Regeling vervallen per 06-09-2017

Beleidsregels standplaatsvergunningen

Geldend van 01-03-2009 t/m 05-09-2017

Intitulé

Beleidsregels standplaatsvergunningen

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Dalfsen;

overwegende dat het wenselijk is beleidsregels vast te stellen voor standplaatsvergunningen;

gelet op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht;

gelet op artikel 5.2.2 en 5.2.3 Algemene plaatselijke verordening van de gemeente Dalfsen;

b e s l u i t:

vast te stellen: de “Beleidsregels standplaatsvergunningen”

Hoofdstuk 1 Algemeen

Artikel 1 Begrips- en reikwijdtebepaling

In deze beleidsregels wordt verstaan dan wel mede verstaan onder:

  • a.

    standplaatsen: het te koop aanbieden van goederen, danwel het aanbieden van diensten, vanaf een zelfde plaats, al dan niet gebruikmakend van fysieke hulpmiddelen als een kraam of een aanhangwagen, in de openbare ruimte, zoals ook omschreven in artikel 5.2.3 van de verordening;

  • b.

    innemen standplaats: een standplaats wordt ingenomen wanneer vanaf één bepaalde plaats langer dan één kwartier producten of diensten worden aangeboden;

  • c.

    verordening: Algemene plaatselijke verordening van de gemeente Dalfsen.

Hoofdstuk 2 Standplaatsvergunningen voor het te koop aanbieden van goederen

Artikel 2 Aanvraag vergunning

Een vergunning wordt alleen verleend indien de aanvrager van de vergunning kan aantonen dat hij/zij in het bezit is van:

  • a.

    een bewijs van de inschrijving bij het Hoofdbedrijfschap Detailhandel;

  • b.

    een bewijs van verzekering voor wettelijke aansprakelijkheid;

  • c.

    indien vereist voor de desbetreffende branche: een vestigingsvergunning van de Kamer van Koophandel.

Artikel 3 Woonkernen

Voor het verlenen van een vergunning is de gemeente opgedeeld in vijf woonkernen en één buitengebied, te weten:

  • a.

    Dalfsen;

  • b.

    Lemelerveld;

  • c.

    Hoonhorst;

  • d.

    Oudleusen;

  • e.

    Nieuwleusen

  • f.

    het buitengebied.

Artikel 4 Aantal af te geven vergunningen

  • 1. Voor de woonkernen Dalfsen, Lemelerveld en Nieuwleusen worden niet meer dan twee standplaatsvergunningen per dag afgegeven.

  • 2. Voor de woonkernen Hoonhorst en Oudleusen wordt niet meer dan één standplaatsvergunning per dag afgegeven.

  • 3. Voor het buitengebied worden niet meer dan zes standplaatsvergunningen per dag verleend voor het te koop aanbieden en het verkopen van voor directe consumptie geschikte artikelen (ijs);

  • 4. Naast het maximaal aantal af te geven vergunningen voor de woonkern Dalfsen, kunnen burgemeester en wethouders één standplaatsvergunning per dag verlenen voor het Burgemeester van Bruggenplein voor het te koop aanbieden en het verkopen van voor directe consumptie geschikte artikelen (ijs);

  • 5. Wanneer een vergunning voor een halve dag wordt aangevraagd, wordt de grens bij 13.00 uur gelegd.

  • 6. Een vergunning voor het innemen van een standplaats wordt geweigerd als het maximum aantal vergunningen is verleend.

Artikel 5 Locaties

  • 1. Voor het innemen van een standplaats wordt alleen vergunning verleend op de daarvoor aangewezen standplaatslocaties.

  • 2. Deze locaties zijn:

    • a.

      Dalfsen: hoek Pleijendal/Wilhelminastraat en het Burgemeester van Bruggenplein;

    • b.

      Lemelerveld: Kroonplein;

    • c.

      Hoonhorst: hoek Kerkstraat/Lage Weide;

    • d.

      Oudleusen: J. Schaapmanstraat parkeerplaats met informatiebord;

    • e.

      Nieuwleusen-Noord: het Zandspeur voor de basisschool De Zaaier;

    • f.

      Nieuwleusen-Zuid: parkeerplaats aan Westeinde 4, naast Plusmarkt Lip

    • g.

      Buitengebied:

      • -

        Parallelstraat te Lemelerveld;

      • -

        Stationsweg;

      • -

        De Uithoek;

      • -

        Splitsing Weerdhuisweg/Lemelerveldseweg;

      • -

        Splitsing Koepelallee/Marshoekersteeg;

      • -

        De Stokte (nabij stortplaats).

  • 3. De standplaatslocaties die zijn gesitueerd op particulier terrein (onder c en f) kunnen alleen met toestemming van de eigenaar worden ingenomen. Geeft de eigenaar geen toestemming, dan kan standplaats worden ingenomen op een nader door het college te bepalen plaats.

  • 4. Een standplaatsvergunning wordt in verband met de wekelijkse warenmarkt in de woonkern Dalfsen niet verstrekt voor de locatie genoemd in lid 2 onder a op donderdagochtend tot 13.00 uur.

  • 5. Het college van burgemeester en wethouders kan ingevolge bijzondere omstandigheden en/of onverwachte situaties afwijken van de aangewezen standplaatsen.

Artikel 6 Geldigheidsduur

  • a. Vergunningen worden per woonkern voor maximaal 1 kalenderjaar verleend;

  • b. Het college van burgemeester en wethouders verleent geen standplaatsvergunningen voor de zondag, met uitzondering van de standplaatsvergunningen voor in het buitengebied en de standplaatsvergunningen voor op het Burgemeester van Bruggenplein;

  • c. De standplaatsvergunningen voor in het buitengebied en de standplaatsvergunningen voor op het Burgemeester van Bruggenplein worden voor de periode van 1 mei tot 1 oktober verleend.

Artikel 7 Voorschriften en beperkingen voor standplaatsvergunningen

  • 1. Aan een standplaatsvergunning worden de volgende voorschriften verbonden:

    • a.

      De vergunninghouder dient zelf aanwezig te zijn. Hij kan zich laten bijstaan of vertegenwoordigen door een bij hem in dienst zijnd persoon;

    • b.

      Een vergunninghouder dient de omgeving van de locatie schoon te houden en schoon achter te laten;

    • c.

      Wanneer tenminste drie achtereenvolgende keren, dan wel vijf maal gedurende twee opeenvolgende maanden, geen gebruik van de standplaatsvergunning wordt gemaakt, dan kan de vergunning worden ingetrokken.

  • 2. Aan de standplaatsvergunning voor in het buitengebied en voor op het Burgemeester van Bruggenplein worden tevens de volgende voorschriften verbonden:

    • a.

      De in te nemen standplaats mag maximaal twee vierkante meter bedragen;

    • b.

      De standplaats mag uitsluitend worden ingenomen van donderdag tot en met zondag, met uitzondering van de schoolvakanties. Tijdens de schoolvakanties mag de standplaats elke dag worden ingenomen.

  • 3. In de vergunning worden verder nog voorschriften opgenomen over:

    • a.

      Het tijdstip vanaf wanneer de standplaats kan worden ingenomen en moet zijn verlaten;

    • b.

      Welke goederen mogen worden aangeboden;

    • c.

      De locatie;

    • d.

      De geldigheidsduur van de vergunning.

Hoofdstuk 3 Standplaatsvergunningen voor het aanbieden van diensten

Artikel 8 Aanvraag vergunning

Een vergunning wordt alleen verleend indien de aanvrager van de vergunning kan aantonen dat hij/zij in het bezit is van:

  • a.

    een bewijs van verzekering voor wettelijke aansprakelijkheid;

  • b.

    indien vereist voor de desbetreffende branche: een vestigingsvergunning van de Kamer van Koophandel.

Artikel 9 Locaties

  • 1. Voor het innemen van een standplaats wordt alleen vergunning verleend op de daarvoor aangewezen standplaatslocaties.

  • 2. Deze locaties zijn:

    • a.

      Dalfsen: hoek Pleijendal/Wilhelminastraat;

    • b.

      Lemelerveld: Kroonplein;

    • c.

      Nieuwleusen:

      • -

        Grote Markt;

      • -

        De Marke van Leusen

  • 3. Het college van burgemeester en wethouders kan ingevolge bijzondere omstandigheden en/of onverwachte situaties afwijken van de aangewezen standplaatsen.

Artikel 10 Geldigheidsduur

  • a. Vergunningen worden voor maximaal 1 kalenderjaar verleend;

  • b. Het college van burgemeester en wethouders verleent geen standplaatsvergunningen voor vrijdag na 18.00 uur, zaterdag en zondag.

  • c. In de vergunning wordt vermeld op welke dagen de vergunning geldig is.

Artikel 11 Voorschriften en beperkingen voor standplaatsvergunningen

  • 1. Aan een standplaatsvergunning worden de volgende voorschriften verbonden:

    • a.

      De vergunninghouder dient zelf aanwezig te zijn. Hij kan zich laten bijstaan of vertegenwoordigen door een bij hem in dienst zijnd persoon;

    • b.

      Een vergunninghouder dient de omgeving van de locatie schoon te houden en schoon achter te laten;

    • c.

      Wanneer tenminste drie achtereenvolgende keren, dan wel vijf maal gedurende twee opeenvolgende maanden, geen gebruik van de standplaatsvergunning wordt gemaakt, dan kan de vergunning worden ingetrokken.

  • 2. In de vergunning worden verder nog voorschriften opgenomen over:

    • a.

      Het tijdstip vanaf wanneer de standplaats kan worden ingenomen en moet zijn verlaten;

    • b.

      Welke diensten mogen worden aangeboden;

    • c.

      De locatie;

    • d.

      De geldigheidsduur van de vergunning.

Hoofdstuk 4 incidentele standplaatsen

Artikel 12 Incidentele standplaatsen

  • 1. Voor incidentele standplaatsen wordt alleen in bijzondere gevallen vergunning verleend op een nader door het college van burgemeester en wethouders te bepalen plaats.

  • 2. Voor een incidentele standplaats komen alleen in aanmerking:

    • a.

      verenigingen met een ideële of politieke grondslag;

    • b.

      instellingen die voorlichting geven en preventiewerk verrichten op het gebied van de volksgezondheid;

    • c.

      activiteiten die de veiligheid van personen en goederen bevorderen.

  • 3. De onder lid 2 genoemde instellingen/personen dienen een wettelijke aansprakelijkheidsverzekering te hebben.

Hoofdstuk 5 Slotartikelen

Artikel 13 Overgangsbepaling

Op de standplaatsvergunning verleend op naam van de heer E.F. Pot (Vof De Smulpot) voor de verkoop van snacks en frites op woensdag aan de Polhaarweg en op donderdag aan de Plaatskamp van 17.15 uur tot 23.00 uur is het overgangsrecht van toepassing.

Artikel 14 Slotbepalingen

  • 1. Het college van burgemeester en wethouders behoudt zich het recht af te wijken van bovenstaande beleidsregels.

  • 2. Deze regeling wordt aangehaald als “Beleidsregels standplaatsvergunningen”.

  • 3. De beleidsregels voor vent- en standplaatsen van de gemeente Dalfsen, vastgesteld op 10 juni 2002, worden op 1 maart 2009 ingetrokken.

  • 4. Deze beleidsregels treden in werking op 1 maart 2009.

Ondertekening

Aldus besloten door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Dalfsen in haar vergadering van 10 februari 2009.
Het college voornoemd,
de burgemeester, de secretaris-directeur,
L.V. Elfers drs. H. Zwart

Toelichting

Artikel 1 Begrips- en reikwijdtebepalingen

De S.R.V.-wagen en de hieraan verwante bezorgende winkels vallen niet onder dit beleid, omdat dergelijke wagens reeds sinds lange tijd een bekend en algemeen aanvaard fenomeen zijn. Daarnaast vervullen deze wagens een duidelijk maatschappelijke taak, namelijk het verschaffen van een eerste levensbehoefte aan huis.

Artikel 4 Aantal af te geven vergunningen

In het standplaatsenbeleid is een maximumstelsel opgenomen ter voorkoming van overlast en ter bescherming van de openbare orde, de verkeersvrijheid- en veiligheid en het uiterlijk aanzien van de gemeente. De standplaatsen dienen verdeelt te worden over de locaties:

  • -

    op elke locatie in Nieuwleusen maximaal één standplaats;

  • -

    maximaal twee standplaatsen op de locatie Pleijendal/Wilhelminastraat;

  • -

    maximaal één standplaats op het Burgemeester van Bruggenplein voor het te koop aanbieden en het verkopen van voor directe consumptie geschikte artikelen (ijs);

  • -

    maximaal één standplaats per locatie in het buitengebied voor het te koop aanbieden en het verkopen van voor directe consumptie geschikte artikelen (ijs).

Overlast

Om te voorkomen dat de inwoners van Dalfsen onnodig worden belast doordat er her en der standplaatsen ingenomen wordt, is er een maximumstelsel opgenomen in het beleid. Hierbij is rekening gehouden met de verschillende kernen en het buitengebied. In de grotere kernen zijn meer standplaatshouders gewenst dan in de kleinere kernen.

Openbare orde en verkeersvrijheid- en veiligheid

Standplaatsen hebben een verkeersaantrekkend karakter (overstekende voetgangers, fietsers, geparkeerde auto’s). Dit kan gemakkelijk leiden tot overlast voor de omgeving en dan kan de openbare orde in het gedrang komen.

Uiterlijk aanzien van de gemeente

Wanneer één of meer standplaatsen worden ingenomen op een bepaalde plaats, kan dit het straatbeeld ernstig verstoren. Door het aantal standplaatsen te beperken, kan voorkomen worden dat er een verkapte markt wordt gevormd. Daarnaast moet worden gedacht aan het waarborgen van monumentale gebouwen.

Bestemmingsplan

Bij de beoordeling van een aanvraag voor een standplaatsvergunning dient gelet te worden op de voorschriften die uit het bestemmingsplan voortvloeien.

Verzorgingsniveau

In beginsel is de concurrentiepositie van een gevestigde winkelier geen reden om een vergunning voor een standplaats te weigeren. Indien blijkt dat binnen het verzorgingsgebied in een bepaalde branche nog slechts één winkel is gevestigd die door de concurrentie van een standplaatshouder ten onder dreigt te gaan, kan het verzorgingsniveau ter plaatse in het gedrang komen. De winkelier moet aan de hand van zijn boekhouding aantonen dat de levensvatbaarheid van zijn winkel in gedrang is. In een dergelijk geval kan een vergunning worden geweigerd. Deze weigeringsgrond is niet in de beleidsregels opgenomen, omdat dit bijna niet voorkomt.

Weigeringsgronden

Indien het maximum aantal standplaatsvergunningen is verleend, worden de nieuwe aanvragen geweigerd. Het maximumstelsel is gebaseerd op de in de Apv genoemde weigeringsgronden.

Ten aanzien van standplaatsen geldt het bestemmingsplan en het verzorgingsniveau ook als weigeringsgrond.

Artikel 5 Locaties

Een concentratie van standplaatsen leidt tot eenheid en herkenbaarheid, beperking van de overlast en waarborgt de verkeersveiligheid en het uiterlijk aanzien van de gemeente.

Artikel 6 Geldigheidsduur

De vergunninghouders moeten ieder jaar opnieuw vergunning aanvragen. De vergunningen als bedoeld onder b. zijn bedoeld voor het te koop aanbieden van voor directe consumptie geschikte artikelen. Op deze locaties kan uitsluitend in de periode van mei tot oktober standplaats worden ingenomen.

De Winkeltijdenwet is van toepassing op het uitoefenen van een bedrijf, anders dan in een winkel, en dus op standplaatshouders. Zij mogen van 6.00 tot 22.00 uur hun waren verkopen.

Artikel 12 Incidentele standplaatsen

De aanvragen voor het incidenteel innemen van een standplaats door instellingen/personen zoals bedoeld in lid 2, worden niet getoetst aan het maximumstelsel.

Artikel 13 Overgangsbepaling

Ten aanzien van de vergunning die aan de heer E.F. Pot wordt verleend is een uitsterfbeleid van kracht. Door hem wordt op andere dan de aangewezen locaties in artikel 5, standplaats ingenomen. De vergunning is persoonsgebonden en niet overdraagbaar. Dit betekent, dat wanneer de betrokkene geen belang meer heeft bij de vergunning, de vergunning wordt ingetrokken en voor deze locaties of voor die dagen geen nieuwe vergunning wordt verleend.