Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR490148
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR490148/1
Regeling vervallen per 20-09-2023
Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Cranendonck houdende regels omtrent subsidie Nadere subsidieregels Cranendonck 2018
Geldend van 21-07-2018 t/m 19-09-2023
Intitulé
Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Cranendonck houdende regels omtrent subsidie Nadere subsidieregels Cranendonck 2018Nadere subsidieregels 2018 bij
Algemene subsidieverordening Cranendonck 2015
Inhoud
Nadere subsidieregels 2018 bij 1
Algemene subsidieverordening Cranendonck 2015 1
Inhoud 2
Nadere subsidieregels 3
Artikel 1. Begripsomschrijvingen 3
Artikel 2. Toepassingsbereik 6
Artikel 3. Activiteiten 6
Artikel 4. Doelgroep 7
Artikel 5. Kosten die voor subsidie in aanmerking komen 7
Artikel 6. Hoogte van de subsidie 7
Artikel 7. Subsidieplafond en wijze van verdeling 15
Artikel 8. Aanvraag 15
Artikel 9. Verplichtingen 16
Artikel 10. Eigen vermogen & reserves 16
Artikel 11. Verantwoording 18
Artikel 12. Slotbepalingen 18
Nadere subsidieregels
Het college van burgemeester en wethouders van Cranendonck;
gelet op de Algemene subsidieverordening Cranendonck 2015
besluit vast te stellen de Nadere subsidieregels Cranendonck 2018
Artikel 1. Begripsomschrijvingen
In deze nadere regels wordt verstaan onder:
Activiteit |
Activiteit zoals vermeld in de begripsomschrijving van een organisatie; |
|
Activiteitenplan |
Een programma van activiteiten voor de periode waarop de aanvraag betrekking heeft, met een toelichting op de aard, omvang en intensiteit van de geplande activiteiten, de doelgroepen waarop de activiteiten gericht zijn en het verwachte aantal deelnemers/gebruikers. |
|
Bestemmingsreserve |
Reserve ter dekking van een vooraf vastgestelde bestemming, passend binnen de doelstelling van de organisatie; |
|
Een actuele (meerjaren)Begroting |
Een overzicht van de vermoedelijke uitgaven en inkomsten voor een bepaalde periode (van een jaar of meerdere jaren). |
|
Egalisatiereserve |
Reserve waarvan ten gunste onderscheidenlijk ten laste het verschil tussen de vastgestelde subsidie en de werkelijke kosten van de activiteiten waarvoor subsidie werd verleend, komt. Ook wel schommelreserve genoemd; |
|
Eigen vermogen |
Het vermogen van een organisatie, vermeld op de balans van een organisatie, niet zijnde vreemd vermogen en voorzieningen, onder aftrek van bestemmingreserves, maar inclusief egalisatiereserves; |
|
Evenement |
||
Nieuw evenement |
Een nog niet eerder georganiseerde openbaar toegankelijke vertoning of gebeurtenis van tijdelijke aard, die doelbewust is georganiseerd, die bijdraagt aan verbetering van de identiteit van Cranendonck en minimaal een lokale uitstraling heeft; |
|
Jubileum evenement |
herdenking van de dag waarop een bepaald aantal jaren geleden een organisatie is opgericht of een evenement is gestart. De verschillende jubilea zijn: 5; 10; 12,5; 15; 20; 25; 30; 35; 40; 45; 50; 55; 60; 70; 75; 80; 100; 150; 200 jaar. Voor carnavalsverenigingen wordt een veelvoud van 11 aangehouden. |
|
Karakter |
||
Cultureel karakter |
Alle activiteiten gericht op georganiseerde culturele activiteiten in enge zin zoals ambacht, kunst (amateurkunst), muziektheater, theater, religie en wetenschap (zoals literatuur, media, letteren). |
|
Sportief karakter |
Alle activiteiten gericht op een georganiseerd fysiek spel of beweging dat volgens regels in competitieverband of recreatief kan gespeeld worden. Het heeft als doel het lichaam of de hersenen te stimuleren, hetzij d.m.v. lichamelijke bewegingen, danwel denkoefeningen. |
|
Recreatief karakter |
Alle activiteiten gericht op vormen van georganiseerde vrijetijdsbesteding, alle activiteiten die kunnen worden gedaan naast de dagelijkse verplichtingen als werken, huishouden, financiën en zorg voor anderen. Recreëren doet men voor ontspanning en vermaak. Bijvoorbeeld buitenrecreatie activiteiten en sociale activiteiten. |
|
Sociaal maatschappelijk karakter |
Alle georganiseerde activiteiten die betrekking hebben op de intermenselijke (sociaal) samenleving/openbare ruimte (maatschappij). |
|
Kennismakingsactiviteiten |
activiteiten waarbij niet-leden op gestructureerde wijze in aanraking worden gebracht met de activiteiten van een organisatie. |
|
Samenwerkingsproject |
een project (niet-reguliere activiteit) waaraan een organisatie samen met één of meer andere organisaties werkt. |
|
Leden |
||
Leden Een actuele ledenlijst |
1.personen die contributie of enige andere jaarlijkse bijdrage betalen die hen recht geeft op deelname aan structurele activiteiten van de organisatie; 2.Jeugdleden: leden die op 1 juli van het subsidiejaar de leeftijd van 23 jaar nog niet bereikt hebben; 3.Leden met een handicap/beperking: personen die ten gevolge van ziekte of gebrek langdurig aantoonbare beperkingen ondervinden bij algemene levensverrichtingen, zoals op het gebied van zich binnen of buiten de woning verplaatsen en het deelnemen aan activiteiten buiten de woning: en die blijkens betaling van een donatie of contributie aangesloten zijn bij een organisatie; 4.Actief lid: een lid dat binnen de organisatie op de een of andere wijze actief is. Te denken valt dan aan deelname aan de reguliere activiteiten, maar ook aan bestuursactiviteiten of andere ondersteunende bezigheden. Een overzicht met daarin aangegeven het totaal aantal leden per 1 juli van het lopende jaar, waarbij wordt gespecificeerd hoeveel leden vallen in de leeftijdsgroep tot 23 jaar, hoeveel leden vallen onder de definitie van leden met een beperking/handicap conform artikel 1 lid o onder 3 en hoeveel leden woonachtig zijn in Cranendonck. Deze ledenlijst wordt voor akkoord ondertekend door een bestuurslid van de organisatie. |
|
Lokaal / lokale |
Betrekking hebbende op een bepaalde plaats, in dit geval in de gemeente Cranendonck. |
|
Organisatie |
||
Organisatie Maatschappelijke organisaties |
Een lokale (Cranendonckse) vereniging met minimaal 15 leden uit Cranendonck of stichting die bij notariële akte is opgericht en is ingeschreven in het openbare register van de Kamer van Koophandel; (Organisatie met maatschappelijk functie) Deze titel is toegekend aan de EHBO vereniging, kindervakantiewerk, het oranjecomité en het Sint Nicolaas comité; |
|
Verenigingsmanagement |
Alle activiteiten gericht op het goed laten functioneren van een organisatie, zoals kadertrainingen, jeugdbeleid, vrijwilligersbeleid, financieel beleid, sponsorbeleid, activiteitenbeleid en een lange termijnvisie of verenigingsvisie. |
|
Verslag |
||
Een inhoudelijk verslag |
Een verslag waaruit blijkt welke activiteiten de organisatie het voorgaande jaar/de betreffende subsidieperiode heeft gerealiseerd. |
|
Een financieel verslag |
Bevat tenminste een jaarrekening en balans van 31 december van het jaar voorafgaand aan het jaar waarin de aanvraag wordt gedaan |
Artikel 2. Toepassingsbereik
Het bepaalde in deze nadere regels is enkel van toepassing op de verstrekking van subsidies door burgemeester en wethouders voor de in artikel 3 bedoelde activiteiten.
Artikel 3. Activiteiten
1.Basissubsidie kan uitsluitend worden verstrekt voor activiteiten die bijdragen aan het bereiken van doelstellingen op het gebied van:
a. wonen en leven
- -
De gemeente biedt de mogelijkheid om burgers in elke kern samen te laten komen. Hierdoor versterken we de sociale cohesie.
- -
Onze burgers wonen in een omgeving waarbij ze tevreden zijn over het beheer van de openbare ruimte.
De volgende soorten organisaties worden ingedeeld bij wonen en leven: heemkunde, natuureducatie, hengelsport, EHBO, oranjecomité, Sint Nicolaas comité, kindervakantiewerk.
b. Kunst en cultuur
-De gemeente biedt haar inwoners de mogelijkheid kennis te maken met en deel te nemen aan (lokale) kunst- en culturele activiteiten. Onderdeel hiervan is het behoud van de eigen identiteit van Cranendonck.
De volgende soorten organisaties worden ingedeeld bij kunst en cultuur: dansverenigingen, gilden, muziekverenigingen, toneelverenigingen, carnavalsverenigingen, vereniging voor oorlogsveteranen.
c. Sport
-De gemeente biedt haar inwoners, met speciale aandacht voor jeugd en mensen met een beperking, de mogelijkheid kennis te maken met en deel te nemen aan een gevarieerd aanbod aan sport- en beweegactiviteiten
De volgende soorten organisaties worden ingedeeld bij sport: sportverenigingen en -organisaties.
d. zorg
-De gemeente stimuleert dat inwoners, van jong tot oud, zich kunnen ontplooien en verantwoordelijkheid nemen. Inwoners doen mee in de samenleving.
De volgende soorten organisaties worden ingedeeld bij zorg: jeugdclubs, ouderenverenigingen, vrouwenorganisaties.
- 2.
Het college kan organisaties een stimuleringssubsidie verstrekken voor:
- a.
exploitatie van een nieuwe organisatie
- b.
organisatie van een nieuw evenement
- c.
organisatie van een jubileum evenement
- d.
promotie van een grootschalig evenement
- e.
samenwerkingsprojecten
- f.
verenigingsmanagement
- g.
kennismakingsactiviteiten
- a.
Artikel 4. Doelgroep
Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan:
- a.
organisaties met minimaal 15 leden uit Cranendonck die deelnemen aan de reguliere activiteiten van de organisatie
- b.
organisaties met een maatschappelijke functie
Artikel 5. Kosten die voor subsidie in aanmerking komen
-
1. De subsidie heeft uitsluitend betrekking op de kosten die resteren na aftrek van bijdragen van derden en die naar het oordeel van burgemeester en wethouders noodzakelijk zijn voor de uitvoering van een activiteit als bedoeld in artikel 3.
-
2. Niet voor subsidie in aanmerking komen de kosten die door de subsidieontvanger zijn gemaakt voor de indiening van de aanvraag.
-
3. Het subsidiebedrag waarvoor een organisatie in aanmerking komt, bedraagt nooit meer dan 50% van de totale inkomsten.
-
4. Lid 3 is niet van toepassing op organisaties die gebruikmaken van het Zuiderpoortbad en daarvoor accommodatiesubsidie ontvangen.
Artikel 6. Hoogte van de subsidie
Een basissubsidie bedraagt maximaal € 25.000,- exclusief de vergoeding voor accommodaties. Voor de budgetsubsidies is geen maximumbedrag vastgesteld.
Een stimuleringssubsidie bedraagt maximaal € 2.000,-
Basissubsidies
Zoals in artikel 3 is aangegeven kan subsidie kan uitsluitend worden verstrekt voor activiteiten die bijdragen aan het bereiken van de formuleerde beleidsdoelstelling. Per categorie zijn er subsidiebedragen gekoppeld aan de te bereiken beleidsdoelstellingen. Hieronder zijn deze uitgewerkt.
6.1Wonen en leven
1 . De subsidie voor organisaties in de categorie wonen en leven bedraagt:
Minimum |
Klein |
Middel klein |
Middel |
Groot |
Zeer groot |
Maximaal |
|
Aantal leden |
15-50 |
51-100 |
101-150 |
151-200 |
201-300 |
301-500 |
Meer dan 501 |
maximaal |
€ 350 |
€ 650 |
€ 950 |
€ 1.175 |
€ 1.650 |
€ 2.200 |
€ 2.800 |
vast bedrag |
€ 100 |
€ 100 |
€ 100 |
€ 100 |
€ 100 |
€ 100 |
€ 100 |
a.indien de organisatie burgers via haar activiteiten de mogelijkheid biedt samen te komen en daardoor een bijdrage levert aan de sociale cohesie |
€ 50 |
€ 100 |
€ 125 |
€ 150 |
€ 250 |
€ 400 |
€ 500 |
b.indien de organisatie via haar activiteiten bijdraagt aan het behouden of vergroten van de zelfredzaamheid |
€ 50 |
€ 100 |
€ 125 |
€ 150 |
€ 250 |
€ 400 |
€ 500 |
c.indien de organisatie via haar activiteiten bijdraagt aan het behouden en versterken van de groene en rustieke, fijne leef- en woonomgeving |
€ 50 |
€ 100 |
€ 150 |
€ 175 |
€ 400 |
€ 500 |
€ 600 |
d.indien de organisatie samenwerkt met scholen en/of maatschappelijke organisaties |
€ 50 |
€ 100 |
€ 200 |
€ 300 |
€ 300 |
€ 400 |
€ 500 |
e.indien de organisatie speciale aandacht besteedt aan jeugd |
€ 50 |
€ 150 |
€ 250 |
€ 300 |
€ 350 |
€ 400 |
€ 600 |
1.2 Experimentele verdeelsleutel St. Nicolaascomités, Kindervakantiewerk en Oranjecomités :
In het kader van het stimuleren van de zelfredzaamheid en zelf organiserend vermogen is het met deze experimentele verdeelsleutel mogelijk dat een groep soortgelijke organisaties (bijvoorbeeld alle Sint Nicolaascomités) zelf in overleg een verdeling maakt van het totale subsidiebedrag dat de groep gezamenlijk wordt verleend. Indien de groep soortgelijke organisaties voor 1 december van het subsidiejaar geen gezamenlijke overeenstemming kan bereiken wordt de verdeling toegepast conform de verdeelsleutel zoals beschreven onder de tabel bij 6.1 Wonen en Leven 1.
1. 3 Extra subsidie e xperimentele verdeelsleutel St. Nicolaascomités, Kindervakantiewerk en Oranjecomités :
Indien organisaties de verdeling van de totale subsidiegelden voor hun rekening nemen, maken zij aanspraak op een extra subsidie van € 200,-.
- a.
Eén individuele organisatie kan, namens alle organisaties uit dezelfde categorie, een aanvraag indienen voor deze extra subsidie;
- b.
De organisaties moeten aantonen hoe de verdeling eruitziet en dat elke organisatie instemt.
6.2Kunst en cultuur
2 . De subsidie voor organisaties in de categorie kunst en cultuur bedraagt:
Minimum |
Klein |
Middel klein |
Middel |
Groot |
Zeer groot |
Maximaal |
|
Aantal leden |
15-50 |
51-100 |
101-150 |
151-200 |
201-300 |
301-500 |
Meer dan 501 |
maximaal |
€ 2.175 |
€ 2.800 |
€ 7.050 |
€ 9.700 |
€ 11.850 |
€ 13.600 |
€ 16.850 |
vast bedrag |
€ 100 |
€ 100 |
€ 100 |
€ 100 |
€ 100 |
€ 100 |
€ 100 |
a.indien de organisatie inwoners de mogelijkheid biedt kennis te maken met (lokale) kunst en cultuuractiviteiten; |
€ 150 |
€ 250 |
€ 350 |
€ 450 |
€ 550 |
€ 650 |
€ 750 |
b.indien de organisatie inwoners stimuleert deel te nemen aan kunst- en cultuuractiviteiten; |
€ 250 |
€ 300 |
€ 350 |
€ 450 |
€ 550 |
€ 650 |
€ 750 |
c.indien de organisatie bijdraagt aan de structurele inbedding van cultuureducatie binnen het (basis)onderwijs; |
€ 500 |
€ 500 |
€ 2.000 |
€ 2.000 |
€ 3.000 |
€ 3.000 |
€ 4.000 |
d.indien de organisatie via haar activiteiten burgers de mogelijkheid biedt samen te komen en daardoor een bijdrage levert aan de sociale cohesie; |
€ 25 |
€ 50 |
€ 100 |
€ 150 |
€ 200 |
€ 250 |
€ 350 |
e.indien de organisatie via haar activiteiten bijdraagt aan het behouden of vergroten van de zelfredzaamheid |
€ 50 |
€ 100 |
€ 200 |
€ 250 |
€ 300 |
€ 350 |
€ 400 |
f.indien de organisatie samenwerkt met scholen en/of maatschappelijke organisaties. |
€ 500 |
€ 500 |
€ 750 |
€ 1.000 |
€ 1.250 |
€ 1.500 |
€ 2.000 |
g.indien de organisatie speciale aandacht besteedt aan mensen met een beperking |
€ 50 |
€ 100 |
€ 200 |
€ 250 |
€ 300 |
€ 350 |
€ 400 |
Jeugdleden |
t/m 10 |
11-20 |
21-30 |
31-40 |
41-50 |
51-60 |
Meer dan 60 |
h.indien de organisatie speciale aandacht besteedt aan jeugd |
€ 500 |
€ 600 |
€ 1.000 |
€ 1.050 |
€ 1.100 |
€ 1.250 |
€ 1.600 |
Aantal leden dat een muziekopleiding volgt |
t/m 10 |
11-25 |
26-35 |
36-45 |
46-55 |
56-65 |
Meer dan 65 |
i.indien de organisatie bijdraagt aan deskundigheidsbevordering middels een muziekopleiding; |
€ 25 |
€ 1.00 |
€ 1.000 |
€ 1.500 |
€ 2.000 |
€ 3.000 |
€ 3.500 |
Aantal leden met een instrument van de vereniging |
t/m 10 |
11-25 |
26-50 |
51-75 |
76-100 |
101-125 |
Meer dan 125 |
j.indien de organisatie bijdraagt aan deskundigheidsbevordering middels het beschikbaar stellen van een instrument; |
€ 25 |
€ 200 |
€ 1.000 |
€ 2.500 |
€ 2.500 |
€ 2.500 |
€ 3.000 |
6.3Sport
3 . De subsidie voor organisaties in de categorie sport bedraagt:
Minimum |
Klein |
Middel klein |
Middel |
Groot |
Zeer groot |
Maximaal |
|
Aantal leden |
15-50 |
51-100 |
101-150 |
151-200 |
201-300 |
301-500 |
Meer dan 501 |
maximaal |
€ 670 |
€ 1.750 |
€ 2.675 |
€ 4.550 |
€ 6.475 |
€ 8.100 |
€ 9.550 |
vast bedrag |
€ 100 |
€ 100 |
€ 100 |
€ 100 |
€ 100 |
€ 100 |
€ 100 |
a.indien de organisatie inwoners de mogelijkheid biedt kennis te maken met sport- en beweegmogelijkheden; |
€ 10 |
€ 50 |
€ 100 |
€ 200 |
€ 300 |
€ 400 |
€ 500 |
b.indien de organisatie inwoners stimuleert deel te nemen aan sport- en beweegactiviteiten; |
€ 10 |
€ 50 |
€ 100 |
€ 200 |
€ 300 |
€ 400 |
€ 500 |
c.indien de organisatie via haar activiteiten bijdraagt aan de gezondheid (het behalen van de NNGB); |
€ 25 |
€ 50 |
€ 75 |
€ 100 |
€ 125 |
€ 200 |
€ 400 |
d.indien de organisatie via haar activiteiten burgers de mogelijkheid biedt samen te komen en daardoor een bijdrage te leveren aan de sociale cohesie; |
€ 25 |
€ 50 |
€ 75 |
€ 100 |
€ 125 |
€ 200 |
€ 400 |
e.indien de organisatie via haar activiteiten bijdraagt aan het behouden of vergroten van de zelfredzaamheid; |
€ 25 |
€ 50 |
€ 75 |
€ 100 |
€ 125 |
€ 250 |
€ 400 |
f.indien de organisatie samenwerkt met scholen en/of maatschappelijke organisaties. |
€ 25 |
€ 150 |
€ 300 |
€ 400 |
€ 500 |
€ 600 |
€ 750 |
g.indien de organisatie speciale aandacht besteedt aan mensen met een beperking; |
€ 100 |
€ 250 |
€ 300 |
€ 350 |
€ 400 |
€ 450 |
€ 500 |
h.indien de organisatie bijdraagt aan deskundigheidsbevordering middels een opleiding reddend zwemmen |
€ 250 |
€ 500 |
€ 750 |
€ 1.000 |
€ 1.000 |
€ 1.000 |
€ 1.000 |
Aantal jeugdleden |
t/m 50 |
51-100 |
101-150 |
151-200 |
201-250 |
251-300 |
Meer dan 301 |
i.indien de organisatie speciale aandacht besteedt aan jeugd |
€ 100 |
€ 500 |
€ 800 |
€ 2.000 |
€ 3.500 |
€ 4.500 |
€ 5.000 |
De accommodatiesubsidie voor sport wordt op de navolgende wijze bepaald:
Het aantal uren gebruik van het Cranendonckse zwembad, de binnensport- of buitensportaccommodatie in het kalenderjaar voorafgaand aan de subsidieaanvraag, is bepalend voor de verdeling van de accommodatiesubsidie in het jaar waarvoor subsidie aangevraagd wordt. Deze uren en de betaalde huurprijs worden op de volgende wijze gebruikt om de hoogte van de subsidie te berekenen:
- a.
een bedrag bestaande uit 68% van de betaalde accommodatiekosten voor het gebruik van het zwembad, zoals opgenomen in de jaarafrekening van de organisatie;
- b.
een bedrag bestaande uit 62% van het tarief dat het VTBC de organisatie in rekening heeft gebracht voor het gebruik van buitensportaccommodaties conform de notitie Basisvoorzieningen;
- c.
een bedrag van 50% van het tarief dat het VTBC de organisatie in rekening heeft gebracht voor het gebruik van buitensportaccommodaties voor het eerste extra veld waarvan de organisatie gebruik maakt;
- d.
een bedrag van 15% van het tarief dat het VTBC de organisatie in rekening heeft gebracht voor het gebruik van buitensportaccommodaties voor het tweede extra veld waarvan de organisatie gebruik maakt;
- e.
een bedrag bestaande uit 44% van het tarief dat het VTBC de organisatie in rekening heeft gebracht voor het gebruik van binnensportaccommodaties conform de notitie Basisvoorzieningen. Indien geen gebruik kan worden gemaakt van een binnensportaccommodatie van het VTBC wordt 44% van de betaalde accommodatiekosten genomen, zoals opgenomen in de jaarafrekening van de organisatie;
- f.
een bedrag bestaande uit 44% van de betaalde huur van een manege met een maximum van € 12,50,-/uur, in de laatste periode van oktober t/m maart, voorafgaand aan de aanvraag van de subsidie.
6.4 Zorg
4 . De subsidie voor organisaties in de categorie zorg bedraagt:
Minimum |
Klein |
Middel klein |
Middel |
Groot |
Zeer groot |
Maximaal |
|
Aantal leden |
15-50 |
51-100 |
101-150 |
151-200 |
201-300 |
301-500 |
Meer dan 501 |
maximaal |
€ 1.350 |
€ 1.950 |
€ 2.600 |
€ 3.350 |
€ 4.450 |
€ 6.300 |
€ 8.850 |
vast bedrag |
€ 100 |
€ 100 |
€ 100 |
€ 100 |
€ 100 |
€ 100 |
€ 100 |
a.indien de organisatie via haar activiteiten burgers de mogelijkheid biedt samen te komen en daardoor een bijdrage te leveren aan de sociale cohesie; |
€ 50 |
€ 100 |
€ 150 |
€ 200 |
€ 250 |
€ 500 |
€ 750 |
b.indien de organisatie via haar activiteiten bijdraagt aan het behouden of vergroten van de zelfredzaamheid; |
€ 100 |
€ 150 |
€ 200 |
€ 250 |
€ 300 |
€ 750 |
€ 1.000 |
c.indien de organisatie stimuleert dat inwoners zicht kunnen ontplooien en meedoen in de samenleving |
€ 100 |
€ 150 |
€ 200 |
€ 250 |
€ 300 |
€ 750 |
€ 1.000 |
d.indien de organisatie samenwerkt met scholen en/of maatschappelijke organisaties. |
€ 450 |
€ 600 |
€ 750 |
€ 1.000 |
€ 1.250 |
€ 1.500 |
€ 2.000 |
e.indien de organisatie speciale aandacht besteedt aan mensen met een beperking |
€ 50 |
€ 100 |
€ 200 |
€ 300 |
€ 500 |
€ 700 |
€ 1.000 |
Aantal jeugdleden |
t/m 50 |
51-75 |
76-100 |
101-125 |
126-150 |
151-175 |
Meer dan 175 |
f.indien de organisatie speciale aandacht besteedt aan jeugd |
€ 500 |
€ 750 |
€ 1.000 |
€ 1.250 |
€ 1.750 |
€ 2.000 |
€ 3.000 |
De accommodatiesubsidie voor jeugdclubs bedraagt een bedrag van € 2.250,- voor organisaties
die een directe en substantiële eigen bijdrage leveren in het onderhoud van het gebouw.
Stimuleringssubsidies
6.5Exploitatie van een nieuwe organisatie
- 1.
Een organisatie kan in aanmerking komen voor een stimuleringssubsidie voor de exploitatie van een nieuwe organisatie indien zij voldoet aan de criteria die gelden voor een basissubsidie, maar in verband met de datum van oprichting geen tijdige aanvraag voor een basissubsidie heeft kunnen indienen.
- 2.
De subsidie bedraagt het bedrag van de basissubsidie waarvoor de organisatie in aanmerking had kunnen komen indien zij een tijdige aanvraag zou hebben ingediend, vermenigvuldigd met het aantal dagen van het kalenderjaar dat nog resteert, geteld vanaf datum aanvraag, gedeeld door 365.
6.6Organisatie van een nieuw evenement
- 1.
Een lokale organisatie kan voor een stimuleringssubsidie in aanmerking komen indien zij een nieuw evenement organiseert dat naar oordeel van het college een bijdrage levert aan het culturele, sportieve, recreatieve en/of sociaal maatschappelijk karakter van de gemeente.
- 2.
De subsidie bedraagt 50% van de kosten voor de organisatie van een evenement met een maximum van € 1.000,-.
- 3.
De subsidie vormt een bijdrage in het exploitatietekort.
- 4.
De organisatie dient verantwoordelijkheid te nemen als het gaat om alcoholmatiging en een net gebruik van de openbare ruimte.
- 5.
De organisatie dient in het bezit te zijn van alle benodigde vergunningen en ontheffingen bij de organisatie van een evenement.
6.7Organisatie van een jubileum evenement
- 1.
Een lokale organisatie kan voor een stimuleringssubsidie in aanmerking komen indien zij
- a.
een evenement organiseert dat naar oordeel van het college een bijdrage levert aan
het culturele, sportieve, recreatieve en/of sociaal maatschappelijk karakter van de
gemeente.
- b.
naast het reguliere evenement, activiteiten organiseert in het kader van een jubileum.
- a.
- 2.
De subsidie bedraagt 50% van de kosten voor de organisatie van een
jubileumactiviteit(en) bij een evenement met een maximum van € 500,-.
- 3.
De subsidie vormt een bijdrage in het exploitatietekort.
- 4.
De organisatie dient in het bezit te zijn van alle benodigde vergunningen en ontheffingen
bij de organisatie van een evenement.
5.De organisatie dient verantwoordelijkheid te nemen als het gaat om alcoholmatiging en
een net gebruik van de openbare ruimte.
6.8 Promotie van een grootschalig evenement
1.Grootschalige evenementen die in het belang zijn voor de promotie van de Gemeente
Cranendonck passend binnen de strategische visie (het behouden en versterken van de
rustieke, fijne leef- en woonomgeving, tegemoetkomen aan de recreatie behoeften van eigen inwoners en mensen binnen en buiten de regio aan te trekken) kunnen in aanmerking komen voor een bijdrage in de promotiekosten, dit ter beoordeling aan het college.
- 2.
De subsidie bedraagt 50% van de promotiekosten, met een maximum van € 1.000,- Onder de promotiekosten wordt onder andere verstaan, kosten voor het uitgeven van brochures, reclame, campagnes, posters en advertenties en het opzetten van een website.
- 3.
Het evenement trekt jaarlijks tenminste 3.000 bezoekers.
- 4.
De organisatie verleent medewerking aan eventuele communicatie- en/of promotiewensen van de gemeente Cranendonck.
- 5.
De organisatie dient in het bezit te zijn van alle benodigde vergunningen en ontheffingen bij de organisatie van een evenement.
- 6.
De organisatie dient verantwoordelijkheid te nemen als het gaat om alcoholmatiging en een net gebruik van de openbare ruimte.
6.9Samenwerkingsprojecten
- 1.
Een organisatie kan in aanmerking komen voor een stimuleringssubsidie indien zij samen met één of meer andere organisaties een project (niet-reguliere activiteit) organiseert dat:
- a.
Past binnen de strategische visie of ander gemeentelijk beleid
- b.
Inwoners van Cranendonck de mogelijkheid biedt kennis te maken met en deel te nemen aan (lokale) kunst en culturele activiteiten.
- c.
Inwoners van Cranendonck de mogelijkheid biedt kennis te maken met en deel te nemen aan een gevarieerd aanbod aan sport- en beweegactiviteiten.
- d.
Inwoners van Cranendonck, van jong tot oud, stimuleert zich te ontplooien en verantwoordelijkheid te nemen en meer zelfredzaam te zijn.
- a.
- 2.
De subsidie die per project wordt toegekend bedraagt 50% van de kosten van het project, met een maximum van € 1.000,-.
6.10 Verenigingsmanagement
- 1.
Een organisatie kan in aanmerking komen voor een stimuleringssubsidie voor het projectmatig opzetten en implementeren van verenigingsmanagement.
- 2.
De subsidie bedraagt 50% van de projectkosten na aftrek van eventuele bijdragen van overkoepelende bonden aan het project, met een maximum van € 1.000,-.
- 3.
De subsidie voor kadertrainingen bedraagt na aftrek van eventuele bijdragen van overkoepelende bonden 50% van de kosten van het project, met een maximum van € 250,- per cursist.
6.11 Kennismakingsactiviteiten
Een organisatie kan in aanmerking komen voor een stimuleringssubsidie voor het organiseren van kennismakingsactiviteiten voor jeugd, ouderen en/of mensen met een beperking en specifiek voor leerlingen in het basisonderwijs;
- 1.
Een organisatie kan in aanmerking komen voor een stimuleringssubsidie als zij samen met een andere, professionele organisatie de kennismakingsactiviteiten organiseert voor jeugd, ouderen en/of mensen met een beperking, en de professionele organisatie daarvoor ruimte maakt in zijn reguliere programma;
- 2.
De subsidie bedraagt 50% van de kosten van de kennismakingsactiviteiten, met een maximum van € 1.000,00. Indien anderen dan jeugd, ouderen en mensen met een beperking aan de kennismakingsactiviteiten deelnemen, wordt de subsidie naar evenredigheid van het aantal jeugd-, oudere deelnemers en deelnemers met een beperking berekend.
- 3.
Een organisatie kan in aanmerking komen voor een stimuleringssubsidie als zij specifiek voor leerlingen in het basisonderwijs kennismakingsactiviteiten organiseert. De kosten die onder deze activiteit vallen zijn:
- a.
Vergoeding van € 10,00 per lesuur bij maximaal 25 leerlingen. Bij inzet van meerdere begeleiders bij meer dan 25 leerlingen, wordt de vergoeding naar verhouding. Bij 27 leerlingen dus 2 begeleiders, bedraagt de vergoeding € 20,00 per lesuur. Organisaties zijn vrij meerdere begeleiders in te zetten, maar hier staat geen (extra) vergoeding tegenover. Als voor bepaalde uren een derde wordt ingehuurd, mogen deze kosten gedeclareerd worden op basis van werkelijke kosten;
- b.
Materiaalkosten kunnen tot een maximaal € 50,- per jaar gedeclareerd worden op basis van werkelijke kosten;
- c.
Accommodatiekosten zijn niet van toepassing omdat de kennismakingsactiviteiten plaatsvinden tijdens gymlessen op school.
- d.
De subsidie vormt een bijdrage in de kosten van de kennismakingsactiviteiten met een maximum van € 500,00.
- a.
Artikel 7. Subsidieplafond en wijze van verdeling
-
1. Aanvragen voor een basis- en/of accommodatiesubsidie die worden ingediend na de in de verordening genoemde datum, kunnen door het college in afwijking van het bepaalde in de verordening nog worden toegekend voor maximaal 70% van het bedrag wat verleend zou worden als de aanvraag op tijd zou zijn ingediend, mits deze aanvraag compleet wordt ingediend binnen één maand na de datum genoemd in artikel 7 lid 1 van de verordening.
-
2. Als de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag binnen een week aan te vullen, wordt als de datum van indiening van de aanvraag aangemerkt de datum waarop de aanvraag compleet is ingediend.
-
3. Er worden de volgende subsidieplafonds gehanteerd, waarbij de bedragen afhankelijk zijn van de vastgestelde begroting door de gemeenteraad:
-
- Stimuleringssubsidies, 3% van het totale plafond.
-
- Basissubsidies, 42% van het totale plafond
-
- Accommodatiesubsidies, 55% van het totale plafond
-
4. Indien het vastgestelde subsidieplafond niet toereikend is om alle aangevraagde basis- of accommodatiesubsidies te kunnen verlenen, worden de aangevraagde subsidies naar rato verlaagd, zodat het totaal van de verleende subsidies het subsidieplafond niet overstijgt.
-
5. Stimuleringssubsidies worden toegekend op volgorde van binnenkomst van de aanvraag. Als het subsidieplafond is bereikt, worden nieuwe aanvragen in dat kalenderjaar afgewezen.
Artikel 8. Aanvraag
- 1.
De aanvraag voor een stimuleringssubsidie, basissubsidie, accommodatiesubsidie of budgetsubsidie wordt ingediend middels een door het college vastgesteld aanvraagformulier of een verzoek tot subsidie.
- 2.
Bij de aanvraag voor een accommodatiesubsidie worden de betaalde facturen voor de huur van de accommodaties over het laatste volledige kalenderjaar meegestuurd.
- 3.
De aanvrager dient in bezit te zijn van de volgende documenten:
- a.
Een actuele (meerjaren)begroting
- b.
Een activiteitenplan
- c.
Een financieel en inhoudelijk verslag
- d.
Een actuele ledenlijst (indien van toepassing)
- e.
Een oprichtingsakte met de statuten
- f.
Een bewijs van inschrijving bij de Kamer van Koophandel
- g.
Een exemplaar van het huishoudelijk reglement voorzien van de datum van vaststelling
- h.
Een overzicht van de bestuurssamenstelling van de organisatie
- a.
Deze documenten kunnen steekproefsgewijs bij uw organisatie worden opgevraagd.
4.Het college kan bepalen dat ook andere dan in dit artikel genoemde gegevens en bescheiden, die voor het beoordelen van de aanvraag van belang zijn, moeten worden overlegd.
Artikel 9. Verplichtingen
-
1. Een subsidieontvanger dient een administratie bij te houden die altijd een getrouw en inzichtelijk beeld geeft van de ondernomen activiteiten en de daaraan verbonden inkomsten en uitgaven evenals de financiële positie van de organisatie:
- a.
De organisatie heeft een actuele begroting en activiteitenplan
- b.
De organisaties maakt jaarlijks een financieel en inhoudelijk verslag en rapporteert hierover aan de leden
- a.
-
2. Een subsidieontvanger dient zijn roerende en onroerende goederen tenminste tegen vervangingswaarde te verzekeren en verzekerd te houden tegen schade, storm en inbraak. Hij dient voorts een verzekering aan te gaan tot dekking van schade, voortvloeiende uit de wettelijke en contractuele aansprakelijkheid van het bestuur, de beroepskrachten en vrijwilligers.
-
3. Een subsidieontvanger neemt de verantwoordelijkheid voor gematigd alcoholgebruik in de kantine/accommodatie.
-
4. Het college kan de subsidieontvanger bij de subsidieverlening aanvullende verplichtingen opleggen, zoals bedoeld in artikel 4:37 en 4:38 van de Algemene wet bestuursrecht.
Artikel 10. Eigen vermogen & reserves
1 Reikwijdte
Deze nadere regel heeft betrekking op het eigen vermogen en de reserves van de subsidieontvanger die een subsidie boven de € 50.000,- ontvangt.
2 Verwijzing
Ter motivering van een besluit dat door of namens het college is genomen, kan worden volstaan met een verwijzing naar deze nadere regel.
3 Verplichtingen subsidieontvanger
- a)
De subsidieontvanger geeft inzicht in zijn eigen vermogen, bestemmingsreserves en egalisatiereserves.
- b)
De subsidieontvanger heeft toestemming van het college nodig om reserves te vormen en/of de bestemming van een reserve te wijzigen.
4 Bescheiden
1.Bij de aanvraag tot subsidievaststelling dient de subsidieontvanger een financieel verslag of
een jaarrekening in en tevens een bestedingsplan van bestemmingsreserves en een
vermelding van de omvang van een egalisatiereserve.
een bestedingsplan staan in ieder geval vermeld: de bestemming, de onttrekkingen en/of
toevoegingen, de omvang van de reserve per 31 december van voorgaand jaar en de
voorgenomen bestedingsdatum.
5 Gebruik subsidiegelden
1.De verleende subsidie wordt gebruikt voor de uitvoering van de afgesproken activiteiten en/of
prestaties.
2.Na afloop van de subsidieperiode kan maximaal 5% van de subsidiegelden met
toestemming van het college worden gebruikt voor de vorming van of toevoeging aan
bestemmingsreserves of voor een egalisatiereserve.
3.De bepalingen in de Algemene subsidieverordening en de Awb worden hierbij in acht
genomen.
6 Omvang eigen vermogen
1.Indien de subsidieontvanger zelf over voldoende eigen vermogen voor de uitvoering van de
activiteiten waarvoor subsidie wordt gevraagd, beschikt, wordt de subsidie geweigerd.
2.Bij de beoordeling of sprake is van voldoende eigen vermogen, speelt de omvang van het
eigen vermogen zonder bestemmingsreserves, maar met egalisatiereserve een belangrijke
rol.
7 Toestemming bestemmingsreserves
1.De toestemming om reserves te vormen en/of de bestemming te wijzigen kan worden
aangevraagd op het aanvraagformulier subsidieverlening.
- 2.
De subsidieontvanger kan ook per brief een verzoek daartoe aan het college doen.
- 3.
Bij het verzoek wordt een bestedingsplan van de bestemmingsreserves toegevoegd. Hierin
wordt in ieder geval opgenomen:
-
- a.
welke bestemmingsreserves, met welke oogmerken gevormd zijn of gevormd worden;
- b.
de gewenste maximale omvang per bestemmingsreserve, maximaal 10% van het subsidiebedrag;
- c.
de verwachte storting of onttrekking uit iedere bestemmingsreserve.
- a.
- 4.
Voorafgaand aan de vorming of bestemmingswijziging van een bestemmingsreserve dient
toestemming te worden verkregen van het college.
- 5.
De toestemming wordt schriftelijk verleend of geweigerd.
- 6.
Reeds gevormde bestemmingsreserves worden geaccepteerd tot de bedragen en de daarbij
behorende termijn, zoals vermeld in de laatste beschikking tot subsidievaststelling van de
subsidieontvanger.
7.Als een instelling zonder toestemming bestemmingsreserves vormt met (restanten van) van
verleende subsidiegelden dan kan dit leiden tot een lagere subsidievaststelling of tot een
intrekking of wijziging van de subsidieverstrekking (verlening en vaststelling).
8 Vereisten bestemmingsreserves
1.De bestemming van een reserve of de wijziging van een bestemming past binnen de
doelstellingen van de subsidieontvanger, zoals vermeld in de statuten of notariële akten van
de instelling.
2.De bestemming van een reserve of de wijziging van een bestemming heeft een direct verband
of een directe relatie met de afgesproken activiteiten en/of prestaties van de instelling.
3.Voor bestemmingsreserves, die niet aan deze vereisten voldoen, wordt geen toestemming
verleend.
9 Vrije of verplichte egalisatiereserve
- 1.
Een subsidieontvanger is vrij in het vormen van een egalisatiereserve.
- 2.
Het college kan een subsidieontvanger verplichten een egalisatiereserve te vormen, indien de
exploitatie-uitgaven van de subsidieontvanger de afgelopen twee jaren voortdurend
schommelden en/of de subsidiegelden niet volledig besteed behoeven te worden ter
bekostiging van de afgesproken activiteiten en/of prestaties.
3.Een reeds gevormde egalisatiereserve wordt geaccepteerd tot de bedragen en de daarbij
behorende termijn, zoals vermeld in de laatste beschikking tot subsidievaststelling van de
subsidieontvanger.
10 Vereisten egalisatiereserve
1.De jaarlijkse toevoeging aan de egalisatiereserve mag ten hoogste 5% van de laatstelijk
vastgestelde subsidie bedragen.
2.De hoogte van de egalisatiereserve mag maximaal 15% van de laatstelijk verleende subsidie
bedragen.
3.Als een instelling een hogere egalisatiereserve vormt dan 15% van het laatstelijk verleende
subsidiebedrag of de jaarlijkse toevoeging meer dan 5% bedraagt dan kan dit leiden tot een
lagere subsidievaststelling of tot een intrekking of wijziging van de subsidieverstrekking
(verlening en vaststelling).
11 Hardheidsclausule
Het college kan afwijken van deze nadere regels, indien het handelen conform deze nadere regels voor een of meer belanghebbenden gevolgen zou hebben die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zijn in verhouding met de doelstelling van deze nadere regels.
Artikel 11. Verantwoording
-
1. Verantwoording van subsidies vindt plaats via een vaststellingsformulier, jaarverslag (goedgekeurd tijdens de algemene ledenvergadering) en/of accountantsverklaring.
-
2. Bij subsidies vanaf € 25.000 dient een controle verklaring (naast een inhoudelijk en financieel jaarverslag) te worden overlegd, tenzij anders overeengekomen.
Artikel 12. Slotbepalingen
- 1.
De Nadere subsidieregels 2015 bij de subsidieverordening welzijn 2015 wordt ingetrokken.
- 2.
Deze nadere regels treden in werking op de dag na publicatie.
- 3.
Deze nadere regels worden aangehaald als: Nadere subsidieregels Cranendonck 2018.
Aldus vastgesteld door het college van de gemeente Cranendonck in de vergadering van 3 juli 2018.
Burgemeester (wnd.) Secretaris
Mr. H.C.R.M. de Wijkerslooth ir. J.A.G.M. van Aaken
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl