Regeling vervallen per 01-01-2020

Verordening op de heffing en de invordering van veergelden 2019

Geldend van 22-12-2018 t/m 31-12-2019

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van veergelden 2019

De raad van de gemeente De Fryske Marren;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 18 september 2018, nummer 2018/100;

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet;

besluit

vast te stellen de volgende verordening:

Verordening op de heffing en de invordering van veergelden 2019

Artikel 1 Belastbaar feit

Onder de naam ‘veergelden’ worden rechten geheven zowel voor het genot van door het gemeentebestuur verstrekte diensten als voor het gebruik van voor de openbare dienst bestemde gemeentebezittingen, werken of inrichtingen die bij de gemeente in beheer of in onderhoud zijn, zijnde de pont over de Langweerdervaart, welke de verbinding onderhoudt tussen Langweer en de Aldewei.

Artikel 2 Belastingplicht

De rechten worden geheven van degene ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die houder is van de voertuigen, welke met het veer worden overgezet.

Artikel 3 Maatstaf van heffing

  • 1.

    De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in artikel 4.

  • 2.

    Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 4 Tarieven

  • 1.

    De veergelden worden geheven naar het volgende tarief:

    • a.

      voetgangers, fietsers en bromfietsers € 0,85

    • b.

      personenauto's € 2,20

    • c.

      motorfietsers, aanhangwagens, caravans € 1,75

    • d.

      vrachtauto's € 3,60

  • 2.

    Voor de hierna genoemde categorieën kan het veergeld per belastingjaar worden betaald (abonnement); het veergeld bedraagt dan:

    • a.

      voetgangers, fietsers en bromfietsers € 8,00

    • b.

      personenauto's € 30,00

    • c.

      motorfietsers, aanhangwagens, caravans € 25,00

    • d.

      vrachtauto's € 65,00

  • 3.

    De tarieven voor de vervoermiddelen gelden inclusief de berijder en/of de inzittenden daarvan.

Artikel 5 Belastingjaar

Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 6 Vrijstellingen

De belasting wordt niet geheven ter zake van:

  • 1.

    De medewerkers van de gemeente en de hulpdiensten, allen voor zover zij ter uitoefening van hun functie van het pontveer gebruik moeten maken.

  • 2.

    De gebruikers van de landbouwgronden, gelegen tussen het pontveer en Aldewei, voor zover zij zich voor de uitoefening van hun bedrijf naar die gronden begeven of daarvan terugkeren.

  • 3.

    Personen jonger dan 18 jaar.

Artikel 7 Wijze van heffing

De rechten bedoeld in artikel 4 worden geheven door middel van een schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt door uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en de heffing naar tijdsgelang

  • 1.

    De rechten bedoeld in artikel 4 lid 1 zijn verschuldigd op het tijdstip waarop het gebruik van de pontveer aanvangt.

  • 2.

    De rechten bedoeld in artikel 4 lid 2 zijn verschuldigd op het tijdstip van de afgifte van het abonnement.

Artikel 9 Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de rechten, als bedoeld in artikel 4 lid 1, terstond op aanvraag worden voldaan.

  • 2.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de rechten, als bedoeld in artikel 4 lid 2, worden betaald op het moment van het uitreiken van de kennisgeving, dan wel ingeval van toezending daarvan, binnen één maand na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 3.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijnen.

Artikel 10 Kwijtschelding

Bij de invordering van veergelden wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de veergelden.

Artikel 12 Overgangsrecht

De Verordening veergelden 2018 van de gemeente De Fryske Marren, laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 8 november 2017, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Artikel 13 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van bekendmaking.

  • 2.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2019.

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening veergelden 2019.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 28 november 2018.

De griffier, De voorzitter,

H.A. van Dijk-Beekman F. Veenstra