Regeling vervallen per 01-01-2011

MARKTVERORDENING GEMEENTE DOETINCHEM 2005

Geldend van 06-01-2005 t/m 31-12-2010 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2005

Intitulé

MARKTVERORDENING GEMEENTE DOETINCHEM 2005

MARKTVERORDENING GEMEENTE DOETINCHEM 2005

De raad van de gemeente Doetinchem;

gezien het besluit van de stuurgroep herindeling Wehl/Doetinchem van 14 december 2004;

gelezen het voorstel van de stuurgroep herindeling Wehl/Doetinchem van 22 december 2004;

gelet op artikel 149 van de Gemeentewet;

b e s l u i t :

vast te stellen de Marktverordening gemeente Doetinchem 2005.

HOOFDSTUK 1 - INLEIDENDE BEPALINGEN

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    aanvrager: een natuurlijk persoon, niet zijnde een rechtspersoon als bedoeld in boek 2 van het Burgerlijk Wetboek;

  • b.

    anciënniteitslijst: de lijst van vergunninghouders van een vaste plaats;

  • c.

    branche-indeling: de indeling in artikelengroepen en het aantal vastgestelde vaste plaatsen per artikelengroep;

  • d.

    het college: het college van burgemeester en wethouders;

  • e.

    dagplaats (meeloopplaats): de standplaats die per marktdag beschikbaar wordt gesteld omdat deze niet als vaste plaats is toegewezen, danwel ingenomen;

  • f.

    eigen materiaal: het opstalmateriaal van vergunninghouder dat door hem op een vaste plaats wordt gebruikt;

  • g.

    grondplaats: een vaste standplaats waarop, gelet op de aangeboden waar, geen gebruik wordt gemaakt van een kraam, maar waar de waren op de grond worden uitgestald;

  • h.

    levenspartner: de persoon met wie de vergunninghouder met het oogmerk duurzaam samen te wonen een gemeenschappelijke huishouding voert. Dit moet blijken uit een huwelijksakte als bedoeld in artikel 1:78 van het Burgerlijk Wetboek, een akte van registratie van partnerschap als bedoeld in artikel 1:80a, vijfde lid van het Burgerlijk Wetboek of een samenlevingscontract opgemaakt bij notariële akte;

  • i.

    markt: de door het college ingestelde warenmarkt;

  • j.

    marktmeester: de persoon die als zodanig is aangewezen door het college van burgemeester en wethouders;

  • k.

    marktterrein: de gehele openbare of voor het publiek toegankelijke oppervlakte grond die bij of krachtens artikel 2 is aangewezen voor het uitoefenen van de markthandel;

  • l.

    seizoenplaats: de standplaats die voor een bepaalde termijn gedurende een seizoen per jaar beschikbaar wordt gesteld;

  • m.

    sollicitant/meeloper: een natuurlijk persoon die bij het college kenbaar heeft gemaakt in aanmerking te willen komen voor een (vaste) standplaats;

  • n.

    sollicitantenlijst: de lijst van gegadigden voor een (vaste) standplaats;

  • o.

    standplaats: de ruimte die voor de duur van de markt op het marktterrein is aangewezen voor het uitoefenen van de markthandel;

  • p.

    standwerker: degene die door een enthousiast verhaal over het door hem te verkopen artikel tracht de aandacht van het publiek te trekken, waarna hij aan het eind van zijn verhaal tracht meer mensen tegelijk tot aankoop van dat artikel te bewegen;

  • q.

    standwerkersplaats: de standplaats die per marktdag ter beschikking wordt gesteld om te standwerken;

  • r.

    vaste plaats: de standplaats die op een markt voor onbepaalde tijd ter beschikking wordt gesteld aan de vergunninghouder;

  • s.

    vergunninghouder: degene aan wie door het college van burgemeester en wethouders vergunning is verleend voor het innemen van een standplaats;

  • t.

    vervanger: een natuurlijk persoon die de vergunninghouder incidenteel vervangt en namens deze optreedt;

  • u.

    vrije plaats: een vrijgekomen vaste plaats die niet als vaste plaats beschikbaar is gesteld, danwel ingenomen.

Artikel 2 Dag, tijd en plaats van de markten

Vervallen

Artikel 3 De marktcommissie

Het college kan een commissie van advies instellen die tot taak heeft het college te adviseren inzake marktaangelegenheden.

Het college kan nadere regels stellen met betrekking tot de samenstelling en werkwijze van deze marktcommissie.

Artikel 4 Nadere regels

Het college is bevoegd nadere regels vast te stellen voor de navolgende onderwerpen:

  • -

    de openingstijden en de locatie van de markten;

  • -

    de inrichting van de markten;

  • -

    de branche-indeling op de markten;

  • -

    de biologische boerenmarkt;

  • -

    de ruimtelijke indeling van de markten;

  • -

    de toewijzing van standplaatsen.

Artikel 5 Voorschriften en beperkingen

Het college kan voorschriften en beperkingen verbinden aan een krachtens deze verordening verleende vergunning of ontheffing, ter bescherming van de belangen in verband waarmee de vergunning of ontheffing is vereist.

Degene aan wie krachtens deze verordening een vergunning of ontheffing is verleend, is verplicht de daaraan verbonden voorschriften en beperkingen in acht te nemen.

HOOFDSTUK 2 - HET AANVRAGEN EN VERLENEN VAN VERGUNNINGEN

Artikel 6 Vergunning voor innemen standplaats

Het is verboden een standplaats op een markt in te nemen zonder vergunning van het college.

Artikel 7 Toewijzing standplaatsen

Een standplaats wordt toegewezen als vaste plaats, seizoenplaats, vrije plaats, dagplaats (meeloopplaats) of standwerkersplaats.

Afgifte van een vergunning voor het innemen van een dagplaats geschiedt op het moment dat de standplaats niet als vaste plaats is toegewezen, danwel wordt ingenomen.

Een natuurlijk persoon kan zich voor een standplaats op de markt inschrijven en aan hem kan slechts vergunning worden verleend om één standplaats op de markt in te nemen.

Indien een vaste plaats, seizoenplaats of vrije plaats is toegewezen, zal aan vergunninghouder een marktpas worden verstrekt.

Artikel 8 De vergunningaanvraag

Voor toewijzing van een standplaats komt uitsluitend in aanmerking een handelingsbekwaam natuurlijk persoon die een door het college vastgesteld aanvraagformulier voor een vergunning heeft ingediend bij het college en die daarbij tevens aantoont dat hij persoonlijk voldoet aan alle publiekrechtelijke verplichtingen op het gebied van bedrijfsuitvoering en bedrijfsorganisatie ten behoeve van de markthandel. Tevens dient de aanvrager een kopie van zijn/haar legitimatie-bewijs en twee pasfoto's in te leveren.

Artikel 9 Nadere regels

Het college is bevoegd nadere regels vast te stellen voor de navolgende onderwerpen:

  • -

    de inhoud van de krachtens deze verordening verleende vergunningen en ontheffingen;

  • -

    de intrekking van de krachtens deze verordening verleende vergunningen en ontheffingen;

  • -

    de inschrijving op de anciënniteitslijst;

  • -

    de inschrijving op de sollicitantenlijst;

  • -

    het doorhalen van de inschrijving op de anciënniteitslijst;

  • -

    het doorhalen van de inschrijving op de sollicitantenlijst;

  • -

    het toewijzen van vaste plaatsen;

  • -

    de inschrijving voor dagplaatsen/standwerkersplaatsen;

  • -

    de toewijzing van dagplaatsen/standwerkersplaatsen;

  • -

    het toewijzen van vrije plaatsen;

  • -

    de overschrijving van de vergunning voor een vaste plaats.

HOOFDSTUK 3 - HET GEBRUIK VAN DE STANDPLAATS

Artikel 10 Persoonlijk innemen standplaats

De vergunninghouder neemt de standplaats die hem is toegewezen persoonlijk in. Hij mag de standplaats niet aan een ander afstaan of in gebruik geven als hem daarvoor geen vergunning is verleend door het college. Bij plotselinge verhindering kan toestemming worden verkregen van de marktmeester om zich te laten vervangen, gevolgd door een schriftelijke bevestiging daarvan.

De vergunninghouder mag zich op de standplaats doen bijstaan.

De standwerker mag zich alleen doen bijstaan door degene die hij vooraf bij de marktmeester heeft aangemeld, onder vermelding van de naam van degene die hem zal bijstaan. Degene die hem zal bijstaan, mag niet op eigen naam deelnemen aan de loting.

Artikel 11 Legitimatie en identiteit vergunninghouder

Degene die een standplaats op de markt inneemt of wenst in te nemen, dient op eerste aanvraag van de marktmeester aan te tonen dat hij de vergunninghouder is, of in de plaats van de vergunninghouder is getreden.

De vergunninghouder dient bij zijn standplaats duidelijk zichtbaar zijn naam en bedrijfsnaam aan te geven.

Artikel 12 Nadere regels

Het college is bevoegd nadere regels vast te stellen voor de navolgende onderwerpen:

  • -

    het aantal keren dat een vergunninghouder van een vaste standplaats zijn plaats moet innemen op de markt;

  • -

    de afwezigheid van de vergunninghouder van een vaste standplaats wegens ziekte, vakantie of bijzondere omstandigheden en diens incidentele vervanging;

  • -

    het aantal keren dat een sollicitant zijn plaats moet innemen op de markt;

  • -

    de afwezigheid van de sollicitant wegens ziekte, vakantie of bijzondere omstandigheden;

  • -

    de beoordeling van het standwerken;

  • -

    het tijdstip van het innemen van de standplaats en de aan- en afvoer van goederen;

  • -

    het stallen van rij- en voertuigen;

  • -

    de algemene veiligheidsnormen;

  • -

    het gebruik van elektra;

  • -

    het schoon opleveren van de standplaats;

  • -

    het gebruik van geluidsapparatuur;

  • -

    uitstallingen.

HOOFDSTUK 4 - STRAF-, OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN

Artikel 13 Strafbepaling

Overtreding van het bij of krachtens deze verordening bepaalde wordt gestraft met een geldboete van de tweede categorie of hechtenis van ten hoogste twee maanden en kan bovendien worden gestraft met openbaarmaking van de rechterlijke uitspraak.

Artikel 14 Nadere regels

Het college is bevoegd nadere regels vast te stellen voor de navolgende onderwerpen:

  • -

    de schorsing van een marktkoopman;

  • -

    de uitsluiting van een dagplaatshouder of standwerker;

  • -

    de onmiddellijke verwijdering van de markt;

  • -

    de bestuurlijke sancties ter correctie van overtredingen.

Artikel 15 Toezichthouders

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de marktmeester en de bij besluit van het college aangewezen personen.

Artikel 16 Overgangsbepalingen

Vergunningen en ontheffingen - hoe ook genaamd - verleend krachtens de Marktverordening 2001 van 15 maart 2001 en de Marktverordening gemeente Wehl 1994 van 17 maart 1994 blijven - indien en voorzover het gebod of verbod waarop de vergunning of ontheffing betrekking heeft, ook vervat is in deze verordening - van kracht tot de termijn waarvoor zij werden verleend, is verstreken of totdat zij worden ingetrokken.

Voorschriften en beperkingen opgelegd krachtens de Marktverordening 2001 van 15 maart 2001 en de Marktverordening gemeente Wehl 1994 van 17 maart 1994 blijven - indien en voorzover de bepalingen ingevolge welke deze verplichtingen zijn opgelegd, ook zijn vervat in deze verordening - van kracht tot de termijn waarvoor zij zijn opgelegd, is verstreken of totdat zij worden ingetrokken.

Vergunningen en ontheffingen bedoeld in het eerste lid en verplichtingen bedoeld in het tweede lid, worden geacht vergunningen, ontheffingen en verplichtingen in de zin van deze verordening te zijn.

Door vergunninghouders opgebouwde rechten voor hun plaats op de anciënniteitslijst of wachtlijst blijven onverkort van kracht bij het vaststellen van deze verordening.

Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een aanvraag om vergunning op grond van de Marktverordening 2001 of de Marktverordening gemeente Wehl 1994 is ingediend en voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening niet op de aanvraag is beslist, wordt daarop deze verordening toegepast.

Artikel 17 Slotbepalingen

Deze verordening treedt de dag na bekendmaking in werking en werkt terug tot en met 1 januari 2005.

Terzelfder tijd worden ingetrokken de:

  • -

    Marktverordening gemeente Wehl 1994, vastgesteld op 17 maart 1994;

  • -

    Marktverordening gemeente Doetinchem 2001, vastgesteld op 15 maart 2001.

Deze verordening wordt aangehaald als Marktverordening gemeente Doetinchem 2005.