Regeling vervallen per 02-10-2019

Subsidieregeling Inwonersinitiatieven

Geldend van 01-07-2017 t/m 01-10-2019

Intitulé

Subsidieregeling Inwonersinitiatieven

Het college van burgemeester en wethouders van gemeente De Fryske Marren;

gelet op de titel 4:2 Algemene wet bestuursrecht, Algemene Subsidieverordening De Fryske Marren;

besluit vast te stellen de Subsidieregeling Inwonersinitiatieven.

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

  • Beoordelingscommissie: wethouder kernenbeleid, de dorpencoördinatoren en een afgevaardigde van plaatselijk belang: uit elk van de vier rayons van De Fryske Marren één afgevaardigde.

  • Bijdrage projecten: de besturen van stads-, dorps- en wijkbelangen, de besturen van dorpshuizen en buurtverenigingen die niet onder een plaatselijk belang vallen, kunnen op aanvraag een bijdrage ontvangen voor sociale en fysieke leefbaarheidsprojecten en onderhoud/renovatie van een dorpshuis.

  • Gezond opgroeien: groepsgerichte initiatieven gericht op kinderen en jeugd, die de ontwikkeling van het kind op emotioneel, mentaal en sociaal vlak stimuleren.

  • Gezond opvoedklimaat: groepsgerichte initiatieven gericht op de omgeving van kinderen en jeugd, die de ontwikkeling van het kind op emotioneel, mentaal en sociaal vlak stimuleren.

  • Inwonersinitiatieven: initiatieven van één of meerdere inwoners die onverplicht worden opgestart ten behoeve van anderen of de samenleving.

  • Jeugd: kinderen en jongeren tot 23 jaar.

  • Jongeren Op Gezond Gewicht: de gemeente heeft zich verbonden aan de JOGG aanpak. Dat betekent dat initiatieven gericht moeten zijn om het overgewicht van kinderen en jongeren terug te dringen.

  • Kwetsbaren: inwoners met een lichamelijke en/of verstandelijke beperking, met een stoornis uit het autistische spectrum, met een chronische aandoening, een vroegtijdig schoolverlater, mensen met een laag inkomen en werkzoekenden, kinderen en/of jongeren die geïndiceerde jeugdzorg ontvangen, mensen die eenzaam zijn.

  • Samenleving: alle organisaties, diensten, voorzieningen en activiteiten samen die inwoners uit gemeente De Fryske Marren ondersteunen, meedoen bevorderen en de leefbaarheid in de gemeente vergroten.

  • Sociaal domein: alle organisaties, diensten en voorzieningen samen die mensen ondersteunen, de leefbaarheid vergroten en de participatie bevorderen.

Artikel 2. Toepassingsbereik

Het bepaalde in deze subsidieregeling is enkel van toepassing op de verstrekking van subsidies door burgemeester en wethouders voor de in artikelen 3, 3a en 8 bedoelde activiteiten.

Hoofdstuk 2. Initiatieven van inwoners

Artikel 3. Activiteiten ‘Initiatieven van inwoners’

Subsidie kan uitsluitend versterkt worden voor het opstarten van activiteiten of voor een doorontwikkeling van activiteiten die:

  • a.

    de sociale samenhang in de buurt duurzaam versterken en/ of;

  • b.

    verschillende doelgroepen, bij voorkeur groepen die elkaar niet van nature al geregeld ontmoeten, voor langere tijd met elkaar verbinden en/ of

  • c.

    gezond opgroeien of opvoedklimaat voor jeugd bevorderen.

Artikel 3a. Activiteiten ‘Initiatieven sport en bewegen’

Subsidie kan uitsluitend verstrekt worden voor het opstarten van sport- en beweeginitiatieven die:

  • a.

    samenwerken, samenvoegen, opstarten en verbinden tussen organisaties stimuleren;

  • b.

    deelname door kwetsbaren mogelijk maken en stimuleren;

  • c.

    de specifieke kennis en kunde van het bestuurlijk en sporttechnisch kader gericht de kwetsbaren vergroten;

  • d.

    gericht zijn op Jongeren Op gezond Gewicht (JOGG).

Artikel 4. Doelgroep

De subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan vrijwilligersinitiatieven van georganiseerde en ongeorganiseerde inwoners.

Artikel 5. Berekening van de subsidie

De subsidie bedraagt een bijdrage in de kosten voor activiteiten met een maatschappelijk belang en de organisatiekosten die direct verbonden zijn aan de gesubsidieerde activiteiten.

Artikel 6. Aanvraag

  • 1. In aanvulling van artikel 7 van de Algemene Subsidieverordening De Fryske Marren wordt na ontvangst van de aanvraag of melding van een initiatief een gesprek aangegaan met de initiatiefnemer(s).

  • 2. In afwijking van artikel 7, derde lid van de Algemene Subsidieverordening De Fryske Marren hoeft een rechtspersoon bij de eerste maal subsidie aanvragen geen exemplaar van de oprichtingsakte, de statuten, alsmede het jaarverslag, de jaarrekening en de balans van het voorgaande jaar toe te voegen aan de aanvraag.

Artikel 7. Bijzondere bepalingen en verplichtingen

Om voor een bijdrage in aanmerking te komen dient een aanvrager aan de volgende criteria te voldoen:

  • a.

    het initiatief moet een langdurig effect kunnen hebben op sociale verbindingen en betrokkenheid in de buurt;

  • b.

    het moet draagvlak en lokaal een meerwaarde hebben;

  • c.

    de initiatiefnemers moeten actief bijdragen aan de uitvoering van het initiatief;

  • d.

    het initiatief moet aansluiten bij het beleid en de uitgangspunten van het sociaal domein en de leefbaarheid van gemeente De Fryske Marren en grotendeels plaatsvinden in gemeente De Fryske Marren.

Hoofdstuk 3. Projectinitiatieven stads-, dorps- en wijkbelangen en dorpshuizen

Artikel 8. Activiteiten

  • 1. De bijdrage projecten wordt aan de besturen van stads-, dorps- en wijkbelangen op aanvraag verstrekt voor de sociale en fysieke leefbaarheidsprojecten en/of de uitvoering van onderdelen van een stads-, dorps- of wijkvisie waarvoor groot draagvlak in die stad, dat dorp of die wijk bestaat.

  • 2. De bijdrage projecten wordt aan een bestuur van een dorpshuis op aanvraag verstrekt voor renovatie en verduurzaming van het dorpshuis indien provincie Fryslân ook een bijdrage geeft.

Artikel 9. Doelgroep

  • 1. Een bijdrage in de projecten, als bedoeld in artikel 8, lid 1, wordt verstrekt aan de besturen van stads-, dorps- en wijkbelangen of buurtverenigingen die niet onder een plaatselijk belang vallen, die zich de collectieve belangenbehartiging van stad, dorp, wijk en buurt in de ruimste zin van het woord ten doel stellen.

  • 2. Besturen van dorpshuizen kunnen in aanmerking komen voor een bijdrage in projecten indien provincie Fryslân ook een bijdrage geeft, als bedoeld in artikel 8, lid 2.

Artikel 10. Hoogte van de subsidie

  • 1. De subsidie bedraagt een bijdrage in de uitvoering van het project. Van de aanvrager wordt een redelijke eigen financiële bijdrage en/of cofinanciering van verschillende fondsen/subsidiënten en zelfwerkzaamheden verlangd.

  • 2. Als richtlijn wordt gehanteerd dat ongeveer voor twee derde deel in de projectkosten wordt voorzien door middel van een financiële bijdrage van inwoners en/of cofinanciering en zelfwerkzaamheden.

  • 3. Een aanvrager kan de uren voor zelfwerkzaamheden opnemen in de projectbegroting. De gemeente hanteert hierbij hetzelfde tarief als provincie Fryslân.

Artikel 11. Aanvraag en aanvraagtermijn

  • 1. In afwijking van artikel 7, eerste, tweede en derde lid van de Algemene Subsidieverordening De Fryske Marren, wordt de aanvraag ingediend in overleg met de dorpencoördinatoren. Bij de aanvraag wordt een begroting en een dekkingsplan gevoegd.

  • 2. Een aanvraag om subsidie wordt, in afwijking van artikel 8, tweede lid, van de Algemene Subsidieverordening De Fryske Marren, voor de indieningsdatums 1 april, 1 juni, 1 oktober of 1 december ingediend.

Artikel 12. Beslistermijn

  • 1. Burgemeester en wethouders beslissen, in afwijking van artikel 9, tweede lid, van de Algemene Subsidieverordening De Fryske Marren, binnen 6 weken na de indieningsdatum 1 april, 1 juni, 1 oktober of 1 december.

  • 2. Ingediende plannen worden voorgelegd aan de beoordelingscommissie.

Artikel 13. Bijzondere bepalingen en verplichtingen

Om voor een bijdrage in aanmerking te komen dient een aanvrager aan de volgende criteria te voldoen:

  • a.

    de aanvraag mag niet strijdig zijn met (toekomstig) gemeentelijk beleid en of wetgeving. De bijdragen voor projecten worden primair getoetst aan bestaand beleid en budget. Past het binnen het beleid en kan er geen beroep gedaan worden op het bestaande budget, dan kan de aanvraag vanuit bijdrage projecten gefinancierd worden.

  • b.

    de sociale en/ of fysieke leefbaarheidsprojecten of andere voorzieningen en/ of activiteiten moeten haalbaar en uitvoerbaar zijn. Deze mogen geen privé- en/of commerciële belangen dienen.

  • c.

    de projecten dienen enige relatie te hebben met de stads-, dorps- of wijkvisie. Voor stad, dorpen en wijken die geen visie hebben opgesteld geldt dat er aantoonbaar draagvlak voor de investering, activiteit of voorziening moet zijn.

Artikel 14. Verantwoording en vaststelling

  • 1. In afwijking van artikel 14, 15 en 16 van de Algemene Subsidieverordening De Fryske Marren, legt het bestuur op inhoudelijke en financiële wijze verantwoording af. Bij de verantwoording kan gebruik worden gemaakt van de verantwoording die ook door andere subsidieverstrekkers wordt verlangd.

  • 2. Na verantwoording door stads-, dorps- of wijkbelang vindt definitieve afrekening plaats.

Hoofdstuk 4. Slotbepalingen

Artikel 15. Aanvullende weigeringsgronden

Overeenkomstig artikel 10, derde lid, aanhef en onder t, van de Algemene Subsidieverordening De Fryske Marren is de onderstaande aanvullende weigeringsgronden van toepassing:

  • a.

    er worden geen subsidies verstrekt als bijdrage in:

    • 1.

      het organiseren van een dorps- of (buurt)feest, borrel, optocht, braderie, barbecue of daarmee gelijk te stellen activiteit;

    • 2.

      het verlenen van een garantstelling;

    • 3.

      het opstellen van een dorps-, stads- of wijkvisie.

  • b.

    het college kan subsidieverstrekking weigeren wanneer het project leidt tot structurele beheerskosten voor de gemeente.

Artikel 16. Subsidieplafond

Het subsidieplafond wordt jaarlijks door het college vastgesteld.

Artikel 17 Verdeling subsidieplafond

  • 1. Verstrekking van subsidie vindt plaats op volgorde van ontvangst van complete aanvragen, totdat het voor de betrokken subsidie vastgestelde subsidieplafond is bereikt.

  • 2. Als de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt als datum van ontvangst van de aanvraag de datum waarop de aangevulde aanvraag is ontvangen.

  • 3. Indien het vastgestelde subsidieplafond dreigt te worden overschreden of wordt overschreden als gevolg van het aantal aanvragen dat op dezelfde dag wordt ontvangen, worden aanvragen die op die dag ontvangen zijn, door middel van loting gerangschikt.

Artikel 18. Hardheidsclausule

Burgemeester en wethouders kunnen van een of meer bepaalde artikelen of artikelleden van de regeling afwijken als daaraan vasthouden voor een subsidieaanvrager of –ontvanger gevolgen zou hebben die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zouden zijn tot de daarmee te dienen belangen.

Artikel 19. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. Deze subsidieregeling treedt in werking op 1 juli 2017.

  • 2. Deze subsidieregeling is van toepassing op aanvragen van subsidie die worden verstrekt vanaf de datum van inwerkingtreding van deze regeling.

  • 3. In afwijking van artikel 20, derde lid, Algemene Subsidieverordening De Fryske Marren is voor deze subsidieregeling de Algemene Subsidieverordening De Fryske Marren ook voor aanvragen betreffende het subsidiejaar 2017 van toepassing.

  • 4. De subsidieregeling Inwonersinitiatieven, zoals vastgesteld op 31 augustus 2016, wordt ingetrokken.

  • 5. Op subsidieaanvragen die voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze regeling zijn ingediend, is de subsidieregeling Inwonersinitiatieven, vastgesteld op 31 augustus 2016, van toepassing.

  • 6. Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling Inwonersinitiatieven.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders van De Fryske Marren op 27 juni 2017,
de secretaris, de burgemeester,
L.Maarleveld F. Veenstra

Toelichting

Hoofdstuk 2. Initiatieven van inwoners

Artikel 3a. Activiteiten ‘Initiatieven sport en bewegen’

Met betrekking tot lid a ‘samenwerken, samenvoegen, opstarten en verbinden tussen organisaties stimuleren’ gaat het om activiteiten gericht op samenwerking, samenvoegen en verbinden met en tussen sport- en beweegorganisaties, met en tussen scholen, met en tussen kinderopvangorganisaties, met en tussen het sociaal wijkteam. Het gaat hierbij ook om opstartkosten zoals bijvoorbeeld de kosten voor inschrijving Kamer van Koophandel, notariële oprichtingsakten en statuten.

Artikel 4. Doelgroep

Het uitgangspunt is door inwoners en voor inwoners. Inwonersgroepen hoeven geen stichtingen of verenigingen te zijn.

Hoofdstuk 3. Initiatieven van stads-, dorps- en wijkbelangen en dorpshuizen

Artikel 8. Activiteiten

Ten aanzien van de toekenning bijdrage projecten in de gemeente worden er twee mogelijkheden onderscheiden, te weten:

a. Stads-, dorps of wijkbelang voert uit. In een stads-, dorps- of wijkvisie kunnen investeringen en voorzieningen zijn opgenomen die niet direct in overeenstemming zijn met het gemeentelijk beleid. In die gevallen wordt een afweging gemaakt of de gemeente wil bijdragen in de investering of voorziening. Stads-, dorps- of wijkbelang maakt een plan. Dit plan wordt ingediend bij de gemeente met het verzoek om een bijdrage uit het projectenbudget.

b. De gemeente voert uit. Investeringen en voorzieningen in de openbare ruimte zullen in bijzondere gevallen door de gemeente zelf worden uitgevoerd. Stads-, dorps- en wijkbelang maakt een plan met een verzoek aan de gemeente om een bijdrage projecten. De gemeente kan hierbij ondersteuning verlenen. Daarbij kunnen afspraken gemaakt worden over de uitvoering en de eventuele inzet van stads- dorps- of wijkbelang in de vorm van geld en/of vrijwilligers.

Artikel 10. Hoogte van de subsidie

De gemeente gaat uit van maatwerk en per project wordt beoordeeld of er in voldoende mate wordt voorzien van een redelijk eigen financiële bijdrage. Bij goedkeuring wordt de hoogte van de bijdrage bepaald. Bij een eventuele afwijzing van het verzoek verplicht de gemeente zich tot overleg over het plan met stads- dorps of wijkbelang.