Regeling vervallen per 01-01-2014

Kledingreglement Beroepsbrandweer

Geldend van 01-01-1998 t/m 31-12-2013

Intitulé

Kledingreglement Beroepsbrandweer

Burgemeester en wethouders van de gemeente De Wolden;

overwegende dat het wenselijk is om regels te stellen omtrent de kleding en uitrustingsstukken aan het Beroepsbrandweerpersoneel in dienst van de gemeente De Wolden;

dat op advies van de Regionale Brandweerorganisatie Drenthe het "model Assen" als concept heeft gediend om tot intergemeentelijke afstemming te komen;

gelet op artikel 15:1:16 van de UWO;

besluiten:

vast te stellen de volgende:

Verordening regelende de verstrekking van kleding en uitrustingsstukken aan het beroepsbrandweerpersoneel in dienst der gemeente De Wolden (kledingreglement beroepsbrandweer)

Artikel 1

1. Aan het Beroepsbrandweerpersoneel in dienst van de gemeente, kan van gemeentewege ten behoeve van de uitoefening van zijn dienst naar behoefte de in de bijlage vermelde kleding- en uitrustingsstukken, met inachtneming van de daarvoor geldende minimum draagtijden, worden verstrekt.

2. De verstrekkingen geschieden ten hoogste tot een omvang als is aangegeven in de bijlage.

3. De bevoegdheid tot aanvulling, wijziging of intrekking van de, in de voorgaande leden bedoelde, bijlage behoort aan het college van burgemeester en wethouders.

Artikel 2

1. De leden van het personeel, aan wie overeenkomstig de bepalingen deze verordening kleding- en uitrustingsstukken zijn verstrekt, zijn verplicht deze tijdens de uitoefening van de dienst te dragen, tenzij zulks door het hoofd van dienst niet noodzakelijk of met het oog op het seizoen of de weersgesteldheid ondoenlijk wordt geacht, dan wel het dragen hiervan op medisch advies is verboden.

2. Indien het in dit artikel bedoelde personeel gedurende tenminste drie kalendermaanden om gezondheids- of andere redenen niet werkelijk dienst heeft gedaan, wordt de minimum-draagtijd van de hem verstrekte kleding- en uitrustingsstukken verlengd met de niet in werkelijke dienst doorgebracht tijd.

3. De verstrekte kleding en uitrustingsstukken blijven het eigendom van de gemeente zolang de daarvoor vastgestelde minimum draagtijd niet is verstreken. De draagtijd gaat in op de eerste van de maand waarin de verstrekking plaatsvindt. Bij beëindiging van het dienstverband kan worden gevorderd, dat de kleding- en uitrustingsstukken, voorzover de minimum draagtijd hiervan niet is verstreken, worden ingeleverd.

Artikel 3

1. Inventarisgoederen kunnen worden verstrekt tot de omvang en de aantallen als door het hoofd van dienst nodig wordt geacht.

2. De verstrekte inventarisgoederen blijven  het eigendom van de gemeente. Zij moeten telkens na het beëindigen van het werk, waarvoor zij zijn verstrekt, worden ingeleverd voor zover hieraan, gezien de toestand waarin de goederen verkeren, nog behoefte bestaat.

3. In bijzondere gevallen, te beoordelen door het hoofd van dienst, kan de beschikbaarstelling van inventarisgoed geschieden in de vorm van individuele verstrekking.

4. Schoenen en laarzen kunnen als inventarisgoederen worden verstrekt tot de omvang en de aantallen als door het college van burgemeester en wethouders nodig wordt geoordeeld.

Artikel 4

1. Het gewone onderhoud, de kleine herstellingen en de normale reiniging van de verstrekte kleding- en uitrustingsstukken geschieden naar genoegen van het hoofd van dienst door de zorg en voor rekening van de betrokken ambtenaar, tenzij het hoofd van dienst op hygiënische gronden anders bepaalt.

2. De grote herstellingen en het chemisch reinigen - het impregneren daaronder begrepen - van de verstrekte kleding- en uitrustingsstukken geschieden van gemeentewege.

3. Indien de voorzieningen, als bedoeld in het tweede lid, het gevolg zijn van onvoldoende onderhoud of onachtzaamheid van de belanghebbende, kan deze daarvoor geldelijk aansprakelijk worden gesteld.

Artikel 5

Het is verboden de volgens de bepalingen van deze verordening verstrekte kleding- en uitrustingsstukken te vervreemden of de daarin aangebracht merktekens te verwijderen.

Artikel 6

De in deze verordening bedoelde kleding- en uitrustingsstukken worden gehoord de ondernemingsraad van gemeentewege afgeschaft. Voor de verstrekking zijn belanghebbenden geen bijdragen verschuldigd.

Artikel 7

Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 1998 en kan worden aangehaald als "Kledingreglement Beroepsbrandweer".

Ondertekening

Zuidwolde,
Burgemeester en wethouders voornoemd,
de secretaris, de burgemeester,

1

I. GEÜNIFORMEERDEN

Minimum draagtijd van één exemplaar in jaren uitgedrukt

6

1

6

4

1

1

1

Aantal te verstrekken kledingstukken bij:

1e verstrekking

1

3

1

1

5

5

5

2e verstrekking

1*

2*

1*

1*

2

2

2

I. GEÜNIFORMEERDEN

sjaal

Minimum draagtijd van één exemplaar in jaren uitgedrukt

2

6

6

3

3

1

Aantal te verstrekken kledingstukken bij:

1e verstrekking

2

1

1

2

2

2

2e verstrekking

1

1

1

1

1

1*

IV. REPRESSIEF OPTREDEN

regenjas

*

*

*

*

*

*

1e verstrekking

2

1

1

1

1

1

2e verstrekking

1*

1*

1*

1*

1*

1*

* = Naar behoefte bij aantoonbare slijtage.