Regeling vervallen per 01-01-2014

Verordening op de heffing en invordering van lijkbezorgingsrechten 2013

Geldend van 21-12-2012 t/m 31-12-2013

Intitulé

Verordening op de heffing en invordering van lijkbezorgingsrechten 2013

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    begraafplaats: de begraafplaats aan de Huisduinerweg;

  • b.

    eigen graf: een graf, grafkelder daaronder begrepen, waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon voor bepaalde of onbepaalde tijd het uitsluitend recht is verleend tot:

    • -

      het doen begraven en begraven houden van lijken;

    • -

      het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen;

    • -

      het doen verstrooien van as;

  • c.

    algemeen graf: een graf niet zijnde een eigen graf;

  • d.

    gesaneerd graf: een graf dat niet wordt geruimd, en waarvan geen verlenging van het uitsluitend recht tot het begraven en bijzetten van asbussen kan worden verleend, doch wel het recht bestaat een naamsteen te behouden in de nabijheid;

  • e.

    urnennis: een nis, waarvoor voor bepaalde tijd het uitsluitend recht is verkregen tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen en urnen;

  • f.

    asbus: een bus ter berging van as van een overledene;

  • g.

    een urn: een voorwerp ter berging van één of meer asbussen.

Artikel 2 Belastbaar feit

Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de gemeentelijke begraafplaats en voor het door of vanwege de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats.

Artikel 3 Belastingplicht

De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.

Artikel 4 Vrijstellingen

De rechten worden niet geheven voor:

  • a.

    het lichten van een lijk of asbus op rechterlijk gezag;

  • b.

    het begraven van doodgeboren kinderen of van zuigelingen die met de overleden moeder in een kist worden begraven.

Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarief

  • 1. de rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Belastingjaar en belastingtijdvak

  • 1. Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.

  • 2. Met betrekking tot de rechten genoemd in hoofdstuk 2 en 3 van de tarieventabel is het belastingtijdvak gelijk aan de periode waarvoor wordt afgekocht.

Artikel 7 Wijze van heffing

  • 1. De rechten worden geheven bij wege van een gedagtekende, genummerde kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een nota of andere schriftuur, waarin het verschuldigde bedrag wordt vermeld.

  • 2. Het college van burgemeester en wethouders stelt het model van de in het eerste lid bedoelde nota vast.

Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang voor de jaarlijks verschuldigde rechten

  • 1. De onderhoudsrechten, als bedoeld in hoofdstuk 2 en 3 van de tarieventabel, zijn verschuldigd bij de aanvang van het belastingtijdvak of indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt, bij de aanvang van die belastingplicht.

  • 2. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt, zijn de rechten verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelte van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 3. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 4,50.

  • 4. Belastingbedragen van minder dan € 4,50 worden niet geheven.

Artikel 9 Termijnen van betaling

De rechten moeten worden betaald binnen een maand na de dagtekening van de schriftelijke kennisgeving.

Artikel 10

Het college van Burgemeester en Wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de lijkbezorgingsrechten.

Artikel 11 Overgangsbepaling

De artikelen en tarieventabel van de "Verordening op de heffing en invordering van lijkbezorgingsrechten 2012, vastgesteld bij Raadsbesluit van 7 november 2011, wordt ingetrokken met ingang van 1 januari 2013, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Artikel 12 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2013.

Artikel 13 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening lijkbezorging 2013".

Ondertekening

Aldus besloten in de raadsvergadering van 7 november 2012.
Koen Schuiling, voorzitter
mr. drs. M. Huisman, griffier

Tarieventabel 2013

Tarieventabel 2013