Regeling vervallen per 11-02-2020

Beleidsnotitie kledinginzameling aan huis gemeente Dinkelland

Geldend van 28-09-2013 t/m 10-02-2020

Intitulé

Beleidsnotitie kledinginzameling aan huis gemeente Dinkelland

Burgemeester en wethouders van Dinkelland;

gelet op artikel 4:81 e.v. van de Algemene wet bestuursrecht, artikel 11, tweede lid, van de Afvalstoffenverordening 2008 en artikel 10.23 van de Wet milieubeheer;

gelet op artikel 2 van de Verordening op het gemeenteblad;

Besluit:

de tekst van de beleidsregels “Beleidsnotitie kledinginzameling aan huis gemeente Dinkelland”, vastgesteld bij besluit van het college van burgemeester en wethouders d.d. 11 september 2012, en bekendgemaakt door kennisgeving van het besluit in 'DinkellandVisie' van 27 september 2012 met de daarbij behorende toelichting te plaatsen in het gemeenteblad.

Dinkelland, 10 oktober 2013

Burgemeester en wethouders voornoemd,

De secretaris, De burgemeester,

drs. A.B.A.M. Damer, mr. R.S. Cazemier

Beleidsnotitie kledinginzameling aan huis gemeente Dinkelland

Volgens welke beleidsregels beslist de gemeente op een aanvraag om een inzamelvergunning?

Artikel 1 Aantal vergunningen kledinginzameling per jaar

Jaarlijks wordt aan maximaal 14 organisaties vergunning verleend voor kledinginzamelingen. Hierbij hebben de organisaties die in voorgaande jaren een inzamelvergunning hebben ontvangen voorrang. Tenzij er andere omstandigheden aanwezig zijn om hiervan af te wijken. Dit doet zich onder anderen voor op het moment dat een inzamelactie in een voorgaand jaar tot problemen heeft geleid.

Artikel 2 Duur en aantal inzamelperiodes per jaar

Om alle stichtingen en verenigingen die in voorgaande jaren ook een inzamelvergunning hebben gekregen, de mogelijkheid te geven om ook na de inwerkingtreding van deze beleidsnotitie, in het bezit te komen van een inzamelvergunning, wordt de inzamelvergunning verleend voor slecht één periode van vijf aaneengesloten dagen per jaar.

Artikel 3 Periode tussen de inzamelperiodes

Om tot een goede spreiding van de inzameling (en daarmee met een redelijk aanbod van kleding) te komen, moet tussen twee kledinginzamelingsacties een periode van tenminste vier weken liggen per inzamelgebied. Dat is dan ook de reden om er voor te kiezen om alleen gedurende de even maanden (februari, april, juni, augustus, oktober en december) een kledinginzameling per inzamelgebied te laten plaatsvinden.

Artikel 4 Inzamelgebieden

De gemeente is opgedeeld in de volgende drie inzamelgebieden:

  • -

    Denekamp, Lattrop, Tilligte en Noord Deurningen;

  • -

    Ootmarsum, Nutter, Agelo en Oud Ootmarsum; en

  • -

    Saasveld, Weerselo, Rossum en Deurningen.

Artikel 4a Wijze van inzameling

De inzameling dient als volgt plaats te vinden:

  • -

    Er moet ingezameld worden met behulp van de aan huis verspreide zakken. Op de zakken dienen de naam van de instelling, de contactgegevens en de tijden dat de zakken buiten mogen staan te worden vermeld; of

  • -

    Er dient gebruik gemaakt te worden van duidelijk herkenbare inzamelpunten, die na de inzamelactie volledig vrij van afval en kleding dienen te worden achtergelaten.

Artikel 5 Datum indienen vergunning

De aanvraag voor een inzamelingsvergunning moet tussen 1 januari en 1 november voorafgaand aan het aangevraagde kalenderjaar ontvangen zijn.

Artikel 6 Vereisten aanvraag

Voor het aanvragen van een inzamelvergunning dient gebruik gemaakt te worden van het door het college vastgestelde aanvraagformulier.

Artikel 7 Selectiecriterium

De organisatie moet zijn getoetst door het Centraal Bureau Fondsenwerving en positief zijn bevonden.

Als de gewenste inzamelperiodes elkaar overlappen binnen het zelfde inzamelgebied, dan is de datum van ontvangst van de aanvraag doorslaggevend.

Artikel 8 Inwerkingtreding

Deze beleidsregel treedt inwerking met ingang van de eerste dag nadat zij bekend gemaakt is.

Artikel 9 Overgangsbepaling

De beleidsregels zijn niet van toepassing op aanvragen die zijn ontvangen voor het tijdstip waarop deze beleidsregel in werking is getreden.

Artikel 10 Citeertitel

Deze beleidsregel wordt aangehaald als:

Beleidsnotitie kledinginzameling aan huis gemeente Dinkelland

Toelichting

Beleidsnotitie kledinginzameling aan huis gemeente Dinkelland

Wat is de aanleiding voor het opstellen van een beleidsnota voor de inzameling van kleding?

De Afvalstoffenverordening van de gemeente Dinkelland regelt de vergunningplicht voor het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen (waaronder ook het inzamelen van kleding valt). Artikel 11, lid 1, van de Afvalstoffenverordening bepaalt, dat het verboden is zonder inzamelvergunning van het college huishoudelijke afvalstoffen in te zamelen. Lid 2 bepaalt dat de vergunning kan worden geweigerd in het belang van een doelmatig beheer van huishoudelijke afvalstoffen.

De laatste jaren zijn er problemen ontstaan bij de verlening van vergunningen voor het inzamelen van kleding. Er worden gemiddeld veertien vergunningen per jaar verleend waarbij uitsluitend één criterium geldt. De aanvrager moet in het bezit zijn van een CBF keurmerk. Het weigeren van een inzamelvergunning, op grond van het niet doelmatig beheer van afvalstoffen, komt niet voor.

De problemen ontstaan vooral rond de inzamelperiodes. Zo kent het jaar aantrekkelijke en minder aantrekkelijke periodes voor inzamelaars om kleding in te zamelen. Dit heeft tot gevolg dat er in slechts zeven maanden ingezameld wordt door een veertiental inzamelaars. Door het ontbreken van beleid is het bijna onmogelijk om inzamelvergunningen te weigeren. Het is dan ook niet vreemd dat dit tot problemen leidt. Met behulp van uniform beleid, voor de toetsing van aanvragen om een inzamelingvergunning van kleding aan huis, kan deze problematiek worden voorkomen.

Wat is de juridische grondslag voor deze beleidsnotitie?

Op grond van artikel 10.23 Wet milieubeheer moet iedere gemeente een afvalstoffenverordening hebben vastgesteld. Op 13 juni 2008 is de Afvalstoffenverordening gemeente Dinkelland 2008 in werking getreden. Op grond van artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht kan een bestuursorgaan beleidsregels vaststellen met betrekking tot een hem toekomende of onder zijn verantwoordelijkheid uitgeoefende, dan wel door hem gedelegeerde bevoegdheid. De bevoegdheid van het college is vervolgens terug te vinden in artikel 11 lid 2 van de Afvalstoffenverordening.

Door beleid vast te stellen en openbaar te maken, kan een ieder op de hoogte zijn wanneer een inzamelvergunning wordt verleend en wanneer de inzamelvergunning wordt geweigerd. Zo ontstaat er een duidelijke en transparante procedure. De beleidsnotitie is een uitwerking van artikel 11 lid 2 van de Afvalstoffenverordening. Hierdoor wordt de inzameling van kleding zodanig gereguleerd dat een doelmatiger beheer van huishoudelijke afvalstoffen ontstaat.

Wat is en wat doet het Centraal Bureau Fondsenwerving?

Het Centraal Bureau Fondsenwerving (CBF) is een onafhankelijke stichting die al sinds 1925 toezicht houdt op de inzameling van geld voor goede doelen. Een van de belangrijkste taken van het CBF is het beoordelen van fondsenwervende instellingen. De bekendste beoordelingsvorm is het CBF-Keur. In de praktijk streeft het CBF de realisatie van de doelstelling onder meer na door:

  • ·

    Het ontwikkelen van regelgeving voor een betrouwbare en verantwoorde fondsenwerving en door toetsing van de naleving door individuele instellingen;

  • ·

    onafhankelijke signalering en documentering van zaken die maatschappelijk van belang kunnen zijn bij fondsenwerving; en

  • ·

    het verstrekking van informatie en advies aan publiek, overheden en instellingen.

Het CBF adviseert terughoudend te zijn met het verlenen van vergunningen. Een vergunning voor twee tot drie maanden is voldoende. Het bevordert een rendabele inzameling en het voorkomt dat de burgers overvoerd worden door inzamelacties.

Hoeveel vergunningen werden er jaarlijks aangevraagd en hoe worden die afgehandeld?

Voor 2011 en 2012 zijn er in totaal 14 inzamelvergunningen verleend. Dit is gelijk aan het aantal aanvragen. Aanvragen werden uitsluitend getoetst aan de inschrijving bij het CBF. Aan dit criterium voldoen de aanvragers.

Niet alle vergunningen hebben betrekking op de inzameling van kleding binnen de gehele gemeente. Er zijn in totaal zes vergunningen verleend voor de gehele gemeente.

Deze vergunningen zijn verleend voor een periode van vijf aaneengesloten dagen per jaar. Uitsluitend aan de Vereniging Paardrijden Gehandicapten en Sam’s kledingactie voor mensen in nood zijn vergunningen verleend voor twee periodes, waarbij voor de VPGO een vergunning is verleend voor twee keer 15 dagen.

Verder zijn er nog aan een achttal stichtingen inzamelvergunningen verleend voor delen van de gemeente. Hierbij is de gemeente opgesplitst in drie delen bestaande uit de volgende kernen:

  • -

    Denekamp, Lattrop, Tilligte en Noord Deurningen;

  • -

    Ootmarsum, Nutter, Agelo en Oud Ootmarsum;en

  • -

    Saasveld, Weerselo, Rossum en Deurningen.

Welk doel wordt beoogd bij de vaststelling van deze beleidsnotitie?

De notitie wordt gebruikt als toetsingskader bij het toetsen van aanvragen om inzamelvergunningen. Hiermee wordt beoogd:

een transparant toetsingskader neer te zetten, waarmee een doelmatiger beheer van huishoudelijke afvalstoffen, in dit geval kleding in het bijzonder, te bewerkstelligen.