Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Delft houdende regels omtrent verificatie uitkeringsaanvragen en rechtmatigheidsondzoeken Verficatieprotocol uitkeringsaanvragen en rechtmatigheidsonderzoeken 2019

Geldend van 08-05-2019 t/m heden

Intitulé

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Delft houdende regels omtrent verificatie uitkeringsaanvragen en rechtmatigheidsondzoeken Verficatieprotocol uitkeringsaanvragen en rechtmatigheidsonderzoeken 2019

1. Inleiding

Het is aan het college om het recht op een uitkering vast te stellen. Daarvoor heeft het college verschillende gegevens nodig. Dat is in de Participatiewet geregeld, met name in

Artikel 44, eerste lid:

Indien door het college is vastgesteld dat recht op bijstand bestaat, wordt de bijstand toegekend vanaf de dag waarop dit recht is ontstaan, voor zover deze dag niet ligt voor de dag waarop de belanghebbende zich heeft gemeld om bijstand aan te vragen.

Artikel 53a, eerste lid:

Onverminderd artikel 30c, tweede, vierde en vijfde lid, van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen, bepaalt het college welke gegevens ten behoeve van de verlening van bijstand dan wel de voortzetting daarvan en de arbeidsinschakeling door de belanghebbende in ieder geval worden verstrekt en welke bewijsstukken worden overgelegd, alsmede de wijze en het tijdstip waarop de verstrekking van gegevens plaatsvindt. De gegevens en bewijsstukken worden door het college niet verkregen van de belanghebbende voor zover ze zijn verkregen door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen dan wel voor zover zij verkregen kunnen worden uit de polisadministratie, bedoeld in artikel 33 van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen, de verzekerdenadministratie, bedoeld in artikel 35 van die wet, alsmede uit de basisregistratie personen, tenzij hierdoor een goede vervulling van de taak van het college op grond van dit artikel wordt belet of bij wettelijk voorschrift anders is bepaald. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen andere administraties worden aangewezen waarvoor de tweede zin van toepassing is, worden regels gesteld over de gegevens die het betreft en kunnen administraties worden aangewezen waarvoor de tweede zin tijdelijk niet van toepassing is. Indien het authentieke gegevens uit andere basisregistraties betreft, is dit lid van overeenkomstige toepassing.

Het college moet dus gegevens verzamelen om het recht op een uitkering vast te stellen. Ook voor het begeleiden van een uitkeringsgerechtigde naar werk of een andere voorziening heeft de gemeente informatie nodig.

In eerste instantie doet de gemeente dit door het verzamelen van gegevens die zij uit andere bronnen kan verzamelen. Op grond van de ‘Wet eenmalige uitvraag (de Weu)’ is de gemeente daartoe verplicht. Maar niet alle gegevens die de gemeente nodig heeft kan zij op deze manier verzamelen. Er zijn ook gegevens die de betrokkene zelf moet aanleveren.

2. Herzien van het verificatieprotocol

In dit verificatieprotocol legt de gemeente vast welke gegevens zij verzamelt en uit welke bron. Dit verificatieprotocol was laatst vastgesteld in 2014. Waarom moet dit worden herzien?

  • -

    De afgelopen jaren zijn er verschillende wijzigingen geweest. De Wet werk en bijstand (WWB) is vervangen door de Participatiewet.

  • -

    In het verificatieprotocol uit 2014 werd een onderscheid gemaakt tussen primaire en secundaire informatie. Primaire informatie was nodig om het recht op uitkering vast te stellen. Secundaire informatie was nodig om de hoogte van de uitkering vast te stellen. Dit was in verband met toeslagen systematiek van de WWB. In de Participatiewet is een nieuwe systematiek voor uitkeringsnormen vastgelegd (kostendelers) die minder gegevens noodzakelijk maakt. Een onderscheid tussen primaire en secundaire informatie is niet meer nodig.

  • -

    Het is belangrijk dat mensen goed weten welke informatie zij moeten verstrekken aan de gemeente. De Fraudewet, met alle wijzigingen van de afgelopen jaren, maakt dit extra noodzakelijk omdat de gevolgen van het niet nakomen van verplichtingen fors zijn.

  • -

    Steeds meer gegevens worden digitaal beschikbaar. De gemeente zal die gegevens niet meer aan de cliënt vragen. Tegelijk wordt van uitkeringsgerechtigden gevraagd gegevens meer en meer digitaal aan te leveren. Werkwijzen binnen de gemeente zijn hierop aangepast.

  • -

    Sinds 1 mei 2018 is de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) van kracht.

  • -

    Werkwijzen zijn gewijzigd, zowel voor het aanvragen van een uitkering, als voor het doorgeven van wijzigingen die van belang zijn voor de uitkering.

De uitkeringsgerechtigde blijft verantwoordelijk voor het melden van alle noodzakelijke informatie, en van alle wijzigingen daarin, die van belang kan zijn voor het recht op een uitkering. Immers, lang niet alle gegevensbestanden die de gemeente raadpleegt zijn up-to-date. Daarom is het ook belangrijk dat een cliënt weet hoe hij dit kan melden. En ook wat hij moet doen als hij van mening is dat bepaalde gegevens niet juist zijn.

Dit protocol is na vaststelling op de website van de gemeente beschikbaar. Iedereen kan zo zien:

  • -

    welke gegevens de gemeente verzamelt om het recht op een uitkering vast te stellen;

  • -

    dat wijzigingen gemeld moeten worden;

  • -

    hoe wijzigingen gemeld kunnen worden;

3. Meerdere wetten

Dit verificatieprotocol heeft betrekking op meerdere wetten die door de gemeente worden uitgevoerd, zoals:

  • -

    De Participatiewet;

  • -

    De Wet inkomensvoorziening ouderen en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW);

  • -

    De Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijke arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ);

  • -

    Het Bijstandsbesluit zelfstandigen (Bbz)

Niet alle gegevens moeten voor alle regelingen worden verzameld. Ook dit blijkt uit het protocol.

4. Privacy

De cliënt heeft, voor zover het de uitvoering van de genoemde wetten niet belemmert recht op bescherming van zijn privacy. Belangrijk is dat de gemeente niet méér gegevens mag verzamelen dan nodig is voor de uitvoering van de betreffende wet(-ten). Dit is onder andere vastgelegd in de Algemene Verordening Gegevensbescherming.

De gemeente mag deze gegevens niet zomaar delen met anderen. Dit mag uitsluitend als dit per wet is geregeld of uitsluitend met toestemming van de cliënt.

5. Kopieën

Bewijsstukken die voor de gemeente niet digitaal beschikbaar zijn moeten door de cliënt zelf worden aangeleverd. De cliënt moet de originele gegevens aanleveren. Hiervan worden kopieën gemaakt, die in het dossier worden geborgen. De originele gegevens worden aan cliënt geretourneerd.

Zijn de originele stukken niet voorhanden dan kan worden volstaan met voor echtheid gewaarmerkte kopieën. Het afplakken of wegstrepen van bepaalde gegevens, zoals uitgaven op bankafschriften, is toegestaan mits de informatie die nodig is voor het vaststellen van het recht op een uitkering duidelijk is.

6. Volledigheid en ondertekening

Ook is het noodzakelijk dat de cliënt bevestigt, door het ondertekenen van het aanvraag- en informatieformulier dat de daarin opgenomen gegevens juist zijn. De vragen moeten naar waarheid zijn ingevuld. Alle vragen moeten beantwoord zijn; er kan niet worden volstaan met het doorstrepen van vragen. Ook als de consulent voor de cliënt vragen invult dan dient de cliënt te ondertekenen.

7. Communicatie

Belangrijk is dat de cliënt op de hoogte is van de gevolgen van het niet juist, onvolledig of te laat verstrekken van gegevens. Immers, sinds het van kracht worden van de Fraudewet geldt dat elke vorm van een schending van de inlichtingenplicht gezien wordt als een vorm van fraude. Dit kan betekenen dat een boete of waarschuwing wordt opgelegd.

Belangrijk is dat de cliënt alle informatie kan vinden over wat de gemeente van hem verwacht. De website van de gemeente is de belangrijkste informatiebron. Belangrijk is dat hierop de correcte en complete informatie staat. Dit protocol zal dan ook na vaststelling op de website beschikbaar zijn.

Niet alle cliënten zijn even digitaal vaardig. Daarom zal de gemeente deze informatie ook op andere manieren verstrekken. Indien nodig of gevraagd verstrekt de gemeente deze informatie ook schriftelijk of mondeling .

Het is mogelijk dat de gegevens van een cliënt in een van de digitale bronnen niet juist zijn. De cliënt kan de gegevens controleren via mijn.overheid.nl. Via deze website kan de klant verzoeken de gegevens te wijzigen. Hoe dit moet staat op de website. In de communicatie zal de gemeente hier aandacht aan besteden.

Het feit dat het college het bijgaande protocol heeft vastgesteld zal via de Stadskrant kenbaar worden gemaakt.

8. Gevraagd besluit

Gevraagd wordt:

  • a.

    Akkoord gaan met dit Verificatieprotocol 2019, onder gelijktijdige intrekking van het huidige Verificatieprotocol 2014;

  • b.

    Akkoord gaan met de in bijlage 1 opgenomen tabel met betrekking tot:

    • o

      de door cliënt aan te leveren gegevens.

    • o

      de gegevens die de gemeente uit andere bronnen verzamelt voor het vaststellen van het recht, c.q. de hoogte van de uitkering of inkomensvoorziening.

  • c.

    Na vaststelling Verificatieprotocol dit bekend maken via de Stadskrant en het protocol via de website beschikbaar stellen.

Ondertekening

Bijlage 1: De aan te leveren gegevens

A.Bij een aanvraag uitkering o.g.v. de Participatiewet

1. Persoonsgegevens

Informatie

Bewijsstukken

Uit welke bron

Burgerservicenummer

Identiteitsbewijs

Belanghebbende

Naam / geslacht / geboortedatum / geboorteplaats

Geen (evt. ID-bewijs)

BRP1

Adres

Werkelijke verblijfplaats, mits afwijkend van adres

 Geen

BRP, Belanghebbende indien werkelijke verblijfplaats afwijkt van BRP

Nationaliteit

 Geen

BRP

Soort identiteitsbewijs, nummer en geldigheidsduur

ID-bewijs; geen kopie in dossier als belanghebbende dit niet wil; hoeft slechts inzage te geven vlg. de wet, dan nr. enz. noteren.

Belanghebbende

Verblijfsstatus

 Geen

BRP / evt. IND

Rekeningnummer bank (voor storten evt. uitkering)

Bewijsstuk (bijv. pasje)

Belanghebbende

 

Naam en adres ouders additioneel bij jongeren die bijz. bijstand krijgen

 Geen

BRP

Andere inwonende(n)

Geen

BRP

2.Eerdere uitkeringen

Eerdere uitkeringen

Geen

Suwinet

3. Burgerlijke staat

Indien gescheiden of voornemen daartoe

Geen

BRP

4. Kinderen

< 18 jaar; komen de kinderen ten laste van cliënt

Geen

BRP

Co-ouderschap of omgangsregeling; inhoud van de regeling

Schriftelijke afspraak, kopie

Belanghebbende

inkomsten van inwonende kinderen van 21 jaar e.o.

Bewijsstuk(ken) inkomen; kopie

Belanghebbende

Studie van kinderen

Inschrijving bij onderwijsinstelling

Suwinet, evt. verklaring belanghebbende

5. Huisvesting

Huurwoning

Contract

Belanghebbende

Kamer- (of onder)huur; commerciële huurprijs

Contract of verklaring hoofdbewoner met betaalbewijzen

Belanghebbende

Kostganger

Contract of verklaring hoofdbewoner met betaalbewijzen

Belanghebbende

6. Inkomen (vanaf datum aanvraag)

Loon

Sociale zekerheidsuitkering

pensioen

voorlopige teruggaaf

(kinder-) alimentatie

stage- vrijwilligersvergoeding

andere inkomsten

freelance inkomen

laatste salarisstrook,

uitkeringsspecificatie,

beschikking belastingdienst,

ontvangstbewijs inkomen,

(eventueel boekhouding)

Belanghebbende of Suwinet (is niet altijd up-to-date)

Zelfstandig bedrijf/beroep

recente jaarstukken belastingaangifte / -aanslag

Belanghebbende of indien nodig de betreffende instantie

7. Bezittingen en schulden

Bank-, en spaarrekeningen

Van alle rekeningen ten minste:

het laatste afschrift of uitdraai internetbankieren (saldo-

informatie datum aanvraag)

Belanghebbende

Auto, motor, of caravan etc

Geen

In buitenland geregistreerd: kentekenbewijs

Suwinet RDW

Overige waardevolle bezittingen (waardepapieren, boot, levensverzekering etc.)

Waardebepaling

Belanghebbende; eventueel deskundige

Schulden

bewijsstukken

Belanghebbende

Waarde eigen woning

Eigendomsbewijs

Stand van zaken hypothecaire lening

WOZ-beschikking

Belanghebbende, taxatie makelaar of aanwezig taxatierapport

Niet ouder dan 6 maanden 

8. Werk en opleiding (alleen indien van toepassing)

Huidig werk

Arbeidscontract

Belanghebbende

Werkzaamheden als zelfstandige

Inschrijving KvK, btw-nummer

KvK (internet)

Huidige opleiding

Bewijsstuk opleiding

Belanghebbende

Vroeger werk

Laatste ontslagbewijs.

Belanghebbende

Inschrijving UWV WERKbedrijf

 Geen

Suwinet

Arbeidsongeschiktheid

Geen

Belanghebbende, evt. Suwinet

B.Aanvullende vragen voor zelfstandigen (Bbz en IOAZ)

Beginnende zelfstandigen of zelfstandigen die hun bedrijf gaan beëindigen vullen hetzelfde formulier in als WWB aanvragers. Van hen zijn echter extra gegevens nodig, die hieronder vermeld worden.

1. Algemene gegevens bedrijf/beroep

Belanghebbende

2. Inschrijving in het Handelsregister

Suwinet

3. Bedrijfsvorm

persoonsgegevens compagnons/vennoten

Samenwerkings- en/of, vennootschapscontract, statuten, aandelen-register

4. Arbeidstijdverdeling i.v.m. belastingen

Belastingaanslagen en -aangiften laatste drie jaar

5. Inkomen Zie bij WWB punt 6

6. Vergunningen, vakdiploma's

Betreffende vergunningen en vakdiploma's

Belanghebbende

7. Ziektekosten- en arbeids-ongeschiktheids-verzekering

Polissen, premie-overzichten en betaalbewijzen

Belanghebbende

9. Huisvesting verdeling privé/bedrijf

Huurcontract bedrijfspand

Belanghebbende

9. Bezittingen en schulden van het bedrijf

Taxatierapport bedrijfspand (niet ouder dan 6 mnd. vóór aanvraag), koopakte, hypotheekakte, stand hypotheekschulden, bewijzen van leningen, financieringen, crediteuren, info van BKR

Belanghebbende

10. Beginnende zelfstandige: arbeidsverleden, sollicitaties

Ontslagbewijs vorige werkgever

Ondernemingsplan

Belanghebbende

Suwinet

11. Gevestigde zelfstandige: netto winst laatste 3 boekjaren + verwachting lopende en komende boekjaar

Balans, verlies- en winstrekening, toelichting omzetspecificatie huidige boekjaar, tussentijdse cijfers 

Belanghebbende

12. Oudere zelfstandige: verwachting inkomen komende jaren; netto winst laatste 3 boekjaren

 

Balans, verlies- en winstrekening, toelichting

Belanghebbende

13. Beëindigende zelfstandige; vragen over beëindiging (reden van beëindiging, tijdsduur, wijze beëindiging)

 

Belanghebbende

14. Uitgaven

Privé-opstelling

Belanghebbende

15. Andere financiële hulp

beslissingen aanvragen bij kredietverlenende instanties, schuldbekentenissen

Belanghebbende

16. Reden aanvraag; bijstand voor levensonderhoud en/of bedrijfskapitaal

 

Belanghebbende

C.Aanvragen IOAW

Voor het aanvragen van een IOAW uitkering wordt hetzelfde aanvraagformulier gebruikt en dezelfde bewijsstukken gevraagd als voor de Participatiewet (zie hierboven). Verificatie vindt plaats op dezelfde wijze als bij de Participatiewet. Een aantal vragen hoeven aanvragers van een IOAW uitkering echter niet in te vullen omdat die voor het recht op een IOAW uitkering niet van belang zijn.

Ook de betreffende bewijsstukken hoeven dan uiteraard niet ingeleverd te worden.

Het betreft de volgende vragen:

  • 5.

    Kinderen

  • 7.

    Huisvesting

  • 9.

    Bezittingen en schulden

  • 10.

    Eigen woning

D.Bijzondere bijstand

Aanvragen bijzondere bijstand en langdurigheidstoeslag cliënten (die reeds een uitkering levensonderhoud ontvangen)

1. Kosten waarvoor bijstand wordt aangevraagd

Kosten

Kostenspecificatie

Belanghebbende

Ingeval van verstrekking

Rekeningen na bijstandsverlening (binnen 2 maanden)

Belanghebbende

2. Voorliggende voorzieningen

Voorliggende voorzieningen

Bijv. afwijzing krediet GKB,

vergoedingen zorgverzekering

Belanghebbende

3. Vermogen (alleen bij aanvragen van cliënten die geen uitkering op grond van de Participatiewet ontvangen)

Saldo bankrekeningen

Laatste afschrift alle rekeningen

Belanghebbende

Overige bezittingen

 

Belanghebbende

Schulden

Bewijsstukken schuld

Belanghebbende

4. Aanvragen bijzondere bijstand en de individuele inkomenstoeslag voor niet – cliënten (die geen uitkering levensonderhoud ontvangen)

Voor cliënten die geen Participatiewet-uitkering voor levensonderhoud, een IOAW of IOAZ-uitkering of een Bbz –uitkering ontvangen kunnen de noodzakelijke gegevens worden opgevraagd, conform de gegevensset van de aanvraag levensonderhoud van de Participatiewet en aanvraag bijzondere bijstand voor cliënten.

Gegevens over vermogen moeten geleverd worden als er langer dan een jaar geleden een beslissing over bijzondere bijstand ten aanzien van hen is genomen.

Voor aanvragen individuele inkomenstoeslag zonder een uitkering van de gemeente geldt:

5. Individuele inkomenstoeslag

Inkomensgegevens heden en verleden

Jaaropgaven of salarisstroken peilperiode

Belanghebbende

E.(Her-)onderzoek debiteuren

1. Status medebewoners

Bijv. (pleeg-)kinderen, ouders, partner, kamerhuurder, kostgangers onderhuurders, anderen

 Geen

BPR, status BPR-V

Is er een contract met deze inwonende

huur/kostgangers of wooncontract

Belanghebbende

2. Eerdere uitkeringen

Eerdere uitkeringen

Beschikking toekenning, afwijzing of beëindiging

Belanghebbende

3. Inkomen (zie Participatiewet punt 6)

4. Schulden en lasten

Schulden

Bewijsstukken schulden

Belanghebbende

Inkomen

Loonstroken e.d.

Belanghebbende

Lasten

Bewijs aflossing schuld

Hypotheeklasten

Overige lasten

Belanghebbende

 

F.Beëindiging uitkering Participatiewet / IOAW-Z

1. Werkaanvaarding (datum)

Bij voorkeur contract

Suwinet of opgave cliënt

2. Wijziging verblijfsstatus

Geen

BPR / IND

3. Andere uitkering (beschikking)

Geen, tenzij Suwinet niet actueel

Suwinet of opgave cliënt

4. Huwelijk / samenwoning /overlijden

Geen

BRP

5. Detentie

Opgave cliënt of politie

Inlichtingenbureau

Beëindiging IOAW/IOAZ

De gang van zaken is dezelfde als bij de WWB.


Noot
1

Basisregistratie Persoonsgegevens