Beleidsregels vaststellen noodzakelijkheid zakelijke parkeervergunning

Geldend van 01-02-2007 t/m heden

Intitulé

Beleidsregels vaststellen noodzakelijkheid zakelijke parkeervergunning

(uitwerking artikel 6 lid 2 “Verordening parkeervergunningen De Ronde Venen 2007” )

Artikel 6 lid 4:

Het college stelt nadere regels voor het beoordelen of een zakelijke parkeervergunning noodzakelijk is in het belang van de beroeps- of bedrijfsuitoefening van een rechtspersoon.

Het uitgeven van een zakelijke parkeervergunning is in het belang van de beroeps- of bedrijfsuitoefening:

  • 1.

    indien de rechtspersoon binnen een parkeervergunningzone is gevestigd en/of binnen een parkeervergunningzone haar bedrijf of beroep uitoefent.

  • 2.

    indien de werkzaamheden in het kader waarvan de vergunning wordt verleend vrijwel dagelijks terugkeren (minimaal 3 werkdagen per week)

  • 3.

    indien het gebruik noodzakelijk is voor de primaire bedrijfsuitoefening van de rechtspersoon, dat wil zeggen ten behoeve van de hoofdactiviteiten van het bedrijf.

Wat noodzakelijk is voor de primaire bedrijfsuitoefening is niet limitatief op te sommen. Indicaties hiervoor kunnen zijn:

    • -

      ambulante bedrijfsvoering;

    • -

      omschrijving van de feitelijke werkzaamheden waaruit de noodzakelijkheid blijkt (om dit aan te tonen kan de dagindeling omschreven worden, de taakverdeling binnen het bedrijf en dergelijke);

    • -

      de bedrijfsvoering moet normale doorgang kunnen vinden;

    • -

      de regels betreffende laden en lossen bieden niet voldoende mogelijkheid voor bedrijfsuitoefening. (Deze regels staan in het handhavingsbeleid: bestuurders van voertuigen die onmiddellijk laden en lossen worden gedurende tien minuten niet bekeurd). Als noodzakelijk voor bedrijfsuitoefening wordt in ieder geval niet aangemerkt:

    • -

      woon-werkverkeer;

    • -

      het vervoeren van de financiële dagopbrengst en andere geldtransporten.

    • 4.

      in bijzondere gevallen kunnen burgemeester en wethouders, ook al wordt niet voldaan aan de noodzakelijkheid, toch een zakelijke parkeervergunning verlenen. Een dergelijk bijzonder geval is als aanvrager kan aantonen niet over een redelijk vervoersalternatief te kunnen beschikken. Dit is het geval als de reistijd per openbaar vervoer enkele reis (inclusief voor- en natransport) meer dan 1,5 uur duurt en tweeënhalf maal de reistijd per auto in beslag neemt.

Vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders op 14 november 2006

Vaststellen noodzakelijkheid bewonersparkeervergunning:

  • 1.

    aanvragers van een bewonersparkeervergunning krijgen jaarlijks in november van de gemeente een door burgemeester en wethouders vastgesteld ‘aanvraagformulier bewonersparkeervergunning’ toegestuurd. Dit aanvraagformulier kan ook te allen tijde aan de balie bij Publiek Zaken in de hal van het gemeentehuis worden verkregen. Gelijk met de inlevering van het aanvraagformulier dient een kopie van het kentekenbewijs te worden bijgevoegd. Op basis van de informatie die met het aanvraagformulier wordt aangeleverd, kunnen burgemeester en wethouders gemotiveerd een besluit nemen over het al dan niet verlenen van de bewonersparkeervergunning.

  • 2.

    indien de informatie die met het aanvraagformulier wordt aangeleverd onvoldoende is, wordt onmiddellijk schriftelijk nadere informatie gevraagd conform artikel 3.18 Awb. Wanneer de informatie niet, niet goed of niet tijdig wordt geleverd, volgt een niet-ontvankelijkheidsverklaring van de aanvraag conform artikel 4.5 Awb.

  • 3.

    over aanvragen die duidelijk zijn in het al dan niet noodzakelijk zijn van de vergunning wordt een gemotiveerd besluit genomen over de verlening of weigering.

  • 4.

    aanvragen waarbij twijfel is over de noodzakelijkheid worden voorgelegd aan een beleidsmedewerker verkeer en vervoer van het cluster verkeer van de afdeling Ruimtelijke Ordening, Volkshuisvesting en Milieu. Zonodig hoort de beleidsmedewerker de aanvrager. De beleidsmedewerker brengt advies uit aan de afdeling Publiek Zaken over het te nemen besluit.

Vaststellen noodzakelijkheid zakelijke parkeervergunning:

  • 1.

    aanvragers van een zakelijke parkeervergunning dienen bij de afdeling Publiek Zaken schriftelijk, met aan te geven argumenten, aan te tonen dat het hebben van een zakelijke parkeervergunning vanwege de bedrijfsuitoefening noodzakelijk is. Burgemeester en wethouders hebben hiertoe een ‘aanvraagformulier zakelijke parkeervergunning’ vastgesteld waarop naast de algemene bedrijfsgegevens, de hoofdactiviteiten dienen te worden aangegeveneeee. Dat dit de hoofdactiviteiten betreft, wordt ondersteund met een kopie van de inschrijving bij de Kamer van Koophandel en het visitekaartje van de aanvrager. Tevens dient een kopie van het kentekenbewijs te worden bijgevoegd. Op basis van de informatie die met het aanvraagformulier wordt aangeleverd, kunnen burgemeester en wethouders gemotiveerd een besluit nemen over het al dan niet verlenen van de zakelijke parkeervergunning.

  • 2.

    indien de informatie die met het aanvraagformulier wordt aangeleverd onvoldoende is, wordt onmiddellijk schriftelijk nadere informatie gevraagd conform artikel 3.18 Awb. Wanneer de informatie niet, niet goed of niet tijdig wordt geleverd, volgt een niet-ontvankelijkheidsverklaring van de aanvraag conform artikel 4.5 Awb.

  • 3.

    over aanvragen die duidelijk zijn in het al dan niet noodzakelijk zijn van de vergunning wordt een gemotiveerd besluit genomen over de verlening of weigering.

  • 4.

    aanvragen waarbij twijfel is over de noodzakelijkheid worden voorgelegd aan een beleidsmedewerker verkeer en vervoer van het cluster verkeer van de afdeling Ruimtelijke Ordening, Volkshuisvesting en Milieu. Zonodig hoort de beleidsmedewerker de aanvrager. De beleidsmedewerker brengt advies uit aan de afdeling Publiek Zaken over het te nemen besluit.