Verordening op de ambtelijke bijstand en de fractieondersteuning gemeente Doesburg 2005

Geldend van 21-04-2005 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2005

Intitulé

Verordening op de ambtelijke bijstand en de fractieondersteuning gemeente Doesburg 2005

De raad van de gemeente Doesburg;

gelezen het voorstel van het college van Burgemeester en wethouders van

1 maart 2005 nr A7;

gezien het advies van het presidium van 17 maart 2005;

gelet op artikel 33, derde lid van de Gemeentewet;

besluit:

vast te stellen de "Verordening op de ambtelijke bijstand en de fractieondersteuning gemeente Doesburg 2005"

Paragraaf 1 Ambtelijke bijstand.

Artikel 1

  • 1. Een raadslid wendt zich tot de griffier met een verzoek om:

    • a.

      feitelijke informatie van geringe omvang;

    • b.

      inzage in of afschrift van documenten die openbaar zijn;

    • c.

      bijstand bij het opstellen van voorstellen, amendementen en moties of andere bijstand.

  • 2. De informatie, bedoeld in het eerste lid, onderdeel a of b, wordt door de griffier, een medewerker van de griffie of op verzoek van de griffier door een ambtenaar gegeven.

  • 3. Indien een ambtenaar twijfelt of het verzoek betrekking heeft op informatie bedoeld in het eerste lid, onderdeel a of b, stelt hij de secretaris daarvan in kennis. De secretaris beslist.

  • 4. De bijstand, bedoeld in het eerste lid, onderdeel c, wordt verleend door de griffier of een medewerker van de griffie. Indien de gevraagde bijstand niet door de griffier of een medewerker van de griffie kan worden verleend kan de griffier de secretaris verzoeken, één of meer ambtenaren aan te wijzen die de gevraagde bijstand zo spoedig mogelijk verlenen.

Artikel 2

  • 1. Een ambtenaar verleent op verzoek van de griffier of de secretaris ambtelijke bijstand tenzij:

    • a.

      het raadslid niet aannemelijk heeft gemaakt dat de bijstand betrekking heeft op de werkzaamheden van de raad;

    • b.

      dit het belang van de gemeente kan schaden.

  • 2. De secretaris beoordeelt of ambtelijke bijstand op grond van het eerste lid geweigerd wordt.

  • 3. Indien de bijstand op grond van het eerste lid geweigerd wordt deelt de secretaris dit met redenen omkleed mee aan de griffier en aan het raadslid dat het verzoek heeft ingediend.

Artikel 3

Indien het verzoek om bijstand van een ambtenaar door de secretaris wordt geweigerd kan de griffier of het betrokken raadslid het verzoek voorleggen aan de burgemeester. De burgemeester beslist zo spoedig mogelijk op het verzoek.

Artikel 4

  • 1. Indien een raadslid niet tevreden is over door een ambtenaar verleende bijstand, doet hij of de griffier hiervan mededeling aan de secretaris.

  • 2. Indien overleg met de secretaris niet leidt tot een voor beide partijen bevredigende oplossing leggen zij de zaak voor aan de burgemeester. De burgemeester beslist zo spoedig mogelijk over de zaak.

Artikel 5

Elk raadslid heeft recht op ambtelijke bijstand als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel c.

Artikel 6

De secretaris doet mededeling aan de desbetreffende portefeuillehouder in het college van het verzoek om bijstand als bedoeld in artikel 5.

Artikel 7

Indien het college of leden van het college informatie wensen over een verzoek om ambtelijke bijstand of de inhoud van het gegeven advies wenden zij zich daartoe rechtstreeks tot het betrokken raadslid.

Paragraaf 2 Fractieondersteuning.

Artikel 8

  • 1. De fracties, zoals bedoeld in artikel 5 van het reglement van orde, ontvangen jaarlijks een financiële bijdrage als tegemoetkoming in de kosten voor het functioneren van de fractie.

  • 2. Deze bijdrage bestaat uit maximaal 300 euro voor elke fractie.

Artikel 9

  • 1. Fracties besteden de bijdrage om hun volksvertegenwoordigende, kaderstellende en controlerende rol te versterken.

  • 2. De bijdrage mag niet gebruikt worden ter bekostiging van:

    • a.

      uitgaven die in strijd zijn met wettelijke bepalingen en overige regelingen;

    • b.

      betalingen aan politieke partijen, met politieke partijen verbonden instellingen of natuurlijke personen anders dan ter vergoeding van prestaties (diensten of goederen) geleverd ten behoeve van de fractie op basis van een gespecificeerde, reële declaratie;

    • c.

      giften;

    • d.

      uitgaven welke dienen bestreden te worden uit vergoedingen die de leden ingevolge het rechtspositiebesluit raads- en commissieleden toekomen;

    • e.

      opleidingen voor raads- en commissieleden.

Artikel 10

  • 1. De bijdrage voor fractieondersteuning wordt uitbetaald nadat voor de betreffende uitgave(n) een declaratie is ingediend bij de griffier. Het geld wordt overgemaakt op de rekening van de betreffende fractie.

  • 2. Het in enig jaar niet opgebruikte bedrag als bedoeld in artikel 1 wordt niet overgeboekt naar het volgend jaar en geldt na afloop van het kalenderjaar als vervallen. Tot en met 31 januari van het jaar volgend op het jaar waarop de financiële bijdrage betrekking heeft, kunnen de declaraties over dat jaar voor betaling worden aangeboden.

  • 3. In een jaar waarin gemeenteraadsverkiezingen plaatsvinden, bestaat aanspraak op betaling van de bijdrage tot en met de maand waarin de nieuw gekozen gemeenteraad wordt geïnstalleerd en betreffen het alsdan te berekenen evenredig deel van het in artikel 8, tweede lid, genoemde maximumbedrag. In afwijking van het bepaalde in het tweede lid van dit artikel kunnen declaraties voor uitgaven die zijn gedaan in de periode van dat jaar voordat de nieuw gekozen gemeenteraad is geïnstalleerd worden ingediend tot uiterlijk de laatste kalenderdag van de maand volgend op die waarin de installatie van de nieuw benoemde gemeenteraad heeft plaatsgevonden.

  • 4. In een jaar waarin gemeenteraadsverkiezingen plaatsvinden, bestaat aanspraak op betaling van de bijdrage met ingang van de maand volgend op die waarin de nieuw gekozen gemeenteraad wordt geïnstalleerd en betreffen het alsdan te berekenen evenredig deel van het in artikel 8 lid 2 genoemde maximumbedrag.

Artikel 11

  • 1. Indien het zeteltal van een fractie ten gevolge van de verkiezingen verandert, wijzigt de bijdrage niet.

  • 2. Bij splitsing van een fractie in meer dan één fracties gedurende de lopende raadsperiode blijft de op grond van artikel 8, tweede lid, vastgestelde bijdrage voor de oorspronkelijke fractie gehandhaafd. De aldus nieuw gevormde fractie maakt overeenkomstig het bepaalde in artikel 8 t/m/ 10 aanspraak op uitbetaling van de bijdrage, met dien verstande dat het bedrag waarop aanspraak bestaat in het jaar waarin de nieuwe fractie in de gemeenteraad zitting neemt wordt berekend naar evenredigheid van het aantal hele maanden van het resterende deel van het jaar.

Artikel 12

  • 1. Deze verordening treedt met terugwerkende kracht in werking met ingang van 1 januari 2005.

  • 2. De regeling “Ambtelijke bijstand” vastgesteld bij raadsbesluit van 14 maart 2002 wordt met terugwerkende kracht ingaande 1 januari 2005 ingetrokken.

Ondertekening

Aldus besloten door de raad van de gemeente Doesburg in zijn openbare vergadering van 31 maart 2005.
De griffier, De voorzitter,