Regeling vervallen per 01-01-2011

Verordening op de heffing en invordering van leges De Bilt 2010

Geldend van 01-10-2010 t/m 31-12-2010

Intitulé

Verordening op de heffing en invordering van leges De Bilt 2010

De raad van de gemeente De Bilt;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 18 mei 2010, met het onderwerp Invoering Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

overwegende dat

op basis van gewijzigde wet- en regelgeving aanleiding bestaat tot bijstelling van de belastingtarieven;

gelet op

het bepaalde in artikel 216 en volgende en in artikel 229 van de Gemeentewet;

BESLUIT:

vast te stellen de navolgende:

VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN LEGES 2010.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

dag: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

week: een aaneengesloten periode van zeven dagen;

maand: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1) e dag in de volgende kalendermaand;

jaar: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1) e dag in het volgende kalenderjaar;

kalenderjaar: de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam “leges” worden rechten geheven ter zake van het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten, genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend.

Artikel 4 Vrijstellingen

Geen leges worden geheven voor:

diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijzigingen van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

de stukken in hun persoonlijk belang benodigd door personen, die door een verklaring, afgegeven door de burgemeester van hun woonplaats of verblijfplaats van hun onvermogen doen blijken;

het afgeven van stukken nodig voor de ontvangst van pensioenen, lijfrenten en andere soortgelijke uitkeringen;

de stukken en legalisatie van handtekeningen op stukken betreffende militaire zaken;

kwitanties voor geldsommen en andere stukken, waarbij de ontvangst of overneming van gelden of goederen wordt erkend of vermeld;

de stukken en inlichtingen, waarvan de kosteloze afgifte of verstrekking bij enig wettelijk voorschrift aan de gemeentebesturen is opgelegd;

de stukken, door gemeentebesturen, gemeenteambtenaren en gemeente-instellingen in het openbaar belang aangevraagd.

Artikel 5 Tarieven

De leges worden geheven naar de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur.

Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Termijnen van betaling

In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen dertig dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

Met betrekking tot een ingevolge artikel 2, tweede lid, onderdeel c, van de Invorderingswet 1990, met een belastingaanslag gelijkgestelde beschikking inzake een bestuurlijke boete is het eerste lid van overeenkomstige toepassing, voorzover deze gelijktijdig wordt opgelegd met de vaststelling van de aanslag.

De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van leges wordt geen kwijtschelding verleend, met uitzondering van het tarief genoemd onder nr. 4.1, sub f (Nederlandse identiteitskaart) en nr. 12.1.4 (invalidenparkeerkaart) van de bij de Legesverordening behorende tarieventabel.

Artikel 9 Vrijstelling, vermindering, ontheffing en teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke teruggaaf van leges ter zake van een in de tarieventabel omschreven dienst wordt verleend op een aanvraag als bedoeld in artikel 242 van de Gemeentewet en overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in de bij deze verordening behorende tarieventabel opgenomen bepaling.

Voor de toepassing van artikel 28, vierde en vijfde lid, van de Invorderingswet 1990 wordt de teruggaaf van leges, bedoeld in het eerste lid, aangemerkt als een vermindering van de belastingaanslag.

Conform artikel 65 van de Algemene Wet Rijksbelastingen kan het college ambtshalve vermindering verlenen van leges ter zake van een in de tarieventabel omschreven dienst.

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

van zuiver redactionele aard zijn;

een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

onderdeel 1.1.4 (akten burgerlijke stand);

hoofdstuk 2 (reisdocumenten);

hoofdstuk 3 (rijbewijzen);

onderdeel 1.7.1.1 (verklaring omtrent het gedrag);

hoofdstuk 10 (kansspelen);

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 12 Overgangsrecht

De artikelen en tarieventabel van de ‘Legesverordening 2010’ van 17 december 2009 vervallen met ingang van de datum waarop artikel 2.2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht in werking treedt, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Artikel 13 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

Deze verordening treedt in werking op de datum waarop artikel 2.2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht in werking treedt.

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Legesverordening 2010.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 24 juni 2010,
de gemeenteraad voornoemd,
de griffier, wnd., de voorzitter,
drs. M.C.C. Philips A.J. Gerritsen

Tarieventabel 2010, behorende bij de "Legesverordening 2010",

vastgesteld bij raadsbesluit van 24 juni 2010.

Titel 1 Algemene dienstverlening

Hoofdstuk 1 Burgelijke stand

1.1.1

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk, registratie van een partnerschap, het omzetten van een huwelijk in een geregistreerd partnerschap en het bevestigen van een huwelijk:

1.1.1.1

Op maandag en dinsdag om 10.00 uur in de ondertrouwkamer (maximaal zes personen)

Kosteloos

1.1.1.2

Op maandag en dinsdag om 10.00 uur in de trouwzaal van Jagtlust

€ 125,00

1.1.1.3

Op maandag t/m donderdag

€ 250,00

1.1.1.4

Op vrijdag

€ 300,00

1.1.1.5

Op zaterdag en andere aangewezen dagen waarop het gemeentehuis is gesloten, in het gemeentehuis Jagtlust

€ 575,00

1.1.2.1

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap, het omzetten van een huwelijk in een geregistreerd partnerschap en het bevestigen van een huwelijk in een bijzonder huis op grond van artikel 1:64 Burgerlijk Wetboek, op een werkdag:

€ 64,40

1.1.2.2

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap, het omzetten van een huwelijk in een geregistreerd partnerschap en het bevestigen van een huwelijk in een bijzonder huis op grond van artikel 1:64 Burgerlijk Wetboek, op een zaterdag of op een andere aangewezen dag waarop het gemeentehuis is gesloten:

€ 64,40

1.1.3

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

1.1.3.1

Een trouwboekje of partnerschapsboekje in normale uitvoering

€ 16,90

1.1.3.2

Een trouwboekje of partnerschapsboekje in lederen uitvoering

€ 32,80

1.1.3.3

De leges voor de onder 1.1.3.1 en 1.1.3.2 genoemde boekjes worden voor kalligraferen daarvan verhoogd met € 16,70

1.1.4

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het legesbesluit burgerlijke stand.

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten

1.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.2.1.1

tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen

€ 50,90

1.2.1.2

Tot het verstrekken van een nationaal paspoort dat een groter aantal bladzijden bevat dan een nationaal paspoort als bedoeld onder 1.2.1.1

€ 56,90

1.2.1.3

tot het verstrekken van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort)

€ 50,90

1.2.1.4

tot het bijschrijven van een kind in een reisdocument als bedoeld in 1.2.1.1, 1.2.1.2 en 1.2.1.3 direct bij aanvraag van dit nieuwe reisdocument

€ 8,95

1.2.1.5

tot het bijschrijven van een kind middels een bijschrijvingsticker in een reeds uitgegeven reisdocument als bedoeld in 1.2.1.1, 1.2.1.2 en 1.2.1.3

€ 20,90

1.2.1.6

tot het verstrekken van een Nederlandse identiteitskaart aan personen van veertien jaar en ouder(NIK)

€ 42,85

1.2.1.7

tot het verstrekken van een Nederlandse Identiteitskaart (NIK) aan jeugdigen t/m 13 jaar

€ 8,95

1.2.2.1

De tarieven genoemd in de onderdelen 1.2.1.1 tot en met 1.2.1.3, alsmede 1.2.1.6 en 1.2.1.7 worden bij een spoedlevering vermeerderd met een bedrag van

€ 41,00

1.2.2.2

Het tarief genoemd in 1.2.2 wordt bij een gecombineerde spoedlevering van een nieuw reisdocument als bedoeld in 1.2.1.1, 1.2.1.2 en 1.2.1.3 en het bijschrijven van één of meer kinderen als bedoeld in 1.2.1.4 slechts één keer per reisdocument berekend.

1.2.2.3

Het tarief als genoemd in onderdeel 1.2.1.5 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met een bedrag per bijschrijvingsticker van

€ 19,50

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

1.3.1

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot:

1.3.1.1

het afgeven of vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs

€ 34,40

1.3.1.2

het verkrijgen van gegevens uit het Centraal Register Rijbewijzen

€ 6,20

1.3.2

Het tarief als genoemd in 1.3.1.1 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met een bedrag van

€ 33,50

1.4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.3 en 1.4.4, wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens moet worden geraadpleegd.

1.4.2

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot:

1.4.2.1

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking

€ 6,20

1.4.2.2

aan afnemers en bijzondere derden

€ 2,27

1.4.2.3

tot het afsluiten van een abonnement op het verstrekken van gegevens gedurende de periode van één jaar:

1.4.2.3.1

voor 25 verstrekkingen

€ 125,00

1.4.2.3.2

voor 100 verstrekkingen

€ 400,00

1.4.2.3.3

voor 500 verstrekkingen

€ 1.500,00

1.4.2.3.4

voor 1.000 verstrekkingen

€ 2.500,00

1.4.2.4

Het tarief bedraagt terzake van het op verzoek verstrekken van schriftelijke inlichtingen, die worden vervaardigd met behulp van het geautomatiseerde systeem waarvoor de gehele basisadministratie dan wel een gedeelte daarvan doorgelopen moet worden:

1.4.2.4.1

een vast bedrag van

€ 210,00

1.4.2.4.1

vermeerderd met een bedrag per inlichting van

€ 0,70

1.4.3

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de gemeentelijke basisadministratie, voor ieder daaraan besteed half uur of een gedeelte daarvan

€ 15,40

Hoofdstuk 5 Bestuurstaken

1.5.1

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van afschriften van de gemeentebegroting (beleidsdeel), gemeenterekening (beleidsdeel), verordeningen, burgerjaarverslag, e.d.

€ 12,70

1.5.2

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

1.5.2.1

bijlagen behorende bij de raadsagenda en/of bijlagen behorende bij de agenda van een raadscommissie per bladzijde

€ 0,30

1.5.2.2

minuten, afschriften of uittreksels van stukken, mits openbaarmaking ervan is toegestaan, voor zover niet vallende onder een ander tarief:

1.5.2.2.1

voor de eerste vijf bladzijden

€ 3,25

1.5.2.2.2

voor elke bladzijde meer

€ 0,30

1.5.3

een door een stedenbouwkundig adviesbureau opgesteld bestemmingsplan in gebundelde vorm, of afdrukken daarvan, met een inhoud van:

1.5.3.1

1 t/m 50 bladzijden

€ 21,20

1.5.3.2

51 t/m 75 bladzijden

€ 29,60

1.5.3.3

76 t/m 100 bladzijden

€ 36,60

1.5.3.4

101 t/m 150 bladzijden

€ 53,20

1.5.3.5

151 t/m 200 bladzijden

€ 71,60

1.5.3.6

Meer dan 200 bladzijden

€ 92,50

1.5.3.7

De onder 1.7.3.1 t/m 1.7.3.6 genoemde tarieven worden per bijbehorende plankaart met € 5,70 vermeerderd.

1.5.4

Het tarief bedraagt voor:

1.5.4.1

het kopiëren van schriftelijke stukken, voor zover niet vallende onder een andere heffing per bladzijde

€ 0,30

1.5.4.2

het verlenen van hulp van gemeentewege voor het doen van nasporingen, ongeacht het resultaat, in het gemeentearchief: per half uur of gedeelte daarvan

€ 15,40

1.5.4.3

het afsluiten van een abonnement op het uitreiken van reclamefolders aan personen die zich in de gemeente vestigen en personen die geboorte- of huwelijksaangifte doen:

1.5.4.3.1

voor een periode van 3 maanden

€ 195,00

1.5.4.3.2

voor een periode van 1 jaar

€ 564,00

1.4.4

het verstrekken van een gemeentekaart volgens een door het college van burgemeester en wethouders vast te stellen model (schaal 1 : 10.000)

€ 12,70

Hoofdstuk 6 Naturalisatie

1.6.1

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een:

1.6.1.1

enkelvoudig naturalisatieverzoek

€ 567,00

1.6.1.2

gemeenschappelijk naturalisatieverzoek van twee met elkaar gehuwde personen of twee ongehuwde personen die in een duurzame relatie anders dan het huwelijk samenleven

€ 719,00

1.6.1.3

voor een aanvraag voor medeverlening van de Nederlandse nationaliteit van een minderjarig kind

€ 85,00

1.6.1.4

enkelvoudig naturalisatieverzoek voor vluchtelingen en staatlozen

€ 517,00

1.6.1.5

gemeenschappelijk naturalisatieverzoek van twee met elkaar gehuwde personen of twee ongehuwde personen die in een duurzame relatie anders dan het huwelijk samenleven, voor vluchtelingen en staatlozen

€ 669,00

1.6.1.6

voor de toepassing van dit artikel wordt het geregistreerd partnerschap gelijk gesteld met het huwelijk.

1.6.2

Geen naturalisatieleges zijn verschuldigd, indien het een verzoek tot naturalisatie betreft van een persoon die ingevolge de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt beschouwd.

1.6.3

Het tarief bedraagt terzake van het afleggen van een optieverklaring ter verkrijging van de Nederlandse nationaliteit:

voor een enkelvoudig verzoek

€ 148,00

voor een gezamenlijk verzoek

€ 253,00

Hoofdstuk 7 Overige Publiekstaken

1.7.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.7.1.1

tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag

€ 30,05

1.7.1.2

tot het verkrijgen van een attestatie de vita

€ 6,20

1.7.1.3

tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening of document

€ 6,20

1.7.1.4

tot het ter legalisatie opzenden van een product

€ 6,20

Hoofdstuk 8 Leegstandwet

1.8

Het tarief bedraagt ter zake het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning tot het tijdelijk verhuren van een te koop staande woning in het kader van de Leegstandwet als bedoeld in artikel 15 en 16 van de Leegstandwet is

€ 80,00

Hoofdstuk 9 Winkeltijdenwet

1.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet of het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet

€ 18,50

Hoofdstuk 10 Kansspelen

10.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

10.1.1

voor een periode van twaalf maanden voor één speelautomaat

€ 56,50

10.1.2

voor een periode van twaalf maanden voor twee speelautomaten

€ 90,50

10.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning)

€ 15,40

10.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 28 van de Wet op de kansspelen (prijsvraagvergunning)

€ 15,40

Hoofdstuk 11 Telecommunicatie

11.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, van de Telecommunicatiewet

€ 145,00

11.2

indien met betrekking tot een melding overleg moet plaatsvinden tussen gemeente, andere beheerders van openbare grond en de aanbieder van het netwerk, verhoogd met

€ 1.410,00

11.3

indien met betrekking tot een melding onderzoek naar de status van de kabel plaatsvindt, verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de melding aan de melder meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

11.4

Indien een begroting als bedoeld in 1.18.3 is uitgebracht, wordt een melding in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de melder ter kennis is gebracht, tenzij de melding voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Hoofdstuk 12 Verkeer en Vervoer

12

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

12.1

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen

€ 101,00

12.2

tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)

€ 45,20

Hoofdstuk 13 Verklaring ingevolge de Pachtwet

13

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een verklaring als bedoeld in artikel 56 f, lid 1 of lid 2, van de Pachtwet

Hoofdstuk 14 Vergunning Lozen Afvalstoffen

14

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning tot het lozen van afvalstoffen, verontreinigende of schadelijke stoffen in welke vorm dan ook, op oppervlaktewateren in beheer bij de gemeente (artikel 1, lid 1, van de Wet Verontreiniging oppervlaktewateren)

€ 61,90

Hoofdstuk 15 Wet Kenbaarheid Publiekrechtelijke Beperkingen

15

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen

€ 15,40

Hoofdstuk 16 Ontheffing Geluidshinder

16.1

De leges bedragen voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 4:6 van de Algemene Plaatselijke Verordening

€ 29,80

16.2

Het in artikel 1.16.1 genoemde bedrag wordt verhoogd met een bedrag van voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager medegedeelde externe advieskosten en kosten van geluidsmetingen, blijkend uit een begroting terzake door de gemeenteambtenaar bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdeel b, van de Gemeentewet is opgesteld. Voor de toepassing van dit artikel wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht.

16.3

Het bedrag genoemd onder 1.16.1 wordt verhoogd met € 55,10 indien publicatie noodzakelijk is, hetgeen de aanvrager vooraf wordt medegedeeld.

Hoofdstuk 17 Voorwerpen of Stoffen op, aan of boven Gemeentegrond

17

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot:

17.1

verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 2:10 van de Algemene Plaatselijke Verordening voor het plaatsen van een voorwerp of stof op, aan of boven gemeentegrond

€ 51,80

17.2

verlenging van de ontheffing zoals genoemd in artikel 1.17.1

€ 18,50

Hoofdstuk 18 Overige Zaken

18

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot:

18.1

verkrijgen van een vergunning, een ontheffing, een vrijstelling of een andere beschikking voor zover daarvoor niet elders een tarief is opgenomen

€ 18,50

18.2

genoemd bedrag wordt verhoogd met € 55,10 indien publicatie noodzakelijk is, hetgeen de aanvrager vooraf wordt medegedeeld.

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

2.1.1

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

2.1.1.1

aanlegkosten:

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;

2.1.1.2

bouwkosten:

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV 1989), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de bouwkosten, exclusief omzetbelasting, bedoeld in het normblad NEN 2631, uitgave 1979, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;

2.1.1.3

sloopkosten:

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de sloopkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien het slopen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder sloopkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het slopen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;

2.1.1.4

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

2.1.2

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

2.1.3

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

Hoofdstuk 2 Omgevingsvergunning

2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

2.2.1

Bouwactiviteiten

2.2.1.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.2.1.1.1

indien de bouwkosten minder dan € 200.000 bedragen:

2,50%

van de bouwkosten, te verhogen met een starttarief van:

€ 125,00

2.2.1.1.2

indien de bouwkosten € 200.000 tot € 500.000 bedragen:

2,40%

van de bouwkosten, te verhogen met een starttarief van:

€ 125,00

2.2.1.1.3

indien de bouwkosten € 500.000 tot € 1.000.000 bedragen:

2,30%

van de bouwkosten, te verhogen met een starttarief van:

€ 125,00

2.2.1.1.4

indien de bouwkosten € 1.000.000 tot € 2.000.000 bedragen:

2,20%

van de bouwkosten, te verhogen met een starttarief van:

€ 125,00

2.2.1.1.5

indien de bouwkosten € 2.000.000 tot € 5.000.000 bedragen:

2,10%

van de bouwkosten, te verhogen met een starttarief van:

€ 125,00

2.2.1.1.6

indien de bouwkosten € 5.000.000 of meer bedragen:

2%

van de bouwkosten, met een maximum van:

€ 250.000

Extra welstandstoets

2.2.1.2

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.2.1.1 wordt het tarief, indien zich tijdens de beoordeling van de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wijzigingen voordoen in het bouwplan en daarvoor een nieuwe welstandstoets noodzakelijk is, verhoogd met de door de adviescommissie Welstand en Monumenten Midden Nederland bij de gemeente in rekening gebrachte kosten.

Verplicht advies agrarische commissie

2.2.1.3

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.2.1.1 is het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is en wordt beoordeeld:

Kosteloos

Achteraf ingediende aanvraag

2.2.1.4

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.2.1.1 is het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit:

100%

van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges.

Beoordeling aanvullende gegevens

2.2.1.5

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.2.1.1 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de in dat onderdeel bedoelde aanvraag al in behandeling is genomen:

Kosteloos

2.2.2

Aanlegactiviteiten

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 250

2.2.3

Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.2.1:

2.2.3.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 500

2.2.3.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

€ 500

2.2.3.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

€ 1.000

2.2.3.4

indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking):

€ 500

2.2.3.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€ 1.000

2.2.3.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

€ 1.000

2.2.3.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

€ 1.000

2.2.3.8

indien artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 500

2.2.4

Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.2.4.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 500

2.2.4.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

€ 500

2.2.4.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

€ 1.000

2.2.4.4

indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking)

€ 500

2.2.4.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€ 1.000

2.2.4.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

€ 1.000

2.2.4.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

€ 1.000

2.2.4.8

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 500

2.2.5

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.2.5.1

Bouwwerken, waarin bedrijfsmatig of in het kader van verzorging nachtverblijf zal worden verschaft aan meer dan 4 personen zoals:

2.2.5.1.1

woningen niet-zelfredzame bewoners van meer dan 4 personen

€ 500

2.2.5.1.2

woonzorgcentra

€ 1.250

2.2.5.2

Gebouwen of inrichtingen met een logiesfunctie / gezondheidszorggebouwen, zoals:

Hotel

2.2.5.2.1

van meer dan 4 tot en met 50 personen

€ 1.250

2.2.5.2.2

van meer dan 50 personen

€ 1.250

Pension/nachtverblijf

2.2.5.2.3

van meer dan 4 tot en met 50 personen

€ 1.000

2.2.5.2.4

van meer dan 50 personen

€ 1.375

Gezondheidzorggebouwen

2.2.5.2.5

ziekenhuizen

€ 4.000

2.2.5.2.6

verpleeghuizen

€ 2.000

2.2.5.3

Bouwwerken waarin dagverblijf wordt verschaft aan:

*meer dan 10 personen jonger dan 12 jaar, of

*meer dan 10 lichamelijk of verstandelijk gehandicapte personen

2.2.5.3.1

van meer dan 10 tot en met 50 personen jonger dan 12 jaar of lichamelijk en/of verstandelijk gehandicapten

€ 500

2.2.5.3.2

van meer dan 50 personen jonger dan 12 jaar of lichamelijk en/of verstandelijk gehandicapten

€ 1.000

2.2.5.4

Onderwijsinstellingen (leerlingen jonger dan 12 jaar)

2.2.5.4.1

50 tot en met 250 leerlingen

€ 375

2.2.5.4.2

van meer dan 250 tot en met 500 leerlingen

€ 625

2.2.5.4.3

van meer dan 500 leerlingen

€ 1.250

2.2.5.5

Kinderdagverblijf

€ 500

2.2.5.7

Peuterspeelzaal

€ 500

Het tarief voor een wijzigingsvergunning bedraagt 25 % van het basistarief

2.2.6

Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten

2.2.6.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening of de gemeentelijke erfgoedverordening aangewezen monument, waarvoor op grond van die provinciale verordening of artikel 10, tweede lid van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

2.2.6.1.1

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument:

€ 125

2.2.6.1.2

voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

€ 125

2.2.6.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, van de Wabo, op het slopen van een bouwwerk in een krachtens provinciale verordening of de gemeentelijke erfgoedverordening aangewezen stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder c, van de Wabo, waarvoor op grond van die provinciale verordening of artikel 24, tweede lid van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

Kosteloos

2.2.7

Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht

2.2.7.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk bedraagt het tarief:

2.2.7.1.1

in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, of waarvoor op grond van een provinciale verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wabo:

€ 375

2.2.7.1.2

in gevallen waarvoor op grond van artikel 8.1.1 van de bouwverordening De Bilt 2010 een vergunning of ontheffing is vereist, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wabo:

€ 375

2.2.7.2

Asbesthoudende materialen

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.2.7.1.2 bedraagt het tarief, indien de in die onderdelen bedoelde aanvraag betrekking heeft op een bouwwerk waarin asbest of een asbesthoudend product aanwezig is:

€ 125

Aanleggen of veranderen weg

2.2.8

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2.11 van de gemeentelijke Algemene Plaatselijke Verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 125

2.2.9

Reclameobjecten op of aan panden (incl. lichtreclame)

Het tarief bedraagt ter zaken van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning voor de plaatsing van, c.q. het wijzigen van een reclameobject op of aan panden

€ 250

2.2.10

Uitweg/inrit

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verording of artikel 2.12 van de gemeentelijke Algemene Plaatselijke Verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 125

2.2.11

Kappen

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 4.11 van de gemeentelijke Algemene Plaattselijke Verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 125

2.2.12

Opslag van roerende zaken

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de provincie of de gemeente, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 4.13 van de gemeentelijke Algemene Plaatselijke Verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

2.2.12.1

indien de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder j, van de Wabo:

Kosteloos

2.2.12.2

indien de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder k, van de Wabo:

Kosteloos

2.2.13

Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998

2.2.13.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief:

375

2.2.13.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangewezen gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998

375

2.2.14

Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora- en Faunawet ontheffing nodig is, bedraagt het tarief

375

2.2.15

Andere activiteiten

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:

2.2.15.1

behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief:

125

2.2.15.2

behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

125

2.2.15.2.1

als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning. Als de activiteit in geen enkel geval kan worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning bedraagt het tarief:

125

2.2.15.2.2

als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

2.2.16

Omgevingsvergunning in twee fasen

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.2.16.1

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

2.2.16.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

2.2.17

Beoordeling bodemrapport

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:

2.2.17.1

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport

375

2.2.17.2

voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport

375

2.2.18

Advies

2.2.18.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

2.2.18.2

Indien een begroting als bedoeld in 2.2.18.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

2.2.19

Verklaring van geen bedenkingen

2.2.19.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:

2.2.19.1.1

indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:

250

2.2.19.1.2

indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

2.2.19.2

Indien een begroting als bedoeld in 2.2.19.1.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Hoofdstuk 3 Vermindering

2.3.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag om vooroverleg of beoordeling van een conceptaanvraag als bedoeld in hoofdstuk 2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van het vooroverleg of de beoordeling van de conceptaanvraag geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 3.

2.3.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op meer dan vijf activiteiten, bestaat aanspraak op vermindering van leges, met uitzondering van het legesdeel in verband met adviezen of verklaringen van geen bedenkingen als bedoeld in de onderdelen 2.2.18 en 2.2.19. De vermindering bedraagt:

2.3.2.1

bij 5 tot 10 activiteiten:

5%

van de voor die activiteiten verschuldigde leges;

2.3.2.2

bij 10 tot 15 activiteiten:

7,50%

van de voor die activiteiten verschuldigde leges;

2.3.2.3

bij 15 of meer activiteiten:

10%

van de voor die activiteiten verschuldigde leges.

Hoofdstuk 4 Teruggaaf

2.4.1

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.2.1, 2.2.2, 2.2.6 en 2.2.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

2.4.1.1

indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 2 weken na het in behandeling nemen ervan

40%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

2.4.1.2

indien de aanvraag wordt ingetrokken na 2 weken en binnen 6 weken na het in behandeling nemen ervan

30%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

2.4.1.3

indien de aanvraag wordt ingetrokken na 6 weken en binnen 20 weken na het in behandeling nemen ervan

20%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.4.2

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.2.1, 2.2.2, 2.2.6 en 2.2.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 6 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:

40%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.4.3

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

2.4.3.1

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.2.1, 2.2.2, 2.2.6 of 2.2.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

20%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges, mits deze aanwezig is en ingediend binnen 6 maanden na weigering van de vergunning.

2.4.3.2

Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.4.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak. In voorkomend geval dient het verzoek om teruggave te worden ingediend binnen 6 maanden na de rechterlijke uitspraak.

2.4.4

Minimumbedrag voor teruggaaf

Een bedrag minder dan € 125,- wordt niet teruggegeven.

2.4.5

Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen

Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18 wordt geen teruggaaf verleend.

Hoofdstuk 5 Intrekking omgevingsvergunning

2.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is:

€ 125

Hoofdstuk 6 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

2.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project:

€ 125

Hoofdstuk 7 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

2.7.1.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aavraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld

2.7.1.2

Indien een begroting als bedoeld in 2.7.1.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag vòòr deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

2.7.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

2.7.2.2

Indien een begroting als bedoeld in 2.7.2.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag vòòr deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Hoofdstuk 8 Sloopmelding

2.8

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een sloopmelding als bedoeld in artikel 8.2.1 van de gemeentelijke bouwverordening.

Kosteloos

Hoofdstuk 9 In deze titel niet benoemde beschikking

2.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking:

€ 125

Titel 3 Dienstverlening vallende onder de Europese Dienstenrichtlijn

Hoofdstuk 1 Horeca

3.1.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Drank- en Horecawet

€ 106,00

3.1.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet

€ 30,90

3.1.4

Publicatie in verband met 3.1.1 t/m 3.1.3 vermelde

€ 55,10

Hoofdstuk 2 Exploitatievergunning

3.2.1

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van:

3.2.1.1

een vergunning ingevolge artikel 2:28 van de Algemene Plaatselijke Verordening

€ 110,00

3.2.1.2

een ontheffing sluitingsuur ingevolge artikel 2:29 van de Algemene Plaatselijke Verordening

€ 27,60

3.2.2

publicatiekosten in verband met het onder 2.1.1 genoemde

€ 55,10

Hoofdstuk 3 Organiseren van Evenementen of Markten

3.3.1

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot:

3.3.1.1

het verkrijgen van een evenementenvergunning ingevolge artikel 2:25 van de Algemene Plaatselijke Verordening

€ 60,50

3.3.1.2

Bij het verkrijgen van de vergunning genoemd in artikel 3.2.1.1 worden geen aparte leges geheven voor het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 4.1.5 van de Algemene Plaatselijke Verordening (artikel 30 Ontheffing geluidshinder).

3.3.1.3

Het bedrag genoemd onder 3.3.1.1 wordt verhoogd met € 55,10 indien publicatie noodzakelijk is, hetgeen de aanvrager vooraf wordt medegedeeld.

Hoofdstuk 4 Prostitutiebedrijven

3.4

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van:

3.4.1

een vergunning ingevolge artikel 3:4 van de Algemene Plaatselijke Verordening

€ 1.653,00

3.4.2

publicatie in verband met het onder 3.4.1 vermelde

€ 166,00

Hoofdstuk 5 Onttrekking, Samenvoeging, Omzetting en Splitsing Woonruimte

3.5

Het tarief bedraagt ter zake het in behandeling nemen van een aanvraag tot:

3.5.1

het verkrijgen van een vergunning tot gehele of gedeeltelijke onttrekking van woonruimte aan de bestemming tot bewoning als bedoeld in artikel 30, eerste lid, onderdeel a, van de Huisvestingswet is

€ 55,00

3.5.2

het verkrijgen van een vergunning tot samenvoeging van woonruimte met andere woonruimte als bedoeld in artikel 30, eerste lid, onderdeel b, van de Huisvestingswet is

€ 55,00

3.5.3

het verkrijgen van een vergunning tot omzetting van zelfstandige woonruimte in onzelfstandige woonruimte als bedoeld in artikel 30, eerste lid, onderdeel c, van de Huisvestingswet is

€ 55,00

3.5.4

het verkrijgen van een splitsingsvergunning als bedoeld in artikel 33 van de Huisvestingswet is

€ 55,00

Hoofdstuk 6 Brandbeveiligingsverordening

3.6.1

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot:

3.6.1.1

het verstrekken van een gebruiksvergunning met betrekking tot het

brandveilig gebruik van een bouwwerk, als bedoeld in het Gebruiksbesluit

€ 87,00

3.6.1.2

vermeerderd met een bedrag per uur voor het behandelen en eenmaal handhaven

€ 49,00

3.6.2

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing tot het in de openlucht vuur aan te leggen, te stoken of te hebben, op grond van artikel 5.5.1, tweede lid, Algemene Plaatselijke Verordening:

3.6.2.1

geldig voor één keer

€ 8,50

3.6.2.2

geldig voor één jaar

€ 84,20

Hoofdstuk 7 Ventvergunning

3.7.1

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van:

een ventvergunning geldig voor:

3.7.1.1

een dag

€ 27,60

3.7.1.2

een week

€ 82,40

3.7.1.3

een maand

€ 165,00

3.7.1.4

een jaar

€ 329,00

3.7.2

Bij het verkrijgen van een vergunning genoemd in artikel 3.6.1 wordt geen leges geheven als het een niet-commercieel doeleinde door een niet-commerciële organisatie betreft.

Hoofdstuk 8 Verordening Peuterspeelzaalwerk

3.8

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Verordening Peuterspeelzaalwerk 2005

Hoofdstuk 9 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

3.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

€ 18,50

Mij bekend,

de griffier van gemeente De Bilt, wnd.,

drs. M.C.C. Philips