Verordening wachtlijstbeheer Wet sociale werkvoorziening

Geldend van 01-07-2008 t/m heden

Intitulé

Verordening wachtlijstbeheer Wet sociale werkvoorziening

Verordening wachtlijstbeheer Wet sociale werkvoorziening

De raad van de gemeente Doetinchem;

gelet op artikel 12, lid 2 van de Wet sociale werkvoorziening (Wsw), dat aan de gemeenteraad de bevoegdheid toekent om bij verordening regels te stellen over de volgorde waarin de ingezetenen die op de wachtlijst zijn geplaatst voor een dienstbetrekking als bedoeld in artikel 2, eerste lid van de Wsw in aanmerking worden gebracht;

het doel van de Wet sociale werkvoorziening, te weten het bieden van aangepaste arbeid die aansluit bij de capaciteiten en de mogelijkheden van de Wsw-geïndiceerde aan zoveel mogelijk arbeidsgehandicapten die zijn geïndiceerd voor de Wsw;

de samenwerking van de gemeenten Doetinchem, Montferland en Oude IJsselstreek in de gemeenschappelijke regeling Wedeo wat de uitvoering van de Wet sociale werkvoorziening betreft en het belang van Wedeo bij eensluidende wachtlijstbeheerverordeningen van de deelnemende gemeenten;

stelt hierbij vast:

de Verordening wachtlijstbeheer Wsw

Artikel 1 Definities

  • 1. Wedeo: de gemeenschappelijke regeling Wedeo.

  • 2. Wsw: de Wet sociale werkvoorziening.

  • 3. Ingezetenen: degenen die op grond van hun inschrijving in de Gemeentelijke basisadministratie geacht worden hun werkelijke woonplaats in één van de deelnemende gemeenten te hebben.

  • 4. Wachtlijst: een lijst van ingezetenen met een Wsw-indicatie die geen dienstbetrekking hebben en beschikbaar zijn voor een dienstbetrekking in het kader van de Wsw.

  • 5. Wajong-uitkering: uitkering ingevolge de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jong- gehandicapten.

  • 6. Wsw-indicatie: aanwijzing op basis van artikel 11 van de Wsw dat een persoon tot de doelgroep van de Wsw behoort.

  • 7. Geïndiceerden: blijkens een indicatiebeschikking of herindicatiebeschikking als bedoeld in artikel 11 van de Wsw tot de doelgroep behoren.

  • 8. Begeleid werken: een reguliere dienstbetrekking onder aangepaste omstandigheden als bedoeld in artikel 7 van de Wsw.

  • 9. Plaatsing vanaf wachtlijst: dienstverband bij Wedeo of bij een reguliere werkgever.

Artikel 2 Plaatsingsvolgorde met betrekking tot plaatsing vanaf de wachtlijst

  • 1. Voor het in aanmerking komen van een dienstbetrekking in het kader van de Wsw geldt de volgorde van plaatsing op de wachtlijst, waarbij de datum van de indicatiebeschikking bepalend is.

  • 2. In afwijking van het bepaalde in lid 1 worden de volgende groepen wachtlijstkandidaten met voorrang geplaatst met de volgende prioritering:

    • a.

      personen met een Wajong-uitkering die tevens in het bezit zijn van een indicatie Begeleid Werken;

    • b.

      personen met een indicatie Begeleid Werken en personen met een Wajong-uitkering;

    • c.

      personen die niet behoren tot de groep genoemd in lid 2, sub a en b, maar die langer dan twaalf maanden op de wachtlijst staan.

  • 3. Aan de directie van Wedeo wordt de bevoegdheid toegekend om in bijzondere gevallen af te wijken van het vorenstaande, indien toepassing hiervan leidt tot strijdigheid met de redelijkheid en billijkheid. Hiervoor stelt het college nadere richtlijnen op.

Artikel 3 Wachtlijstbeheer

  • 1. Het college verleent aan de geïndiceerde die op de wachtlijst is geplaatst op diens verzoek zodanige inzage in de geregistreerde gegevens dat deze kan controleren of ten aanzien van hem de volgorde van plaatsing, bedoeld in artikel 2 van deze verordening is toegepast. Over de wijze waarop de informatieverstrekking aan geïndiceerden gebeurt, stelt het college een werkprotocol op.

  • 2. Het college stelt nadere richtlijnen op ten aanzien van de toetsing op beschikbaarheid van geïndiceerden op de wachtlijst, conform de regeling uitvoering sociale werkvoorziening en begeleid werken (ruswbw), artikel 4.

Artikel 4 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 juli 2008.

Artikel 5 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als Verordening wachtlijstbeheer Wsw gemeente Doetinchem.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 5 juni 2008,

griffier
voorzitter

Toelichting op de Verordening Wachtlijstbeheer Wsw

Artikel 2

Lid 1

Om in aanmerking te komen voor een werkplek in het kader van de Wsw bij of via Wedeo geldt in principe de volgorde van de Wsw-wachtlijst.

Lid 2

In dit artikellid wordt voor drie categorieën een uitzondering gemaakt op het algemene uitgangspunt van lid 1, waarbij de volgorde van opsomming tevens de prioritering bepaalt:

  • a.

    De hoogste prioriteit wordt gegeven aan jongeren met een wajong-uitkering die tevens een indicatie Begeleid Werken hebben. De redenen hiervoor zijn als volgt. Door Wajongers met een Wsw-indicatie met voorrang te plaatsen in een Wsw-dienst- betrekking wordt beoogd hen zo spoedig mogelijk te betrekken in het arbeidsproces, waardoor de kans op toename van hun problematiek verkleind wordt (sluitende aanpak). Daarnaast willen de deelnemende gemeenten zoveel mogelijk het begeleid werken stimuleren.

  • b.

    Omdat de Wsw zich ten doel stelt om aan personen met een Wsw-indicatie aangepaste arbeid te bieden in een zo regulier mogelijke omgeving, wordt aan personen met een indicatie BW in tweede instantie voorrang verleend bij plaatsing. Tevens wordt hierbij even zoveel voorrang verleend aan personen met een Wajong uitkering die niet in het bezit zijn van een indicatie Begeleid Werken. Met dit lid wordt beoogd aan jongeren en aan personen met een indicatie Begeleid Werken de op een na hoogste prioriteit te verlenen bij het plaatsen vanaf de wachtlijst.

  • c.

    Op de derde plaats staan alle overige geïndiceerden die niet behoren tot de doel- groepen in lid a en b, maar hierbij geldt een grens aan de wachttijd. Om te voorkomen dat vanwege de prioritering personen langer dan twaalf maanden moeten wachten, is door middel van lid 3 bepaald dat personen bovenaan de wachtlijst komen te staan zodra zij twaalf maanden op de wachtlijst staan. Hierbij is de datum van indicatie- beschikking bepalend.

Lid 3

Dit lid voorziet in de mogelijkheid om af te kunnen wijken van wat onder lid 1 en lid 2 bepaald is. De keuze om voor één individu een uitzondering te maken, zou mogelijk op bezwaren van anderen kunnen stuiten. Daarom is ervoor gekozen dat er een zorgvuldige afweging gemaakt dient te worden en zal het college hiervoor nadere richtlijnen opstellen.

Artikel 3

Lid 1

Het college heeft bij wet de bevoegdheid gekregen regels vast te leggen over de wijze waarop geïndiceerden worden geïnformeerd over hun wachttijd. De wet bepaalt dat de geïndiceerde die op de wachtlijst is geplaatst, kan verzoeken inzage in de geregistreerde gegevens te krijgen om te kunnen controleren of ten aanzien van zijn volgorde van plaatsing de door het college vastgestelde regels worden toegepast. Daarnaast heeft de Tweede Kamer de motie Ortega-Martin c.s. aangenomen die stelt dat gemeenten de geïndiceerden niet alleen op eigen verzoek, maar actief moeten informeren over de (positie op de) wachtlijst en het wachtlijstbeheer. Het college stelt hiervoor een werkprotocol op en legt de uitvoering van dit protocol bij Wedeo neer, waarmee Wedeo de uitvoering van het wachtlijstbeheer als taak toebedeeld krijgt.

In deze verordening wordt verwezen naar het werkprotocol.

Lid 2

De wet stelt dat de wachtlijst bestaat uit ingezetenen die beschikbaar zijn om een Wsw-dienstbetrekking te aanvaarden. Hieruit volgt dat geïndiceerden die niet beschikbaar zijn voor het aanvaarden van een Wsw-dienstbetrekking geen deel uit kunnen maken van de wachtlijst. Omdat het aantal geïndiceerden op de wachtlijst mede bepalend is voor de hoogte van het budget, zijn in de regeling uitvoering sociale werkvoorziening en begeleid werken (ruswbw) nadere regels opgenomen ten aanzien van het begrip 'beschikbaarheid'. Het is dus van belang de wachtlijst 'schoon' te houden.

De regeling stelt dat geïndiceerden niet beschikbaar zijn als zij langer dan dertien weken ziek zijn, een voltijdsopleiding of -scholing volgen (tenzij gericht op het aanvaarden van een Wsw-dienstbetrekking), niet in Nederland wonen, niet bereid zijn een Wsw-dienstbetrekking te aanvaarden of een vrijheidsstraf uitzitten en niet op proefverlof zijn. Geïndiceerden die zich bevinden in één van de in de regeling genoemde situaties dienen voor de periode dat de situatie voortduurt van de wachtlijst te worden verwijderd. Gemeenten kunnen daarnaast de indicatiebeschikking van deze geïndiceerden intrekken.

Het college stelt nadere richtlijnen op hoe er bij het wachtlijstbeheer omgegaan wordt met genoemde situaties. In deze verordening wordt verwezen naar die richtlijnen.