Verordening tegemoetkoming kosten SMI-kinderopvang De Fryske Marren

Geldend van 28-02-2019 t/m heden

Intitulé

Verordening tegemoetkoming kosten SMI-kinderopvang De Fryske Marren

De raad van de gemeente De Fryske Marren;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders, nummer 2019/10;

besluit vast te stellen de volgende verordening:

Verordening tegemoetkoming kosten SMI-kinderopvang De Fryske Marren

Artikel 1: Begripsbepalingen

  • 1.

    In deze regeling wordt verstaan onder:

    • a.

      de wet: de Wet kinderopvang (Wko);

    • b.

      SMI-kinderopvang: kinderopvang op basis van een sociaal medische indicatie;

    • c.

      Sociaal Medische Indicatie: een indicatie waaruit blijkt dat kinderopvang noodzakelijk is vanwege sociale, psychische of medische redenen;

    • d.

      college: college van burgemeester en wethouders van De Fryske Marren;

    • e.

      Kinderopvang: het bedrijfsmatig of anders dan om niet verzorgen, opvoeden en bijdragen aan de ontwikkeling van kinderen tot de eerste dag van de maand waarop het voortgezet onderwijs voor die kinderen begint;

  • 2.

    Voor zover niet anders is bepaald, hebben begrippen die in deze regeling worden gebruikt dezelfde betekenis als in de wet.

Artikel 2: Aanspraak op tegemoetkoming kosten SMI-kinderopvang

De in De Fryske Marren woonachtige ouder, die Nederlander is of die in het kader van de Participatiewet gelijkgesteld wordt met een Nederlander, kan aanspraak maken op een tegemoetkoming in de kosten van SMI-kinderopvang voor het thuiswonende kind in de leeftijd van 0 jaar totdat het kind naar het voortgezet onderwijs gaat. Om voor een tegemoetkoming in aanmerking te komen moet worden voldaan aan één van de volgende voorwaarden:

  • a.

    het betreffende kind of de betrokken ouder behoort tot de categorie personen met een lichamelijke, zintuigelijke, verstandelijke of psychische beperking en ten behoeve van wie is komen vast te staan dat één of meer van deze beperkingen kinderopvang noodzakelijk maken: of

  • b.

    er is vastgesteld dat de veiligheid van het kind in geding is: of

  • c.

    er is vastgesteld dat kinderopvang in het belang van een goede en gezonde ontwikkeling van het betreffende kind noodzakelijk is: of

  • d.

    er is vastgesteld dat er sprake is van een crisissituatie waardoor de ouder tijdelijk niet in staat is de verzorging op zich te nemen: of

  • e.

    de medische of sociale noodzaak voor kinderopvang blijkt uit andere stukken van een huisarts of andere instellingen voor zover die een sociaal of medisch oordeel kunnen vormen over de ouder of het betreffende kind.

Artikel 3: Weigeringsgronden

Het college weigert de tegemoetkoming in de kosten van SMI-kinderopvang als:

  • 1.

    de kinderopvang wordt geëxploiteerd zonder toestemming van het college als bedoeld in artikel 1.46 van de wet en niet is opgenomen in het Landelijk register kinderopvang als bedoeld in artikel 1.5 van de wet .

  • 2.

    de opvang plaatsvindt door een gastouder zonder tussenkomst van een gastouderbureau dat is opgenomen in het Landelijk register kinderopvang als bedoeld in artikel 1.5 van de wet;

  • 3.

    de opvang niet zal plaatsvinden, niet adequaat is of de kwaliteit van de kinderopvang tekortschiet.

Artikel 4: Ingangsdatum

  • 1.

    Het college stelt de ingangsdatum van de tegemoetkoming in de kosten van de SMI-kinderopvang vast op de dag dat de kinderopvang begint.

  • 2.

    De in het eerste lid bedoelde ingangsdatum ligt, behoudens bijzondere omstandigheden, niet voor de dag waarop de aanvraag voor een SMI-tegemoetkoming is ingediend.

Artikel 5: Noodzaak tegemoetkoming kosten SMI-kinderopvang

Het college beoordeelt of er een tegemoetkoming in de kosten van SMI-kinderopvang noodzakelijk is, voor welke omvang en voor welke duur en geeft hier een indicatie voor af.

Artikel 6: Duur van de tegemoetkoming

  • 1.

    Het college verleent de tegemoetkoming in de kosten SMI-kinderopvang voor de duur van maximaal 9 maanden.

  • 2.

    Als het college van oordeel is dat SMI-kinderopvang voor langere tijd noodzakelijk is, kan het, in afwijking van lid 1, een aanvraag doen voor verlenging van de tegemoetkoming met nog maximaal 9 maanden.

  • 3.

    Een tegemoetkoming voor SMI-kinderopvang kan niet meer dan één maal worden verlengd.

Artikel 7: Omvang van tegemoetkoming SMI-kinderopvang

  • 1.

    De tegemoetkoming SMI-kinderopvang heeft uitsluitend betrekking op de kosten voor kinderopvang voor het aantal uren waarvoor gebruikmaking van de kinderopvang noodzakelijk is op grond van sociaal medische redenen zoals genoemd in artikel 2.

  • 2.

    De hoogte van de tegemoetkoming is inkomensafhankelijk en wordt bepaald aan de hand van de berekeningsmethodiek van de landelijke regeling kinderopvangtoeslag van de belastingdienst. De hoogte van de tegemoetkoming is maximaal: het benodigde aantal opvanguren per maand vermenigvuldigd met het uurtarief van de kinderopvang (zoals vastgesteld door de Belastingdienst) minus de ouderbijdrage.

Artikel 8: Beperking duur tegemoetkoming

De tegemoetkoming SMI-kinderopvang kan worden ingetrokken of herzien of beëindigd indien:

  • a.

    de ouder niet voldoet aan de verplichtingen zoals bedoeld in artikel 10;

  • b.

    de ouder of het kind niet meer woonachtig is in De Fryske Marren;

  • c.

    de voorwaarde voor SMI-kinderopvang zoals beschreven in artikel 2 vervalt;

  • d.

    er is zonder geldige reden niet of niet volledig gebruik gemaakt is van de kinderopvang;

  • e.

    de hoogte van de tegemoetkoming is vastgesteld op grond van onjuiste of onvolledig verstrekte inlichtingen en de ouder had redelijkerwijs kunnen begrijpen dat de tegemoetkoming geheel of gedeeltelijk ten onrechte is uitbetaald;

Artikel 9: Uitbetaling van de tegemoetkoming SMI-kinderopvang

  • 1.

    De tegemoetkoming wordt één keer per maand uitbetaald op basis van een ingediende declaratie voor SMI-kinderopvang.

  • 2.

    De declaratie wordt uitbetaald aan de instelling voor kinderopvang of aan ouders.

  • 3.

    De declaratie wordt niet aan ouders uitbetaald wanneer er sprake is van een bewindvoerder.

Artikel 10: Verplichting

  • 1.

    De ouder is verplicht alle relevante wijzigingen die van invloed kunnen zijn op de tegemoetkoming in de kosten voor de SMI-kinderopvang onmiddellijk bij het college te melden.

  • 2.

    De ouder verstrekt op verzoek van het college, binnen een door het college te stellen redelijke termijn, alle gegevens en inlichtingen die voor het recht op en de hoogte van de tegemoetkoming van belang zijn.

Artikel 11: Terugvordering

Indien het college op grond van artikel 8 de tegemoetkoming SMI-kinderopvang heeft herzien of heeft ingetrokken kan het college de als gevolg daarvan ten onrechte verstrekte tegemoetkoming van de ouder terugvorderen.

Artikel 12: Verantwoording

Het college kan binnen twee jaar na de beëindiging van de SMI-kinderopvang verlangen dat de ouder aantoont dat de gegevens waar de tegemoetkoming op is gebaseerd juist zijn door overlegging van een jaaropgave van de kinderopvangorganisatie of gastouder en de aanslag inkomstenbelasting van het betreffende jaar.

Artikel 13: Hardheidsclausule

Het college kan de bepalingen in deze verordening buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover toepassing gelet op het belang van de ouder, het kind of beiden zal leiden tot een onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 14: Slotbepalingen

  • 1.

    De verordening is uitsluitend van toepassing op aanvragen voor een tegemoetkoming in de kosten van SMI-kinderopvang op basis van een Sociaal Medische Indicatie die op of na de datum van inwerkingtreding zijn ingediend.

  • 2.

    De verordening treedt in werking de dag na bekendmaking.

  • 3.

    De verordening wordt aangehaald als: Verordening tegemoetkoming kosten SMI-kinderopvang De Fryske Marren.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 13 februari 2019,

de griffier, de voorzitter,

H.A. van Dijk-Beekman F. Veenstra