Regeling vervallen per 18-05-2017

Beleidsregel met betrekking tot bestaande klanten huishoudelijke hulp Wmo 2015

Geldend van 08-10-2015 t/m 17-05-2017

Intitulé

Beleidsregel met betrekking tot bestaande klanten huishoudelijke hulp Wmo 2015

Het college van burgemeester en wethouders van Deventer;

Gelet op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht;

BESLUIT:

vast te stellen de volgende Beleidsregel bestaande klanten huishoudelijke hulp Wmo 2015

Inleiding

Uitgangspunt is dat gemeenten burgers ondersteuning bieden als dat nodig is. Hierbij geldt dat mensen in de eerste plaats zelf verantwoordelijk zijn voor hun leven en dus ook voor hun zelfredzaamheid en participatie. De betrokkene dient daarbij eerst te kijken in hoeverre hij zelf en zijn directe omgeving een bijdrage kunnen leveren aan het verbeteren van zijn situatie. Gemeenten hebben de verantwoordelijkheid om de eigen mogelijkheden en het probleemoplossend vermogen bij burgers te benutten en te versterken. Indien uit onderzoek van de gemeente blijkt dat (aanvullende) ondersteuning van de gemeente nodig is, beslist de gemeente – binnen de grenzen van wat daarover in het beleidsplan en de verordening bedoeld in de artikelen 2.1.2 en 2.13 van de Wmo 2015 is vastgelegd tot verstrekking van een maatwerkvoorziening die bijdraagt aan het realiseren van een situatie waarin de burger in staat wordt gesteld tot zelfredzaamheid of participatie, zodat deze zo lang mogelijk in de eigen omgeving kan blijven wonen.

Bestaande klanten huishoudelijke hulp (HH)

Alle huidige klanten met een indicatie HH schoonmaak en organisatie/regie, zullen opnieuw worden herbeoordeeld. Het college is in principe altijd bevoegd om een heronderzoek uit te voeren en te bekijken of een klant nog wel recht heeft op een voorziening. Wel is met de gemeenteraad afgesproken dat de huidige klanten met HH twee jaar lang een maatwerkvoorziening HH houden. Dat neemt niet weg dat na een herbeoordeling het aantal uren HH naar beneden kan worden bijgesteld. Het omgekeerde is overigens ook mogelijk. Het is de bedoeling dat de bestaande klanten na afloop van deze twee jaar instromen in het zelfde model als per 1 januari 2015 voor nieuwe gebruikers/klanten geldt; nl. een algemene voorziening HH en eventueel een aanvullende maatwerkvoorziening regievoering op het huishouden.

Doel Beleidsregel

Het doel van de Beleidsregel is om een afwegingskader vast te stellen om deze specifieke doelgroep van bestaande klanten te herbeoordelen.

S choon huis en leefbaar huis

Voor iedereen is dit anders. Daarom worden met de klant maatwerkgesprekken gehouden.

Niet het aantal uren HH, maar het resultaat van het wonen in een schoon en leefbaar huis wordt als uitgangspunt gehanteerd. Om dit resultaat te behalen wordt een maatwerkgesprek gehouden met de klant. Op basis van dit maatwerkgesprek worden resultaatsafspraken gemaakt om een schoon huishouden te realiseren (en een tevreden klant). Het resultaat bepaalt de klant samen met de gemeente en waar mogelijk met de familie in een gesprek over de nieuwe invulling van de hulp bij het huishouden.

Een schoon en leefbaar huis betekent dat iedereen gebruik moet kunnen maken van schone ruimten: woonkamer, slaapvertrek, keuken, sanitaire voorziening(en) en gang. Het huis dient zodanig schoon te zijn dat het niet vervuilt. Daarmee wordt een basisniveau van schoonhouden gerealiseerd van het huis. De gemeente gaat uit van een basisniveau van gemiddeld 2.2 uur per week per klant.

Deze norm is tot stand gekomen in overleg met en op basis van praktijkervaring van de zorgaanbieder(s), waarna de Wmo adviesraad zich erover heeft mogen uitspreken. Op basis van deze norm is de zorgaanbieder in staat om mensen op een aanvaardbaar basisniveau een schoon huis en leefbaar huis aan te bieden.

Naast de (objectieve) kenmerken van het huis (ruimten) wordt gekeken naar de persoonlijke omstandigheden, bijzondere kenmerken en behoeften van de klant. Deze factoren leiden samen per klant tot het aantal uren HH per week dat nodig is voor een schoon en leefbaar huis plus eventueel, in voorkomende situaties, extra begeleiding (regie op een schoon huishouden c.q. ondersteuning bij het organiseren van het huishouden). Gemeentelijke ondersteuning bij het voeren van een huishouden, neemt de verantwoordelijkheid van de klant niet over, maar helpt de klant op weg om het resultaat te behalen.

Leidraad schoon en leefbaar huis

Tijdens het gesprek met de klant worden alle mogelijkheden doorgenomen en besproken. Als sprake is van gebruikelijke zorg biedt de gemeente geen ondersteuning.

Onderzocht wordt of een persoon op eigen kracht of met hulp van zijn netwerk het gewenste resultaat kan bereiken. Er wordt ook gekeken of er algemene of voorliggende voorzieningen aanwezig zijn die tot het gewenste resultaat kunnen leiden1.

1 Een voorbeeld hiervan is een glazenwassersbedrijf dat de buitenkant van de ramen kan lappen of een was-en strijkservice waarvan verwacht kan worden dat deze redelijkerwijs ingezet kan worden, de boodschappendienst en een maaltijdservice

Pas wanneer de gebruikelijke hulp, de eigen mogelijkheden en voorliggende voorzieningen niet of onvoldoende van toepassing zijn, zal onderzocht worden in welke mate het gemeentelijk aanbod in ondersteuning kan voorzien.

In de dagelijkse praktijk kan dit betekenen dat een deel van het huishouden door klant of sociaal netwerk wordt uitgevoerd en voor een ander deel ondersteuning wordt geboden. Een andere vorm van het benutten van eigen mogelijkheden is het verlenen van medewerking aan een zo efficiënt mogelijke ondersteuning. Dit betekent dat van de klant mag worden verwacht dat hiermee rekening wordt gehouden bij de inrichting van de woning en planning van huishoudelijke werkzaamheden. Was men al gewend om voor eigen rekening een schoonmaakhulp in te huren, dan is het enkele feit dat er zich beperkingen voordoen geen reden om een beroep te doen op gemeentelijke ondersteuning.

Als er gebruikelijke zorg aanwezig is, biedt het college geen of minder ondersteuning bij het schoonhouden of organiseren van het huishouden. Gebruikelijke zorg betreft de normale, dagelijkse zorg op basis van een gemeenschappelijke verantwoordelijkheid van de leefeenheid voor elkaar omdat ze als leefeenheid een gezamenlijk huishouden voeren.

Voor het bepalen van de gebruikelijke zorg wordt gebruik gemaakt van het laatst vastgestelde Protocol Gebruikelijke Zorg van het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ).

Onder leefeenheid wordt verstaan: de echtgenoot, ouders, inwonende kinderen of andere huisgenoten die duurzaam gemeenschappelijk een woning bewonen en gezamenlijk een huishouden voeren. Als er tot de leefeenheid huisgenoten behoren die huishoudelijke werkzaamheden of organisatie/regie kunnen overnemen, worden zij verondersteld dit door een herverdeling van taken te doen.

Studie of (vrijwillige) werkzaamheden vormen in principe geen reden om van de gebruikelijke zorg af te zien. Als er sprake is van commerciële kamer(ver)huur, rekenen we de huurder van de betreffende ruimte niet tot de leefeenheid.

Veel personen zijn bereid mantelzorg te verlenen. Deze vorm van vrijwillige ondersteuning door derden, niet behorend tot de leefeenheid, gaat voor op ondersteuning van de gemeente.

Organiseren van huishoudelijke taken - regie

Behalve dat er huishoudelijke taken moeten worden overgenomen, heeft de hulp een signalerende, aansturende en regievoerende taak. Ook kan ondersteuning bestaan uit het helpen handhaven, verkrijgen of herkrijgen van structuur in het huishouden. Het doel van het voeren van de regie over het huishouden is het schoonhouden van het huis, maar ook het ondersteunen bij het organiseren van het huishouden.

De praktijk heeft de laatste jaren uitgewezen dat de tot de HH2 behorende regieactiviteiten2 door de huishoudelijke hulp (HH1) uitgevoerd (kunnen) worden. Binnen de eerder genoemde gemiddelde norm vallen dan ook de regie/ondersteunende activiteiten van HH2. Het onderscheid tussen HH1 en HH2 is dan ook feitelijk komen te vervallen en bestaat dan ook niet meer.

Maatwerkvoorziening Wmo- regievoering op het huishouden

Het overnemen van de regie over het huishouden kan toch noodzakelijk zijn als in redelijkheid niet meer van de klant en zijn omgeving/netwerk verwacht kan worden dat hij zelfstandig beslissingen neemt of als disfunctioneren dreigt. Het kan voorkomen dat de ondersteuning op het huishouden bij bestaande klanten dan niet toereikend is en dat er andere begeleiding of veel meer begeleiding ingezet moet worden. Dan is de situatie zodanig veranderd dat de ondersteuning bij het organiseren van het huishouden niet meer voldoet. In dit soort situaties zal in het maatwerkgesprek met de klant de overstap naar het nieuwe model als voor nieuwe klanten geldt worden voorgesteld en wordt de “bouwsteen regievoering op het huishouden”, zoals ingekocht als maatwerkvoorziening in de functie begeleiding aangeboden.(1)

2. Voorbeelden:

- regelt wie wat doet in het huishouden,

- aandacht besteden aan hygiëne in huis,

- advies en hulp geeft bij het kopen van levensmiddelen,

- beheren levensmiddelenvoorraad.

(1) Bouwstenen zoals gehanteerd in de regio inkoop maatwerkvoorzieningen    Wmo.