Regeling vervallen per 25-07-2013

Verordening op de raadscommissies 2005

Geldend van 12-01-2005 t/m 24-07-2013

Intitulé

Verordening op de raadscommissies 2005

De raad van de gemeente Doetinchem;

gelezen het voorstel van 22 december 2004;

gelet op de artikelen 82 en 149 van de Gemeentewet;

b e s l u i t :

vast te stellen de volgende Verordening op de raadscommissies 2005

Artikel 1 Instelling commissies

  • 1. De raad stelt de volgende commissies in: a. de commissie ruimtelijke zaken; b. de commissie maatschappelijke zaken; c. de commissie bestuurlijke zaken en financiën.

  • 2. De commissies adviseren en overleggen over de onderwerpen verband houdende met de aard van elk van de commissies.

Artikel 2 Taken

Een commissie heeft de volgende taken:

  • a.

    het uitbrengen van advies aan de raad over een voorstel of onderwerp dat betrekking heeft op de in artikel 1, tweede lid, bedoelde onderwerpen;

  • b.

    het uitbrengen van advies aan de raad uit eigen beweging;

  • c.

    voeren van overleg met het college of de burgemeester over in ieder geval door het college of de burgemeester verstrekte inlichtingen en het gevoerde bestuur ten aanzien van de in artikel 1, tweede lid, bedoelde onderwerpen.

Artikel 3 Samenstelling

  • 1. Tot lid van een commissie zijn benoembaar raadsleden en opvolgers van de eenmansfracties.

  • 2. Een commissie bestaat uit maximaal 15 leden.

  • 3. De raad kan per lid een vervanger aanwijzen.

Artikel 4 Voorzitter

De voorzitter wordt door de raad uit zijn midden benoemd.

Artikel 5 Zittingsduur en vacatures

  • 1. De zittingsperiode van een lid eindigt in ieder geval aan het einde van de zittings-periode van de raad.

  • 2. De raad kan een lid ontslaan op voorstel van de fractie op wier voordracht het lid is benoemd.

  • 3. De raad kan de voorzitter ontslaan.

  • 4. Een lid en de voorzitter kunnen te allen tijde ontslag nemen. Zij doen daarvan schriftelijk en/of elektronisch mededeling aan de raad. Het ontslag gaat in een maand na de schriftelijke en/of elektronische mededeling of zoveel eerder als hun opvolger is benoemd.

  • 5. Indien door overlijden of ontslag een vacature ontstaat, beslist de raad zo spoedig mogelijk over de vervulling daarvan met inachtneming van artikel 3 en artikel 4.

Artikel 6 Commissiesecretaris

Een medewerker van de griffie voert het secretariaat van de commissies.

Artikel 7 Burgemeester en wethouders

  • 1. De voorzitter kan collegeleden uitnodigen in de vergadering aanwezig te zijn en aan de beraadslagingen deel te nemen.

  • 2. Indien de collegeleden bij een vergadering aanwezig willen zijn en willen deel-nemen aan de beraadslagingen, doen zij hiertoe een verzoek aan de voorzitter.

  • 3. De voorzitter neemt zo spoedig mogelijk een beslissing op het verzoek.

Artikel 8 Vergaderfrequentie

  • 1. In de regel vergaderen de commissies maandelijks.

  • 2. Een commissie vergadert voorts indien de voorzitter het nodig oordeelt of indien ten minste twee fracties met opgaaf van redenen daarom verzoeken.

Artikel 9 Oproep en agenda

  • 1. De voorzitter zendt ten minste zeven dagen voor een vergadering de leden een schriftelijke en/of elektronische oproep onder vermelding van de dag, het tijdstip en de plaats van de vergadering, alsmede de agenda en daarbij behorende stukken.

  • 2. De voorzitter kan na het verzenden van de stukken als bedoeld in het eerste lid zo nodig een aanvullende agenda doen uitgaan. Deze agenda en de daarop vermelde onderwerpen worden zo spoedig mogelijk aan de leden toegezonden.

  • 3. Wanneer de commissie een onderwerp of voorstel onvoldoende voor de beraads-laging voorbereid acht, kan zij aan het college of de burgemeester nadere inlichtingen of advies vragen. De commissie bepaalt in welke vergadering het onderwerp of voorstel opnieuw geagendeerd wordt.

  • 4. Aan de agenda van een niet-besloten vergadering wordt een openvragenronde voor inwoners en belanghebbenden toegevoegd.

Artikel 10 Ter inzage leggen van stukken

  • 1. Stukken die ter toelichting van de onderwerpen op de agenda dienen, worden gelijktijdig met het verzenden van de oproep voor eenieder in het stadhuis ter inzage gelegd. De voorzitter maakt van de terinzagelegging melding in de openbare kennisgeving als bedoeld in artikel 11.

  • 2. Indien voor stukken op grond van artikel 86, eerste en tweede lid, van de Gemeentewet geheimhouding is opgelegd, worden deze gelegd in het daarvoor bestemde kastje in de fractiekamer. Na inzage leggen de commissieleden de stukken weer terug in het hiervoor genoemde kastje.

Artikel 11 Openbare kennisgeving

  • 1. De vergadering wordt tegelijkertijd met de oproep door aankondiging in een huis-aan-huisblad en zo mogelijk door plaatsing op de website van de gemeente ter openbare kennis gebracht.

  • 2. De openbare kennisgeving vermeldt: a. de datum, aanvangstijd en plaats van de vergadering; b. de wijze waarop en de plaats waar eenieder de agenda en de daarbij behorende stukken kan inzien; c. de mogelijkheid tot het uitoefenen van het spreekrecht als bedoeld in artikel 14.

Artikel 12 Opening vergadering; quorum

  • 1. De voorzitter opent de vergadering op het vastgestelde uur, indien meer dan de helft van het aantal zitting hebbende leden aanwezig is.

  • 2. Wanneer een kwartier na het vastgestelde tijdstip niet het vereiste aantal leden aanwezig is, bepaalt de voorzitter onder verwijzing naar dit artikel dag en uur van de volgende vergadering, op een tijdstip dat ten minste 24 uur na het bezorgen van de oproep is gelegen.

  • 3. Op de vergadering, bedoeld in het tweede lid, is het eerste lid niet van toepassing. De commissie kan echter over andere aangelegenheden alleen beraadslagen, indien meer dan de helft van het aantal zitting hebbende leden aanwezig is.

Artikel 13 Afwezigheid fractie

Een fractie kan bij afwezigheid in de vergadering tot de aanvang daarvan schriftelijk en/of elektronisch een standpunt indienen.

Artikel 14 Spreekrecht

  • 1. Aan niet-commissieleden kan de mogelijkheid worden geboden over een of meer agendapunten, niet zijnde de rondvraag, een mening kenbaar te maken.

  • 2. Degenen die hiervan gebruik willen maken, moeten zich bij de aanvang van de vergadering bij de commissiesecretaris melden onder opgave van naam en het onderwerp waarover zij het woord willen voeren.

  • 3. Zij worden per agendapunt gedurende korte tijd, dit ter beoordeling van de voorzitter, in twee instanties in de gelegenheid gesteld hun mening kenbaar te maken. In bijzondere gevallen kan de voorzitter voorwaarden stellen aan het spreekrecht.

Artikel 15 Notulen

  • 1. De notulen van de voorgaande vergadering worden, zo mogelijk, aan de leden toegezonden gelijktijdig met de schriftelijke en/of elektronische oproep. De notulen worden op hetzelfde moment aan de overige personen die het woord gevoerd hebben, toegezonden.

  • 2. Bij het begin van de vergadering worden, zo mogelijk, de notulen van de vorige vergadering vastgesteld.

  • 3. De leden, de voorzitter en de collegeleden hebben het recht een voorstel tot wijziging van de notulen aan de commissie te doen

  • 4. De notulen moeten inhouden:

    • a.

      de namen van de voorzitter, de griffier, de commissiesecretaris en de ter vergadering aanwezige commissieleden en collegeleden, alsmede van de overige personen die het woord gevoerd hebben;

    • b.

      een vermelding van de zaken die aan de orde zijn geweest;

    • c.

      een zakelijke samenvatting van het besprokene;

    • d.

      een samenvatting van het advies aan de raad met eventuele vermelding van minderheidsstandpunten;

    • e.

      bij het desbetreffende agendapunt de naam en de hoedanigheid van die personen aan wie het op grond van het bepaalde in artikel 16 door de commissie is toegestaan deel te nemen aan de beraadslagingen.

Artikel 16 Deelname aan de beraadslaging door anderen

  • 1. De commissie kan bepalen dat anderen mogen deelnemen aan de beraadslaging.

  • 2. Een beslissing daartoe wordt op voorstel van de voorzitter of een lid genomen alvorens met de beraadslaging ten aanzien van het aan de orde zijnde agendapunt een aanvang wordt genomen.

Artikel 17 Geheimhouding

Voor de afloop van de besloten vergadering beslist de commissie overeenkomstig artikel 86, eerste lid van de Gemeentewet of omtrent de inhoud van de stukken en het verhandelde geheimhouding zal gelden. De commissie kan besluiten de geheimhouding op te heffen.

Artikel 18 Opheffing geheimhouding

Indien de raad op grond van artikel 25, derde en vierde lid van de Gemeentewet voornemens is de geheimhouding op te heffen, wordt daarover, als de commissie die geheimhouding heeft opgelegd daarom verzoekt, in een besloten vergadering met de commissie overleg gevoerd.

Artikel 19 Geluid- en beeldregistraties

Degenen die in de vergaderzaal tijdens de vergadering geluid- danwel beeldregistraties willen maken, doen hiervan mededeling aan de voorzitter en gedragen zich naar zijn aanwijzingen.

Artikel 20 Verbod gebruik mobiele telefoons

In de vergaderzaal, met inbegrip van de publieke tribune, is tijdens de vergadering het gebruik, alsmede het stand-by houden van mobiele telefoons of andere communicatie-middelen die inbreuk kunnen maken op de orde van de vergadering, zonder toestemming van de voorzitter niet toegestaan.

Artikel 21 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt de dag na bekendmaking in werking en werkt terug tot en met 1 januari 2005.

  • 2. Terzelfder tijd wordt ingetrokken de Verordening op de raadscommissies Doetinchem, vastgesteld op 25 april 2002.

  • 3. Deze verordening wordt aangehaald als Verordening op de raadscommissies gemeente Doetinchem 2005.