Social Return paragraaf

Geldend van 10-09-2016 t/m heden

Intitulé

Social Return paragraaf

Het college van burgemeester en wethouders van gemeente De Fryske Marren heeft op 1 augustus 2016 het document: Social Return Paragraaf”, versie 1 juni 2016 vastgesteld en gelijktijdig de documenten: “Toetsingscirteria; de Friese eis”en dhet (oude) document “Sociaal return paragraaf” ingetrokken.

De volledige tekst van de Sociaal Return paragraaf is hieronder vermeld.

Sociaal Return paragraaf

Deze volgende tekst wordt opgenomen in de aanbestedingsdocumenten Sociaal Return On Investment (SROI) paragraaf

Social Return on Investment (in het vervolg Social Return) betekent letterlijk: ‘iets teruggeven aan de samenleving’ en is net als duurzaam inkopen onderdeel van maatschappelijk verantwoord ondernemen en/of opdrachtgeven. Social Return beoogt dat een investering ook concrete sociale winst (return) oplevert, naast het ‘gewone’ rendement. In de inkooppraktijk betekent dit dat de opdrachtgever van haar opdrachtnemers (“leveranciers”) eist dat zij een deel van de opdrachtwaarde investeren in het, bij voorkeur, creëren van extra werk/leer(ervarings)plaatsen, bijvoorbeeld door een deel van de opdracht uit te laten voeren door mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt.

De aanbesteding [naam] is door opdrachtgever aangemerkt als project/opdracht voor toepassing van Social Return, waarbij onderstaande bepalingen onverkort van toepassing zijn op opdrachtnemer c.q. gegunde leverancier. Door zich in te schrijven op deze aanbesteding , verplicht de inschrijver zich om bij gunning, minimaal 2% van de totale opdrachtwaarde excl. BTW met een maximum van €300.000,- aan Social Return per opdracht- die hij uit deze opdracht genereert - aan te wenden in het kader van Social Return. Opdrachtgever kan naast de minimumeis van 2% Social Return verplichting aanvullend ook nog Social Return als subgunningscriterium opvoeren. Hierbij kan gevraagd worden om:een Plan van Aanpak waarvoor bij de beoordeling van de offertes punten aan toe worden gekend conform de beschrijving in het bestek, en/ofeen percentage in te vullen Social Return (hoger dan 2% en maximaal 5%)Indien Social Return ook is opgenomen als subgunningscriterium dan blijkt dit uit het aanbestedingsdocument dat de gunningscriteria nader beschrijft. In een voorkomend geval is het geoffreerde Social Return percentage bepalend voor de minimale jaarwaarde van de Social Return verplichting.Wanneer opdrachtgever Social Return ook opneemt als subgunningscriterium, waarbij inschrijvers een hoger percentage (dan 2%) Social Return verplichting kunnen offreren, dan dient opdrachtgever dit te motiveren.

Hoofdstuk 1. Doel Social Return

De opdrachtgever beoogt een duurzame invulling van de Social Return verplichting te realiseren, waarbij optimaal wordt ingezet op opleiding en ontwikkeling. Social Return wordt ingezet als investering om de afstand tot de arbeidsmarkt voor de doelgroep te reduceren. Dit betekent dat de doelgroep, een kans krijgt zich te ontwikkelen tot volwaardig werknemer, t.b.v. een duurzame plaatsing op de arbeidsmarkt.

Hoofdstuk 2. Doelgroep Social Return

Artikel 2.1 Mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt inhoudende werkloos-werkzoekenden en/of uitkeringsgerechtigden die een uitkering genieten op grond van:

  • a) Participatiewet 2015;

  • b) Wet Werk en arbeidsondersteuning Jonggehandicapten (Wajong);

  • c) Wet Sociale Werkvoorziening (WSW);

  • d) Werkloosheidwet (WW); of

  • e) Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) / Wet op de Arbeidsongeschiktheid (WAO).

Artikel 2.2 Overige werkloze doelgroepen zoals bedoeld in het eerste lid worden gelijkgesteld:

  • a)

    HBO studenten in de vorm van stagiaires;

  • b)

    MBO scholieren in de vorm van stagiaires (BOL);

  • c)

    BBL leerlingen;

  • d)

    Voortijdig schoolverlaters, zonder startkwalificatie op MBO 2 niveau;

  • e)

    Niet-uitkeringsgerechtigden c.q. –ontvangers, die zijn geregistreerd als werkloos werkzoekende bij de daartoe behorende instantie, die langer dan 6 maanden werkloos zijn.

Voor bepaling van de doelgroep waartoe een persoon behoort is de peildatum de datum van formele opdrachtverlening door opdrachtgever aan de inschrijver ten aanzien van de aanbestede opdracht. De werkeloos-werkzoekenden en/of uitkeringsgerechtigden omschreven in lid 2.1 dienen als werkzoekend ingeschreven te staan bij het UWV.

Hoofdstuk 3. Duur van het Social Return traject

Een Social Return kandidaat kan maximaal twee jaar in aanmerking komen voor een plaats ontstaan door een Social Return verplichting, berekend vanaf de eerste werkdag van de kandidaat op een Social Return (arbeids)plaats. De kandidaat wordt maximaal twee jaar meegerekend voor Social Return, gerekend op basis van de gewerkte dagen en werkuren, niet op basis van kalenderjaren. Hierbij vindt de beoordeling plaats op basis van ingezette werkuren afgezet tegen het totaal aantal werkzame uren per jaar dat wordt gehanteerd bij de opdrachtnemer. Indien de kandidaat korter dan een half jaar geen Social Return opdracht heeft, wordt deze periode niet meegeteld voor het Social Return traject. Na een periode van twee (werk)jaar wordt verondersteld dat een kandidaat voldoende ervaring, kunde en kennis heeft opgedaan om in aanmerking te komen voor regulier werk. Na twee jaar kan de kandidaat niet meer geplaatst worden op een Social Return plaats.

Hoofdstuk 4. Globaal Plan van Aanpak

De inschrijver wordt gevraagd voor de invulling van de Social Return eis een voorstel voor de in te zetten doelgroep(en), de mogelijke inzet qua arbeid of functie, eventuele scholing en het aantal plaatsingen te doen en dit in een globaal Plan van Aanpak (zie bijgevoegd document) te verwoorden. Dit voorstel is onderdeel van de inschrijving en dient gelijktijdig met de overige inschrijvingsstukken te worden ingediend.

Het globaal Plan van Aanpak beslaat bij voorkeur 1 tot maximaal 2 A4 en geeft op hoofdlijnen de voorgenomen invulling weer.

Indien Social Return ook als subgunningscriterium wordt gebruikt dan kan het globaal Plan van Aanpak ook in de beoordeling daarvan worden betrokken. Opdrachtgever geeft in de aanbestedingsdocumenten aan waarop hij het globaal Plan van Aanpak beoordeelt. Dit kan betekenen dat van inschrijver in dat geval een gedetailleerder en uitgebreider Plan van Aanpak wordt verwacht.

Bij de verificatie van de winnende inschrijving wordt het ingediende (globaal) Plan van Aanpak besproken. Het maakt onderdeel uit van de met de winnende inschrijver te sluiten overeenkomst.

De opdrachtnemer neemt na gunning contact op met het Coördinatiepunt Social Return over de invulling van de te realiseren taakstelling (zie ook bepaling 7). Opdrachtnemer stelt na dit overleg een planning op van de inzet van de doelgroepen op dit project. In overleg met de opdrachtgever worden de Social Return werkafspraken contractmatig vastgelegd met de opdrachtnemer.

Hoofdstuk 5. Vormen van invulling Social Return

De inzet wordt bewerkstelligd door het vastgestelde bedrag ten behoeve van Social Return in te zetten op bovenstaande doelgroep in bijvoorbeeld de vorm van:

Vorm Social Return

Inspanningswaarde o.b.v. jaarcontract fulltime (=36 uur) – naar rato berekend. Minimaal 12 uur per week per persoon.

a) Arbeidscontract

Afhankelijk per doelgroep*:

<2 jaar in Participatiewet

€ 30.000,=

> 2 jaar in Participatiewet

€ 35.000,=

> 3 maanden - 1 jaar in WW

€ 10.000,=

> 1 jaar in WW

€ 15.000,=

WIA / WAO

€ 30.000,=

Wajong

*als iemand uit bovengenoemde doelgroepen bovendien 50 jaar of ouder is op peildatum, dan wordt de inspanningswaarde van die persoon met € 5.000,= verhoogd.

€ 35.000,=

b) Werkervaringsplaats

€ 7.500,=

c) Leer-Werk trajecten (BBL)

Nieuw BBL contract

€ 15.000,=

Bestaande BBL

€ 10.000,=

d) Stage overeenkomst

Stages MBO 1,2 of Stagiair met uitkeringsachtergrond

€ 5.000,=

Stage MBO 3, 4 en HBO

€ 2.500,=

e) Onderaanneming via Sociale Werkvoorziening

Daadwerkelijk gemaakte arbeidskosten opvoeren voor Social Return.

f) Opleidingskosten

De gemaakte kosten opvoeren voor Social Return.

g) Maatwerk

Indien arbeid niet gerealiseerd kan worden, wordt in overleg met het Coördinatiepunt Social Return en opdrachtgever vastgesteld hoe opdrachtnemer de sociale inspanningswaarde anderszins kan invullen, echter met inachtneming van de minimumeis van 2% Social Return verplichting (van de opdrachtwaarde) en de ingediende inschrijving op het (eventuele) subgunningscriterium Social Return.

Combinatievormen van bovenstaande inzet zijn mogelijk.

De inzet dient binnen de onderhavige opdracht c.q. het project waarvan de onderhavige opdracht deel uitmaakt plaats te vinden.

a) Arbeidscontract / reguliere werkplek (komende vanuit een uitkering)

De kandidaat wordt voor bepaalde of onbepaalde tijd in dienst genomen of wordt uitkeringsonafhankelijk, om de afstand tot de arbeidsmarkt weg te nemen.

b) Werkervaringsplaats

De kandidaat gaat voor een bepaalde periode (maximaal 6 maanden) met behoud van een uitkering aan de slag om de afstand tot de arbeidsmarkt te verkleinen. Door de werkervaring vergroot de kandidaat zijn/haar kansen door:

  • 1.

    Het aanleren en uitvoeren van werknemersvaardigheden;

  • 2.

    Het opdoen van ervaring in een vakgebied.

Een kandidaat uit deze categorie kan alleen worden opgevoerd indien de duur (maximaal 6 maanden) en de inhoud van de werkervaringsplaats overeenkomt met de eisen die de opdrachtgever aan overeenkomsten voor werkervaringsplaatsen stelt.

c) BBL (beroepsbegeleidende leerweg)

De kandidaat komt in dienst van de opdrachtnemer of via een opleidingsbedrijf c.q. uitzend/payroll-organisatie waarvoor opdrachtnemer de inlenende klant is.

d) Stage

De kandidaat staat ingeschreven bij een erkende onderwijsinstelling en volgt ten behoeve van het behalen van studiepunten praktijkopdrachten en – werkzaamheden uit. Voor stagiaires van niveau MBO 1, 2 en voor stagiaires (ook MBO niveau 3, 4 en HBO) met een uitkeringsachtergrond geldt een hogere inspanningswaarde.

Voor stagiaires van niveau MBO 3, 4 en HBO (zonder uitkeringsachtergrond) geldt een lagere waardering.

e) Onderaanneming

De opdrachtnemer kan voldoen aan zijn verplichtingen door (een gedeelte van) de invulling van Social Return door te schuiven naar onderaannemers. De opdrachtnemer blijft echter eindverantwoordelijk voor de invulling en bewijslast ervan. Opdrachtnemer dient het gebruik van een bij inschrijving aangemelde onderaannemer voor de invulling van Social Return vooraf te melden aan opdrachtgever. Voorgaande geldt ook voor een tijdens de looptijd van de overeenkomst aangemelde en door opdrachtgever geaccordeerde onderaannemer (voor zover bestek en regelgeving dit faciliteert).

Indien een opdrachtnemer besluit (een gedeelte van) de opdracht via onderaanneming uit te besteden aan een Sociale Werkvoorziening heeft de opdrachtnemer de mogelijkheid om de daadwerkelijk gemaakte arbeidskosten (met betrekking tot de samenwerking met Sociale Werkvoorziening) op te voeren voor Social Return. De rekening / factuur fungeert hierbij als bewijsstuk.

f) Opleidingskosten

  • a)

    Een investering vanuit de opdrachtnemer in een opleiding voor een Social Return kandidaat mag opgegeven worden als Social Return activiteit.

  • b)

    Scholing en opleidingen in het kader van Social Return dienen te worden verschaft door een erkend opleidingsbedrijf. Het moet in ieder geval gaan om functie relevante scholing die leidt tot landelijke erkende certificering/ diplomering en de prijs van de scholing dient marktconform te zijn. Dit ter beoordeling van de opdrachtgever.

  • c)

    Kosten in het kader van scholing dienen deugdelijk onderbouwd te worden met nota’s van de opleider en/of facturen van de opdrachtnemer (in het kader van bewijsvoering). Onderstaande dient minimaal op de nota/factuur vermeld te staan:

    • o

      naam van de cursist

    • o

      geleverde dienst/ product

    • o

      datum van levering dienst/ product

g) Maatwerk t.b.v. invulling Social Return

Te allen tijde zal redelijk en billijk omgegaan worden met nakoming van de Social Return verplichting, passend binnen de bedrijfsvoering van opdrachtnemer en ketenpartners. In samenspraak met de coördinator Social Return en opdrachtgever kan uitgeweken worden naar een andere invulling van Social Return zoals bovenstaand verwoord in a t/m f, mits deze andere invulling voldoende verband houdt met het voorwerp van de opdracht. De hieraan verbonden waarde dient gelijk te zijn aan een Social Return percentage van minimaal 2% dan wel een hoger geoffreerd percentage in geval van Social Return als subgunningscriterium.

Hoofdstuk 6. Ondersteunende instrumenten

Opdrachtnemers kunnen bij indienstneming van specifieke doelgroepen (zoals bij kandidaten vanuit de Participatiewet, Wajong) in aanmerking komen voor ondersteunende instrumenten vanuit de uitkeringsinstantie van de kandidaat. Meer informatie over instrumenten en stimuleringsmaatregelen is te verkrijgen via het Coördinatiepunt Social Return.

Hoofdstuk 7. Rapporteren

De opdrachtnemer is verplicht binnen 7 dagen na gunning van de opdracht contact op te nemen met de coördinator Social Return bij het Coördinatiepunt Social Return. Het Coördinatiepunt Social Return is binnen Friesland het aanspreekpunt voor Social Return. Zij monitort de voortgang van de Social Return activiteiten t.a.v. de vastgestelde verplichting en ondersteunt de opdrachtnemer met het invullen van de Social Return verplichting. Het Coördinatiepunt Social Return houdt overzicht over alle lopende contracten – zowel projectcontracten als kandidaat-contracten- en maakt doorplaatsing van kandidaten mogelijk op andere projecten binnen Friesland.

De opdrachtgever (mits dit een gemeente betreft) kan de werving en selectie verzorgen van kandidaten uit haar bestand en, als vertegenwoordiger van het Regionaal Werkbedrijf Fryslân Werkt, uit de regio.

De opdrachtnemer beslist zelf wie hij in dienst neemt en welke kandidaat een (uitzend)contract of leerwerkovereenkomst krijgt. De opdrachtnemer blijft uiteindelijk eindverantwoordelijk voor het nakomen van de Social Return verplichting.

Vanaf de ingangsdatum van de overeenkomst die op de hoofdopdracht betrekking heeft dient de opdrachtnemer tenminste iedere 3 maanden (en bij korter durende opdrachten vóór voltooiing van de opdracht) de Social Return activiteiten te rapporteren aan de coördinator Social Return. De wijze van rapporteren gebeurt via een digitaal format, te verkrijgen via het Coördinatiepunt Social Return. Voor iedere kandidaat dient onder andere aangeleverd te worden:

  • -

    Naam, woonplaats en geboortedatum;

  • -

    Als opdrachtnemer inzage kunnen geven in urenverantwoording van kandidaten t.b.v. de opdracht;

  • -

    Een ondertekende verklaring van opdrachtnemers dat zij in bezit zijn van een geldig legitimatiebewijs en een arbeidsovereenkomst van de kandidaat.

Hoofdstuk 8. Niet nakomen van verplichting

De opdrachtgever beoordeelt intern of de opdrachtnemer aan de eisen voor Social Return heeft voldaan. Indien opdrachtnemer zijn Social Return verplichting niet nakomt, krijgt de opdrachtnemer van de opdrachtgever een redelijke herstelperiode de tijd om de Social Return verplichting alsnog in te vullen. Indien de verplichting na de overeengekomen herstelperiode (gedeeltelijk) niet is voldaan, volgt een inhouding op de laatste betalingstermijn naar rato van het niet gerealiseerde deel dan wel wordt dit niet gerealiseerde deel anderszins bij opdrachtnemer in rekening gebracht. Deze inhouding vindt niet plaats, indien buiten de schuld van de opdrachtnemer de beoogde inzet van de doelgroepen niet is bereikt. Opdrachtnemer moet ten genoegen van opdrachtgever kunnen aantonen er alles aan te hebben gedaan om de Social Return doelgroepen aan te trekken.

De uitleg die de opdrachtgever in concrete situaties geeft aan de bepalingen in dit document is –mits gemotiveerd- te allen tijde bepalend en doorslaggevend in de contractuele verhoudingen met inschrijver.

Hoofdstuk 9. Contactgegevens Coördinatiepunt Social Return

Sociaal return in de Regio

Website: www.socialreturninderegio.nl

E-mail: info@socialreturninderegio.nl

Telefoon: 058-260 29 01

Uiteraard kunt u bij vragen over de voorwaarden Social Return ook rechtstreeks contact opnemen met de opdrachtgever.

In geval van een aanbesteding dienen de contacten met de opdrachtgever plaats te vinden op de wijze c.q. met de personen zoals in de aanbestedingsdocumenten is aangegeven. Dat betekent dat het voorafgaand aan een gunning niet mogelijk is om rechtstreeks contact met het Coördinatiepunt Social Return en/ of met de Social Return uitvoeringsverantwoordelijke personen van de opdrachtgever.