Regeling vervallen per 31-12-2011

Reïntegratieverordening gemeente Diemen

Geldend van 13-04-2004 t/m 30-12-2011

Intitulé

Reïntegratieverordening gemeente Diemen

Opmerkingen m.b.t. de regeling

Deze regeling vervangt de “Verordening op de verstrekking van uitstroompremies en werkaanvaardingssubsidies”.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  • 1.

    Gemeentewet, artikel 147 lid 1;

  • 2.

    Wet werk en bijstand, de artikelen 7, 8 en 10 lid 2;

  • 3.

    Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werknemers, de artikelen 34, 35 en 36;

  • 4.

    Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen werknemers, de artikelen 34, 35 en 36.

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum

inwerkingtreding

13-04-2004

Terugwerkende kracht t/m

Betreft

nieuwe regeling

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

26-02-2004

Diemer Courant

d.d. 03-03-2004,

62e jaargang, editie 7, nr. 9, pagina 2.

Kenmerk voorstel

nr. 04-09

Reïntegratieverordening gemeente Diemen

Nr.: 04-09

De Raad van de gemeente Diemen;

gezien het advies van de Commissie Sociale Infrastructuur;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 20 januari 2004;

gelet op artikel 147, eerste lid van de Gemeentewet, de artikelen 7 en 8 en 10 tweede lid van de Wet werk en bijstand, de artikelen 34, 35 en 36 van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werknemers en de artikelen 34, 35 en 36 van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen werknemers;

overwegende dat het noodzakelijk is bij verordening te regelen op welke wijze invulling wordt gegeven aan de opdracht ondersteuning te bieden bij reïntegratie van personen die algemene bijstand ontvangt;

besluit vast te stellen de volgende:

Reïntegratie verordening Diemen

HOOFDSTUK 1. Algemene bepalingen

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    de wet : de Wet werk en bijstand, hierna te noemen WWB;

  • b.

    het college : het college van burgemeester en wethouders;

  • c.

    uitkeringsgerechtigde : een persoon die een uitkering heeft in het kader van de Wet werk en bijstand, de IOAW of de IOAZ, in de leeftijd van 18 tot 65 jaar;

  • d.

    niet-uitkeringsgerechtigde : een persoon van en 18 jaar en ouder en jonger dan 65

    (nugger) jaar, die als werkloze werkzoekende staat geregistreerd bij de Centrale organisatie voor Werk en Inkomen en die geen recht heeft op een uitkering op grond van deze wet of de Werkloosheidswet, de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen, de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehan- dicapten, de Wet op de arbeidsongeschiktheids- verzekering, de Toeslagenwet, de Tijdelijke wet beperking inkomensgevolgen arbeidsongeschiktheids- criteria, dan wel op grond van een regeling, die met deze wetten naar aard en strekking overeenstemt;

  • e.

    belanghebbende : de in sub c en d genoemde persoon en diegene, die een uitkering in het kader van de Algemene nabestaandenwet ontvangt, wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken;

  • f.

    voorziening : een instrument binnen een reïntegratietraject dat ingezet wordt om belemmeringen bij aanvaarding van algemeen geaccepteerde arbeid weg te nemen;

  • g.

    algemeen geaccepteerde : arbeid die algemeen maatschappelijk aanvaard is;

    arbeid

  • h.

    vrijstelling : de ontheffing van een verplichting, verbonden aan de bijstand;

  • i.

    reïntegratietraject : het geheel aan begeleiding en voorzieningen op arbeidsinschakeling;

  • j.

    trajectplan : een plan opgesteld, gericht op het vergroten van de mogelijkheden tot inschakeling in het arbeidsproces;

  • k.

    Werkaanvaarding premie : een financiële vergoeding voor het aanvaarden van arbeid;

  • l.

    Termijn van duurzaamheid : periode waarin belanghebbende door het aanvaarden van een arbeidsovereenkomst rechten op een voorliggende voorziening opbouwt.

Artikel 2. Verantwoording en opdracht

Het college draagt zorg voor de reïntegratie van belanghebbenden.

  • a.

    jaarlijks stelt het college beleidsregels vast, waarin wordt aangegeven:

    • 1.

      de doelstelling;

    • 2.

      de doelgroep of doelgroepen;

    • 3.

      de voorzieningen;

    • 4.

      het beschikbare budget, zowel per doelgroep als in totaal, dat voor de doelstelling beschikbaar is.

  • b.

    in het jaar volgend op de looptijd van de beleidsregels doet het college verslag aan de raad van de resultaten.

  • c.

    de beleidsregels maken deel uit van het afdelingsplan van de afdeling Werk, Inkomen en Zorg.

HOOFDSTUK 2. Rechten en plichten

Artikel 3. Vrijstelling

  • a. naar oordeel van het college kunnen personen genoemd in artikel 1 sub c tijdelijk worden vrijgesteld van een of meerdere van de (reïntegratie)verplichtingen verbonden aan het recht op uitkering;

  • b. na maximaal een jaar zal de tijdelijke vrijstelling opnieuw beoordeeld worden, tenzij een door het college aangevraagd advies anders bepaalt.

Artikel 4. Voorzieningen

Het college stelt voorzieningen beschikbaar, die belanghebbende in staat stelt om deel te nemen aan het reïntegratietraject.

  • a.

    de voorzieningen die worden ingezet, moeten noodzakelijk zijn voor de reïntegratie van belanghebbende naar deelname aan het maatschappelijke verkeer of betaalde arbeid;

  • b.

    de noodzakelijkheid wordt door het college bepaald.

Artikel 5. Subsidieplafonds

Het college kan een plafond instellen voor o.a. de hoogte van de voorziening en het aantal personen dat in aanmerking komt voor een specifieke voorziening.

Artikel 6. Verplichtingen en trajectplan

  • a. Belanghebbende is verplicht om een door het college aangeboden reïntegratietraject, ongeacht of het initiatief van belanghebbende is uitgegaan, te volgen en wel op zodanige wijze dat uitstroom naar regulier betaalde arbeid kan plaatsvinden;

  • b. Indien het reïntegratietraject vroegtijdig wordt beëindigd dan wel indien de uitstroom naar betaalde arbeid wordt belemmerd en zulks te wijten is aan handelen of het nalaten ervan door belanghebbende, dan kan dit leiden tot:

    • 1.

      afstemming van het recht op uitkering. Het gestelde in de Afstemmingsverordening van de gemeente Diemen is in deze situatie van toepassing;

    • 2.

      het instellen van een vordering op belanghebbende van de reeds gemaakte en nog verschuldigde kosten, voor zover deze althans door het college aan derden betaald worden.

  • c. de afspraken en verplichtingen worden vastgelegd in een trajectplan dat door het college, belanghebbende en het reïntegratie bedrijf wordt ondertekend;

  • d. naar oordeel van het college worden de afspraken gemaakt in het trajectplan na het afsluiten van elke fase tussentijds geëvalueerd;

  • e. indien noodzakelijk kan na evaluatie het trajectplan worden bijgesteld of stopgezet.

Artikel 7. Algemene bepalingen over voorzieningen

  • 1. In beleidsregels worden vastgelegd welke voorzieningen het college in ieder geval kan aanbieden alsmede de voorwaarden die daarbij gelden voor zover daarover in deze verordening geen nadere bepalingen zijn opgenomen.

  • 2. Het college kan, in aanvulling op de verplichtingen die voortvloeien uit de wet en deze verordening, aan een voorziening nadere verplichtingen verbinden.

  • 3. Het college kan een voorziening beëindigen:

    • a.

      indien de persoon die aan de voorziening deelneemt zijn verplichting als bedoeld in de wet niet nakomt;

    • b.

      indien de persoon die deelneemt niet meer behoort tot de doelgroep van de wet;

    • c.

      indien de persoon algemeen geaccepteerde arbeid aanvaardt, waarbij geen gebruik wordt gemaakt van deze voorziening;

    • d.

      indien naar het oordeel van het college de voorziening onvoldoende bijdraagt aan een snelle arbeidsinschakeling.

  • 4. Door middel van beleidsregels kan het college ten aanzien van de voorzieningen, nadere regels stellen. Deze regels kunnen in ieder geval betrekking hebben op:

    • a.

      de voorwaarden waaronder een voorziening wordt aangeboden;

    • b.

      de weigeringsgronden bij het aanbieden van voorzieningen;

    • c.

      de intrekking of wijziging van de subsidieverlening of - vaststelling;

    • d.

      de aanvraag, van en de besluitvorming over subsidies en premies;

    • e.

      de betaling van subsidies en het verlenen van voorschotten;

    • f.

      het vragen van een eigen bijdrage;

    • g.

      overige criteria voor het aanbieden van voorzieningen en het verstrekken van subsidies.

Artikel 8. Premies

  • 1. Het college kan aan personen een activeringspremie toekennen.

  • 2. Deze premie wordt verstrekt in de volgende gevallen:

    • a.

      Het aanvaarden van algemeen geaccepteerde arbeid, niet zijnde gesubsidieerde arbeid;

    • b.

      Het aanvaarden van gesubsidieerde arbeid;

    • c.

      Het deelnemen aan sociale activering;

    • d.

      Het met goed gevolg afronden van scholing.

  • 3. Het college stelt bij uitvoeringsbesluit regels over de doelgroepen en de hoogte van de premies.

HOOFDSTUK 3. Overige bepalingen

Artikel 9. Bevoegdheid

Het college is belast met de uitvoering van deze verordening.

Artikel 10. Onvoorziene omstandigheden

Indien zich omstandigheden voordoen die bij het opstellen van de verordening niet waren voorzien, neemt het college een beslissing.

Artikel 11. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als “Reïntegratieverordening gemeente Diemen”.

Artikel 12. Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na het verstrijken van een termijn van zes weken na 1 maart 2004.

  • 2.

    Bij het inwerking treden van deze verordening vervalt de “Verordening op de verstrekking van uitstroompremies en werkaanvaardingssubsidies”.

Ondertekening

Aldus besloten door de raad voornoemd in zijn openbare vergadering van 26 februari 2004.
de griffier,
de voorzitter,