Regeling vervallen per 01-01-2020

Legesverordening 2018

Geldend van 21-12-2018 t/m 31-12-2019

Intitulé

Legesverordening 2018

De raad van de gemeente DE WOLDEN; 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 27 november 2018;

 

gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onder h, en artikel 216 en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet, en de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet

 

Besluit:

 

vast te stellen de volgende verordening:

 Verordening op de heffing en de invordering van leges 2019(Legesverordening 2019).

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    ’dag’: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    ’week’: een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • c.

    ’maand’: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de nee dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;

  • d.

    ’jaar’: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • e.

    'kalenderjaar': de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2 Belastbaar feit

  • 1.

    Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

    a. het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

    b. het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument; een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

  • 2.

    Hetgeen in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel is bepaald over een Nederlandse identiteitskaart voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is van overeenkomstige toepassing op een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor personen met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

  • b.

    diensten die ingevolge wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend;

  • c.

    het in behandeling nemen van aanvragen van verklaringen omtrent inkomen en vermogen

  • d.

    het in behandeling nemen van aanvragen tot afgifte van afdrukken van voorstellen, rapporten, adressen en andere stukken welke vanwege administratieve diensten van de gemeente worden vermenigvuldigd en aan de gemeenteraad worden overlegd, indien zij worden gevraagd door de publiciteitsmedia ten behoeve van nieuwsverspreiding.

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1.

    De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2.

    Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1.

    1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    a. mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    b. schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 14 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Vermindering of teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en de volgende hoofdstukken of onderdelen van Titel 1 van de tarieventabel betreft:

  • i.

    onderdeel 1.1.5 (akten burgerlijke stand);

  • ii.

    hoofdstuk 2 (reisdocumenten);

  • iii.

    hoofdstuk 3 (rijbewijzen);

  • iv.

    hoofdstuk 6 (gereserveerd);

  • v.

    onderdeel 1.9 1/1.9.1.1 (verklaring omtrent het gedrag);

  • vi.

    hoofdstuk 16 (kansspelen);

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11 Nadere regels door het college van Burgemeester en Wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 12 Hardheidsclausule

Indien strikte toepassing van deze verordening zou leiden tot onvoorziene onbillijkheden van overwegende aard kan het college van burgemeester en wethouders afwijken van het bepaalde in deze verordening.

Artikel 13 Overgangsrecht en slotbepalingen

  • 1.

    De ‘Legesverordening 2018’ van 14 december 2017, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 14, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 14, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

  • 3.

    Tot het moment dat het voorstel van Rijkswet tot vaststelling van de Wet digitale overheid (Kamerstukken 34972) tot wet is verheven bedraagt het tarief in de legestabel onder 1.3.1, € 39,75. Zodra de Wet digitale overheid in werking treedt is het onder 1.3.1. opgenomen tarief in de tarieventabel van toepassing.

Artikel 14 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2019.

  • 3.

    Deze verordening wordt aangehaald als: ‘Legesverordening 2019’.

Ondertekening

Zuidwolde, 20 december 2018
De raad voornoemd,
griffier, voorzitter,
drs. I.J. Gehrke, R.T. de Groot

Legestabel

Legestabel 2019

Legestabel

 art.nr

tarieventabel legesverordening 2019

tarief

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand

1.1.1

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap, of omzetting van een partnerschap, met plechtigheid, buiten de in het "Reglement burgerlijke stand" bepaalde kostenloze tijdstippen, op:

1.1.1.1

maandag, dinsdag, woensdag, donderdag, vrijdag of zaterdag

€ 520,90

iedere dag: een toeslag op het in 1.1.1.1 genoemde tarief:

1.1.1.2

indien er sprake is van een buitengewoon tijdstip als bedoeld in het "Reglement burgerlijke stand" wordt het onder 1.1.1.1. genoemde tarief verhoogd met

€ 98,35

1.1.1.3

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap, of omzetting van een partnerschap, met eenvoudige plechtigheid als bedoeld in artikel 3 lid 5 van het Reglement Burgerlijke stand 2018

€ 155,00

1.1.1.4

Het tarief voor de omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk zonder ceremonie, buiten de kostenloze tijdstippen bedraagt

€ 65,00

1.1.1.5

Wanneer een huwelijk of geregistreerd partnerschap (of de omzetting van een geregistreerd partnerschap in huwelijk, met ceremonie), binnen 4 weken voor de dag van het huwelijk of geregistreerd partnerschap wordt geannuleerd, omdat het huwelijk of geregistreerd partnerschap in een andere gemeente zal worden aangegaan, bedraagt het tarief

€ 75,00

Het tarief bedraagt voor:

1.1.2

het verstrekken van een trouwboekje of partnerschapboekje

€ 29,60

1.1.3

het beschikbaar stellen van een getuige bij een kostenloze huwelijksvoltrekking of kostenloos geregistreerd partnerschap, per getuige

€ 25,45

1.1.4

het verstrekken van een verklaring huwelijksbevoegdheid als opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand*

€ 23,60

1.1.5

het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand (uittreksel burgerlijke stand) opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand*

€ 13,40

1.1.6

het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk (meertalig modelformulier) als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onder c van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand.*

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart

1.2

Het tarief bedraagt op basis van het 'Besluit Paspoortgelden' voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag:

1.2.1

van een nationaal paspoort:

1.2.1.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is*

€ 71,35

1.2.1.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt*

€ 53,95

1.2.2

van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel 1.2.1 (zakenpaspoort):

1.2.2.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is*

€ 71,35

1.2.2.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt*

€ 53,95

1.2.3

van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort):

1.2.3.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is*

€ 71,35

1.2.3.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt*

€ 53,95

1.2.4

van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen*

€ 53,95

1.2.5

van een Nederlandse identiteitskaart:

1.2.5.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is*

€ 52,20

1.2.5.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt*

€ 29,95

1.2.6

voor een spoedlevering van de in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemde documenten, de in die onderdelen genoemde leges vermeerderd met een bedrag van*

€ 48,60

1.2.7

Het tarief bedraagt voor het bezorgen van een document als genoemd in Hoofdstuk 2 binnen Nederland m.u.v. de Waddeneilanden en de luchthavens, op werkdagen(zodra deze voorziening mogelijk is).

€ 4,95

1.2.8

bij gelijktijdige bezorging van meerdere documenten binnen een gezin en op één bezorgadres worden geen extra kosten berekend.

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

1.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs*

€ 43,05

1.3.2

Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met*

€ 34,10

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de Gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens

1.4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd.

1.4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking (waaronder uittreksels BRP)

€ 11,00

1.5

Hoofdstuk 5 Verstrekkingen uit het Kiezersregister(gereserveerd)

1.6

Hoofdstuk 6 Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens(gereserveerd)

Hoofdstuk 7 Bestuursstukken

1.7.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van nota's/rapporten/stukken :

1.7.1.1

0 - 25 pagina's

€ 10,90

1.7.1.2

25 - 50 pagina's

€ 21,85

1.7.1.3

50 - 100 pagina's

€ 43,80

1.7.1.4

100 - 200 pagina's

€ 58,35

1.7.1.5

200 - 300 pagina's

€ 87,55

1.7.1.6

300 of meer pagina's

€ 106,10

1.7.1.7

op electronische gegevensdrager, per 100 mb

€ 32,10

Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie

1.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.8.1.1

tot informatieverstrekking uit de kadastrale registraties via kadaster online*

€ 14,80

1.8.1.2

tot informatieverstrekking uit de kadastrale kaart in de vorm van een bestand of een (grootformaat) plot, per besteed kwartier of gedeelte hiervan

€ 26,20

1.8.1.3

tot herstel van, door de gemeente gemarkeerde kadastrale grenspunten in de vorm van buizen per besteed kwartier, of gedeelte hiervan

€ 52,40

1.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag

1.8.2.1

om een huisnummerbeschikking, voor het eerste uur of gedeelte daarvan

€ 105,00

1.8.2.2

om een huisnummerbeschikking, indien de tijdsbesteding meer bedraagt dan een uur, per kwartier of gedeelte daarvan boven het in 1.8.2.1 genoemde tarief

€ 26,20

1.8.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.8.3.1

van het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder a en b, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder c, van die wet

€ 15,25

1.8.3.2

Het in behandeling nemen van een verzoek om toelichting op een inzage in de gemeentelijke Wkpb-administratie, per besteed kwartier of gedeelte hiervan

€ 26,20

Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken (verklaringen/bewijzen/legalisatie)

1.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.9.1

tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag-leges Gemeente *

€ 7,50

1.9.1.1

tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag-leges Rijk*

€ 33,85

1.9.2

tot het verkrijgen van een bewijs van in leven zijn (attestatie de vita) als opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand*

€ 13,20

1.9.3

tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening

€ 5,95

1.9.4

Het tarief bedraagt voor het schriftelijk verstrekken van gegevens bedoeld in artikel 17, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen*

€ 2,27

Hoofdstuk 10 Gemeentearchief

1.10.1

Het tarief bedraagt voor het op verzoek (niet zijnde een WOB verzoek) doen van nasporingen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier, of gedeelte daarvan

€ 26,20

1.11

Hoofdstuk 11 Huisvestingswet(gereserveerd)

tarieventabel legesverordening 2019

tarief

Hoofdstuk 12 Leegstandwet

1.12

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.12.1

tot het verlenen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet

€ 54,30

1.12.2

tot het verlengen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, negende lid, van de Leegstandwet

€ 27,10

1.13

Hoofdstuk 13 Gemeentegarantie(gereserveerd)

1.14

Hoofdstuk 14 Marktstandplaatsen(gereserveerd)

Hoofdstuk 15 Winkeltijdenwet

1.15

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.15.1

voor een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet of het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet

€ 22,80

Hoofdstuk 16 Kansspelen

1.16.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

1.16.1.1

voor één kansspelautomaat, welke vergunning geldt voor onbepaalde tijd*

€ 226,50

1.16.1.2

voor twee kansspelautomaten, welke vergunning geldt voor onbepaalde tijd*

€ 362,50

1.16.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning)

€ 22,80

Hoofdstuk 17 Kinderopvang (gereserveerd)

Hoofdstuk 18 Telecommunicatie

1.18.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in de AVOI verordening

€ 329,35

1.18.1.1

indien de melder verzoekt om een inhoudelijke afstemming bij de beoordeling van aanvragen als bedoeld in de AVOI verordening wordt het tarief verhoogd met

€ 395,10

Hoofdstuk 19 Verkeer en vervoer

1.19

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.19.1

tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)

€ 47,40

Hoofdstuk 20 Diversen

1.20.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.20.1.1

tot verkrijgen Nederlanderschap-enkelv/standaard - leges Gemeente.D*

€ 187,00

1.20.1.2

tot verkrijgen Nederlanderschap-enkelv/standaard - leges Rijk.D*

€ 694,00

1.20.1.3

tot verkrijgen Nederlanderschap-enkelv/verlaagd - leges Gemeente.F*

€ 187,00

1.20.1.4

tot verkrijgen Nederlanderschap-enkelv/verlaagd- leges Rijk.F*

€ 468,00

1.20.1.5

tot verkrijgen Nederlanderschap-gez/standaard- leges Gemeente.E*

€ 319,00

1.20.1.6

tot verkrijgen Nederlanderschap-gez/standaard- leges Rijk.E*

€ 805,00

1.20.1.7

tot verkrijgen Nederlanderschap-gez/verlaagd - leges Gemeente.G*

€ 319,00

1.20.1.8

tot verkrijgen Nederlanderschap-gez/verlaagd- leges Rijk.G*

€ 580,00

1.20.1.9

tot medeverlening van het Nederlanderschap aan een minderjarige als bedoeld in art 11, lid 1 RWN, per minderjarige(meenaturaliseren)-Leges Rijk.H*

€ 109,00

1.20.1.9a

tot medeverlening van het Nederlanderschap aan een minderjarige als bedoeld in art 11, lid 1 RWN, per minderjarige(meenaturaliseren)-Leges Gemeente.H*

€ 21,00

Het tarief bedraagt voor:

1.20.1.10

Het afleggen van een optie ter verkrijging van het Nederlanderschap (enkelvoudig) A*

€ 187,00

1.20.1.11

Het afleggen van een optie ter verkrijging van het Nederlanderschap (gemeenschappelijk)B*

€ 319,00

1.20.1.12

een verzoek tot medeopteren, per minderjarige. C*

€ 21,00

1.20.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.20.2.1

afschriften, scans, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

1.20.2.2

per pagina A4-formaat

€ 0,40

1.20.2.3

per pagina A3-formaat

€ 0,50

1.20.2.4

per pagina A2-formaat

€ 10,40

1.20.2.5

per pagina A1-formaat

€ 13,90

1.20.2.6

per pagina A0-formaat

€ 14,50

1.20.2.7

vervallen

1.20.2.7

een kopie van een bouw-/milieutekening

€ 10,00

1.20.2.8

een scan van een bouw-/milieutekening

€ 5,00

1.20.2.9

het verstrekken van een bodemonderzoekrapport, per rapportage

€ 39,90

1.20.3

Het tarief bedraagt voor een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen

€ 22,80

1.20.4

Het tarief bedraagt voor het op verzoek uitvoeren van werkzaamheden, per besteed kwartier, of gedeelte daarvan

€ 26,20

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

2.1.1

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

2.1.1.1

Aanlegkosten:

De aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;

2.1.1.2

Bouwkosten:

De aannemingssom, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk of het bedrag waarvoor de aannemer zich heeft verbonden het werk tot stand te brengen (de aannemingssom), de omzetbelasting daarin niet begrepen;

Wanneer de aanneemsom als bedoeld in 2.1.1.2 ontbreekt, een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen, op basis van de op artikel 11 van de legesverodening vastgestelde nadere regels.

2.1.1.3

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

2.1.1.3.1

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

2.1.1.3.2

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag

2.2

Het tarief voor het in behandeling nemen van een concept- aanvraag bedraagt

€ 312,90

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

2.3.1

Bouwactiviteiten

2.3.1.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief,onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: 2,94% van de bouwkosten met een minimumbedrag van:

€ 248,60

2.3.1.1.2

Het overeenkomstig 2.3.1.1 berekende bedrag bedraagt maximaal

€ 325.085

2.3.1.1.3

Indien de aanvraag voor indiening is getoetst door een architect voorkomend op de lijst met toegelaten architecten, waarmee is voldaan aan de indieningsvereisten voor een balievergunning, bedraagt de korting op het overeenkomstig artikel 2.3.1.1. berekende bedrag

10%

Achteraf ingediende aanvraag

2.3.1.2

Indien een aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van een activiteit wordt het onder 2.3.1.1 geheven legesbedrag verhoogd met

€ 257,50

Aanlegactiviteiten(het uitvoeren van een werk/werkzaamheden)

2.3.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 123,45

Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit

2.3.3

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 en en het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

2.3.3.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 231,00

2.3.3.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking):

€ 231,00

2.3.3.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

€ 2.500,00

2.3.3.4

indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking):

€ 231,00

2.3.3.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€ 231,00

2.3.3.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

€ 231,00

2.3.3.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

€ 231,00

2.3.3.8

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 231,00

2.3.4

Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit

2.3.4.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

2.3.4.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 231,00

2.3.4.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking):

€ 231,00

2.3.4.4

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

€ 2.500,00

2.3.4.5

vervallen

2.3.4.6

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€ 231,00

2.3.4.7

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

€ 231,00

2.3.4.8

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

€ 231,00

2.3.4.9

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 231,00

2.3.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag van een ontheffing van het verbod tot wijziging van het gebruik van gronden of bouwwerken als bedoeld in artikel 3.7, vierde lid, van de Wet ruimtelijke ordening

€ 123,45

2.3.5.1

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 232,90

vermeerderd met een toeslag voor het bouwwerk met een oppervlakte van:

2.3.5.1.1

0 t/m 100m2

€ 139,00

2.3.5.1.2

101 t/m 500m2

€ 139,00

2.3.5.1.3

vermeerderd met een bedrag per m2, van

€ 1,08

2.3.5.1.4

501 t/m 2.000m2

€ 695,40

2.3.5.1.5

vermeerderd met een bedrag per m2, van

€ 0,37

2.3.5.1.6

2.001 t/m 5.000m2

€ 1.738,50

2.3.5.1.7

vermeerderd met een bedrag per m2, van

€ 0,08

2.3.5.1.8

5.001 t/m 50.000m2

€ 2.432,55

2.3.5.1.9

vermeerderd met een bedrag per m2, van

€ 0,01

2.3.5.1.10

meer dan 50.000m2

€ 4.518,70

2.3.5.1.11

vermeerderd met een bedrag per m2, van

€ 0,01

2.3.5.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag van een vergunning met betrekking tot het brandveilig gebruik van een inrichting, als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Brandbeveiligingsverordening, 10% van de op grond 2.3.5.1 t/m 2.3.5.1.11 verschuldigde leges

2.3.5.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een tijdelijke aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking hebbende op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, 10 % van de op grond van 2.3.5.1 t/m 2.3.5.1.11 verschuldigde leges

2.3.6

Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten

2.3.6.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening aangewezen monument, waarvoor op grond van die provinciale verordening of een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief,onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

2.3.6.1.1

voor het verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument:

€ 166,85

2.3.6.1.2

voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

€ 166,85

2.3.6.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, van de Wabo, op het slopen van een bouwwerk in een krachtens provinciale verordening aangewezen stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder c, van de Wabo, waarvoor op grond van die provinciale verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief,onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 135,90

2.3.7

Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht

2.3.7.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

2.3.7.1.1

in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, of waarvoor op grond van een provinciale verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wabo

€ 135,90

Asbestinventarisatierapport

2.3.7.2

Indien een asbestinventarisatierapport noodzakelijk is, wordt voor de beoordeling van dit rapport het onder 2.3.7.1.1 genoemde tarief, verhoogd met

€ 53,75

2.3.7.2.1

Ingeval het onder 2.3.7.2 genoemde rapport meer dan 1 adres betreft wordt het onder 2.3.7.2 genoemde tarief, per adres, verhoogd met

€ 6,25

2.3.7.3

Indien een sloopveiligheidsplan noodzakelijk is, wordt voor de beoordeling van dit plan het onder 2.3.7.1.1 genoemde tarief verhoogd met

€ 53,75

2.3.7.3.1

Ingeval het onder 2.3.7.3 genoemde plan meer dan 1 adres betreft wordt het onder 2.3.7.3 genoemde tarief, per adres, verhoogd met

€ 6,25

Aanleggen of veranderen weg

2.3.8

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder d, van de Wabo in samenhang met de provinciale wegenverordening of het provinciaal wegenreglement of artikel 2:11 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 123,45

2.3.8.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo in samenhang met de provinciale wegenverordening of het provinciaal wegenreglement of artikel 2:12 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 107,45

Kappen

2.3.9

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo in samenhang artikel 4:11 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 113,90

2.3.10

vervallen

2.3.11

vervallen

2.3.12

Vergunningen op grond van de Wet natuurbescherming (gebiedsbescherming)

2.3.12.1

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag van een vergunning voor het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door de minister aangewezen gebied als bedoeld in artikel 2.7, lid 2 Wet natuurbescherming, bedraagt:

€ 836,00

2.3.13

Ontheffingen op grond van de Wet natuurbescherming (soortenbescherming)

2.3.13.1

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een ontheffing als bedoeld in artikel 3.3, eerste en tweede lid, artikel 3.8, eerste lid of artikel 3.10, tweede lid Wet natuurbescherming, indien de ontheffing wordt verleend met het oog op andere belangen dan de belangen genoemd in de artikelen 3.3, lid 4 sub b onder 3 jo. 3.8, lid 5, sub b onder 2 jo. 3.10 lid 2 sub b Wet natuurbescherming bedraagt

€ 1.900,80

2.3.13.2

In afwijking van artikel 2.3.13.1 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een ontheffing:

2.3.13.2.1

Ten behoeve van ruimtelijke ontwikkelingen van particulieren, die niet handelen in het kader van beroep of bedrijf

€ 0,00

2.3.13.2.2

Ten behoeve van kleinschalige (maximaal voor 1 adres) ruimtelijke ontwikkelingen van ondernemers (waaronder begrepen stichtingen en verenigingen) die gerealiseerd worden als gevolg van de opgave die er ligt voor het verwijderen van asbest

€ 341,00

2.3.13.2.3

Ten behoeve van onderzoek of onderwijsdoelstellingen

€ 341,00

2.3.13.2.4

In afwijking van artikel 2.3.13.1 bedraagt het tarief voor het wijzigen van de duur van de ontheffing of een wijziging van ondergeschikt belang (geen uitgebreide ecologische toetsing vereist)

€ 341,00

2.3.14

Andere activiteiten

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:

2.3.14.1

behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 268,70

2.3.14.2

behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 107,45

2.3.14.2.1

als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning. Als de activiteit in geen enkel geval kan worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 107,45

2.3.15

Omgevingsvergunning in twee fasen

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.15.1

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft.

2.3.15.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

2.3.16

Beoordeling bodemrapport

Onverminderd het bepaalde in andere onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:

2.3.16.1

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport

€ 76,50

2.3.16.2

voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport

€ 52,90

2.3.16.3

Indien de resultaten ook digitaal conform SIKB 0101 zijn aangeleverd geldt op het in 2.3.16.1 genoemde tarief een korting van

25%

2.3.16.4

Voor de beoordeling van de resultaten van een historisch onderzoek

€ 34,50

2.3.17

Doorrekenen tarieven derden

Onverminderd het bepaalde in andere onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij algemene maatregel van bestuur, provinciale of gemeentelijke verordening aangewezen bestuursorgaan of andere (rijks)instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.26, van de Wabo, het tarief welke door het betreffende aangewezen bestuursorgaan of andere instantie in rekening wordt gebracht.

Welstand

2.3.17.1

De tarieven die voorgaand onder hoofdstukken 1, 2 en 3 zijn genoemd worden verhoogd met de kosten voor een welstandsadvies, uitgebracht voor de specifieke activiteit of het project, verhoogd met 12% zijnde de kosten van het burgerlid dat namens de gemeente zitting heeft in de welstandscommissie.

De advieskosten worden per activiteit en of project berekend, op basis van de opgegeven (bouw)kosten, waarbij ingeval de adviesaanvraag meerdere woningen betreft, de advieskosten per woning worden berekend.

Etage- en galerijwoningen worden beschouwd als één blok. Het tarief wordt berekend naar de totale bouwsom van het bouwblok. Voor de toepassing van het vorenstaande wordt onder "bouwsom" verstaan een opgave van de aannemingssom - zoals bedoeld in 2.1.1.2

2.3.18

Verklaring van geen bedenkingen

2.3.18.1

Onverminderd het bepaalde in andere onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, van de Wabo:

2.3.18.1.1

indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven

€ 53,75

2.3.18.1.2

indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:het tarief welke door het betreffende aangewezen bestuursorgaan of andere instantie in rekening wordt gebracht

Hoofdstuk 4 Verhoging en vermindering

2.4.1.

vervallen

2.4.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning vooraf is gegaan door een conceptaanvraag en de aanvraag overeenkomt met de conceptaanvraag, bestaat aanspraak op vermindering van het legesbedrag van de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft met het legesbedrag dat op basis van artikel 2.2 is bepaald voor het in behandeling nemen van de conceptaanvraag

2.4.3

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning vooraf is gegaan door een planologische principe uitspraak en de aanvraag overeenkomt met de principe uitspraak, bestaat aanspraak op vermindering van het legesbedrag van de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft met

€ 215,10

2.4.4

Hoofdstuk 4 heeft geen betrekking op de artikelen 2.3.1.1.2, 2.3.7.1.2, 2.3.7.1.3, 2.3.17 en 2.3.18

Hoofdstuk 5 Teruggaaf

2.5.1

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag, buiten behandeling laten of weigering van een omgevingsvergunning met uitzondering van artikel 2.1, lid 1, onder e van de Wabo

Wanneer een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een activiteit of een project intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, met dien verstande dat altijd het minimumbedrag verschuldigd blijft. De teruggaaf bedraagt:

2.5.1.1

indien na het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een omgevingsvergunning, doch voor het verlenen van de vergunning, deze aanvraag wordt ingetrokken

50%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

2.5.1.2

indien de gevraagde vergunning wordt geweigerd

25%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

2.5.1.3

vervallen

2.5.1.4

Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.1.2 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking bij rechterlijke uitspraak.

2.5.1.5

Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18 wordt geen teruggaaf verleend.

2.5.1.6

De artikelen 2.5.1 t/m 2.5.1.5 zijn niet van toepassing op artikel 2.3.1.1.2, 2.3.7.1.2 en 2.3.7.1.3

Hoofdstuk 6 (gereserveerd)

Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

2.7

Indien een aanvraag tot verkrijging van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het bouwen in afwijking van een eerder ingediend bouwplan, waarvoor reeds een vergunning is verleend, maar waarvan nog geen gebruik is gemaakt en deze is ingediend binnen 2 jaar na het onherroepelijk worden van het oorspronkelijke bouwplan, worden de voor de oorspronkelijke vergunning geheven leges verrekend met het bedrag dat verschuldigd is door toepassing van de tariefsberekening onder 2.3.1.1, met dien verstande dat altijd het minimale bedrag verschuldigd blijft.

Het vorenstaande vindt geen toepassing als de afwijking zodanig is dat, naar de omstandigheden beoordeeld, van een nieuw bouwplan sprake is.

2.7.1

Indien een aanvraag tot verkrijging van een omgevingsvergunning een voortzetting is van een eerder ingediend bouwplan waarvoor de vergunning is geweigerd of ingetrokken of dat niet is behandeld, worden de voor de oorspronkelijke aanvraag tot verkrijging van een omgevingsvergunning 'activiteit bouwen' geheven leges verrekend met het bedrag dat verschuldigd is door toepassing van de tariefberekening onder 2.3.1.1, met dien verstande dat altijd het minimale bedrag verschuldigd blijft

2.7.2

Indien een aanvraag tot verkrijging van een omgevingsvergunning (activiteiten genoemd in artikelen 2.1. en 2.2 van de Wabo muv activiteit bouw) betrekking heeft op een eerder ingediende aanvraag om omgevingsvergunning die is geweigerd of ingetrokken, en deze aanvraag binnen een jaar na deze aanvraag wordt ingediend, worden de leges geheel verrekend.

Het vorenstaande vindt geen toepassing als de afwijking zodanig is dat naar de omstandigheden beoordeeld van een nieuw bouwplan sprake is.

Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

2.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening

€ 2.384,90

2.8.1.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in 2.8.1 en dit bestemmingsplan passend is binnen vastgestelde beleidsuitgangspunten (conform wijzigingsprocedures uit vml. bestemmingsplan Buitengebied De Wolden)

€ 654,20

2.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a en b, van de Wet ruimtelijke ordening

€ 654,20

2.8.3

Het tarief bedraagt voor in het behandeling nemen van een verzoek om een planologische principe-uitspraak

€ 312,90

Hoofdstuk 9 (gereserveerd)

Hoofdstuk 10 Overige

2.10

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van inlichtingen uit het bestemmingsplan en bodem- en milieuinformatie per verstrekking

€ 110,00

2.10.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van informatie uit het gemeentelijk bodeminformatiesysteem:

2.10.2

per kwartier of gedeelte daarvan, op basis van het daarvoor beschikbaar gestelde formulier

€ 26,20

2.10.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking

€ 107,65

2.10.4

wanneer een aanvraag omgevingsvergunning wordt ingediend en na beoordeling blijkt dat de gevraagde activiteit vergunningvrij kan worden uitgevoerd en de aanvraag daardoor niet verder wordt behandeld wordt voor deze aanvraag geen leges in rekening gebracht.

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

Hoofdstuk 1 Horeca

3.1.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Drank- en Horecawet

€ 201,40

3.1.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot een wijziging van een reeds verleende vergunning ingevolge artikel 3 van de Drank- en Horecawet.

€ 67,15

3.1.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet

€ 80,60

3.1.4

vervallen

Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten

3.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld artikel 2, eerste lid, van de Evenementenverordening , indien het betreft:

3.2.1.1

een C-evenement

€ 159,00

3.2.1.2

een A- of B-evenement

€ 22,80

Hoofdstuk 3 Seksbedrijven

3.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

3.3.1

een exploitatievergunning of wijziging van een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 3:4, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening, anders dan een wijziging bedoeld in onderdeel 3.3.2:

3.3.1.1

voor een seksinrichting

€ 1.000,00

3.3.1.2

voor een escortbedrijf

€ 691,70

3.3.2

wijziging van een exploitatievergunning in verband met uitsluitend een wijziging van het beheer in een seksinrichting of escortbedrijf, als bedoeld in artikel 3:15, tweede lid, van de Algemene plaatselijke verordening:

3.3.2.1

voor een seksinrichting

€ 87,35

3.3.2.2

voor een escortbedrijf

€ 87,35

Hoofdstuk 4 Splitsingsvergunning woonruimte

(gereserveerd)

Hoofdstuk 5 Leefmilieuverordening

(gereserveerd)

Hoofdstuk 6 Brandbeveiligingsverordening

3.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een gebruiksvergunning als bedoeld in in artikel 2.11.1 van het Besluit brandveilig gebruik bouwwerken

€ 274,10

vermeerderd met een toeslag voor het bouwwerk met een oppervlakte van:

3.6.1

0 t/m 100m2

€ 139,00

3.6.2

101 t/m 500m2

€ 139,00

3.6.2.1

vermeerderd met een bedrag per m2, van

€ 1,08

3.6.3

501 t/m 2.000m2

€ 695,40

3.6.3.1

vermeerderd met een bedrag per m2, van

€ 0,37

3.6.4

2.001 t/m 5.000m2

€ 1.738,50

3.6.4.1

vermeerderd met een bedrag per m2, van

€ 0,08

3.6.5

5.001 t/m 50.000m2

€ 2.432,55

3.6.5.1

vermeerderd met een bedrag per m2, van

€ 0,01

3.6.6

meer dan 50.000m2

€ 4.518,70

3.6.6.1

vermeerderd met een bedrag per m2, van

€ 0,01

3.6.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag van een vergunning met betrekking tot het brandveilig gebruik van een inrichting, als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Brandbeveiligingsverordening, 10% van de op grond 3.6 t/m 3.6.6.1 verschuldigde leges

3.6.8

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een tijdelijke aanvraag van een gebruiksvergunning als bedoeld in artikel 2.11.4 van het Besluit brandveilig gebruik bouwwerken, 10 % van de op grond van de op grond van 3.6 t/m 3.6.6.1 verschuldigde leges

Hoofdstuk 7 Standplaatsvergunningen

3.7

Het tarief bedraagt voor de afgifte van een standplaatsvergunning als bedoeld in Hoofdstuk 5, afdeling 4 van de Algemene Plaatselijke Verordening, voor 2 dagen of meer

€ 104,35

3.8

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

€ 22,80

Behorende bij raadsbesluit van 20 december 2018, nr

De griffier van De Wolden,