Regeling vervallen per 01-01-2008

Destructieverordening 1995

Geldend van 07-07-1995 t/m 31-12-2007

Intitulé

Destructieverordening 1995

Artikel 1

De verordening verstaat onder:

  • a.

    wet:

    de Destructiewet (Stb. 177, 1995);

  • b.

    aangifteplichtige:

    degene die als houder of eigenaar van destructiemateriaal ingevolge de wet verplicht is daarvan aangifte te doen;

  • c.

    destructiemateriaal:

    dode honden, dode katten en het krachtens artikel 2, lid twee van de wet aangewezen dierlijk afval.

Artikel 2

Burgemeester en wethouders wijzen één of meer organisatie(s) of verzamelplaats(en) aan, die destructiemateriaal in ontvangst nemen.

Artikel 3

De aangifteplichtige is gehouden uiterlijk op de eerste werkdag, die volgt op de dag waarop het destructiemateriaal is ontstaan, het materiaal aan te geven en af te staan aan de aangewezen organisatie(s) of verzamelplaats(en).

Artikel 4

Tot het tijdstip van afgifte is de aangifteplichtige gehouden het destructiemateriaal zodanig te bewaren dat vermenging met ander materiaal wordt voorkomen.

Artikel 5

De artikelen 3 en 4 vinden geen toepassing voor zover artikel 6 van het Destructiebesluit van toepassing is.

Artikel 6

  • 1.

    De verordening kan worden aangehaald als: Destructieverordening 1995.

  • 2.

    De Destructieverordening van 1959, gemeenteblad 379, alsmede de daarop van toepassing zijnde wijzigingen komen te vervallen met ingang van de dag dat de onder 1 genoemde verordening in werking treedt.