Regeling vervallen per 01-01-2022

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Deventer houdende regels omtrent het in voorkomende gevallen op de weg staande voertuigen te kunnen verwijderen, over te brengen en in bewaring te stellen (Wegsleepverordening 2021)

Geldend van 18-12-2020 t/m 31-12-2021

Intitulé

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Deventer houdende regels omtrent het in voorkomende gevallen op de weg staande voertuigen te kunnen verwijderen, over te brengen en in bewaring te stellen (Wegsleepverordening 2021)

De raad van de gemeente Deventer,

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 10 november 2020, nummer 2020-1903;

gelet op het bepaalde in artikel 147 van de Gemeentewet, artikel 173, tweede lid van de Wegenverkeers-wet 1994 en het Besluit wegslepen van voertuigen;

overwegende dat het wenselijk is om in voorkomende gevallen op de weg staande voertuigen te kunnen verwijderen, over te brengen en in bewaring te stellen;

BESLUIT

Vast te stellen van de volgende verordening:

‘Wegsleepverordening 2021’

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

RVV 1990: het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990;

wet: de Wegenverkeerswet 1994;

besluit: het Besluit wegslepen van voertuigen;

voertuig: wat hieronder wordt verstaan in artikel 1 van het RVV 1990;

motorrijtuig: wat hieronder wordt verstaan in artikel 1, eerste lid, onder c, van de wet;

het college: het college van burgemeester en wethouders.

Artikel 2 Aanwijzing van wegen en weggedeelten waar voertuigen kunnen worden verwijderd, overgebracht en in bewaring gesteld in het belang van het vrijhouden van wegen en weggedeelten

Als wegen en weggedeelten, bedoeld in artikel 170, eerste lid, onder c van de wet, worden alle wegen en weggedeelten binnen de gemeente aangewezen voor zover ze behoren tot een van de in artikel 2 van het besluit bedoelde soorten van wegen en weggedeelten.

Artikel 3 Plaats bewaring voertuigen en openingstijden

Als plaats van bewaring van voertuigen wordt aangewezen: Ecofactorij 3B, 7325 WC te Apeldoorn (Wolves Autoberging BV, tel. 0546 – 571801).

De openingstijden van de plaats van bewaring zijn:

op werkdagen: van 08.00 – 18.00 uur;

op zaterdag en op zon- en feestdagen: alleen op afspraak.

Artikel 4 Kosten overbrengen en bewaren voertuigen tot 3500 kg:

  • 1. De kosten van het overbrengen van een voertuig tot 3500 kg naar de bewaarplaats bedragen het basistarief, inclusief voorrijkosten, uitvoering en afgifte (+ opslag 1e dag): €197,36 - inclusief BTW. Dit bedrag is als volgt opgebouwd:

    • a.

      Voorrijkosten : € 82,10

    • b.

      Uitvoering : € 99,01

    • c.

      Stalling 1e etmaal : € 16,25

    • --------------

    • Basistarief € 197,36

  • 2. De kosten van het bewaren van een personenauto tot 3500 kg bedragen voor elk volgend etmaal of een gedeelte daarvan: € 16,25 inclusief BTW.

Artikel 5 Kosten overbrengen en bewaren bijzondere voertuigen (waaronder, maar niet beperkt tot, tractors, grote aanhangers, containers etc), boven de 3500 kg:

  • 1. De kosten van het overbrengen van een bijzonder voertuig of voertuig boven de 3500 kg naar de bewaarplaats bedragen per uur:

    • a.

      Van maandag tot en met vrijdag van 08.00 uur tot 18.00 uur: €192,43 inclusief BTW per uur, waarbij minimaal twee uur in rekening wordt gebracht.

    • b.

      Van maandag tot en met vrijdag van 18.00 uur tot 08.00 uur en alle tijden in weekenden en/of op feestdagen: €251,40 inclusief BTW per uur, waarbij minimaal twee uur in rekening wordt gebracht.

  • 2. De kosten van het bewaren van een bijzonder voertuig of voertuigen boven de 3500 kg bedragen voor elk volgend etmaal of een gedeelte daarvan: €46,56 per etmaal inclusief BTW.

  • 3. Bovenstaande tarieven zijn gebaseerd op inzet van een zwaar bergingsvoertuig. Kosten van extra materieel en/of kosten van inzet van extra medewerkers worden op nacalculatie berekend en komen bovenop de in lid 1 en/of lid 2 genoemde bedragen.

Artikel 6 Overbrengen en in bewaring stellen van motorrijtuigen in het geval van gebleken onvoldoende rijgeschiktheid of rijvaardigheid dan wel het ontbreken van een behoorlijk zichtbare kentekenplaat

Wanneer gebruik wordt gemaakt van de bevoegdheid, als bedoeld in artikel 130, vierde lid , 164, zevende lid , en/of 174, eerste lid, van de wet, zijn de artikelen 1, 3, 4 en 5 van deze verordening van overeenkomstige toepassing.

Artikel 7 Inwerkingtreding en intrekking oude verordening

Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na de dag van bekendmaking.

De Wegsleepverordening 2020 van de gemeente Deventer, vastgesteld op 26-02-2020 wordt gelijktijdig met de inwerkingtreding van deze verordening ingetrokken.

Artikel 8 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: ‘Wegsleepverordening 2021’.

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare raadsvergadering van 2 december 2020.

De raad voornoemd,

de griffier,

A. Kerver

de voorzitter,

R.C. König

Toelichting Wegsleepverordening Deventer

Algemeen

Op 1 januari 2002 zijn de Wet van 21 februari 1997, houdende de wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 (WVW 1994), ook wel de wijziging van de wegsleepregeling genoemd, en het bijbehorende Besluit wegslepen van voertuigen in werking getreden. Artikel 170 tot en met 173 WVW 1994 zijn geheel vervangen door nieuwe bepalingen. De Wijzigingswet is bij de Invoeringswet van de derde tranche van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), deel II, nog aangepast in verband met de overgang van de bepalingen over de uitvoering van bestuursdwang uit de Gemeentewet naar de Awb. Op grond van artikel 173, tweede lid, dienen bij gemeentelijke verordening nadere regels te worden gesteld. Deze verordening geeft hieraan invulling.

Bevoegdheid tot het wegslepen van voertuigen

Het uitvoeren van de wegsleepregeling is sinds 1 januari 2002 geen bevoegdheid meer van de burgemeester, maar van het college van burgemeester en wethouders. Het wegslepen van een voertuig moet worden gezien als een bijzondere vorm van bestuursdwang. In de Awb zijn algemene regels gesteld over de toepassing van bestuursdwang. Deze regels zijn voor een groot deel ook van toepassing op het wegslepen van voertuigen. In de WVW 1994 wordt een aantal bepalingen uit de Awb niet van toepassing verklaard. Tegen besluiten tot het wegslepen van voertuigen staat op grond van de Awb bezwaar en vervolgens beroep open.

Uitgebreide werking

Op grond van de oude (geldig tot 1-1-2002) WVW 1994 mochten op de weg staande voertuigen alleen worden weggesleept in het belang van de veiligheid op de weg, de vrijheid van het verkeer of het vrijhouden van invalidenparkeerplaatsen. Op grond van de herziene regeling in de WVW 1994 en het daarop gebaseerde Besluit wegslepen van voertuigen is het laatstgenoemde criterium uitgebreid. Zowel de VNG als een aantal grote(re) gemeenten hebben hier sterk op aangedrongen bij zowel het ministerie van Verkeer en Waterstaat als de Tweede Kamer. Er zijn immers meer locaties denkbaar waar fout parkeren als zeer hinderlijk wordt ervaren zonder dat de veiligheid op de weg of de vrijheid van het verkeer direct in het geding is.

Direct optreden tegen dergelijke fout geparkeerde voertuigen kan in bepaalde gevallen zeer wenselijk zijn. Hierbij kan worden gedacht aan het onbevoegd parkeren op laad- en loshavens, taxistandplaatsen, marktterreinen, voetgangersgebieden en dergelijke. Deze wegen en weggedeelten moeten eerst nader worden aangewezen in een gemeentelijke verordening voordat gemeenten gebruik kunnen maken van deze bevoegdheid.

Verordening

Zoals in artikel 173, tweede lid van de wet wordt voorgeschreven. In deze verordening dienen in elk geval regels te worden gesteld over:

de aanwijzing van de plaats(en) waar de weggesleepte voertuigen worden bewaard;

de berekening van de kosten die verbonden zijn aan de uitvoering van het wegslepen en bewaren van voertuigen;

de eventuele aanwijzing van wegen en weggedeelten waar op grond van artikel 170, eerste lid, onder c WVW 1994 voertuigen mogen worden weggesleept.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1

In deze bepaling is een aantal begrippen omschreven dat diverse malen in deze verordening terugkomt. De omschrijving van deze begrippen spreekt voor zich. Veelal wordt verwezen naar definities uit bestaande wetgeving.

Ad d. Voertuig

Het begrip 'voertuig', zoals in artikel 1 RVV 1990 is omschreven, is ruim. Hieronder vallen niet alleen motorvoertuigen, maar ook fietsen en bromfietsen, invalidenvoertuigen, trams en wagens. Al deze voertuigen vallen derhalve onder de werking van deze wegsleepverordening. Ook in de APV is een bepaling opgenomen over de verwijdering van fietsen en bromfietsen van de openbare weg. Deze bepaling is aanvullend op wat de wegenverkeerswetgeving beoogt te regelen. In de APV spelen namelijk andere belangen een rol, zoals de openbare orde en veiligheid, het uiterlijk aanzien en de openbare gezondheid.

Ad e. Motorrijtuig

Het begrip 'motorrijtuig' is apart omschreven omdat artikel 5 van de model-wegsleepverordening alleen betrekking heeft op dit soort voertuigen.

Artikel 2

Zoals hiervoor in het algemene deel van de toelichting is gememoreerd, is de bevoegdheid tot het wegslepen van voertuigen in de wet zelf geregeld. Voor het wegslepen van voertuigen in het belang van de veiligheid op de weg of de vrijheid van het verkeer hoeven geen wegen en weggedeelten te worden aangewezen. Van deze bevoegdheid kan op alle wegen en weggedeelten binnen de gemeente gebruik worden gemaakt. Voor het wegslepen van voertuigen in het belang van het vrijhouden van wegen en weggedeelten kunnen op grond van artikel 170, eerste lid, aanhef en onder c, en artikel 173, tweede lid, aanhef en onder c WVW 1994 bij gemeentelijke verordening wegen en weggedeelten worden aangewezen. In artikel 2 van het Besluit wegslepen van voertuigen is nader aangegeven om welke soorten van wegen en weggedeelten het kan gaan, zoals onder andere gehandicaptenparkeerplaatsen, taxistandplaatsen, laad- en loshavens, parkeerplaatsen voor vergunninghouders, voetgangersgebieden en dergelijke. Het is aan de gemeenteraad om in deze wegsleepverordening de wegen en weggedeelten aan te wijzen waar het college van burgemeester en wethouders van deze bevoegdheid gebruik kan maken. In de tekst van de modelverordening is de ruimste variant opgenomen: alle wegen en weggedeelten binnen de gemeente zijn aangewezen. Kortom, een voertuig kan in het belang van het vrijhouden van wegen en weggedeelten slechts worden weggesleept wanneer deze wegen en weggedeelten én behoren tot de soorten van wegen en weggedeelten, zoals bedoeld in artikel 2 van het Besluit wegslepen van voertuigen, én zijn aangewezen in de wegsleepverordening.

Artikel 3

De inhoud van de bepaling spreekt voor zich. Vanwege de redactie van artikel 173, tweede lid WVW 1994 moet(en) de plaats(en) van bewaring van voertuigen door de gemeenteraad worden aangewezen. Delegatie aan het college van burgemeester en wethouders is niet mogelijk. In onvoorziene omstandigheden is het denkbaar dat de burgemeester op grond van zijn bijzondere bevoegdheden ter handhaving van de openbare orde tijdelijk ook andere terreinen aanwijst als plaats van bewaring van voertuigen.

Artikel 4

In artikel 13 tot en met 15 van het Besluit wegslepen van voertuigen is geregeld welke soorten van kosten die verbonden zijn aan het wegslepen en in bewaring stellen van voertuigen, in rekening kunnen worden gebracht. Het gaat hierbij niet alleen om personele en materiële kosten die direct verband houden met het wegslepen en in bewaring stellen van voertuigen, maar ook om kosten die verbonden zijn aan bekendmaking van beschikkingen, verkoop, eigendomsoverdracht om niet of vernietiging van voertuigen, inclusief de taxatie van deze voertuigen, renteverlies, WA-verzekering en dergelijke. Bij de berekening van de prijzen hanteert het wegsleepbedrijf de indexering conform de CBS-prijsindex, welke van overheidswege beschikbaar wordt gesteld.

In het tweede lid van deze bepaling, waarin de kosten van bewaring van voertuigen worden geregeld, wordt het begrip 'etmaal' gebruikt. Het etmaal, zoals hier bedoeld, begint op het moment van in bewaring nemen van een voertuig en eindigt 24 uur later.

Artikel 5

Naast de in artikel 170, eerste lid WVW 1994 bedoelde gevallen zijn in deze wet nog twee gevallen genoemd, waarin het noodzakelijk kan zijn om een voertuig te laten wegslepen en in bewaring te laten stellen. Achtereenvolgens wordt hier gedoeld op:

  • -

    het niet afgeven van het rijbewijs, wanneer dit is ingevorderd, omdat iemand zijn/haar motorrijtuig heeft bestuurd terwijl hij/zij onder invloed was van drogerende stoffen of alcohol en dergelijke, of waarvan vanwege een verkeersovertreding het rijbewijs is ingevorderd (zie artikel 130 en 164 WVW 1994);

  • -

    de situatie dat de politie verbaal opmaakt omdat (artikel 174 WVW 1994):

    een motorrijtuig niet beschikt over een behoorlijk zichtbare kentekenplaat terwijl de eigenaar of houder van dat motorrijtuig niet direct te achterhalen is. Hierbij kan bijvoorbeeld worden gedacht aan voertuigwrakken die geen kenteken meer hebben of aan situaties dat er sprake kan zijn van het 'knoeien' met kentekens in geval van autodiefstal.

een verkeersovertreding is begaan die administratiefrechtelijk wordt afgedaan terwijl de eigenaar of houder van dat motorrijtuit niet direct te achterhalen is.

Wanneer in dit soort gevallen een voertuig moet worden weggesleept en in bewaring genomen, is er geen sprake van uitoefening van bestuursdwang. Artikel 170, eerste lid WVW 1994, waarin de bestuurs-dwangbevoegdheid is geregeld, is dan ook niet van toepassing verklaard in de genoemde gevallen. In feite gaat het om een vorm van inbeslagname van goederen die ook in het strafrecht voorkomt.

Wel heeft de wetgever voor deze gevallen diverse bepalingen uit het hoofdstuk van de Algemene wet bestuursrecht rond bestuursdwang en de WVW 1994 (artikel 170 e.v.) van overeenkomstige toepassing verklaard. Daarom zijn in de wegsleepverordening de artikelen over de bewaarplaats(en) van voertuigen en openingstijden (artikel 3) en de kosten van overbrengen en bewaren van voertuigen (artikel 4) voor deze gevallen van overeenkomstige toepassing verklaard.