Verordening op de naamgeving van delen van de openbare ruimte en de nummering van gebouwen, complexen, afgebakende terreinen, lig- en standplaatsen (adressen).

Geldend van 27-12-2007 t/m heden

Intitulé

Verordening op de naamgeving van delen van de openbare ruimte en de nummering van gebouwen, complexen, afgebakende terreinen, lig- en standplaatsen (adressen).

Opmerkingen m.b.t. de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

1.Gemeentewet, artikel 149.

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum

inwerkingtreding

06-02-2009

27-12-2007

Terugwerkende kracht t/m

Betreft

Wijziging van artikel 4 lid 2, artikel 5 lid 3, artikel 6 lid 5,

nieuwe regeling

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

09-10-2008

05-02-2009

20-09-2007

Diemer Courant

d.d. 14-11-2007,

65e jaargang, editie 7, nr. 46, pagina 2.

Kenmerk voorstel

nr. 08-47

nr. 07-55

Verordening naamgeving en nummering (adressen)

Nr.: 07-55

De raad van de gemeente Diemen;

gelezen het voorstel van het college d.d. 28 augustus 2007;

gelet op artikel 149 van de Gemeentewet;

b e s l u i t :

vast te stellen de:

Verordening op de naamgeving van delen van de openbare ruimte en de nummering van gebouwen, complexen, afgebakende terreinen, lig- en standplaatsen (adressen).

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    College : het college van burgemeester en wethouders;

  • b.

    Openbare ruimte : alle voor het openbaar rijverkeer of ander verkeer openstaande wegen of paden, pleinen, plaatsen, plantsoenen, bruggen, viaducten, knooppunten of daarmee vergelijkbare plaatsen of constructies en alle wateren die, al dan niet met enige beperking, voor het publiek bevaarbaar of anderszins toegankelijk zijn, alsmede daarin begrepen alle bouwwerken die daar deel van uitmaken;

  • c.

    Woonplaats : een door het college aangewezen gebied waaraan een woonplaatsnaam is toegekend;

  • d.

    Verblijfsobject : de kleinste binnen één of meerdere panden gelegen en voor woon -, bedrijfsmatige - of recreatieve doeleinden geschikte eenheid van gebruik, die ontsloten wordt via een eigen toegang vanaf de openbare weg, een erf of een gedeelde verkeersruimte en die onderwerp kan zijn van rechtshandelingen;

  • e.

    Gebouw : elk bouwwerk dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;

  • f.

    Complex : een afgebakend samengesteld geheel van gebouwen en bouwwerken (industriecomplex, complex met vakantiehuisjes, kazernecomplex, agrarisch complex, jachthavencomplex, etc.);

  • g.

    Afgebakend terrein : een terrein met afsluitbare toegang, waarop zich geen bouwwerken bevinden;

  • h.

    Ligplaats : een deel van het openbare water dat is bestemd voor het permanent afmeren van een (woon)schip of een woonark;

  • i.

    Standplaats : een kavel, die is bestemd voor het plaatsen van een woonwagen, waarop (nuts)voorzieningen aanwezig zijn;

  • j.

    Nummer : een nummer dat bestaat uit een of meer Arabische cijfers, al dan niet met toevoeging van een letter of cijfer, of combinatie van letters en cijfers;

  • k.

    Object : een gebouw, verblijfsobject, complex, afgebakend terrein, ligplaats of standplaats;

  • I.

    Rechthebbende : eenieder die krachtens eigendom of een beperkt zakelijk recht de beschikking heeft over een onroerende zaak, alsmede de beheerder;

  • m.

    Uitvoeringsvoorschriften : nadere bepalingen van technische en administratieve aard.

Artikel 2. Naamgeving van woonplaatsen en van delen van de openbare ruimte

  • 1. Het college stelt voor het totale grondgebied van de gemeente ten minste een woonplaats vast en kan een woonplaats in wijken of buurten verdelen, zonodig daaraan namen, letters of nummers toekennen.

  • 2. Het college kent voor het totale grondgebied van de gemeente namen toe aan te onderscheiden delen van de openbare ruimte en zonodig aan bouwwerken.

  • 3. Onder vaststellen, verdelen en toekennen, zoals bedoeld in het eerste en tweede lid, wordt tevens begrepen het wijzigen en intrekken van de vaststelling, verdeling en toekenning.

Artikel 3. Nummering van objecten

  • 1. Het college kan aan een object of een te onderscheiden deel daarvan een nummer toekennen.

  • 2. Het college kent aan elk verblijfsobject een nummer toe.

  • 3. Aan een object dat een nummer heeft gekregen, moet het nummer op een doeltreffende wijze zijn aangebracht.

  • 4. Onder toekennen, zoals bedoeld in het eerste lid, wordt tevens begrepen het wijzigen en intrekken van de toekenning.

Artikel 4. Namen en nummers aanbrengen

  • 1. De door het college aan delen van de openbare ruimte toegekende namen worden zichtbaar en in voldoende aantallen ter plaatse aangebracht.

  • 2. Het is verboden naamborden aan te brengen.

Artikel 5. Gedoogplicht naamborden

  • 1. Indien het college het nodig oordeelt dat borden met een wijk- of buurtaanduiding, borden met straatnamen en verwijsborden aan een bouwwerk, gebouw, muur, paal, schutting of een andere soort terreinafscheiding worden aangebracht, is de rechthebbende verplicht toe te laten dat de hier bedoelde borden overeenkomstig de aanwijzingen van het college worden aangebracht, onderhouden, gewijzigd of verwijderd.

  • 2. De rechthebbende dient er zorg voor te dragen dat de in het eerste lid genoemde borden vanaf de openbare weg duidelijk leesbaar blijven.

  • 3. Een oordeel als bedoelt in het eerste lid wordt de rechthebbende schriftelijk bekend gemaakt.

Artikel 6. Nummerborden aanbrengen

  • 1. De rechthebbende is verplicht het nummer, zoals bedoeld in artikel 3, eerste lid, binnen vier weken na kennisgeving van het besluit van het college aan te brengen.

  • 2. Tenzij door het college anders is besloten, is de rechthebbende van een object verplicht het in het eerste lid genoemde nummer, alsmede daarmee verband houdende verwijs- en verzamelborden aan te brengen op een wijze zoals krachtens artikel 7 is bepaald.

  • 3. Indien een object nog niet is voltooid, wordt het nummer binnen vier weken na voltooiing aangebracht.

  • 4. Het college kan de in het tweede en derde lid genoemde termijn verlengen.

  • 5. Het is verboden een nummer, aan te brengen zonder een besluit als bedoeld in het eerste lid.

Artikel 7. Uitvoeringsvoorschriften

Het college is bevoegd nadere uitvoeringsvoorschriften te stellen betreffende het bepaalde in deze verordening.

Artikel 8. Strafbepaling

  • 1. Overtreding van artikel 4, tweede en derde lid, of het niet voldoen aan de bepalingen in artikel 5 en 6, wordt gestraft met een geldboete van de eerste categorie.

  • 2. Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze regeling is belast de sector ROB.

Artikel 9. Inwerkingtreding

De verordening treedt in werking op de eerste dag na het verstrijken van een termijn van zes weken na de datum van uitgifte van de Diemer Courant waarin zij is geplaatst.

Artikel 10. Overgangsbepalingen

  • 1. Namen en nummers die reeds aan delen van de openbare ruimte en objecten zijn toegekend, blijven na het in werking treden van deze verordening bestaan.

  • 2. Het college kan in afwijking van het eerste lid besluiten dat de op grond van de in het eerste lid genoemde regels en voorschriften aangebrachte namen en nummers binnen een door hem te bepalen termijn moeten worden vervangen door namen en nummers die voldoen aan de bij of krachtens deze verordening gestelde voorschriften.

  • 3. Bij het wijzigen van een naam of nummer, als bedoeld in het tweede lid, zullen zowel de oude en de nieuwe naam als het oude en het nieuwe nummer gedurende een jaar mogen worden gebruikt op de wijze die bepaald is in de uitvoeringsvoorschriften, bedoeld in artikel 7, eerste lid (facultatief).

Artikel 11. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als de “Verordening naamgeving en nummering (adressen)”.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de gemeenteraad van 20 september 2007.
De griffier,
De voorzitter,

Bijlage bij de Modelverordening naamgeving en nummering (adressen)

Bijlage A.

Technische uitvoeringsvoorschriften als bedoeld in artikel 7, eerste lid

Het college van Diemen, gelet op artikel 3 en artikel 7, eerste lid, van de Verordening naamgeving en nummering, besluit vast te stellen de volgende:

Technische uitvoeringsvoorschriften voor de nummering

Artikel 1. Wijze van toekenning van nummers

  • 1.

    De wijze van toekenning van de nummers gebeurt overeenkomstig systeem…<systeemsoort(en)> uit de Nederlandse norm NEN 1773, uitgave 1983.

  • 2.

    De voor de onderscheiden wijken en buurten geldende systemen zijn aangegeven op de bij deze technische uitvoeringsvoorschriften behorende kaart (facultatief).

Artikel 2. Plaatsing van de nummerdragers

Nummerdragers worden aangebracht overeenkomstig het gestelde in de Nederlandse

norm NEN 1773, uitgave 1983.

Artikel 3. Afmetingen en vormgeving nummerdragers

  • 1.

    Nummerdragers moeten voldoen aan het gestelde inzake afmetingen en vormgeving in de Nederlandse norm NEN 1774, uitgave 1959.

  • 2.

    Indien niet kan worden voldaan aan het voorschrift van het eerste lid, hebben de nummerdragers een mate van leesbaarheid die ten minste gelijkwaardig is aan wat wordt beoogd met het eerste lid.

Artikel 4. Materiaalkeuze voor de nummerdragers

Het materiaal dat wordt toegepast voor de vervaardiging van al dan niet te verlichten nummerdragers, is in overeenstemming met het over de uitvoering van de dragers gestelde in de Nederlandse norm NEN 1774, uitgave 1959.

Artikel 5. Voeren oude en nieuwe nummers

Bij het gedurende een jaar naast elkaar gebruiken van de oude naam of het oude nummer naast de nieuwe naam of het nieuwe nummer wordt de oude naam met een streep en het oude nummer met een kruis doorgehaald (facultatief).

Artikel 6. Naamdragers

De naamdragers moeten voldoen aan de gestelde functionele eisen ten aanzien van de afmetingen, de uitvoering, de constructie, de kleursoorten en de lichttechnische eigenschappen van de toegepaste materialen en de plaatsing van naamborden en naamverwijsborden, zoals vervat in de Nederlandse norm NEN 1772, uitgave 1992.

Aldus vastgesteld door het college in de vergadering van …<datum>.

De secretaris, de burgemeester,

Toelichting bijlage A: technische uitvoeringsvoorschriften

Artikel 1.

Lid 1. Ook voor nieuwe wijken of buurten verdient het aanbeveling om een systeem van nummering te kiezen dat zo veel mogelijk aansluit bij het systeem dat van oudsher in de gemeente gangbaar is. In de Nederlandse norm 1773 (uitgave: Nederlands Normalisatie-instituut, Delft, herziene uitgave, 1983), hoofdstuk 3, zijn de in gemeente gangbare systemen van nummering nader gedefinieerd:

  • -

    Systeem A: de hoofdregel van dit systeem houdt in dat de nummers oplopen, gerekend vanuit het centrum van de gemeente (of vanaf het (oude) gemeentehuis).

  • -

    Systeem B: de hoofdregel van dit systeem houdt in dat de nummers oplopen, gerekend van noord naar zuid en van west naar oost.

  • -

    Systeem C: de nummering vindt in dit systeem plaats gerekend vanaf hoofdwegen naar het einde van (doodlopende) zijwegen of woonerven.

Voor elk systeem bevat de norm detailregels voor situaties waarin de hoofdregels niet onverkort toepasbaar zijn, alsmede nadere regels over etagewoningen en dergelijke. Tevens zijn toelichtende tekeningen opgenomen.

Lid 2. De in het onderhavige lid bedoelde plattegrond van de gemeente is slechts vereist indien in de gemeente meer dan één nummersysteem gangbaar is. In dat geval moet immers de aanwijzing van een van de omschreven systemen ten behoeve van een bepaalde wijk of buurt plaatsvinden. Tevens moeten dan de grenzen tussen die wijken of buurten worden gedefinieerd.

Artikel 2.

Met het oog op de zichtbaarheid vanaf de openbare weg bevat de Nederlandse norm NEN 1773, hoofdstuk 4, maatvoorschriften voor de plaats van de nummerdragers, gerekend vanaf het maaiveld en de bijbehorende voordeur. Tevens worden regels gegeven voor de verzamel- en verwijsbordjes die nodig zijn bij de ligging van meer dan één woning (of bedrijf) in hetzelfde gebouw, respectievelijk bij de ligging binnen een complex of op grote afstand van de weg.

Lid 1. In de Nederlandse norm NEN 1774 zijn tekeningen voor nummerdragers opgenomen met volledige maatvoering. Uitgegaan is van een hoogte van de cijfers van 88 millimeter. De breedte van de nummerdragers varieert, afhankelijk van het aantal cijfers waaruit een bepaald nummer bestaat. Het opgenomen cijferontwerp is van een schreefloos, op grote afstand leesbaar type.

Lid 2. Bij de beoordeling van een gelijkwaardige leesbaarheid verdient het in elk geval aanbeveling om geen cijfers van een geringere hoogte dan circa 9 cm te accepteren.

Artikel 3.

De overigens globaal omschreven uitvoeringseisen in de Nederlandse norm NEN 1774, uitgave 1959, zijn gericht op de keuze van materialen die duurzaam bestand zijn tegen weersinvloeden. Te verlichten nummerdragers bestaan in de regel uit zogenaamde transparanten, waarachter bij duisternis een lampje brandt.

(De bovenstaande tekst is een beschrijving gebaseerd op de in gemeente van oudsher gehanteerde werkwijze die later in NEN-normen zijn neergelegd. Gemeenten worden aangeraden uit te gaan van de genoemde NEN-normen, waarin de voornoemde werkwijze is gecodificeerd. De NEN-bladen zijn verkrijgbaar bij het NEN, Vlinderveg 6, postbus 5059, 2600 GB Delft, telefoon (015) 269 03 90, fax (015) 269 O1 90.)

Artikel 4.

Dit artikel regelt de afmeting en vorm van nummerdragers. De inhoud van dit artikel spreekt voor zich.

Artikel 5.

Met het met een streep doorhalen van de oude naam en met een kruis doorhalen van het oude nummer wordt voor eenieder die zoekt op de oude naam of het oude nummer duidelijk dat er een wijziging in de naam of nummer is opgetreden (facultatief).

Artikel 6.

Dit artikel regelt de functionele eisen voor naamborden en naamverwijsborden.

Bijlage B.

Administratieve uitvoeringsvoorschriften als bedoeld in artikel 7, tweede lid

Het college van Diemen, gelet op artikel 7, tweede lid, van de Verordening naamgeving en nummering, besluit vast te stellen de volgende:

Administratieve uitvoeringsvoorschriften voor namen en nummers (adressen)

Artikel 1. Naamgeving van woonplaatsen en van delen van de openbare ruimte

Door gemeenten zelf in te vullen regels over bijvoorbeeld de bestuurlijke, taalkundige en inhoudelijke uitgangspunten bij het benoemen van woonplaatsen en delen van de openbare ruimte.

Artikel 2. De indeling in wijken en buurten

Door de gemeente zelf in te vullen regels in aansluiting op de door het CBS voorgestelde werkwijze.

Artikel 3. De nummering van objecten

Door gemeenten zelf in te vullen regels over bijvoorbeeld de algemene en bijzondere uitgangspunten bij het toekennen van nummers aan objecten. Daarnaast kunnen regels worden gegevens over het gemeentelijk nummeringproces.

Artikel 4. De opmaak van documenten

Door gemeenten zelf in te vullen regels over bijvoorbeeld:

  • a.

    het opmaken van het straatnaambesluit met de bijbehorende straatnaamtekeningen;

  • b.

    door gemeenten zelf in te vullen regels inzake de huisnummerbeschikking met bijbehorende gevelschets en situatietekening;

  • c.

    door de gemeente zelf in te vullen regels met betrekking tot het plaatsen van verwijs- en verzamelborden.

Artikel 5. De openbare registratie van namen en nummers

Door gemeenten zelf in te vullen regels voor de openbare registratie van bijvoorbeeld de:

  • a.

    gemeentenaam en de gemeentecode;

  • b.

    woonplaatsen en de geometrische weergave daarvan;

  • c.

    wijk- en buurtindeling en de geometrische weergave daarvan;

  • d.

    naamgeving aan delen van de openbare ruimte en de geometrische weergave daarvan;

  • e.

    huisnummers.

Artikel 6. Overige regels

Door gemeenten zelf in te vullen regels over het in het kader van de registratie bijhouden van bijvoorbeeld:

  • a.

    brondocumenten in een openbare register van brondocumenten;

  • b.

    de verzending van stukken en gegevens;

  • c.

    het in bewaring nemen van stukken;

  • d.

    afgeven van afschriften;

  • e.

    tekenbevoegdheid van relevante stukken;

  • f.

    het veranderen van fouten in documenten;

  • g.

    wijze van aanbrengen van correcties in de registratie.

Aldus vastgesteld door het college in de vergadering van…<datum>.

De secretaris, De burgemeester,

Toelichting op de administratieve uitvoeringsvoorschriften

Het rapport “Adres onbekend” van het Overlegorgaan RAVI, bijlage D, alsmede het rapport “De grondslagen voor een gemeentelijke basisregistratie adressen” is in nauwe samenwerking met de VNG opgesteld en door enkele gemeenten beproefd. Met name de voornoemde grondslagen zijn te beschouwen als de administratieve organisatie op hoofdlijnen. Een gemeente kan desgewenst deze grondslagen aanvullen in aansluiting op de in haar organisatie geldende omstandigheden.

Daarnaast kunnen onderdelen uit het VNG-handboek “Benoemen, nummeren en begrenzen” worden gebruikt. Daarbij moet worden gedacht aan bepalingen die verband houden met bijvoorbeeld binnengemeentelijk gebruik, levering aan externe instanties, meervoudig gegevensgebruik en dergelijke.

Noot:

De administratieve uitvoeringsvoorschrifîen vormen geen onderdeel van de beleidsregels, zoals beschreven in paragraaf 10 van de algemene toelichting op de Modelverordening naamgeving en nummering.