APV achttiende uitvoeringsbesluit

Geldend van 08-05-2012 t/m heden

Intitulé

Achttiende uitvoeringsbesluit APV

Het college van de gemeente Delft;

Gelet op artikel 2:7, derde lid van de Algemene Plaatselijke Verordening voor Delft;

b e s l u i t :

Nadere regels vast te stellen voor het tijdelijk plaatsen van voorwerpen of stoffen op, aan of boven de weg.

  • 1.

    Deze regels zijn van toepassing op alle voorwerpen ongeacht de oppervlakte van die voorwerpen.

  • 2.

    Voorwerpen die nodig zijn voor bouw-, renovatie- en onderhoudswerkzaamheden, behalve huisraad, mogen tijdelijk op, aan of boven de openbare weg geplaatst worden als er op eigen terrein geen ruimte is.

  • 3.

    Het voorwerp moet zo efficiënt mogelijk geplaatst worden en mag niet langer dan strikt noodzakelijk met een maximum van 6 maanden op de openbare weg staan.

  • 4.

    Voorwerpen groter dan 12 m² worden gemeld bij de gemeente. Hieronder vallen ook verschillende voorwerpen die voor één activiteit worden gebruikt en een gezamenlijke oppervlakte hebben dat groter is dan 12m².

  • 5.

    De rijbaan mag niet gebruikt worden.

  • 6.

    Hulpverlenende diensten moeten altijd ongehinderd kunnen passeren. De vrije doorgang moet minimaal 3,50 meter breed zijn.

  • 7.

    Om het verkeer ongehinderd te laten passeren moet boven de rijbaan over de gehele breedte een vrije hoogte van minimaal 4,50 meter zijn.

  • 8.

    Het voorwerp mag niet over of boven openbaar gemeentewater hangen. Zie ook de Verordening Openbaar Gemeentewater Delft.

  • 9.

    Op de stoep moet een vrije doorgang in een rechtdoorgaande lijn zijn dat minimaal 1,50 meter breed is.

  • 10.

    Voorwerpen mogen alleen op, aan of boven particulier eigendom worden geplaatst als de eigenaar hiervoor (schriftelijke) toestemming heeft verleend.

  • 11.

    Voorwerpen moeten op bestaande verharde ondergrond geplaatst worden. De bestrating mag niet opengebroken worden.

  • 12.

    Nutsvoorzieningen, brandkranen, bluswatervoorzieningen, straatputten, bomen, straatmeubilair en dergelijke objecten moeten altijd onbelemmerd bereikbaar zijn. Niets mag hier aan bevestigd worden.

  • 13.

    Ingangen, (nood)uitgangen, trappen, poorten en doorgangen moeten altijd onbelemmerd bereikbaar en bruikbaar zijn.

  • 14.

    Regulier aanwezige terrassen en uitstallingen moeten normaal uitgezet kunnen worden.

  • 15.

    In drukke winkelgebieden mogen geen voorwerpen breder dan 2 meter worden geplaatst.

  • 16.

    Het voorwerp mag niet voor commerciële doeleinden worden gebruikt.

  • 17.

    Het voorwerp mag niet als opslag voor te verkopen goederen of de verkoop van goederen worden gebruikt, tenzij de ondernemer zijn winkel aan het verbouwen is en aan hem hiervoor een omgevingsvergunning is verleend.

  • 18.

    Er moet worden gezorgd voor een goede zichtbare afzetting of markering.

  • 19.

    Er mag niets van open containers of puinzakken afwaaien en in winkel- en horecagebieden moet de container of puinzak na 18.00 uur afgesloten zijn.

  • 20.

    Op 31 december en 1 januari moeten brandbare voorwerpen van de openbare weg verwijderd zijn.

  • 21.

    Op het voorwerp is de naam en het telefoonnummer van de eigenaar, huurder of verhuurder aangegeven.

  • 22.

    De gebruikte openbare weg en de onmiddellijke omgeving daarvan moeten na afloop van de plaatsing veegschoon en heel opgeleverd worden. Als dit niet het geval is, wordt het schoonmaken of herstellen door de gemeente uitgevoerd. De kosten worden bij de gebruiker in rekening gebracht.

  • 23.

    Het voorwerp moet op eerste aanwijzing van de gemeente onmiddellijk, al dan niet tijdelijk, worden verwijderd of verplaatst op kosten van de gebruiker om

    • a.

      overlast voor weggebruikers en andere belanghebbenden te voorkomen of te verminderen;

    • b.

      het aanzien van de omgeving te beschermen;

    • c.

      overlast bij grootschalige evenementen te voorkomen of te verminderen;

    • d.

      op of bij het in gebruik genomen deel van de openbare weg werkzaamheden uit te voeren door of namens de gemeente of een leidingbeheerder.

De gebruiker kan in principe geen aanspraak maken op schadeloosstelling of schadevergoeding.

Delft, 10 april 2012

Het college voornoemd,

mr. drs. G.A.A. Verkerk , burgemeester.

mr. J. Krul ,secretaris.