Regeling vervallen per 01-01-2022

Algemeen mandaatbesluit gemeente Dordrecht

Geldend van 23-02-2021 t/m 31-12-2021

Intitulé

Algemeen mandaatbesluit gemeente Dordrecht

Het COLLEGE van BURGEMEESTER en WETHOUDERS van de gemeente DORDRECHT en de BURGEMEESTER van de gemeente DORDRECHT, ieder voor zover het zijn bevoegdheid betreft;

gezien het voorstel d.d. 11 december 2017 inzake het vaststellen van het Algemeen mandaatbesluit gemeente Dordrecht;

gelet op afdeling 10.1.1 Algemene wet bestuursrecht en artikel 171, lid 2 van de Gemeentewet;

B E S L U I T :

1. vast te stellen het navolgende

Besluit mandaat, volmacht en machtiging gemeente Dordrecht

Artikel 1 Definities

In dit besluit wordt verstaan onder:

  • a.

    het college: het college van burgemeester en wethouders van Dordrecht;

  • b.

    de burgemeester: de burgemeester van Dordrecht als bestuursorgaan en als vertegenwoordiger van de gemeente in en buiten rechte;

  • c.

    de gemeentesecretaris: de (loco-)gemeentesecretaris van Dordrecht;

  • d.

    portefeuilledirecteur: functionaris, die opgaven inhoudelijk aanstuurt als opdrachtgever en eindverantwoordelijke;

  • e.

    de griffier: de griffier van de gemeenteraad van Dordrecht;

  • f.

    de gemeente: de gemeente als publiekrechtelijk lichaam alsmede de gemeente als privaatrechtelijke rechtspersoon;

  • g.

    de raad: de gemeenteraad van Dordrecht;

  • h.

    mandaat: de bevoegdheid om namens het college of de burgemeester besluiten te nemen;

  • i.

    volmacht: de bevoegdheid om namens het college of de burgemeester privaatrechtelijke rechtshandelingen te verrichten;

  • j.

    machtiging: de bevoegdheid om namens het college of de burgemeester handelingen te verrichten die noch een besluit, noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn;

  • k.

    budgetbeheerder: een medewerker, niet zijnde een leidinggevende, die van zijn leidinggevende of van zijn opdrachtgever de verantwoordelijkheid over een budget heeft gekregen, met een daaraan gekoppeld concreet doel;

  • l.

    clustermanager: functionaris die eindverantwoordelijk leidinggevende is voor het cluster;

  • m.

    cluster: organisatieonderdeel dat is belast met de ontwikkeling en uitvoering van werkzaamheden en/of ontwikkelen van beleid op daartoe door het college vastgestelde werkterreinen;

  • n.

    opgavemanager: functionaris die verantwoordelijk is voor de realisatie van de toegewezen opgave;

  • o.

    opgave: onderwerp dat door het college is benoemd tot prioriteit van beleid en waarvan de realisatie wordt opgedragen aan een opgavemanager onder verantwoordelijkheid van een Portefeuilledirecteur;

  • p.

    teamleider: de leidinggevende functionaris, direct onder de clustermanager;

  • q.

    teamhoofd: de leidinggevende functionaris direct onder de teamleider.

Artikel 2 Mandaat gemeentesecretaris

  • 1.

    Aan de gemeentesecretaris wordt mandaat verleend ten aanzien van de tot het college en de burgemeester behorende aangelegenheden met uitzondering van de aangelegenheden als vermeld in bijlage 1.

  • 2.

    De gemeentesecretaris is bevoegd om mandaten die bij dit besluit aan onder hem ressorterende functionarissen zijn verleend, geheel of gedeeltelijk en al dan niet tijdelijk, in te trekken. Een dergelijk besluit wordt schriftelijk vastgelegd en ter informatie aan het college gezonden, tenzij het om een concrete, individuele aangelegenheid gaat.

Artikel 3 Mandaat overige functionarissen

  • 1.

    De aan de gemeentesecretaris gemandateerde bevoegdheden worden gemandateerd aan:

    • a.

      de portefeuilledirecteuren. de clustermanagers,

    • b.

      teamleiders,

    • c.

      teamhoofden;

    • d.

      projectleiders,

    • e.

      budgetbeheerders,

    • f.

      opgavemanagers,

      en aan de plaatsvervangers van de onder a, b en c genoemde functionarissen, met uitzondering van:

      • -

        de bevoegdheden die bij of krachtens de wet aan zijn functie zijn toegekend, en

      • -

        de bevoegdheden, genoemd in bijlage 2.

  • 2.

    De in het eerste lid genoemde functionarissen maken van het aan hen verleende mandaat slechts gebruik ten aanzien van aangelegenheden die behoren tot het werkterrein van hun cluster, tot de aan hen opgedragen opgave, project of tot hun eigen werkterrein.

  • 3.

    De clustermanager is bevoegd om mandaten die bij dit besluit aan onder hem ressorterende functionarissen zijn verleend, geheel of gedeeltelijk en al dan niet tijdelijk, in te trekken. Een dergelijk besluit wordt schriftelijk vastgelegd en ter informatie aan de gemeentesecretaris gezonden, tenzij het om een concrete, individuele en eenmalige aangelegenheid gaat.

  • 4.

    De in het eerste lid onder d bedoelde projectleiders maken van het aan hen verleende mandaat slechts gebruik binnen de vastgestelde kaders van het project en binnen het voor het project toegekende budget. Daarbij geldt dat projectleiders bevoegd zijn tot het aanbesteden en gunnen van een opdracht voor:

    • i.

      een levering of dienst waarbij de totale waarde van de opdracht kleiner is dan € 125.000,- (exclusief omzetbelasting), of

    • ii.

      een werk waarbij de totale waarde van de opdracht kleiner is dan € 250.000,- (exclusief omzetbelasting).

      Zowel opdrachtgevers als leidinggevenden kunnen beperkingen opleggen aan het mandaat van de projectleider.

  • 5.

    De in het eerste lid onder e bedoelde budgetbeheerders maken van het aan hen verleende mandaat slechts gebruik voor het doel waarvoor het budget is toegekend en binnen de financiële grenzen van het aan hen toegekende budget. Daarbij geldt dat budgetbeheerders bevoegd zijn tot het aanbesteden en gunnen van een opdracht voor een levering, dienst of werk waarbij de totale waarde van de opdracht kleiner is dan € 30.000,- (exclusief omzetbelasting) en dat de bevoegdheden, zoals die zijn beschreven in de bijlagen 2 tot en met 5, prevaleren. Zowel opdrachtgevers als leidinggevenden kunnen beperkingen opleggen aan het mandaat van de budgetbeheerder.

  • 6.

    De in het eerste lid onder f bedoelde opgavemanagers maken, onder verantwoordelijkheid van een portefeuilledirecteur, van het aan hen verleende mandaat slechts gebruik binnen de vastgestelde kaders van de opgave of opgaveonderdeel en binnen het voor de opgave of het opgaveonderdeel toegekende budget. Daarbij geldt dat opgavemanagers bevoegd zijn tot het aanbesteden en gunnen van een opdracht voor:

    • i.

      een levering of dienst waarbij de totale waarde van de opdracht kleiner is dan € 125.000,- (exclusief omzetbelasting), of

    • ii.

      een werk waarbij de totale waarde van de opdracht kleiner is dan € 250.000,- (exclusief omzetbelasting).

      De portefeuilledirecteur kan beperkingen opleggen aan het mandaat van de opgavemanager.

  • 7.

    De in bijlage 3 genoemde bevoegdheden blijven voorbehouden aan de portefeuilledirecteuren en de clustermanagers.

  • 8.

    De in bijlage 4 genoemde bevoegdheden blijven voorbehouden aan de teamleiders.

  • 9.

    De in bijlage 5 genoemde bevoegdheden blijven voorbehouden aan de in deze bijlage genoemde functionarissen.

  • 10.

    Bij het gebruik van de bevoegdheden, die conform dit artikel zijn gemandateerd, gelden de hiërarchische lijnen onverkort.

Artikel 4 Mandaat griffier

Aan de griffier wordt mandaat verleend tot:

  • a.

    het nemen van besluiten in het kader van aanbestedingen van diensten en leveringen;

  • b.

    het aangaan en ondertekenen van overeenkomsten, met uitzondering van convenanten, bestuursovereenkomsten, intentieverklaringen etc.

Artikel 5 Algemene uitzonderingen van mandaat

  • 1.

    Aan het college en de burgemeester blijft voorbehouden de bevoegdheid tot het nemen van beslissingen die zijn neergelegd in een document, gericht tot:

    • a.

      de raad,

    • b.

      de Koning en andere leden van het Koninklijk Huis,

    • c.

      de raad van ministers van het Koninkrijk, de ministerraad of een daaruit gevormde onderraad of commissie, ministers en staatssecretarissen,

    • d.

      de voorzitter van de Eerste of Tweede Kamer der Staten-Generaal of van een uit die Kamer gevormde commissie,

    • e.

      de vice-president van de Raad van State,

    • f.

      de president van de Algemene Rekenkamer,

    • g.

      de Nationale Ombudsman, voor zover het correspondentie betreft ter zake formele klachten,

    • h.

      enig bestuursorgaan van een provincie of een gemeente,

    • i.

      enig bestuursorgaan van een waterschap of een hoogheemraadschap,

      voor zover geen sprake is van een aanvraag voor een subsidie, vergunning, ontheffingen of vrijstelling ten behoeve van de gemeente Dordrecht.

  • 2.

    Onverminderd het gestelde in het eerste lid en in artikel 8 blijven aan het college en de burgemeester overigens voorbehouden de bevoegdheden als genoemd in bijlage 1.

  • 3.

    Onverminderd het gestelde in het eerste en tweede lid is het mandaat niet van toepassing:

    • a.

      indien de verantwoordelijke portefeuillehouder namens het college beslist dat de aangelegenheid door het college moet worden afgedaan en indien de burgemeester beslist dat de aangelegenheid door hem moet worden afgedaan. De portefeuillehouder wordt tijdig geïnformeerd over gevoelige kwesties;

    • b.

      indien de aangelegenheid tot negatieve berichtgeving in de media heeft geleid dan wel in verband met de aard van de aangelegenheid redelijkerwijs moet worden aangenomen dat dit zal gebeuren en de betreffende portefeuillehouder – na overleg – aangeeft dat het benodigde besluit door het bevoegde bestuursorgaan zelf dient te worden genomen;

    • c.

      indien de aangelegenheid ingrijpende gevolgen kan hebben voor een groot aantal burgers, bedrijven, verenigingen of belangengroepen en de betreffende portefeuillehouder –na overleg– aangeeft dat het benodigde besluit door het bevoegde bestuursorgaan zelf dient te worden genomen;

    • d.

      op het voeren van het overleg met de vakbonden (Georganiseerd Overleg).

Artikel 6 Nadere regels en instructies

  • 1.

    Het college kan nadere regels stellen omtrent het opmaken en het ondertekenen van een document, waarin van het verleende mandaat gebruik wordt gemaakt.

  • 2.

    Het college respectievelijk de burgemeester kan instructies geven over de wijze waarop de gemandateerde bevoegdheden worden uitgeoefend.

Artikel 7 Volmacht en machtiging

Voor de toepassing van deze regeling en de daarop berustende bepalingen worden met mandaat gelijkgesteld de verlening van:

  • a.

    Volmacht;

  • b.

    Machtiging.

Artikel 8 Bezwaarschriften

  • 1.

    De bevoegdheid tot het beslissen op bezwaarschriften, gericht aan het college, wordt opgedragen aan de afzonderlijke leden van dat college, ieder voor zover de zaak tot zijn portefeuille behoort en met uitzondering van bezwaarschriften tegen besluiten die door het college zelf zijn genomen.

  • 2.

    Ten aanzien van bezwaarschriften, gericht aan het college, die om advies in handen worden gesteld van een adviescommissie als bedoeld in artikel 7:13 van de Algemene wet bestuursrecht blijft de beslissing op het bezwaarschrift voorbehouden aan het college met uitzondering van de beslissing op bezwaar als bedoeld in het derde lid.

  • 3.

    In afwijking van het gestelde in het tweede lid, is de directeur voor Slimme stad, Veilige stad en Zorgzame en Gezonde stad bevoegd tot het nemen van beslissingen op bezwaarschriften die worden ingediend in het kader van de uitvoering van de Jeugdwet.

  • 4.

    In afwijking van het bepaalde in het tweede lid wordt de beslissing op bezwaar, waarbij:

    • a.

      het bezwaar ongegrond wordt verklaard en geen sprake is van een besluit als bedoeld in artikel 2, tweede lid sub b en c van de Verordening behandeling bezwaarschriften Dordrecht, of

    • b.

      belanghebbende niet-ontvankelijk in zijn bezwaar wordt verklaard,

      opgedragen aan de wethouder, wiens portefeuille het onderwerp van het bezwaarschrift betreft.

Artikel 9 Intrekking vorige besluiten

Met ingang van het tijdstip van inwerkingtreding van dit besluit wordt het Algemeen mandaatbesluit Dordrecht, laatstelijk gewijzigd op 5 september 2017, ingetrokken.

Artikel 10 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2018.

Artikel 11 Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als "Algemeen mandaatbesluit gemeente Dordrecht".

Ondertekening

Aldus besloten in de vergadering van 19 december 2017.

Het college van Burgemeester en Wethouders

de secretaris de burgemeester

M.M. van der Kraan A.W. Kolff

Dordrecht, 19 december 2017.

De Burgemeester

A.W. Kolff

Bijlage 1

Aangelegenheden welke ingevolge artikel 5, tweede lid van het Algemeen mandaatbesluit gemeente Dordrecht blijven voorbehouden aan het college respectievelijk de burgemeester

Behorende bij besluit Nr. 1984537

_______________________________________

A. Bestuurlijk-Juridische aangelegenheden

Publiekrecht

  • 1.

    Het doen van voorstellen aan de raad.

  • 2.

    Het vaststellen van regels omtrent de ambtelijke organisatie.

  • 3.

    Het vaststellen van algemeen verbindende voorschriften en beleidsregels, voor zover deze niet door de raad worden vastgesteld.

  • 4.

    Het vaststellen van een andere inspraakprocedure ten behoeve van een beleidsvoornemen dan die is beschreven in afdeling 3.4 Algemene wet bestuursrecht of een wettelijk voorgeschreven inspraakprocedure (artikel 12 lid 3 van de participatie- en inspraakverordening).

  • 5.

    Het vaststellen van het eindverslag als bedoeld in de participatie- en inspraakverordening.

  • 6.

    Het nemen van besluiten voor individuele gevallen, die niet onder een algemeen verbindend voorschrift of een beleidsregel vallen, waaronder begrepen het toepassing geven aan hardheidsclausules in algemeen verbindende voorschriften die door de raad zijn vastgesteld.

  • 7.

    De bevoegdheid tot het verlenen, wijzigen of intrekken van vergunningen, ontheffingen en vrijstellingen ten behoeve van de gemeente zelf.

  • 8.

    Het nemen van besluiten op verzoeken om informatie op grond van de Wet openbaarheid van bestuur, die betrekking hebben op een ramp als bedoeld in de Wet veiligheidsregio's.

  • 9.

    Het nemen van besluiten over verzoeken om planschade en nadeelcompensatie.

  • 10.

    Het vaststellen van een subsidieplafond en de wijze van verdeling ervan.

  • 11

    Het vaststellen van formulieren voor het indienen van aanvragen voor besluiten.

  • 12

    De bevoegdheid om te weigeren dat de ambtenaar van de burgerlijke stand en de buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand op verzoek elders binnen de gemeente ambtsbezigheden verricht.

  • 13

    Het aanwijzen van een dienst als een Dienst van Algemeen Economisch Belang (DAEB).

Privaatrecht

Aanbestedingen

Niet van toepassing.

Contracten

  • 1.

    Het aankopen van onroerende zaken.

  • 2.

    Het besluit tot het aangaan van convenanten, intentieverklaringen, bestuursovereenkomsten etc.

  • 3.

    Het besluit tot het aangaan van overeenkomsten indien:

    • a.

      op grond van de Gemeentewet het college de raad vooraf over de overeenkomst moet informeren, omdat de raad daarom heeft verzocht;

    • b.

      op grond van de Gemeentewet de raad vooraf in de gelegenheid moet worden gesteld zijn wensen en bedenkingen ten aanzien van de overeenkomst ter kennis van het college te brengen omdat deze ingrijpende gevolgen voor de gemeente kan hebben, één en nader voor zover dit niet valt onder de uitzonderingen zoals omschreven in de bij dit besluit behorende bijlage 5. A Bestuurlijk-Juridische aangelegenheden, Privaatrecht, onderdeel 1;

    • c.

      de raad ter zake om informatie heeft gevraagd.

Civiele en strafrechtelijke procedures

  • 1.

    Het besluit tot het aangaan van civiele procedures.

  • 2.

    Het besluit hoger beroep of cassatie aan te tekenen namens de gemeente of het gemeentebestuur in civiele procedures.

  • 3.

    Het nemen van besluiten ten aanzien van alternatieve geschillenbeslechting, niet zijnde arbitrage of het voorleggen van geschillen aan scheidslieden voor zover afspraken daarover vooraf schriftelijk zijn vastgelegd.

  • 4.

    Het treffen van een schikking in een civiele of strafrechtelijke procedure, indien hiervoor geen financiële middelen op de vigerende begroting beschikbaar zijn.

Overige privaatrechtelijke rechtshandelingen

  • 1.

    Het besluit tot de oprichting van of de deelneming in rechtspersonen.

  • 2.

    Het kwijtschelden en buiten invordering stellen van vorderingen met een financieel belang hoger dan € 10.000,-, niet zijnde vorderingen in het kader van belastingheffing of een schikking in een civiele of strafrechtelijke procedure.

  • 3.

    Het besluit tot aanvaarding of afwijzing van erfstellingen en legaten.

  • 4.

    Het besluit tot aanvaarding of afwijzing van schenkingen, anders dan bedoeld in bijlage 4.

  • 5.

    Het besluit tot het doen van een schenking.

  • 6.

    Het aanvragen van surseance van betaling en faillissement.

  • 7.

    Het afgeven van borgstellingen, met dien verstande dat de raad met betrekking tot borgstellingen voor meer dan € 900.000,- vooraf in de gelegenheid wordt gesteld zijn wensen en bedenkingen ter kennis van het college te brengen.

  • 8.

    Het nemen van besluiten over het opnemen van geldleningen op de kapitaalmarkt met een looptijd van een jaar of langer.

  • 9.

    Het nemen van besluiten over het verstrekken van geldleningen via de kapitaalmarkt.

  • 10.

    Het nemen van besluiten over het doen van beleggingen op de kapitaalmarkt.

Machtiging

Het ondertekenen van overeenkomsten met een ander bestuursorgaan, waarbij de wederpartij wordt vertegenwoordigd door een bestuurder, met dien verstande dat in dat geval de burgemeester een machtiging kan verlenen aan een wethouder.

B. Personeelsaangelegenheden

Bevoegdheden ten aanzien van individuele personeelsleden

  • 1.

    Het aangaan van een arbeidsovereenkomst met de portefeuilledirecteuren, op voordracht van de gemeentesecretaris.

  • 2.

    Het nemen van beslissingen over de formele arbeidsduur, de totale organisatie betreffende.

  • 3.

    Het jaarlijks aanwijzen van verplichte brugdagen.

  • 4.

    Het opzeggen van de arbeidsovereenkomst wegens reorganisatie.

  • 5.

    Het nemen van een beslissing tot het indienen van een verzoek om ontbinding van de arbeidsovereenkomst wegens verstoorde arbeidsverhouding.

  • 6.

    Het nemen van een beslissing tot het indienen van een verzoek om ontbinding van de arbeidsovereenkomst wegens een cumulatie van ontslaggronden.

  • 7.

    Het overeenkomen van een vaststellingsovereenkomst . waarbij een ontslagvergoeding wordt toegekend, die meer bedraagt dan € 25.000,-.

  • 8.

    Het inzetten van werknemers in geval van een staking bij een particulier bedrijf.

C. Overige aangelegenheden

  • 1.

    Het benoemen van personen als vertegenwoordiger van de gemeente Dordrecht in bestuurs- en toezichthoudende organen van publiekrechtelijke en privaatrechtelijke rechtspersonen.

  • 2.

    Het benoemen van personen in adviesorganen van het college, met uitzondering van het benoemen van de (plv.) leden van de Centrale toetsingscommissie functiewaardering.

  • 3.

    Het benoemen van personen in bestuurscommissies als bedoeld in artikel 83 van de Gemeentewet.

  • 4.

    Het benoemen van personen in commissies als bedoeld in artikel 84 van de Gemeentewet.

  • 5.

    Het aanwijzen van een gemeenteambtenaar, bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdeel b van de Gemeentewet.

  • 6.

    Het aanwijzen van een gemeenteambtenaar, bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdeel c van de Gemeentewet.

- - - - - - -

Bijlage 2

Aangelegenheden welke ingevolge artikel 3, eerste lid van het Algemeen mandaatbesluit Dordrecht blijven voorbehouden aan de gemeentesecretaris.

Behorende bij besluit Nr. 1984537

________________________________________

A. Bestuurlijk-Juridische aangelegenheden

Publiekrecht

  • 1.

    Het nemen van besluiten op grond van de Wet openbaarheid van bestuur, indien het verzoek om informatie geheel wordt geweigerd.

  • 2.

    Het nemen van besluiten in het kader van de Wet bescherming persoonsgegevens, indien het verzoek om informatie geheel of gedeeltelijk wordt geweigerd.

Privaatrecht

Aanbestedingen

Het nemen van een besluit tot het uitsluiten van een inschrijver ter zake van een aanbestedingsprocedure.

Contracten

  • 1.

    Het aangaan van een mantelcontract ten behoeve van meer dan één organisatieonderdeel van de gemeente, voor zover hiervoor geen geldend mandaat bestaat voor de manager van het Juridisch Kenniscentrum en Inkoop van de gemeenschappelijke regeling Drechtsteden.

  • 2.

    Het opleggen van sancties aan opdrachtnemers, anders dan kortingen en boetes die voortvloeien uit de bepalingen van het contract.

Civiele en strafrechtelijke procedures

Niet van toepassing

Overige privaatrechtelijke rechtshandelingen

Niet van toepassing

B. Personeelsaangelegenheden

  • 1.

    Het nemen van beslissingen ten aanzien van directeuren, niet zijnde besluiten als bedoeld in bijlage 1 , onder B sub 1, 4, 5, 6, 7, 8 en 9.

  • 2.

    Het aangaan van een arbeidsovereenkomst met clustermanagers.

  • 3.

    Het weigeren van verzoek om roostervrije uren te mogen sparen (functies vanaf schaal 11).

  • 4.

    Het opzeggen van de arbeidsovereenkomst wegens ziekte of gebreken.

  • 5.

    Het nemen van een beslissing tot het indienen van een verzoek om ontbinding van de arbeidsovereenkomst wegens regelmatige arbeidsongeschiktheid.

  • 6.

    Het nemen van een beslissing tot het indienen van een verzoek om ontbinding van de arbeidsovereenkomst wegens ongeschiktheid anders dan ten gevolge van ziekte..

  • 7.

    Het nemen van een beslissing tot het indienen van een verzoek om ontbinding van de arbeidsovereenkomst wegens verwijtbaar handelen of nalaten.

  • 8.

    Het nemen van een beslissing tot het indienen van een verzoek om ontbinding van de arbeidsovereenkomst wegens ernstig gewetensbezwaar.

  • 9.

    Het nemen van een beslissing tot het indienen van een verzoek om ontbinding van de arbeidsovereenkomst wegens verstoorde arbeidsverhouding.

  • 10.

    Het nemen van een beslissing tot het indienen van een verzoek om ontbinding van de arbeidsovereenkomst wegens andere omstandigheden.

  • 11.

    Het nemen van een beslissing tot het indienen van een verzoek om ontbinding van de arbeidsovereenkomst wegens een cumulatie van ontslaggronden.

  • 12.

    Het opzeggen van de arbeidsovereenkomst wegens een dringende reden (ontslag op staande voet).

  • 13.

    Het weigeren van toestemming om nevenwerkzaamheden te verrichten.

  • 14.

    Het uitvoeren van de regeling klokkenluiders.

  • 15.

    Het geven van een laatste waarschuwing als disciplinaire straf.

  • 16.

    Het benoemen van de (plv.) leden van de Centrale toetsingscommissie functiewaardering.

  • 17.

    Het toepassen van hardheidsclausules van (uitvoerings)regelingen die zijn opgenomen in het Personeelshandboek, inclusief de Cao Gemeenten.

  • 18.

    Het overeenkomen van een vaststellingsovereenkomst waarbij een ontslagvergoeding wordt toegekend, die gelijk aan of lager is dan € 25.000,-.

  • 19.

    Het nemen van een beslissing tot het indienen van een verzoek om ontbinding van de arbeidsovereenkomst wegens verstoorde arbeidsverhouding waarbij al dan niet een ontslagvergoeding wordt toegekend, die gelijk aan of lager is dan € 25.000,-.

  • 20.

    Het nemen van een beslissing tot het indienen van een verzoek om ontbinding van de arbeidsovereenkomst wegens een cumulatie van ontslaggronden.

  • 21.

    Het nemen van beslissingen ten aanzien van overlijdensuitkeringen aan nagelaten betrekkingen van overleden werknemers.

  • 22.

    Het nemen van beslissingen omtrent het wel of niet doorbetalen van het volledige salaris en salaristoelagen in individuele gevallen van terminale ziekte.

- - - - - - - -

Bijlage 3

Aangelegenheden welke ingevolge artikel 3, zevende lid van het Algemeen mandaatbesluit Dordrecht blijven voorbehouden aan de portefeuilledirecteur en de clustermanager

Behorende bij besluit Nr. 1984537

________________________________________

A. Bestuurlijk-Juridische aangelegenheden

Publiekrecht

  • 1.

    Het nemen van besluiten tot het aanvragen van subsidie, vergunning, ontheffing en vrijstelling ten behoeve van de gemeente (kernteam-overstijgend).

  • 2.

    Het indienen van een verweerschrift of andere productie bij de gerechtelijke instantie die het administratiefrechtelijk (hoger) beroep behandelt.

  • 3.

    Het nemen van het besluit om bezwaar of (administratief) beroep of hoger beroep aan te tekenen of een verzoek om (wijziging of opheffing van) een verzoek om voorlopige voorziening in te dienen namens de gemeente of het gemeentebestuur in administratiefrechtelijke procedures.

  • 4.

    Het ondertekenen van afdoeningsbrieven naar aanleiding van klachten1.

Privaatrecht

Aanbestedingen

Afwijkingsbevoegdheid2 voorgeschreven aanbestedingsprocedure

  • 1.

    Het nemen van een besluit tot het volgen van een 1-op-1 aanbestedingsprocedure, indien de totale waarde:

    • i.

      van een levering of dienst groter is dan € 30.000,- (exclusief omzetbelasting), of

    • ii.

      van een werk groter is dan € 50.000,- (exclusief omzetbelasting).

  • 2.

    Het nemen van een besluit tot het volgen van een Meervoudig onderhandse aanbestedingsprocedure, indien de totale waarde:

    • i.

      van een levering of dienst groter is dan € 100.000,- (exclusief omzetbelasting), of

    • ii.

      van een werk groter is dan € 1.500.000,- (exclusief omzetbelasting).

Besluiten inzake gunnen c.q. niet gunnen

  • 1.

    Het nemen van een gunningbesluit na een Europese aanbestedingsprocedure.

  • 2.

    Het nemen van een gunningbesluit indien de opdracht niet wordt gegund aan de aanbieder met de meest economische aanbieding of de laagste inschrijfsom.

  • 3.

    Het niet gunnen van een opdracht na een aanbesteding.

Noot 1. Het ondertekenen van afdoeningsbrieven naar aanleiding van klachten is alleen voor de clustermanager.

Noot 2. Met in achtneming van het protocol dat voor afwijken is opgenomen in het vigerende Inkoop- en Aanbestedingsbeleid.

Contracten

  • 1.

    Het aangaan van een overeenkomst:

    • i.

      voor een dienst of levering waarbij de totale waarde van de opdracht voor deze levering of dienst groter of gelijk is aan € 125.000,- (exclusief omzetbelasting), doch binnen de grenzen van het hem daartoe toegekende budget;

    • ii.

      voor een werk waarbij de totale waarde van de opdracht voor dit werk groter of gelijk is aan € 250.000,- (exclusief omzetbelasting), doch binnen de grenzen van het hem daartoe toegekende budget.

  • 2.

    Het opleggen van kortingen en boetes aan opdrachtnemers voor zover deze voortvloeien uit de bepalingen van het contract.

Civiele en strafrechtelijke procedures

  • 1.

    Het bij de rechtbank aanhangig maken van een vordering tot het betalen van een geldsom ≥ € 5.000,-.

  • 2.

    De beslissing dat de gemeente zich voegt in een strafzaak.

  • 3.

    Het besluit tot het voeren van verweer in civiele en strafrechtelijke procedures, inclusief het hiervoor benodigde procesbesluit en het verstrekken van de daarbij horende volmacht, met de instructie dat de betreffende portefeuillehouder hierover vooraf dient te worden geïnformeerd

  • 4.

    Het treffen van een schikking in een civiele of strafrechtelijke procedure, indien hiervoor financiële middelen op de vigerende begroting beschikbaar zijn.

Overige privaatrechtelijke rechtshandelingen

  • 1.

    Het kwijtschelden en buiten invordering stellen van vorderingen met een financieel belang lager dan € 10.000,-, niet zijnde de vorderingen in het kader van belastingheffing of een schikking in een civiele of strafrechtelijke procedure.

  • 2.

    Het aanvaarden van een aanbod tot sponsoring.

  • 3.

    Het nemen van besluiten over verzoeken om schadevergoeding, voor zover dergelijke verzoeken op grond van de verzekeringspolis niet aan de verzekeraar moeten worden overgedragen.

De onderstaande mandaten voor Personeelsbevoegdheden in deze bijlage gelden alleen voor de clustermanager, niet voor de portefeuilledirecteur.

B. Personeelsaangelenheden

  • 1.

    Het aangaan van een arbeidsovereenkomst met teamleiders.

  • 2.

    Het overeenkomen met werknemers dat zij de rol van een opgavemanager gaan vervullen.

  • 3.

    Het verlenen van toestemming tot het dragen van een uniform of dienstkleding bij het deelnemen aan betogingen of optochten.

  • 4.

    Het bepalen van functies waarvoor uniformkleding is verplicht.

  • 5.

    Het opleggen van een verbod om de werkzaamheden te vervullen in verband met het in contact staan of kort geleden heeft gestaan met een persoon met een infectieziekte.

  • 6.

    Het verlenen van een schadeloosstelling en vergoeding van kosten in niet elders voorziene gevallen.

  • 7.

    Het opleggen van een disciplinaire straf met uitzondering van een laatste waarschuwing en ontslag op staande voet.

  • 8.

    Het nemen van een beslissing om over te gaan tot schorsing en ontzegging van de toegang als ordemaatregel.

- - - - - - - -

Bijlage 4

Aangelegenheden welke ingevolge artikel 3 achtste lid van het Algemeen mandaatbesluit Dordrecht blijven voorbehouden aan de teamleider

Behorende bij besluit Nr. 1984537

________________________________________

A. Bestuurlijk-Juridische aangelegenheden

Publiekrecht

  • 1.

    Het nemen van het besluit tot het toepassen, het weigeren toe te passen of het beëindigen van de toepassing van handhavingsinstrumenten.

  • 2.

    Het nemen van besluiten tot het verlenen, weigeren en vaststellen, wijzigen en intrekken van subsidie.

  • 3.

    Het nemen van besluiten ter uitvoering van een door het college vastgestelde regeling.

  • 4.

    Het aanvragen van een vergunning, ontheffing en vrijstelling en het doen van meldingen ten behoeve van het eigen kernteam, waaronder het doen van meldingen aan de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) in het kader van de Wet bescherming persoonsgegevens.

Privaatrecht

Aanbestedingen

  • 1.

    Het nemen van uitvoeringsbesluiten tijdens een Europese, Nationaal openbare en Meervoudig onderhandse aanbestedingsprocedure, met uitzondering van de volgende besluiten:

    • i.

      een besluit tot uitsluiting van een inschrijver, als genoemd in bijlage 2;

    • ii.

      de gunningbesluiten (inclusief niet-gunningbesluit) opgesomd in bijlage 3.

Contracten

  • 1.

    Het aangaan van een overeenkomst voor:

    • i.

      een levering of dienst waarbij de totale waarde van de opdracht tussen de € 30.000,- en € 125.000,- (exclusief omzetbelasting), doch binnen de grenzen van het hem daartoe toegekende budget, ligt

      of

    • ii.

      een werk waarbij de totale waarde van de opdracht tussen de € 50.000,- en € 250.000,- (exclusief omzetbelasting), doch binnen de grenzen van het hem daartoe toegekende budget, ligt.

  • 2.

    Het aangaan van een andere overeenkomst dan genoemd onder 1 met een financiële waarde tot € 250.000,- (exclusief omzetbelasting), doch binnen de grenzen van het hem daartoe toegekende budget.

Civiele en strafrechtelijke procedures

Niet van toepassing.

Overige privaatrechtelijke rechtshandelingen

  • 1.

    Het namens de gemeente uitbrengen van een offerte voor een door de gemeente te verrichten levering of dienst.

  • 2.

    Het besluit tot aanvaarding of afwijzing van schenkingen van voorwerpen die een zekere culturele doch, individueel of tezamen, een getaxeerde financiële waarde hebben van ten hoogste €100.000,- en van schenkingen van geldbedragen tot een bedrag van € 10.000,-.

Machtiging

  • 1.

    Het verlenen van een machtiging tot het vertegenwoordigen van de gemeente in een publiekrechtelijke, strafrechtelijke of privaatrechtelijke procedure.

  • 2.

    Het ondertekenen van notariële akten.

B. Personeelsaangelegenheden

  • 1.

    Het verminderen en uitbreiden van de formele arbeidsduur.

  • 2.

    De inpassing van de werknemer in de voor zijn functie geldende schaal.

  • 3.

    De inpassing van de werknemer in een lagere dan die welke voor de beschreven functie is vastgesteld.

  • 4.

    Het geven van een periodieke verhoging en het aanmerken van onbetaald verlof als diensttijd voor toekennen van periodieke verhoging.

  • 5.

    Het niet geven van een periodieke verhoging en het alsnog, met terugwerkende kracht geven van een periodieke verhoging.

  • 6.

    Het inpassen van een werknemer in een andere schaal bij promotie.

  • 7.

    Het geven van vormen van flexibele beloning als genoemd in hoofdstuk 3 Cao Gemeenten die niet aan een hoger leidinggevend niveau expliciet is voorbehouden.

  • 8.

    Het toepassen van de voorschriften met betrekking tot arbeidsongeschiktheid.

  • 9.

    Het geven van extra salarisverhoging en het wijzigen van de periodiekdatum.

- - - - - - - -

Bijlage 5

Aangelegenheden welke ingevolge artikel 3, negende lid van het Algemeen mandaatbesluit Dordrecht blijven voorbehouden aan de in deze bijlage genoemde functionarissen

Behorende bij besluit 1984537

________________________________________

A. Bestuurlijk-Juridische aangelegenheden

Publiekrecht

  • 1.

    Aan de clustermanager van het cluster Dienstverlening blijft voorbehouden de bevoegdheid om ermee in te stemmen dat de ambtenaar van de burgerlijke stand en de buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand op verzoek elders binnen de gemeente ambtsbezigheden verricht.

  • 2.

    Aan de clustermanager van het cluster Dienstverlening blijft voorbehouden de bevoegdheid te mandateren tot het benoemen van een tijdelijk onbezoldigd buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand (BABS) voor het eenmalig voltrekken van een huwelijk of partnerschapsregistratie.

    Het mandaat dient uitgevoerd te worden met inachtneming van de geldende regels rond werving, inzet en begeleiding van de betreffende BABS-voor-1-dag.

  • 3.

    Aan de secretaris van de Welstands- en Monumentencommissie blijft voorbehouden de bevoegdheid te toetsen of een bouwplan voor een licht omgevingsvergunningplichtig bouwwerk voldoet aan de sneltoetscriteria uit de Welstandsnota en daarover advies uit te brengen aan het college.

  • 4.

    De gebiedsmanagers van het cluster Wijken zijn bevoegd tot het verlenen en vaststellen van subsidies tot een bedrag van ten hoogste € 1.000,- per geval, elk voor zover dit het hem toegewezen gebied betreft en de totale uitgaven binnen het hem daartoe toegekende budget blijven.

  • 5.

    De DD3-, DD2- en DD1-(balie)medewerkers zijn bevoegd namens de burgemeester handtekeningen te legaliseren en de daartoe strekkende verklaring te ondertekenen.

  • 6.

    De DD3-(balie)medewerkers zijn bevoegd tot het verstrekken en waarmerken van inzage in het WKPB-register.

  • 7.

    De Beleidsadviseur van het team Veiligheid & Kabinet die toetsing Wet bijzondere maatregelen grootstedelijke problematiek in zijn takenpakket heeft, is bevoegd tot het afgeven van een positieve woonverklaring als bedoeld in artikel 10b, lid 4 van de Wet bijzondere maatregelen grootstedelijke problematiek, indien de politie de burgemeester aangeeft geen mededelingen te hebben omtrent gedragingen van de betreffende aanvrager van een huisvestingsvergunning. Indien de politie wel mededelingen heeft omtrent gedragingen van de betreffende aanvrager van een huisvestingsvergunning vindt hierover overleg plaats met de burgemeester.

Privaatrecht

  • 1.

    Aan de clustermanager Stad en de clustermanager Publieksaccommodaties blijft voorbehouden de bevoegdheid tot:

    • a.

      het verwerven dan wel anderszins verkrijgen of in gebruik nemen van onroerende zaken,

      • i.

        indien de transactie geschiedt binnen de door het daartoe bevoegde orgaan van de gemeente vastgestelde verwervings-, financiële en beleidskaders voor de aangelegenheid ten behoeve waarvan de transactie geschiedt, tot een bedrag dat daartoe is opgenomen in de begroting of grondexploitatie van de gemeente; of

      • ii

        indien de essentialia en financiële aspecten van het in de aanhef van a. genoemde bestuurlijk zijn vastgelegd, geaccordeerd dan wel begrensd bij afzonderlijke besluitvorming door het daartoe bevoegde orgaan van de gemeente.

        Deze bevoegdheid omvat niet het aankopen van onroerende zaken. Zie hiervoor bijlage 1.

    • b.

      het vervreemden van onroerende zaken, daaronder mede te verstaan het in erfpacht uitgeven, verhuren, in gebruik geven, verpachten, in economisch eigendom overdragen en het vestigen van beperkte genotsrechten, dan wel het wijzigen, verlengen, opzeggen of anderszins beëindigen van de desbetreffende rechten indien:

      • i.

        de transactie geschiedt binnen de door het bevoegd orgaan van de gemeente vastgestelde financiële en beleidskaders voor de aangelegenheid ten behoeve waarvan de transactie geschiedt, tot een bedrag dat daartoe is opgenomen in de begroting of grondexploitatie van de gemeente; of

      • ii.

        de essentialia en financiële aspecten van het in de aanhef van b. genoemde bestuurlijk zijn vastgelegd, geaccordeerd dan wel begrensd bij afzonderlijke besluitvorming door het daartoe bevoegde orgaan van de gemeente, of

      • iii.

        het gemoeide bedrag voor het in de aanhef van b. genoemde niet meer dan € 600.000,- bedraagt.

  • 2.

    Aan de clustermanager van het cluster stad blijft voorbehouden de bevoegdheid tot:

    • a.

      het aangaan van planschadeafwentelingsovereenkomsten ex artikel 6.4a Wro ten behoeve van verhaal van de eventueel uit een planologische wijziging voorvloeiende schade als bedoeld in artikel 6.1 Wro;

    • b.

      het aangaan van kostenverhaalovereenkomsten ex artikel 6.17 Wro.

  • 3.

    Aan de clustermanager van het cluster Versterking, bestuur en organisatie blijft voorbehouden de bevoegdheid tot het aangaan van verzekeringsovereenkomsten voor de gemeente.

  • 4.

    Aan de clustermanager van het cluster Dienstverlening blijft voorbehouden de bevoegdheid tot het nemen van besluiten ten aanzien van het ontzeggen van de toegang tot gebouwen die in eigendom of gebruik zijn bij de gemeente, met uitzondering van schoolgebouwen, voor zover de ontzegging geldt voor een langere periode dan 24 uur.

  • 5.

    De Sociaal Pontonnier van het team Veiligheid & Kabinet is bevoegd tot het aangaan van overeenkomsten voor een dienst of een levering waarbij de totale waarde van de opdracht voor deze levering of dienst kleiner of gelijk is aan € 100.000,- (exclusief omzetbelasting), doch binnen de grenzen van het hem daartoe toegekende budget.

- - - - - - - -