Regeling klachtbehandeling door bestuursorganen van de gemeente Diemen 2010

Geldend van 26-11-2010 t/m heden

Intitulé

Regeling klachtbehandeling door bestuursorganen van de gemeente Diemen 2010

Opmerkingen m.b.t. de regeling

Deze regeling vervangt de “Aanvullende regeling interne klachtbehandeling door bestuursorganen van de gemeente Diemen 2007”

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Algemene Wet Bestuursrecht, art. 9.1.1, 9.1.2

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum

inwerkingtreding

Terugwerkende kracht t/m

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

26-11-2010

nieuwe regeling

05-07-2010

Diemer Courant

d.d. 25-11-2010

Regeling klachtbehandeling door bestuursorganen van de gemeente Diemen 2010

De raad, burgemeester en wethouders en de burgemeester, ieder voor zover het de eigen bevoegdheden betreft,

Gelezen

het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 11 mei 2010;

Overwegende

dat de behandeling van klachten over gedragingen van bestuursorganen geregeld is in hoofdstuk 9 van de Algemene wet bestuursrecht;

Gelet op

het bepaalde in de afdelingen 9.1.1 en 9.1.2 van de Algemene wet bestuursrecht;

Besluiten

De regeling “Klachtbehandeling door bestuursorganen van de gemeente Diemen 2010” vast te stellen onder gelijktijdige intrekking van de “Aanvullende regeling interne klachtbehandeling door bestuursorganen van de gemeente Diemen 2007”

Artikel 1 Algemene bepalingen

1.De behandeling van klachten, als bedoeld in artikel 9:1, eerste lid, alsmede van klaagschriften, als bedoeld in artikel 9:4, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht door bestuursorganen van de Gemeente Diemen geschiedt overeenkomstig de bepalingen in de afdelingen 9.1.1 en 9.1.2 van die wet.

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    klacht: een klacht, mondeling, telefonisch, dan wel schriftelijk ingediend, over de wijze waarop een bestuursorgaan of een namens dat bestuursorgaan handelende medewerker zich in een bepaalde aangelegenheid jegens de indiener van de klacht of jegens een ander heeft bedragen;

  • b.

    klachtencoördinator: een door burgemeester en wethouders van de gemeente Diemen aangewezen, onder hun verantwoordelijkheid werkzame medewerker, belast met de zorg van het klachtbewust maken en houden van de organisatie, de zorg voor een juridisch correcte klachtbehandeling, de centrale registratie van klachten, de voortgangsbewaking van de behandeling van klachten en de analyse van en periodieke rapportage over klachten en de behandeling daarvan;

  • c.

    klachtbehandelaar: degene die ingevolge deze regeling of op grond van een besluit van het betreffende bestuursorgaan zorg draagt voor de feitelijke behandeling van klachten en de advisering aan het bestuursorgaan over de op een klacht te nemen beslissing;

  • d.

    medewerker: een persoon, die onder verantwoordelijkheid van een bestuursorgaan van de gemeente Diemen een of meer gemeentelijke taken uitvoert, ongeacht of deze deel uitmaakt van de gemeentelijke organisatie en ongeacht of deze feitelijk door burgemeester en wethouders of de raad is aangesteld;

  • e.

    wet: de Algemene wet bestuursrecht.

Deze regeling is niet van toepassing op klachten over personen werkzaam bij een inrichting voor openbaar onderwijs of enige andere met openbaar gezag beklede instelling, waarvoor een afzonderlijke wettelijke regeling voor klachtbehandeling is voorgeschreven.

Artikel 2 Mondelinge en telefonische klachten

  • 1. Een mondelinge of telefonisch ingediende klacht kan door de klachtbehandelaar zonder beslissing van het betreffende bestuursorgaan worden afgedaan, tenzij degene die de klacht heeft ingediend te kennen heeft gegeven een formele behandeling van zijn klacht door het bestuursorgaan te wensen.

  • 2. Indien degene die een klacht heeft ingediend een schriftelijke reactie van het betreffende bestuursorgaan wenst op diens klacht, wordt hem schriftelijk meegedeeld dat een klaagschrift moet worden ingediend, alsmede aan welke vereisten een klaagschrift wettelijk moet voldoen.

  • 3. De klachtbehandelaar maakt van de ontvangst zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen vijf werkdagen na ontvangst van de klacht, melding via een behandelbericht bij de klachtencoördinator.

  • 4. De melding bevat een zakelijke weergave van de mondelinge klacht en – indien van toepassing - van de wijze waarop de klacht is afgehandeld en/of welke vervolgacties zijn of worden ondernomen

Artikel 3 Schriftelijke klachten

  • 1. Op de behandeling van schriftelijke klachten of e-mails door bestuursorganen van de gemeente Diemen zijn de afdelingen 2.1 en 2.2 van de Algemene wet bestuursrecht van overeenkomstige toepassing.

  • 2. De ontvangst van een klaagschrift wordt op dag van binnenkomst schriftelijk door de klachtencoördinator bevestigd waarbij wordt aangegeven wie de klachtbehandelaar is en waarbij tevens wordt aangegeven dat klager binnen vijf werkdagen telefonisch door deze klachtbehandelaar wordt geïnformeerd over de wijze waarop en binnen welke termijn het klaagschrift in behandeling wordt genomen.

  • 3. Het hoofd van de afdeling, dan wel een andere persoon of orgaan, bij wie in afwijking van het voorgaande lid een schriftelijke klacht rechtstreeks is ingekomen, zendt zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen een dag, het klaagschrift aan de klachtencoördinator

  • 4. Een klaagschrift kan buiten behandeling worden gelaten indien:

    • a.

      niet is voldaan aan de vereisten in artikel 9:4, tweede en derde lid van de wet en klager, nadat hij door de klachtencoördinator daarop is gewezen, niet binnen veertien dagen de vereiste gegevens heeft aangevuld;het

    • b.

      een klacht betreft, als bedoeld in artikel 9:8, eerste en tweede lid van de wet.

  • 5. Beslist het bestuursorgaan in een geval als bedoeld in het vorige lid dat de klacht niet in behandeling wordt genomen, dan wordt dit door de klachtbehandelaar eerst telefonisch en vervolgens schriftelijk aan de indiener van een klaagschrift meegedeeld onder vermelding van de mogelijkheid van klachtbehandeling door de bevoegde externe klachtinstantie.

  • 6. De klachtbehandelaar deelt de beslissing van het bestuursorgaan over een in behandeling genomen klacht eerst telefonisch en vervolgens schriftelijkaan de indiener van een klaagschrift mee onder vermelding van de mogelijkheid van klachtbehandeling door de bevoegde externe klachtinstantie.

Artikel 4 De klachtencoördinator

  • 1. Burgemeester en wethouders wijzen een onder hun verantwoordelijkheid werkzame medewerker aan als klachtencoördinator.

  • 2. Burgemeester en wethouders kunnen een plaatsvervangend klachtencoördinator aanwijzen.

  • 3. De klachtencoördinator of de namens hem aangewezen functionaris geeft gevraagd of ongevraagd advies aan de klachtbehandelaar over de vraag of de klacht moet worden behandeld, over de wijze van behandeling van de klacht en over de consequenties die aan een gegronde klacht verbonden worden.

  • 4. De klachtencoördinator draagt zorg voor:

    • a.

      beoordeling van de ontvankelijkheid van een klaagschrift overeenkomstig artikel 9:4, tweede lid van de wet, alsmede van de plicht tot behandeling overeenkomstig artikel 9:8, eerste en tweede lid van de wet;

    • b.

      centrale registratie van ingediende schriftelijke en mondelinge klachten;

    • c.

      de bewaking van de voortgang van de behandeling van klachten in relatie tot de daarvoor geldende termijnen;

    • d.

      de maandelijkse voortgangsrapportage van klachtafhandeling aan de portefeuillehouders, de directie en het managementteam;

    • e.

      halfjaarlijkse rapportage aan directie, managementteam en gemeentebestuur over het aantal ingekomen klachten, de analyse daarvan en de ondernomen verbeteracties of voorstellen ter zake;

    • f.

      de voorgeschreven jaarlijkse publicatie van geregistreerde klachten

  • 5. De in het voorgaande lid onder f bedoelde publicatie omvat tenminste een overzicht van:

  • a. het aantal ingediende schriftelijke en mondelinge klachten;

  • b. de onderwerpen, de behoorlijkheidsnormen en de organisatieonderdelen,waarop de klachten betrekking hebben;

  • c. een verdeling naar gegronde en ongegronde klachten;

  • d. de wijze waarop de klachten zijn afgehandeld en de eventueel daaraan verbonden consequenties;

  • e. de wijze waarop de geldende termijnen voor afhandeling van klachten in acht zijn genomen.

  • 6. De klachtencoördinator fungeert tevens als de contactpersoon voor de bevoegde externe klachtinstantie en draagt zorg voor de aanlevering van de informatie en stukken, waarom door de externe klachtinstantie is verzocht.

Artikel 5 De klachtbehandelaar

  • 1. Tenzij in voorkomende gevallen door de raad, burgemeester en wethouders, dan wel de burgemeester, ieder voor zover het hun bevoegdheden betreft, een andere persoon of klachtinstantie is aangewezen, wordt met de feitelijke behandeling van klachten belast:

  • a. De manager van de afdeling waar het onderwerp van de klacht onder valt, tenzij deze afdelingsmanager zelf rechtstreeks bij de gedraging betrokken is geweest, dan wel

  • b. de naast hogere manager van de onder a bedoelde afdelingsmanager, indien de laatste rechtstreeks bij de gedraging betrokken is geweest, dan wel

  • c. de burgemeester, indien de klacht een gedraging van de raad of van een der wethouders betreft, dan wel de eerst aangewezen loco-burgemeester, indien de klacht een gedraging van de burgemeester persoonlijk betreft.

  • 2. De klachtbehandelaar draagt zorg voor:

  • a. de schriftelijke melding aan de klachtencoördinator van een – anders dan via de klachtencoördinator – mondeling of schriftelijk ingediende klacht en van de informele afdoening van de klacht of van de eventuele beslissing van het bestuursorgaan op de klacht;

  • b. het uitnodigen en het horen van de klager en van degene, op wiens gedraging de klacht betrekking heeft; de verslaglegging van het hoorgesprek;

  • c. zorgvuldig onderzoek van de stukken, die voor behandeling van de klacht relevant zijn;

  • d. de samenstelling van een klachtdossier, als bedoeld in artikel 8 van de regeling;

  • e. de advisering aan het betreffende bestuursorgaan over de afhandeling van de klacht en de aan een klacht te verbinden consequenties;

  • f. de tijdige bekendmaking aan de klager en aan degene, op wiens gedraging de klacht betrekking heeft, van de beslissing van het bestuursorgaan over de afhandeling van de klacht en de aan een klacht te verbinden consequenties;

  • g. het tijdig bericht geven van verdaging van de beslissing van het bestuursorgaan over de klacht.

Artikel 6 Het horen naar aanleiding van de klacht

  • 1.

    De indiener van een klaagschrift en degene, op wiens gedraging de klacht betrekking heeft, worden door de klachtbehandelaar in elkaars aanwezigheid gehoord, tenzij een van beiden verzocht heeft afzonderlijk gehoord te worden.

  • 2.

    Indien de klachtbehandelaar, na advies van de klachtcoördinator, beslist om klager en degene op wiens gedragingen de klacht betrekking heeft niet in elkaars bijzijn te horen, wordt dit met schriftelijke motivering in het advies aan het bestuursorgaan toegelicht.

  • 3.

    Van het horen kan worden afgezien in de gevallen, bedoeld in artikel 9:10, tweede lid van de wet.

  • 4.

    Van het horen wordt door een door de klachtbehandelaar aangewezen persoon een verslag gemaakt dat de klager wordt toegezonden. Een afschrift van het verslag wordt gezonden aan degene over wiens gedraging is geklaagd.

Bij toepassing van het eerste lid worden zowel de indiener van een klaagschrift als degene, op wiens gedraging de klacht betrekking heeft, in de gelegenheid gesteld een reactie te geven op hetgeen klager, respectievelijk degene, op wiens gedraging de klacht betrekking heeft, tijdens het horen naar voren hebben gebracht.

Artikel 7 Overdracht van de bevoegdheid tot interne klachtbehandeling

  • 1. Burgemeester en wethouders kunnen bij wijze van mandaat de bevoegdheid inzake klachtbehandeling overdragen aan een ander, niet tot de gemeente Diemen behorend bestuursorgaan, indien en voor zover dit bestuursorgaan gemeentelijke taken uitvoert onder verantwoordelijkheid van burgemeester en wethouders van Diemen.

  • 2. Op uitoefening van de overgedragen bevoegdheid tot behandeling van de klacht zijn artikel 8 en artikel 9 van deze regeling van overeenkomstige toepassing.

  • 3. Het in het eerste lid bedoelde bestuursorgaan biedt de bij hem ingediende schriftelijke klachten tijdig ter registratie aan bij de klachtencoördinator en rapporteert jaarlijks tijdig, doch uiterlijk op 1 maart van het volgende kalenderjaar aan burgemeester en wethouders over de in het voorafgaande jaar ontvangen en afgehandelde schriftelijk ingediende klachten.

Artikel 8 Dossiervorming

  • 1. Van iedere klacht wordt door de klachtbehandelaar een dossier bijgehouden, waarin tenminste de volgende gegevens en documenten worden bewaard:

  • a. het eventuele klaagschrift, dan wel de zakelijke, schriftelijke weergave van een mondelinge klacht;de schriftelijke ontvangstbevestiging van de klacht;

  • b. verslagen van het horen;

  • c. aan het bestuursorgaan uitgebrachte adviezen over klachten en de afhandeling daarvan;

  • d. de beslissing van het bestuursorgaan over de klacht en de eventueel daaraan verbonden consequenties.

  • e. het behandelbericht

Artikel 9 Geheimhoudingsplicht

  • 1. Een ieder die uit hoofde van zijn functie kennis neemt van het besprokene tijdens het horen of van hetgeen in stukken met betrekking tot een klacht neemt daarover overeenkomstig artikel 2:5 van de Awb geheimhouding in acht.

  • 2. De geheimhoudingsplicht geldt niet jegens het bestuursorgaan, dat bevoegd is over de klacht te beslissen, zelf, dan wel jegens de klachtcoördinator, en is niet van toepassing op niet tot personen herleidbare informatie.

Artikel 10 Citeertitel en inwerkingtreding

  • 1.

    Deze regeling kan worden aangeduid als Regeling klachtbehandeling gemeente Diemen 2010.

  • 2.

    Onder mannelijke naamgevingen worden in de regeling ook vrouwelijke naamgevingen begrepen

  • 3.

    De regeling treedt in werking op de dag na bekendmaking ervan.

Aldus besloten tijdens de gemeenteraadsvergadering van 5 juli 2010,

De voorzitter, De griffier,