Regeling vervallen per 01-01-2022

Verordening Participatieraad gemeente Dalfsen 2017

Geldend van 01-11-2017 t/m 31-12-2021

Intitulé

Verordening Participatieraad gemeente Dalfsen 2017

De raad van de gemeente Dalfsen;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 12 september 2017, nummer 611;

overwegende dat:

er voor de gemeente Dalfsen behoefte is aan een breed inspraakorgaan voor het sociaal domein;

gelet op:

Artikel 147, eerste lid van de Gemeentewet, artikel 47 van de Participatiewet, artikel 2.1.3, derde lid van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en artikel 2.10 van de Jeugdwet;

met inachtneming van de aanbevelingen uit de Eindrapportage Evaluatie Participatieraad vanuit bureau HHM van 17 oktober 2016;

b e s l u i t :

vast te stellen de “Verordening Participatieraad gemeente Dalfsen 2017”.

Verordening Participatieraad gemeente Dalfsen 2017

Inleiding

De Participatieraad brengt extra kennis en deskundigheid in bij de ontwikkeling van beleid op het gebied van het sociaal domein en met de uitvoering daarvan. De gemeente ontvangt op deze manier informatie vanuit de samenleving, waardoor het beleid zo goed mogelijk aansluit bij de behoeften die in de samenleving leven. Daarbij respecteert de gemeente de onafhankelijkheid van de Participatieraad.

Artikel 1 Begripsbepaling

  • a.

    de raad: de gemeenteraad van de gemeente Dalfsen;

  • b.

    het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Dalfsen;

  • c.

    het gemeentebestuur: het college en de raad tezamen;

  • d.

    Wmo 2015: Wet maatschappelijke ondersteuning 2015;

  • e.

    sociaal domein: onderwerpen die betrekking hebben op zorg, welzijn, maatschappelijke ondersteuning, jeugdhulp, re-integratie, arbeidsmarktbeleid, armoedebeleid, inkomensondersteuning, schuldhulpverlening en participatie.

Artikel 2 Taken en bevoegdheden van de Participatieraad

  • 1.

    De Participatieraad heeft tot taak het college gevraagd en ongevraagd te informeren en te adviseren omtrent onderwerpen binnen het sociaal domein.

  • 2.

    De Participatieraad stelt zich tot doel om met zijn adviezen een bijdrage te leveren aan:

    • a.

      het bevorderen van de zelfredzaamheid en participatie van de inwoners van de gemeente Dalfsen;

    • b.

      de kwaliteit en de effectiviteit van het gemeentelijk beleid en de uitvoering daarvan.

  • 3.

    De Participatieraad zorgt voor de wettelijk voorgeschreven cliëntenparticipatie zoals genoemd in de Participatiewet, de Wmo 2015 en de Jeugdwet.

  • 4.

    De Participatieraad is niet bevoegd te adviseren over klachten, bezwaarschriften en zaken voor zover die op individuele inwoners betrekking hebben.

Artikel 3 Advisering en adviestermijn

  • 1.

    De Participatieraad adviseert gevraagd en ongevraagd het college.

  • 2.

    Wanneer het college de Participatieraad om advies vraagt, zal de Participatieraad binnen een termijn van zes weken een schriftelijk advies geven.

  • 3.

    Het college zal, als wordt afgeweken van het advies, binnen een termijn van zes weken een schriftelijke reactie geven op een advies van de Participatieraad.

  • 4.

    Het college en de Participatieraad overleggen twee maal per jaar over de voortgang van de werkzaamheden van de Participatieraad.

Artikel 4 Samenstelling Participatieraad

  • 1.

    De Participatieraad heeft maximaal 15 leden, exclusief de onafhankelijke voorzitter.

  • 2.

    De Participatieraad is een afspiegeling van de inwoners van de gemeente Dalfsen.

  • 3.

    De leden en de voorzitter van de Participatieraad zijn woonachtig in de gemeente Dalfsen. Verder geldt dat zij in ieder geval voldoen aan de volgende criteria/competenties:

    • a.

      beschikken over ervaring en/of (ervarings)deskundigheid op beleidsterreinen van het sociaal domein;

    • b.

      hebben ervaring met groepen c.q. cliëntgroepen waarvoor de Participatieraad adviezen uitbrengt;

    • c.

      hebben binding met de Dalfsense samenleving en/of beschikken over een netwerk van personen, deskundigen of (belangen/cliënten) organisaties op één of meerdere terreinen waarover de Participatieraad advies uitbrengt;

    • d.

      voldoen aan het in samenspraak met de gemeente opgestelde competentieprofiel.

Artikel 5 Benoeming en zittingsduur leden Participatieraad

  • 1.

    De Participatieraad benoemt nieuwe leden na consultatie van het college.

  • 2.

    De benoeming geldt voor een periode van vier jaar.

  • 3.

    De benoeming kan één maal worden verlengd met een zelfde periode van vier jaar.

  • 4.

    Het lidmaatschap van de Participatieraad kan tussentijds worden beëindigd

    • a.

      op eigen verzoek;

    • b.

      door overlijden;

    • c.

      bij verhuizing buiten gemeente Dalfsen;

    • d.

      bij toetreding tot gemeenteraad of het college, dan wel wanneer het lid werkzaam zal worden voor de gemeente Dalfsen, of bij een instelling die actief is op het terrein van het sociaal domein, dan wel een zakelijke binding heeft met de gemeente;

    • e.

      bij disfunctioneren van een lid van de Participatieraad.

  • 5.

    Indien lid 4, dan beëindigt de Participatieraad het lidmaatschap.

Artikel 6 Voorzitter van de Participatieraad

  • 1.

    Het college benoemt de voorzitter van de Participatieraad.

  • 2.

    De benoeming geldt voor een periode van vier jaar.

  • 3.

    De benoeming kan één maal worden verlengd met een zelfde periode van vier jaar.

  • 4.

    De voorzitter is onafhankelijk en vertegenwoordigt de Participatieraad naar buiten.

  • 5.

    De voorzitter treedt tussentijds af

    • a.

      op eigen verzoek;

    • b.

      door overlijden;

    • c.

      bij verhuizing buiten gemeente Dalfsen;

    • d.

      bij toetreding tot gemeenteraad of het college, dan wel wanneer het lid werkzaam zal worden voor de gemeente Dalfsen, of bij een instelling die actief is op het terrein van het sociaal domein dan wel een zakelijke binding heeft met de gemeente;

    • e.

      bij disfunctioneren.

  • 6.

    Indien lid 5, dan verleent het college ontslag aan de voorzitter.

Artikel 7 Vergaderingen, ondersteuning en faciliteiten

  • 1.

    De Participatieraad vergadert minimaal vier keer per jaar.

  • 2.

    De vergaderingen zijn openbaar.

  • 3.

    De leden van de Participatieraad en de voorzitter ontvangen een onkostenvergoeding.

  • 4.

    De gemeenteraad stelt jaarlijks een budget beschikbaar voor de Participatieraad voor de onkosten die nodig zijn voor de uitoefening van zijn taak.

  • 5.

    De Participatieraad kan deskundigen uitnodigen voor de vergadering om een bepaald thema toe te lichten of om advies over een bepaald onderwerp uit te brengen.

  • 6.

    Ter voorbereiding van adviezen kan de Participatieraad hoorzittingen of themabijeenkomsten organiseren.

  • 7.

    De gemeente Dalfsen faciliteert de ondersteuning van de Participatieraad.

Artikel 8 Werkplan en verslag

  • 1.

    De Participatieraad stelt jaarlijks een werkplan op voor het komend kalenderjaar met onderwerpen die bepalend zijn voor de agenda en de activiteiten van de Participatieraad. Het werkplan wordt vóór 1 januari ingediend bij het college.

  • 2.

    Ieder half jaar wordt een halfjaarrapportage ingediend bij het college met daarin een korte schets van de activiteiten en een overzicht van de uitgebrachte adviezen.

  • 3.

    Na afloop van het kalenderjaar stelt de Participatieraad een jaarverslag op waarin hij inhoudelijk verslag doet van de in dat jaar uitgevoerde activiteiten, inclusief de uitgebrachte gevraagde en ongevraagde adviezen. Tevens legt hij financiële verantwoording af over de uitgaven van dat jaar. Deze inhoudelijke en financiële verantwoording wordt vóór 1 maart ingediend bij het college en wordt ter kennisgeving aan de raad aangeboden.

Artikel 9 Nadere regels en huishoudelijk reglement

  • 1.

    De verordening is leidend voor het functioneren van de Participatieraad.

  • 2.

    De Participatieraad stelt een huishoudelijk reglement vast ter nadere regeling van zijn functioneren.

  • 3.

    Over zaken waarin deze verordening of het huishoudelijk reglement niet voorziet, dan wel waarbij in afwijking van de verordening moet worden gehandeld, beslist het college na overleg met de Participatieraad.

Artikel 10 Evaluatie

Elke twee jaar stelt het college samen met de Participatieraad een evaluatie onderzoek in naar het functioneren van de Participatieraad en het effect van de Participatieraad op het beleid van de gemeente.

Artikel 11 Slotbepalingen

  • 1.

    Deze verordening wordt aangehaald als “Verordening Participatieraad gemeente Dalfsen 2017”.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking op 1 november 2017.

  • 3.

    De Verordening Participatieraad gemeente Dalfsen, vastgesteld door de raad op 24 november 2014, wordt gelijktijdig ingetrokken.

Ondertekening

Aldus besloten door de raad van de gemeente Dalfsen in zijn openbare vergadering van

30 oktober 2017

De raad voornoemd

de voorzitter, de griffier,

drs. H.C.P. Noten drs. J. Leegwate

Toelichting op de Verordening Participatieraad gemeente Dalfsen 2017

Twee jaar na inwerkingtreding van de Verordening Participatieraad gemeente Dalfsen heeft een evaluatie plaatsgevonden naar het functioneren van de Participatieraad en het effect van de Participatieraad op het beleid van de gemeente. Bureau HHM heeft de eindrapportage op

17 oktober 2016 overlegd. De raadscommissie heeft op 16 januari 2017 kennis genomen van het evaluatierapport. Het evaluatierapport geeft een aantal verbeterpunten aan de Participatieraad en de gemeente. Dit leidt onder andere tot aanpassing van de verordening. Tot slot is de verordening aangepast op een aantal inhoudelijke punten.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1 Begripsbepaling

Met het begrip “sociaal domein” wordt een breed pallet aan onderwerpen bedoeld: zorg, welzijn, maatschappelijke ondersteuning, jeugdhulp, re-integratie, arbeidsmarktbeleid, armoedebeleid, inkomensondersteuning, schuldhulpverlening en participatie. Met het benoemen van de onderwerpen is in hoofdlijnen duidelijk op welke beleidsterreinen de taken van de Participatieraad liggen. Het is overigens niet een strak afgebakende verzameling van onderwerpen. Met name het thema welzijn kan breed worden opgevat. Dit kan bijvoorbeeld ook betrekking hebben op thema’s als vereenzaming, leefbaarheid in buurten en woonkernen of sociale cohesie.

Artikel 2 Taken en bevoegdheden van de Participatieraad

De hoofdtaak van de Participatieraad is om voor inwoners en cliënten te beoordelen of zij op basis van het gemeentelijk beleid voldoende kunnen meedoen aan de (lokale) samenleving. Deze taak van de Participatieraad ligt in grote lijnen op twee niveaus. Ten eerste op beleidsmatig of strategisch niveau. Dit is niet alleen meedenken en meepraten, maar ook vooruitdenken en de gemeente of andere partijen aansporen en ondersteunen. Het tweede niveau is uitvoerend. Centrale vraag hierbij is hoe het gemeentelijke beleid in de praktijk uitpakt. Er zijn in de gemeente Dalfsen tal van voorzieningen en organisaties (bijv. aanbieders van zorg en ondersteuning). Heeft dit kwaliteit en rendement? Wat valt er te verbeteren? Hierbij heeft de Participatieraad een signalerende functie.

Artikel 3 Advisering en adviestermijn

De Participatieraad geeft gevraagd en ongevraagd advies. De Participatieraad wordt tijdig door het college geïnformeerd indien advies wordt gevraagd. De adviezen van de Participatieraad zijn niet bindend. Het college kan afwijken van het advies. Als het college afwijkt van het advies wordt dit gemotiveerd kenbaar gemaakt aan de Participatieraad.

Er is een regelmatig overleg met de gemeente onder andere over werkwijze van de Participatieraad en de voortgang van de werkzaamheden met de gemeente. Dit overleg heeft tevens als doel om een constructieve samenwerking tussen de gemeente en participatieraad te borgen. De goede samenwerking tussen de leden van de Participatieraad en ambtenaren van de gemeente Dalfsen is belangrijk. Zij mogen een wederzijdse inspanning van elkaar verwachten en elkaar aanspreken als dit niet het geval is.

Artikel 4 Samenstelling Participatieraad

Binnen de Participatieraad kan worden gewerkt in werkgroepen/clusters of kamers. De bedoeling is een goede mix te maken van een specialistische werkwijze, maar wel met oog voor integrale benadering van onderwerpen vanuit inwonersperspectief. Hierbij kunnen anderen zoals ervaringsdeskundigen en leden van overige werkgroepen in de gemeente Dalfsen eveneens geraadpleegd worden.

De leden van de Participatieraad dienen kennis en ervaring te hebben met de onderwerpen dan wel een bepaalde binding te hebben met één of meerdere cliëntgroepen. Overigens worden deze criteria ruim opgevat. Ook affiniteit of interesse met de onderwerpen kan worden opgevat als voorwaarde voor het lidmaatschap.

Het aantal leden van de Participatieraad wordt vastgelegd op 15 leden exclusief de voorzitter. Volgens de Participatieraad blijkt 15 leden in de praktijk een goed en werkbaar aantal te zijn. In eerste instantie was gekozen voor een grote omvang, omdat de Participatieraad nieuw was en een samenvoeging was van drie andere inspraakorganen. Met 15 leden is de Participatieraad ook een goede vertegenwoordiging van de Dalfsense bevolking.

Op dit moment bestaat de Participatieraad uit 17 leden. Deze zal door natuurlijk verloop tot 15 leden worden teruggebracht.

In het derde lid worden criteria/competenties genoemd, waaraan de leden moeten voldoen. Verwacht mag worden dat leden een analytisch vermogen hebben en in staat zijn dit in woord en geschrift naar voren te brengen. Het gaat om criteria/competenties als:

  • goed kunnen samenwerken met andere organisaties;

  • goed problemen kunnen signaleren, relevante informatie zoeken, op strategisch en beleidsniveau analyseren en advies uitbrengen;

  • geen vertegenwoordigende functie bekleden namens een politieke partij en zijn geen lid van het college of de gemeenteraad;

  • niet in dienst zijn van de gemeente of een instelling die actief is op het terrein van het sociaal domein;

  • geen zakelijke binding hebben met de gemeente.

Het college stelt samen met de Participatieraad het competentieprofiel op waaraan de leden moeten voldoen. De competenties kunnen daarbij verdeeld zijn over de leden.

Artikel 5 Benoeming en zittingsduur leden Participatieraad

De Participatieraad draagt zelf zorg voor het invullen van vacatures als een zittingstermijn is afgelopen en er geen verlenging mogelijk is. Dit betekent dat het onderhouden van een netwerk en het ”scouten” een permanente activiteit is van de leden van de Participatieraad.

De benoeming van leden geschiedt met de inwerkingtreding van deze verordening door de Participatieraad na het consulteren van het college. Tot dan toe werden leden benoemd door het college. Echter de Participatieraad dient onafhankelijk te zijn en dit wordt versterkt door het zelf benoemen van de leden, waarbij het college wordt geconsulteerd.

Gekozen is voor een zittingsduur van vier jaar. Om een bepaalde spreiding van het einde van de zittingstermijn te bewerkstellingen, gold voor de helft van de leden van de Participatieraad een eerste zittingsperiode van twee jaar. Deze twee jaar zijn nu voorbij.

In het vierde lid worden redenen genoemd waarop het lidmaatschap wordt beëindigd. De leden worden dan door de Participatieraad ontslagen.

Wanneer gesproken kan worden van disfunctioneren, dient vastgelegd te worden in de huishoudelijk regelement van de Participatieraad.

Artikel 6 Voorzitter van de Participatieraad

De voorzitter wordt benoemd door het college. De voorzitter is onafhankelijk, leidt de vergadering en bereidt samen met de ondersteunende medewerker(s) de agenda voor. In het huishoudelijk reglement wordt een regeling gemaakt voor vervanging van de voorzitter.

Ook voor de voorzitter worden in het vijfde lid redenen genoemd, waarop hij of zij aftreedt. Het college verleent de voorzitter ontslag. Indien sprake is van disfunctioneren, dan wordt ontslag verleend op grond van een dossier. Dit betekent dat het college het ontslag zorgvuldig voorbereidt.

Artikel 7 Vergaderingen, ondersteuning en faciliteiten

De Participatieraad bepaalt zelf het aantal vergaderingen, waarbij wordt uitgegaan van een minimum van vier vergaderingen per jaar. De Participatieraad kan kiezen voor een werkwijze met plenaire vergaderingen en vergaderingen per werkgroep of thema. Dit wordt vastgesteld in het huishoudelijk reglement.

De Participatieraad kan daarbij rekenen op goed contact met de beleidsmedewerkers en afspraken maken over inbreng in beleidsvoorbereiding, -advisering en –evaluatie.

De gemeente Dalfsen faciliteert de ondersteuning van de Participatieraad

Artikel 8 Werkplan en verslag

Het werkplan van de Participatieraad is afgestemd op de beleidsagenda en –onderwerpen van de gemeente.

Nieuw is dat de Participatieraad halfjaarlijks een rapportage indient bij het college met daarin een korte schets van de activiteiten en een overzicht van de uitgebrachte adviezen. Dit is een onderdeel van de halfjaarlijkse rapportage van het college aan de raad.

De Participatieraad laat in de rapportages en verslagen zien, op welke wijze de gevraagde en ongevraagde advisering bijdraagt aan het verbeteren van de kwaliteit van het gemeentelijk beleid en de uitvoering daarvan. Ook gaat de Participatieraad in deze verslagen in op het bevorderen van de participatie van de inwoners en de signalen vanuit de Dalfsense samenleving.

Artikel 9 Nadere regels en huishoudelijk reglement

Dit artikel behoeft geen toelichting

Artikel 10 Evaluatie

De intentie is om elke twee jaar te evalueren hoe de Participatieraad functioneert en de samenwerking met de gemeente verloopt. Enerzijds zal de evaluatie gericht zijn op de Participatieraad zelf (functioneren, samenstelling, werkwijze, omvang, ondersteuning en dergelijke) en anderzijds op de adviezen van de Participatieraad (kwaliteit, totstandkoming, effect, en dergelijke). De reden hiervan is dat uit de eerste evaluatie naar voren komt dat de invulling van de rol van de Participatieraad nog groeiende is. Bijvoorbeeld, hoe kan de Participatieraad meedenken met de gemeente en toch onafhankelijk van de gemeente worden gezien. Hoe wordt een pro-actieve rol goed ingevuld. Hoe lukt het om focus aan te brengen bij de advisering binnen het brede sociaal domein. En hoe vindt een meer integrale advisering plaats.

Daarnaast dient de evaluatie zich te richten op wat de gemeente kan betekenen voor de Participatieraad. In hoeverre wordt de Participatieraad betrokken bij de voorkant van het beleidsproces.

Tot slot dient voorkomen te worden dat de Participatieraad en de gemeente vergelijkbare onderzoeken onder de inwoners doen, zoals bijvoorbeeld een inspreekavond rondom een thema.

Artikel 11 Slotbepalingen

Dit artikel behoeft geen toelichting.