediend, wordt eerst over het voorstel gestemd en vervolgens over de motie.

Artikel 36 Stemming over personen

  • 1. Wanneer een stemming over personen voor het doen van een voordracht of het opstellen vaneen voordracht of aanbeveling moet plaatshebben, benoemt de voorzitter 3 leden tot stembureau.

  • 2. Ieder ter vergadering aanwezig lid dat zich niet op grond van de Gemeentewet van stemmingmoet onthouden is verplicht een stembriefje in te leveren. De stembriefjes dienen identiek te

    zijn.

  • 3. Er hebben zoveel stemmingen plaats als er personen zijn te benoemen, voor te dragen of aante bevelen. De gemeenteraad kan op voorstel van de voorzitter beslissen dat bepaalde stemmingen worden samengevat op één stembriefje.

  • 4. Het stembureau onderzoekt of het aantal ingeleverde stembriefjes gelijk is aan het aantal leden dat ingevolge het tweede lid verplicht is een stembriefje in te leveren. Wanneer de aantallen niet gelijk zijn worden de stembriefjes vernietigd zonder deze te openen en wordt een nieuwe stemming gehouden.

  • 5. Voor het bepalen van de volstrekte meerderheid als bedoeld in artikel 30 van de Gemeentewet worden geacht geen stem te hebben uitgebracht die leden die geen behoorlijk stembriefje hebben ingeleverd.

  • 6. In geval van twijfel over de inhoud van een stembriefje beslist de gemeenteraad, op voorstel

    van de voorzitter.

  • 7. Onder de zorg van de griffier worden de stembriefjes onmiddellijk na vaststelling van de uitslag vernietigd.

Artikel 37 Herstemming over personen

  • 1. Wanneer bij de eerste stemming niemand de volstrekte meerderheid heeft verkregen, wordt tot een tweede stemming overgegaan.

  • 2. Wanneer ook bij deze tweede stemming door niemand de volstrekte meerderheid is verkregen, heeft een derde stemming plaats tussen twee personen, die bij de tweede stemming de meeste stemmen op zich hebben verenigd. Zijn bij de tweede stemming de meeste stemmen over meer dan twee personen verdeeld, dan wordt bij een tussenstemming uitgemaakt tussen welke twee personen de derde stemming zal plaatshebben.

  • 3. Indien bij tussenstemming of bij de derde stemming de stemmen staken, beslist terstond het lot.

Artikel 38 Beslissing door het lot

  • 1. Wanneer het lot moet beslissen, worden de namen van hen tussen wie de beslissing moet plaatshebben, door de voorzitter op afzonderlijke, geheel gelijke, briefjes geschreven.

  • 2. Deze briefjes worden, nadat zij door het stembureau zijn gecontroleerd, op gelijke wijze gevouwen, in een stembokaal gedeponeerd en omgeschud.

  • 3. Vervolgens neemt de voorzitter een van de briefjes uit de stembokaal. Degene wiens naam op dit briefje voorkomt, is gekozen.

Hoofdstuk 5 Rechten van leden

Artikel 39 Schriftelijke vragen

  • 1. Schriftelijke vragen worden kort en duidelijk geformuleerd. De vragen kunnen van een toelichting worden voorzien.

  • 2. De vragen worden bij de griffier ingediend. Deze draagt er zorg voor dat de vragen zo spoedig mogelijk ter kennis van de overige leden van de gemeenteraad en het college of de burgemeester worden gebracht.

  • 3. Schriftelijke beantwoording vindt zo spoedig mogelijk plaats, in ieder geval binnen dertig dagen, nadat de vragen zijn binnengekomen. In bijzondere gevallen kan mondelinge beantwoording plaats vinden. Indien beantwoording niet binnen deze termijnen kan plaatsvinden, stelt het verantwoordelijk lid van het college of de burgemeester de vragensteller hiervan gemotiveerd in kennis, waarbij de termijn aangegeven wordt, waarbinnen beantwoording zal plaatsvinden. Dit bericht wordt behandeld als een antwoord.

  • 4. De antwoorden van het college of de burgemeester worden door tussenkomst van de griffier aan de leden van de gemeenteraad toegezonden.

  • 5. De schriftelijke antwoorden van het college worden op de lijst ingekomen stukken geplaatst. Vragensteller kan, bij de behandeling daarvan in politieke kamer 1 of 2 en bij mondelinge beantwoording in dezelfde gemeenteraadsvergadering, na de behandeling van de op de agenda voorkomende onderwerpen, nadere inlichtingen vragen omtrent het door de burgemeester of door het college gegeven antwoord.

Artikel 40 Mondelinge vragen

  • 1. Ieder lid van de gemeenteraad kan tijdens de rondvraag in politieke kamer 1 en 2 vragen stellen aan het college of de burgemeester.

  • 2. Het lid van de gemeenteraad dat tijdens de rondvraag vragen wil stellen, meldt dit onder aanduiding van het onderwerp 24 uur voor aanvang van de vergadering bij de voorzitter. De voorzitter kan na overleg met de agendacommissie weigeren een onderwerp tijdens de rondvraag aan de orde te stellen indien het onderwerp in de gemeenteraad op dezelfde dag aan de orde komt.

  • 3. Na de beantwoording door het college of de burgemeester krijgt de vragensteller desgewenst het woord om aanvullende vragen te stellen.

  • 4. Vervolgens kan de voorzitter aan andere woordvoerders het woord verlenen om hetzij aan vragensteller, hetzij aan het college of de burgemeester vragen te stellen over hetzelfde onderwerp.

Artikel 41 Amendementen

  • 1. Ieder lid van de gemeenteraad kan in de gemeenteraad bij voorkeur bij aanvang, doch uiterlijk tot het sluiten van de beraadslagingen amendementen indienen. Een amendement kan het voorstel inhouden om een geagendeerd voorstel in één of meer onderdelen te splitsen, waarover afzonderlijke besluitvorming zal plaatsvinden. Alleen beraadslaagd kan worden over amendementen die ingediend zijn door leden van de gemeenteraad, die de presentielijst getekend hebben en in de vergadering aanwezig zijn.

  • 2. Ieder lid dat in de vergadering aanwezig is, is bevoegd op het amendement dat door een lid is ingediend, een wijziging voor te stellen (subamendement).

  • 3. Elk (sub)amendement en elk voorstel moet om in behandeling genomen te kunnen worden schriftelijk en ondertekend bij de voorzitter worden ingediend, tenzij de voorzitter – methet oog op het eenvoudige karakter van het voorgestelde amendement- oordeelt, dat met

    een mondelinge indiening kan worden volstaan.

  • 4. Intrekking, door de indiener(s), van het (sub)amendement is mogelijk,totdat de besluitvormingdoor de gemeenteraad heeft plaatsgevonden.

Artikel 42 Moties

  • 1. Ieder lid van de gemeenteraad kan bij voorkeur bij aanvang doch uiterlijk tot het sluiten van de

    beraadslagingen ter vergadering in de gemeenteraad een motie indienen.

  • 2. Een motie moet om in behandeling genomen te kunnen worden schriftelijk en ondertekendbij de voorzitter worden ingediend.

  • 3. De behandeling van een motie over een aanhangig onderwerp of voorstel vindt tegelijk met deberaadslaging over dat onderwerp of voorstel plaats.

  • 4. De behandeling van een motie over een niet op de agenda opgenomen onderwerp vindt plaats nadat alle op de agenda voorkomende onderwerpen zijn behandeld.

  • 5. Intrekking, door de indiener(s), van de motie is mogelijk, totdat de besluitvorming door de gemeenteraad heeft plaatsgevonden.

Artikel 43 Voorstellen van orde

  • 1. De voorzitter en ieder lid van de gemeenteraad kunnen tijdens de vergadering mondeling een voorstel van orde doen, dat kort kan worden toegelicht.

  • 2. Een voorstel van orde kan uitsluitend de orde van de vergadering betreffen.

  • 3. Over een voorstel van orde beslist de gemeenteraad terstond.

Artikel 44 Initiatiefvoorstel

  • 1.

    Een initiatiefvoorstel moet om in behandeling genomen te kunnen worden schriftelijk enondertekend bij de agendacommissie worden ingediend.

  • 2.

    De agendacommissie plaatst het voorstel na toepassing van het bepaalde in lid 6 op de agendavan de eerstvolgende vergadering van de politieke kamer 1 of 2, tenzij de schriftelijke oproep

    hiervoor reeds verzonden is. In dit laatste geval wordt het voorstel op de agenda van de daaropvolgende vergadering geplaatst.

  • 3.

    De agendacommissie plaatst het voorstel na bespreking in politieke kamer 1 of 2 op devoorlopige agenda van de gemeenteraad.

  • 4.

    De gemeenteraad kan voorwaarden stellen aan de indiening en behandeling van een voorstel,niet zijnde een voorstel voor een verordening.

  • 5.

    Op een spoedeisend initiatiefvoorstel, inhoudende het ontslag van een wethouder, zijn de bepalingen in dit artikel niet van toepassing. Een dergelijk voorstel kan na instemming van degemeenteraad terstond aan de agenda van de gemeenteraad toegevoegd worden.

  • 6.

    De gemeenteraad gaat niet tot de vaststelling van een initiatiefvoorstel over dan nadat het college in de gelegenheid is gesteld zijn wensen en bedenkingen ten aanzien van het voorstel kenbaar te maken.

Artikel 45 Collegevoorstel

  • 1. Een voorstel van het college aan de gemeenteraad, dat vermeld staat op de agenda van degemeenteraad, kan niet worden ingetrokken zonder toestemming van de gemeenteraad.

  • 2. Indien de gemeenteraad van oordeel is dat een voorstel als bedoeld in het eerste lid vooradvies terug aan het college moet worden gezonden, bepaalt de gemeenteraad in welke vergadering het voorstel opnieuw geagendeerd wordt.

  • 3.1. Het college kan verzoeken een voorstel af te voeren van de agenda van de politieke kamer 1 of 2.

  • 3.2 Indien de (concept)agenda nog niet is bekendgemaakt beslist de agendacommssie op het verzoek.

  • 3.3 Indien de agenda al is bekendgemaakt beslist de politieke kamer waar het onderwerp is geagendeerd op het verzoek

Artikel 46 Interpellatie

  • 1. Het verzoek tot het houden van een interpellatie wordt, behoudens in naar het oordeel van devoorzitter spoedeisende gevallen, ten minste 48 uur voor de aanvang van de vergadering schriftelijk bij de voorzitter ingediend. Het verzoek bevat een duidelijke omschrijving van het

    onderwerp waarover inlichtingen worden verlangd alsmede de te stellen vragen.

  • 2. De voorzitter brengt de inhoud van het verzoek zo spoedig mogelijk ter kennis van de overige leden van de gemeenteraad en de wethouders. Bij de vaststelling van de agenda vande eerstvolgende vergadering na indiening van het verzoek wordt het verzoek in stemming gebracht. De interpellatie wordt gehouden indien het verzoek daartoe wordt gesteund door tenminste een vijfde deel van de gemeenteraad.

    De gemeenteraad bepaalt op welk tijdstip tijdens de vergadering de interpellatie zal worden gehouden.

  • 3. De interpellant voert niet meer dan tweemaal het woord, de overige leden van de gemeenteraad, de burgemeester en de wethouders niet meer dan eenmaal, tenzij de gemeenteraad hen hiertoe verlof geeft.

Artikel 47 Inlichtingen

  • 1. Indien een lid van de gemeenteraad over een onderwerp inlichtingen als bedoeld in de artikelen169, derde lid, en 180, derde lid, van de Gemeentewet verlangt, wordt een verzoek daartoe, door tussenkomst van de griffier schriftelijk ingediend bij het college of de burgemeester.

  • 2. De griffier draagt er zorg voor dat de overige leden van de gemeenteraad een afschrift van dit verzoek krijgen.

  • 3. De verlangde inlichtingen worden mondeling of schriftelijk in de eerstvolgende of in de daarop volgende vergadering gegeven.

  • 4. De gestelde vragen en het antwoord vormen een agendapunt voor de vergadering, waarin deantwoorden zullen worden gegeven.

Hoofdstuk 6 Begroting en rekening

Artikel 48 Procedure begroting

Onverminderd het bepaalde in de Gemeentewet geschiedt de voorbereiding, het onderzoek, de behandeling en de vaststelling van de begroting volgens een procedure die de gemeenteraad, op voorstel van het seniorenconvent, vaststelt.

Artikel 49 Procedure jaarrekening

Onverminderd het bepaalde in de Gemeentewet geschiedt de voorbereiding en het onderzoek van de jaarrekening en het jaarverslag, alsmede de vaststelling van de jaarrekening en van een eventueel indemniteitsbesluit volgens een procedure die de gemeenteraad, op voorstel van het seniorenconvent, vaststelt.

Hoofdstuk 7 Lidmaatschap van andere organisaties

Artikel 50 Verslag en verantwoording

  • 1. Een lid van de gemeenteraad, een wethouder, de burgemeester of de secretaris, die door de gemeenteraad is aangewezen tot lid van het algemeen bestuur van een openbaar lichaam of van een ander gemeenschappelijk orgaan, ingesteld op grond van de Wet gemeenschappelijke regelingen, heeft het recht (om in aansluiting op de behandeling van de lijst van ingekomen stukken òf voor het sluiten van de vergadering) verslag te doen over zaken die in het algemeen bestuur als bedoeld aan de orde zijn. Door de gemeenteraad gewenste bespreking van dit verslag kan de voorzitter verwijzen naar de desbetreffende kamer.

  • 2. Ieder lid van de gemeenteraad kan aan een persoon als bedoeld in het eerste lid, schriftelijke vragen stellen. De regels voor het stellen van schriftelijke vragen, vastgesteld in artikel 45 zijn van overeenkomstige toepassing.

  • 3. Wanneer een lid van de gemeenteraad een persoon als bedoeld in het eerste lid ter verantwoording wenst te roepen over zijn wijze van functioneren als zodanig, besluit de gemeenteraad over het toestaan daarvan. De regels voor het vragen van inlichtingen, vastgesteld in artikel 46, zijn van overeenkomstige toepassing.

  • 4. Dit artikel is van overeenkomstige toepassing op andere organisaties of instituties, waarin degemeenteraad één van zijn leden heeft benoemd.

Hoofdstuk 8 Besloten vergadering

Artikel 51 Algemeen

Op een besloten vergadering van gemeenteraad zijn de bepalingen van deze verordening van overeenkomstige toepassing voor zover deze bepalingen niet strijdig zijn met het besloten karakter van de vergadering.

Artikel 52 Verslag

  • 1. De besluitenlijst, dan wel het verslag van een besloten vergadering wordt niet rondgedeeld, maar ligt uitsluitend voor de leden ter inzage.

  • 2. De besluitenlijst, dan wel het verslag wordt zo spoedig mogelijk in een besloten vergadering ter vaststelling aangeboden. Tijdens deze vergadering neemt de gemeenteraad een besluit over het al dan niet openbaar maken van dit verslag. Het vastgestelde verslag wordt door de voorzitter en de griffier ondertekend.

Artikel 53 Geheimhouding

  • 1. Voor de afloop van de besloten vergadering beslist de gemeenteraad overeenkomstig artikel 25,eerste lid, van de Gemeentewet of omtrent de inhoud van de stukken en het verhandelde geheimhouding zal gelden.

  • 2. De geheimhouding dient in acht genomen te worden door een ieder die bij de vergaderingaanwezig is en door een ieder die op andere wijze kennis heeft van de stukken.

  • 3. De gemeenteraad kan besluiten de geheimhouding op te heffen.

Artikel 54 Opheffing geheimhouding

Indien de gemeenteraad op grond van artikel 25, derde en vierde lid, artikel 55, tweede en derde lid, of artikel 86, tweede en derde lid, van de Gemeentewet voornemens is de geheimhouding op te heffen wordt, indien daarom wordt verzocht door het orgaan dat geheimhouding heeft opgelegd, in een besloten vergadering met het desbetreffende orgaan overleg gevoerd.

Artikel 55 Besloten vergaderingen politieke kamers 1 en 2

Dit hoofdstuk is van overeenkomstige toepassing op vergaderingen van de politieke kamers 1 en 2, met dien verstande dat voor “de gemeenteraad” wordt gelezen “de politieke kamer” , voor “griffier” wordt gelezen “de griffier of de aangewezen griffiemedewerker” en voor “artikel 25 eerste lid “ wordt gelezen “artikel 86, eerste lid”.

Hoofdstuk 9 Toehoorders en pers

Artikel 56 Toehoorders en pers

  • 1. De toehoorders en vertegenwoordigers van de pers kunnen uitsluitend op de voor hen bestemde plaatsen openbare vergaderingen bijwonen.

  • 2. Het geven van tekenen van goed- of afkeuring of het op andere wijze verstoren van de orde isverboden.

Artikel 57 Geluid- en beeldregistraties

Degenen die in de vergaderzaal tijdens een openbare gemeenteraadsvergadering geluid- dan wel beeldregistraties willen maken doen hiervan mededeling aan de voorzitter en gedragen zich naar zijn aanwijzingen. Deze aanwijzingen kunnen niet zover gaan dat zij de vrijheid van pers aantasten.

Hoofdstuk 10 Slotbepalingen

Artikel 58 Overgangsbepaling

De besluiten van de gemeenteraad d.d. 13 maart 2007, nr. 6e en de gemeenteraad d.d. 3 juli 2007, nr. 3c worden aangemerkt als besluit ingevolge artikel 2, lid 5 van deze verordening.

Artikel 59 Evaluatiebepaling

De agendacommissie evalueert de werking van deze verordening twee jaar na inwerkingtreding en rapporteert aan de gemeenteraad over de doeltreffendheid en de effecten daarvan.

Op basis van de gehouden evaluatie adviseert het seniorenconvent over wijzigingen in deze verordening.

Artikel 60 Uitleg reglement

In de gevallen waarin dit reglement niet voorziet of bij twijfel omtrent de toepassing van het reglement, beslist de gemeenteraad op voorstel van de voorzitter.

Artikel 61 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als “Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van de gemeenteraad en de Politieke Markt Coevorden 2012”.

Artikel 62 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na bekendmaking.

  • 2.

    Op dat tijdstip vervallen de verordening op de raadscommissies Coevorden 2008, het reglement van orde voor de gemeenteraad 2008 vastgesteld bij raadsbesluit van 8 april 2008 en de bij raadsbesluit d.d. 13 oktober 2009 vastgestelde spelregels, van toepassing op het functioneren van de Politieke Markt Coevorden.

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 10 juli 2012

De raad voornoemd,

, voorzitter.

, griffier.

BIJLAGE bij het Reglement van Orde 2012

Bijlage bij het reglement van orde 2012