Regeling vervallen per 01-10-2014

Algemene verordening ondergrondse infrastructuren gemeente De Bilt 2011

Geldend van 02-06-2011 t/m 30-09-2014

Intitulé

Algemene verordening ondergrondse infrastructuren gemeente De Bilt 2011

Artikel 0 Dit artikel moet nog worden gesplitst

vast te stellen de navolgende

ALGEMENE VERORDENING ONDERGRONDSE INFRASTRUCTUREN GEMEENTE DE BILT 2011

Hoofdstuk 1: Inleidende bepalingen

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    college college van burgemeester en wethouders.

  • b.

    net of netwerk samenstel van ondergrondse kabel(s) en/of leiding(en), bestemd voor het transport van vaste, vloeibare of gasvormige stoffen, van energie of van informatie (een, al dan niet openbaar, elektronisch communicatienetwerk als bedoeld in artikel 1.1. onder e en h van de Telecommunicatiewet).

  • c.

    kabels en leidingen kabels en/of leidingen als onderdeel van een net(werk), daaronder mede begrepen de daarmee verbonden transformator-, schakel-, verdeel- en onderstations en andere hulpmiddelen, behoudens voor zover deze verbindingen en hulpmiddelen liggen binnen de installatie van een producent of van een afnemer, en tevens omvattende lege buizen, ondergrondse ondersteuningswerken en beschermingswerken, voorbeelden van deze kabels en leidingen zijn kabels als bedoelt in de Telecommunicatiewet, elektriciteitskabels (koppel-, transport- en distributiekabels), gasleidingen (transport-, distributie- en dienstleidingen), waterleidingen, rioleringen (buizen) en kabels en leidingen ten behoeve van industriële netwerken.

  • d.

    (huis)aansluiting het gedeelte van de kabel of leiding door openbare grond dat een netwerk verbindt met een netwerkaansluitpunt ten behoeve van een onroerende zaak als bedoeld in artikel 16, onderdelen a tot en met d, van de Wet Waardering Onroerende Zaken, of met een ander netwerk.

  • e.

    openbare gronden openbare gronden, als genoemd in artikel 1.1, onder aa, van de Telecommunicatiewet.

  • f.

    netbeheerder de rechtspersoon die is aangewezen als beheerder van een net of netwerk voor levering van elektriciteit, gas of water, dan wel aanbieder is van een (al dan niet openbaar) elektronisch communicatienetwerk.

  • g.

    grondroerder degene, waaronder de netbeheerder, onder wiens verantwoordelijkheid of leiding graafwerkzaamheden worden verricht.

  • h.

    gedoogplichtige degene op wie een gedoogplicht rust als bedoeld in artikel 1, van de Belemmeringenwet Privaatrecht of in artikel 5.2, eerste lid, van de Telecommunicatiewet.

  • i.

    werkzaamheden handmatige en mechanische (graaf)werkzaamheden in de openbare grond in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels en leidingen, en daarnaast alle werkzaamheden die de gemeente De Bilt uit hoofde van haar functie als beheerder van openbare grond in het kader van kabels en leidingen dient uit te voeren.

  • j.

    Instemmingbesluit besluit van het college op een aanvraag van voorgenomen werkzaamheden.

  • k.

    werken een constructie, of werkzaamheden, niet zijnde een gebouw, die op de plaats van bestemming hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.

  • l.

    niet-openbare kabels kabels en leidingen (dan wel het netwerk waartoe deze behoren) die niet en leidingen gebruikt worden om openbare diensten aan te bieden.

  • m.

    marktconforme kosten kosten zoals deze onder normale omstandigheden in een markteconomie op de desbetreffende markt worden gemaakt.

  • n.

    breekverbod verbod voor het uitvoeren van breek- en graafwerkzaamheden in de grond, geldend bij extreme weersomstandigheden.

    Artikel 2 Toepasselijkheid

    Deze verordening is van toepassing op de procedures en voorschriften voor het aanleggen, in stand houden en opruimen van kabels en leidingen in of op openbare gronden, voor zover de gemeente De Bilt deze gronden beheert, in bezit heeft dan wel daarover coördinatieverplichtingen heeft conform de Telecommunicatiewet en de Belemmeringenwet Privaatrecht.

    Artikel 3 Nadere regels

    Het college kan ter uitvoering van deze verordening nadere regels vaststellen.

    Deze nadere regels hebben in ieder geval betrekking op: de wijze van uitvoering bij de aanleg, onderhoud, verplaatsing en opruiming van kabels en leidingen, het bevorderen van het medegebruik van voorzieningen en het opstellen van voorschriften op het gebied van markering, afzetting en het toepassen van proefsleuven.

    Hoofdstuk 2: Aanvragen en melden van graafwerkzaamheden

    Artikel 4 Instemmingvereiste

    • 1.

      Het is verboden zonder of in afwijking van een door het college genomen instemmingbesluit omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden, medegebruik van voorzieningen en de afstemming van voorgenomen werkzaamheden met overige netbeheerders, kabels en/of leidingen in of op openbare gronden aan te leggen, in stand te houden of op te ruimen.

    • 2.

      Voor werkzaamheden van minder ingrijpende aard, waaronder verstaan wordt het realiseren van incidentele (huis)aansluitingen met een gezamenlijke lengte korter dan vijfentwintig (25) meter, en voor minder ingrijpende reparatie- of onderhoudswerkzaamheden, is ook een instemmingbesluit, als bedoeld in het eerste lid, noodzakelijk.

    • 3.

      Het instemmingbesluit vervalt indien daarvan geen gebruik wordt gemaakt binnen één jaar na de datum waarop het besluit onherroepelijk is geworden.

      Artikel 5 Aanvragen en melden

    • 1.

      Een grondroerder die werkzaamheden wil verrichten, vraagt daarvoor een instemmingbesluit, als bedoeld in artikel 4, aan bij het college.

    • 2.

      Een grondroerder die werkzaamheden wil verrichten kan hierover vooroverleg voeren met het college ten einde de aanvraag, als bedoeld in het eerste lid, voor te bereiden.

    • 3.

      Behoudens voor zover artikel 5.5 van de Telecommunicatiewet van toepassing is, wordt, wanneer de werkzaamheden mede betrekking hebben op gronden van een andere gedoogplichtige dan de gemeente De Bilt, uiterlijk vier weken na ontvangst van de aanvraag, als genoemd in het eerste lid, het college schriftelijk in kennis gesteld van de uitkomsten van het (voor)overleg tussen de grondroerder en de overige gedoogplichtige(n).

    • 4.

      In geval van spoedeisende werkzaamheden ten gevolge van een ernstige belemmering of storing, waarvan uitstel niet mogelijk is, volstaat een melding voorafgaand aan de start van de werkzaamheden.

    • 5.

      Als werkzaamheden worden verricht in de gebieden die staan aangegeven op een bij deze verordening behorende, en als zodanig gewaarmerkte, kaart is de uitzonderingsbepaling voor spoedeisende werkzaamheden, als bedoeld in het vierde lid, niet van toepassing.

      Artikel 6 Gegevensverstrekking

    • 1.

      Voor het aanvragen van een instemmingbesluit, als bedoeld in artikel 4, dient gebruik te worden gemaakt van daartoe door het college vastgestelde formulieren.

    • 2.

      Bij een aanvraag voor een instemmingbesluit, als bedoeld in artikel 4, eerste lid, dienen de volgende gegevens te worden verstrekt:

  • a.

    een uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel bij de eerste aanvraag van ieder kalenderjaar.

  • b.

    een machtiging indien het een aanvraag betreft voor de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels of leidingen voor of namens een netbeheerder.

  • c.

    naam, adres en woonplaatsgegevens van de eigenaar, beheerder en exploitant van de kabels en/of leidingen en van de (onder)aannemer, alsmede de naam en telefoonnummer van de uitvoerder, zijnde een Nederlands sprekende contactpersoon voor de werkzaamheden.

  • d.

    een opgave van het aantal, de soort en het beoogde gebruik van de kabels en/of leidingen.

  • e.

    welke belanghebbenden en instanties vooraf in kennis worden gesteld van de voorgenomen datum van aanvang, beëindiging en aard van de werkzaamheden.

  • f.

    een uitvoeringsplan met daarin opgenomen:

    • -

      een opgave van het gewenste tracé

    • -

      de resultaten van het haalbaarheidsonderzoek inzake de beschikbare ruimte.

    • -

      een opgave van de objecten die ten tijde van de werkzaamheden worden geplaatst, van permanente als tijdelijke aard, alsmede van de situering daarvan

    • -

      een omschrijving van eventuele opbrekingen

    • -

      de maatregelen voor de bereikbaarheid van in de openbare gronden aanwezige kabels en leidingen

    • -

      het voorgenomen tijdstip van aanvang en beëindiging van de werkzaamheden.

      • 3.

        Indien de werkzaamheden betrekking hebben op kabels en leidingen van elektronische communicatienetwerken dienen, aanvullend op het tweede lid, bij de aanvraag tevens de volgende gegevens te worden verstrekt:

  • a.

    een kopie van de door de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit (OPTA) afgegeven registratie.

  • b.

    aanvullend op het uitvoeringsplan wordt daarin ook opgenomen:

    • -

      een opgave van het aantal kabels en leidingen dat direct in gebruik wordt genomen en een opgave van het aantal kabels en leidingen dat niet direct in gebruik wordt genomen

    • -

      de doorsnede van de kabel(goot) en lengte en breedte van de kabelsleuf

      • 4.

        Bij een aanvraag voor een instemmingbesluit, als bedoeld in artikel 4, tweede lid, dienen de volgende gegevens te worden verstrekt:

  • a.

    een machtiging indien het een aanvraag betreft voor de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels of leidingen voor of namens een netbeheerder.

  • b.

    naam, adres en woonplaatsgegevens van de eigenaar, beheerder en exploitant van de kabels en/of leidingen, naam en adres van de aannemer(s) en onderaannemer(s) die belast zijn met de werkzaamheden, alsmede de naam en telefoonnummer van de uitvoerder, zijnde een Nederlands sprekende contactpersoon voor de werkzaamheden.

  • c.

    de dagtekening van de melding.

  • d.

    de lengte van de sleuf die wordt opengebroken.

  • e.

    het oppervlak van het lasgat dat wordt opengebroken.

    • 5.

      Het college kan nadere regels stellen inzake de te verstrekken gegevens alsmede over de wijze waarop die dienen te worden verstrekt.

      Artikel 7 Termijnen

    • 1.

      Een beslissing op een aanvraag voor een instemmingbesluit wordt genomen uiterlijk acht weken na de dag van ontvangst van de aanvraag. Betreft het een aanvraag waarbij meerdere gedoogplichtigen zijn betrokken dan beslist het college binnen acht weken na de dag van ontvangst van een volledig ingevulde aanvraag.

    • 2.

      De termijnen, zoals bedoeld in het eerste lid, kunnen eenmaal met ten hoogste acht weken worden verdaagd.

    • 3.

      Indien van de bevoegdheid tot verdaging gebruik wordt gemaakt, doet het college daarvan vóór afloop van de termijnen zoals genoemd in het eerste lid, een schriftelijke bevestiging met motivering toekomen aan de grondroerder.

      Artikel 8 Voorschriften en beperkingen

    • 1.

      Het college kan aan het instemmingbesluit nadere voorschriften of beperkingen verbinden in het belang van:

  • a.

    de openbare orde.

  • b.

    veiligheid, waaronder mede verstaan wordt de verkeersveiligheid en/of een goede doorstroming van het verkeer.

  • c.

    het voorkomen of beperken van schade of overlast; waaronder mede verstaan wordt de bescherming van eventuele archeologische vondsten, van groenvoorzieningen, bomen en beplantingen en van het uiterlijke aanzien van de omgeving.

  • d.

    de bereikbaarheid van gronden of gebouwen; waaronder mede verstaan wordt het veilig en doelmatig gebruik van openbare gronden en gebouwen en het doelmatig beheer en onderhoud ervan en het belang van nader aan te geven grote lokale evenementen als weekmarkten en kermissen.

  • e.

    de ondergrondse ordening, waaronder mede verstaan wordt het zo min mogelijk hinder veroorzaken voor reeds in de grond aanwezige werken en het niet in gevaar brengen of zonder noodzaak bemoeilijken van deze werken, waaronder mede verstaan worden werken ten behoeve van de riolering en de levering of het transport van elektronische informatie, gas, water en elektriciteit.

    • 2.

      De voorschriften of beperkingen, zoals genoemd in het eerste lid, kunnen slechts betrekking hebben op:

  • a.

    het tijdstip, de plaats en wijze van uitvoering bij aanleg, onderhoud, verplaatsing en opruiming van kabels en leidingen.

  • b.

    het medegebruik van voorzieningen, zoals kabelgoten en geleidingen, die door derden of de gemeente De Bilt tegen marktconforme prijzen ter beschikking worden gesteld.

  • c.

    afstemming met betrekking tot overige in de grond aanwezige werken.

  • d.

    een zekerheidsstelling voor de nakoming van verplichtingen die gesteld zijn bij de voorschriften en beperkingen aan het instemmingbesluit.

  • e.

    afmetingen van kasten en andere toebehoren behorende bij het netwerk.

    • 3.

      De grondroerder dient omwonenden ter plaatse van de uit te voeren werkzaamheden minimaal vijf (5) werkdagen voor de start van de werkzaamheden schriftelijk te informeren over aanvang, duur, aard en plaats van de werkzaamheden.

    • 4.

      De grondroerder vergoedt aan de gemeente De Bilt de schade voortvloeiend uit de werkzaamheden, waarbij de omvang beperkt is tot vergoeding van de marktconforme kosten van de voorzieningen en van de meerdere marktconforme kosten van onderhoud.

    • 5.

      De grondroerder is verplicht na het einde van de werkzaamheden de grond, eventuele verhardingen en beplanting terug te brengen in de oude staat, tenzij het college vooraf heeft aangegeven hier zelf zorg voor te willen dragen. De grondroerder draagt de marktconforme kosten voor herstel die gebaseerd zijn op de dan geldende VNG richtlijn “Tarieven (graaf)werkzaamheden Telecom” en de daarbij behorende “Tarieven (her)straatwerkzaamheden kabels- en/of leidingwerken”.

    • 6.

      Indien binnen één jaar na groot onderhoud of herinrichting van openbare gronden een grondroerder werkzaamheden moet uitvoeren, verlangt het college specifiek schadeherstel ten einde de situatie terug te brengen in de “oude staat”. De hiermee gepaard gaande kosten zijn voor rekening van de grondroerder.

    • 7.

      Indien een grondroerder werkzaamheden moet uitvoeren in bijzondere bestrating, is hij verplicht de specifieke schade te herstellen ten einde de situatie terug te brengen in de “oude staat”.

    • 8.

      Het verkrijgen van een instemmingbesluit laat onverlet dat in voorkomende gevallen ook een omgevingsvergunning is vereist. Het college draagt zorg voor een samenhangende behandeling van vergunning en aanvraag voor een instemmingbesluit.

    • 9.

      Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een instemmingbesluit zijn leges verschuldigd conform de Legesverordening van de gemeente De Bilt.

      Artikel 9 (Mede)gebruik van voorzieningen en vooroverleg

    • 1.

      Een grondroerder dient op verzoek van het college bij de aanleg van kabels en leidingen in openbare gronden zoveel mogelijk (mede)gebruik te maken van bestaande, hetzij door overige netbeheerders dan wel door of in opdracht van het college aangelegde, voorzieningen. Indien dit technisch haalbaar is en medegebruik geen belemmering vormt voor de veiligheid, toegankelijkheid en leveringszekerheid.

    • 2.

      Het vooroverleg als bedoeld in artikel 5, tweede lid, dan wel een door het college geïnitieerd overleg naar aanleiding van een aanvraag als bedoeld in artikel 5, eerste lid, is er mede op gericht te bepalen of en zo ja langs welke delen van het tracé gebruik kan worden gemaakt van bestaande voorzieningen als bedoeld in het eerste lid.

    • 3.

      Indien een grondroerder een redelijk aanbod wordt gedaan om gebruik te maken van vooraangelegde voorzieningen, zoals mantelbuizen, kabelgoten, of kabel- en leidingentunnels, is de grondroerder verplicht om voor de aanleg of uitbreiding van zijn netwerk van deze voorzieningen gebruik te maken.

    • 4.

      Indien de openbare gronden geen ruimte bieden voor de aanleg van nieuwe kabels en leidingen, dient de grondroerder een alternatief tracé te kiezen.

      Hoofdstuk3: Overige bepalingen

      Artikel 10 Verleggingen

    • 1.

      Op het nemen van maatregelen ten aanzien van kabels ten dienste van een openbaar elektronisch communicatienetwerk, waaronder het verplaatsen, op verzoek van de gemeente zijn de wettelijke regels van de Telecommunicatiewet van toepassing.

    • 2.

      Op het nemen van maatregelen ten aanzien van kabels en/of leidingen die ten dienste staan van een netwerk ten behoeve van nutsvoorzieningen in of op openbare gronden, waaronder het verplaatsen, gelden de volgende bepalingen, tenzij en voor zover daarover andersluidende afspraken zijn overeengekomen tussen partijen:

  • a.

    De netbeheerder is verplicht op aanwijzing van de gemeente over te gaan tot het nemen van maatregelen ten aanzien van kabels en leidingen ten dienste van zijn netwerk, waaronder het verplaatsen, voor zover deze noodzakelijk zijn voor de oprichting van gebouwen of de uitvoering van werken door of vanwege de gemeente;

  • b.

    Compensatie wordt uitsluitend verleend op basis van de “Verlegregeling De Bilt”;

  • c.

    Na een aanwijzing tot het nemen van maatregelen ten aanzien van kabels en leidingen gaat de netbeheerder zo snel mogelijk over tot de uitvoering, doch niet later dan vijftien (15) weken na de datum van ontvangst van de aanwijzing.

    Artikel 11 Breekverbod

    • 1.

      Als er sprake is van extreme weersomstandigheden is het college bevoegd een breekverbod in te stellen. De vaststelling dat er sprake is van extreme weersomstandigheden is een bevoegdheid van het college.

    • 2.

      Tijdig of in ieder geval één dag voor beëindiging van het breekverbod, zal het college de betrokken grondroerders hierover informeren.

    • 3.

      Indien er sprake is van een breekverbod is het verboden breek- en graafwerkzaamheden uit te voeren in de openbare grond en/of bestrating.

    • 4.

      Het breekverbod is niet van toepassing in geval van spoedeisende werkzaamheden ten gevolge van een ernstige belemmering of storing en waarvan uitstel niet mogelijk is.

      Artikel 12 Eigendom

    • 1.

      Indien de eigendom, exploitatie of beheer van de kabel of leiding wordt overgedragen aan een andere netbeheerder, draagt de oude netbeheerder zorg voor het overdragen van de rechten en plichten die betrekking hebben op de kabel of leiding op de nieuwe netbeheerder.

    • 2.

      De netbeheerder stelt het college onverwijld in kennis van het feit dat het eigendom, de exploitatie of het beheer van de kabel of leiding verandert.

    • 3.

      Op het eigendom van de kabels en leidingen zijn de desbetreffende wettelijke bepalingen van toepassing.

      Artikel 13 Niet-openbare kabels en leidingen

    • 1.

      Bij werkzaamheden in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van niet-openbare kabels en leidingen in openbare wegen en wateren is het bepaalde in deze verordening van overeenkomstige toepassing.

    • 2.

      Het opnemen van het eerste lid in deze verordening houdt geen gedoogplicht in voor de gemeente De Bilt met betrekking tot niet- openbare kabels en leidingen.

      Artikel 14 Informatieplicht

    • 1.

      De netbeheerder stelt het college onverwijld en schriftelijk in kennis van het feit dat een kabel of leiding niet langer ten dienste staat van een net of netwerk in of op openbare gronden.

    • 2.

      In dit kader kan van de netbeheerder een overzicht van alle (niet) in gebruik zijnde kabels en/of leidingen worden verlangd. De bewijslast van ingebruikname ligt bij de netbeheerder.

      Artikel 15 Digitale gegevens

      Het college kan van de grondroerder verlangen dat het aanvragen van een instemmingsbesluit en het verstrekken van gegevens in digitale vorm geschiedt.

      Artikel 16 Overleg

    • 1.

      Het college organiseert periodiek een overleg, waarvoor in elk geval de bij de gemeente De Bilt bekende netbeheerders en andere betrokken of belanghebbende partijen worden uitgenodigd.

    • 2.

      In dit overleg worden de plannen van de gemeente De Bilt en van de diverse netbeheerders en andere betrokken of belanghebbende partijen besproken en eventueel afgestemd in het kader van de bepalingen van deze verordening.

      Hoofdstuk 4: Handhavings- en toezichtbepalingen

      Artikel 17 Toezicht en handhaving

      Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de bij besluit van het college aangewezen ambtenaren.

      Artikel 18 Overtreding

      Overtreding van de bij of krachtens deze verordening gegeven voorschriften en beperkingen wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste twee maanden of een geldboete van de tweede categorie en kan bovendien worden gestraft met openbaarmaking van de rechterlijke uitspraak.

      Artikel 19 Naleving voorschriften

    • 1.

      Indien een grondroerder zich niet houdt aan de voorschriften en beperkingen uit het instemmingsbesluit, kan het college het instemmingsbesluit intrekken.

    • 2.

      Wanneer het college een besluit neemt op grond van het eerste lid, kan het college verlangen dat de oorspronkelijke situatie wordt hersteld op grond van een besluit inhoudende een last onder dwangsom of een last onder bestuursdwang.

      Artikel 20 Bevoegdheid college

      Het college is bevoegd de werkzaamheden stil te leggen, indien er wordt gewerkt:

    • 1.

      zonder voorafgaand instemmingsbesluit of melding, als bedoeld in artikel 5 van deze verordening.

    • 2.

      in afwijking van de voorschriften uit het instemmingsbesluit.

    • 3.

      in strijd met het geldende breekverbod.

      Hoofdstuk 5: Overgangs- en slotbepalingen

      Artikel 21 Inwerkingtreding

    • 1.

      Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na bekendmaking van dit besluit.

    • 2.

      Op de datum van inwerkingtreding van de in het eerste lid genoemde verordening wordt de huidige Telecommunicatieverordening gemeente De Bilt ingetrokken.

      Artikel 22 Overgangsbepalingen

      De aanwezigheid van kabels en/of leidingen in of op openbare gronden, voor zover deze zijn aangelegd met toepassing van de 'Telecommunicatieverordening gemeente De Bilt' en/of op basis van andere aantoonbare en gelegaliseerde afspraken, zoals die hebben gegolden tot de inwerkingtreding van deze verordening, worden met ingang van de datum van inwerkingtreding van deze verordening eveneens beheerst door de regels van deze verordening.

      Artikel 23 Citeertitel

      Deze verordening wordt aangehaald als: "Algemene verordening ondergrondse infrastructuren gemeente De Bilt 2011"