Regeling vervallen per 01-04-2012

verordening inzake een adviesraad Welstand

Geldend van 01-07-2003 t/m 31-03-2012

Intitulé

verordening inzake een adviesraad Welstand( art 82 Gemeentewet)

Artikel 1

Er is een adviesraad Welstand, in deze verordening “de adviesraad” genoemd.

De adviesraad wordt aangewezen als de commissie, bedoeld in de artikel 1, lid 1 onder r van de Woningwet.

Artikel 2.

  • 1. De adviesraad is werkzaam voor het hele grondgebied van de gemeente Deventer, met uitzondering van het gebied dat krachtens artikel 35 van de Monumentenwet is aangewezen als beschermd stadsgezicht.

  • 2. Voorts zijn van de werkzaamheden van de adviesraad uitgesloten:

    • a.

      zeer omvangrijke, het stadsgezicht bepalende, plannen voor gebieden die direct aan het beschermd stadsgezicht grenzen;

    • b.

      alle buiten het beschermd stadsgezicht gelegen panden welke zijn aangewezen als rijksmonument dan wel die welke geplaatst zijn op de gemeentelijke monumentenlijst.

Artikel 3.

  • 1.

    De adviesraad bestaat uit 5 leden die, na voordracht van Het Oversticht, op voorstel van burge-meester en wethouders worden benoemd en ontslagen door de gemeenteraad, en wel

    • a.

      een lid als voorzitter;

    • b.

      een lid als wisselend lid;

    • c.

      een lid dat over specifieke deskundigheid op het gebied van de monumentenzorg beschikt of daarmee bijzondere affiniteit heeft. Het Oversticht wint over deze voordracht tevoren het advies van de adviesraad Monumenten in;

    • d.

      een lid dat over bijzondere deskundigheid op het gebied van landschapsarchitectuur en groen beschikt;

    • e.

      een lid dat tevens de functie van secretaris vervult.

  • 2.

    Tot voorzitter of lid zijn niet benoembaar:

    • a.

      leden van een bestuursorgaan van de gemeente Deventer;

    • b.

      ambtenaren in dienst bij een bestuursorgaan van de gemeente Deventer of daarmede op grond van hun werkzaamheden gelijk te stellen personen in de uitoefening van hun functie.

  • 3.

    De gemeenteraad ontslaat de voorzitter of een lid van de adviesraad:

    • a.

      op zijn verzoek;

    • b.

      wanneer hij uit hoofde van ziekte of gebreken blijvend ongeschikt is zijn functie te vervullen;

    • c.

      bij de aanvaarding van een ambt of betrekking welke bij deze verordening onverenigbaar is verklaard met het lidmaatschap van de adviesraad;

    • d.

      wanneer hij bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak wegens misdrijf is veroordeeld, dan wel hem bij zulk een uitspraak een maatregel is opgelegd die vrijheidsbeneming tot gevolg heeft;

    • e.

      wanneer hij ingevolge een onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak onder curatele is gesteld, in staat van faillissement is verklaard, surséance van betaling heeft verkregen of wegens schulden is gegijzeld.

  • 4.

    De voorzitter en de leden worden benoemd voor een periode van driejaar, ingaande 1 januari 2003. Zij kunnen eenmaal voor een periode van ten hoogste drie jaar worden herbenoemd, met uitzondering van de voorzitter en de leden die op 1 januari 2003 reeds drie jaar of meer zitting hebben in de adviesraad (commissie). Ten aanzien van deze laatst bedoelden vervalt het lidmaatschap van de raad op 1 januari 2006 van rechtswege”.

  • 5.

    De adviesraad stelt een rooster van aftreden op.

Artikel 4.

“De adviesraad brengt advies uit:

  • a.

    over regulier vergunningplichtige bouwwerken als bedoeld in artikel 44, lid 1 onder d van de Woningwet

  • b.

    over lichtvergunningplichtige bouwwerken als bedoeld in artikel 44, lid 3 van de Woningwet indien en voor zover de adviesraad om advies wordt gevraagd

  • c.

    bij de voorbereiding van besluiten als bedoeld in artikel 19 van de Woningwet ten aanzien van de vraag of het uiterlijk van een (bestaand) bouwwerk of standplaats in ernstige mate in strijd is met redelijke eisen van welstand.

  • d.

    ten aanzien van verzoeken ingevolge aanvragen om vergunning voor reclame en opschriften als bedoeld in art. 4.7.2. van de Algemene Plaatselijke Verordening;

  • e.

    ten aanzien van andere aangelegenheden, waarin burgemeester en wethouders dit wenselijk achten, zoals ten aanzien van de openbare ruimte.

Artikel 5.

  • 1. De adviezen worden schriftelijke uitgebracht. Afwijzende adviezen zijn met redenen omkleed;

  • 2. De uit te brengen adviezen worden gericht aan het college van burgemeester en wethouders, doch toegezonden aan het hoofd van de afdeling bouw- en woningtoezicht danwel – ingeval advies is gevraagd in het kader van een bezwaarschriftprocedure –aan de secretaris van de Algemene Bezwaarschriften- commissie”.

  • 3 De adviesraad ontvangt na de definitieve besluitvorming schriftelijk bericht over het door of namens college van burgemeester en wethouders /gemeenteraad genomen besluit, inclusief de overwegingen als van het advies wordt afgeweken.

Artikel 6.

De adviesraad is bevoegd deskundigen uit te nodigen en te horen.

Artikel 7.

De adviesraad is bevoegd het uitbrengen van advies aan het college van burgemeester en wethouders ten aanzien van de in artikel 4 genoemde onderwerpen te mandateren aan de secretaris van deze raad, mits:

  • a

    het gaat om plannen die behoren tot de categorie waarover de mening van de adviesraad als bekend mag worden verondersteld, waartoe in ieder geval behoren de plannen, waarop een beeldkwaliteitsplan of anderszins een beleidsregel inzake welstand van toepassing is,alsmede in gevallen waarvoor een lichte bouwvergunning als bedoeld in artikel 44, lid 3 van de Woningwet is vereist”

  • b

    het niet gaat om uit esthetisch oogpunt ingrijpende plannen;

  • c

    het niet gaat om de advisering in bezwaarschriftprocedures, waarbij welstandsaspecten in het geding zijn, ten aanzien waarvan de secretaris krachtens mandaat in eerste aanleg heeft geadviseerd.

Artikel 8.

  • 1. De adviesraad komt bijeen:

    na schriftelijke oproep door de secretaris;

    op verzoek van burgemeester en wethouders.

  • 2 De adviesraad beraadslaagt en besluit niet indien niet minimaal 3 van de leden, de voorzitter daaronder begrepen, aanwezig is.

  • 3 De adviesraad besluit bij meerderheid van stemmen. De minderheid kan vorderen dat uit het advies haar afwijkende mening blijkt. Bij staking van stemmen beslist de voorzitter.;

  • 4 In spoedeisende gevallen kan van het bepaalde in het tweede en derde lid worden afgeweken, waarvan mededeling moet worden gedaan in het uit te brengen advies;

  • 5 De vergaderingen van de adviesraad zijn openbaar. De openbaarheid geldt zowel voor de beraadslagingen,de beoordeling als de adviezen. Een vergadering of een gedeelte daarvan zijn niet openbaar in gevallen als bedoeld in artikel 10, eerste lid van de Wet Openbaarheid van Bestuur en in gevallen waarin het belang van de openbaarheid van bestuur niet opweegt tegen de in artikel 10, tweede lid van die wet genoemde belangen”. Indien burgemeester en wethouders - al dan niet op verzoek van de aanvrager – of de voorzitter een verzoek doen tot niet openbare behandeling dienen zij daaraan klemmende redenen op grond van artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur ten grondslag te leggen.

Artikel 9.

  • 1. De secretaris van de adviesraad draagt er zorg voor dat van het verhandelde in de vergaderingen een verslag wordt opgesteld.

  • 2 De secretaris draagt verder zorg voor de opstelling van een (jaar)verslag van de door de adviesraad verrichte werkzaamheden, waarin tenminste wordt uiteengezet op welke wijze zij toepassing heeft gegeven aan de criteria als bedoeld in artikel 12a, lid 1 onderdeel a van de Woningwet. Dit verslag wordt jaarlijks voor 1 april van het daarop volgende jaar aan burgemeester en wethouders aangeboden.

Artikel 10.

In alle gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college van burgemeester en wethouders.

Artikel 11.

Deze verordening treedt in werking op 1 juli 2003, met dien verstande dat de benoeming van de leden van de adviesraad met terugwerkende kracht ingaat per 1 januari 2003.

Artikel 12.

Deze verordening kan worden aangehaald als de “ verordening adviesraad Welstand”.