Verordening op de heffing en invordering van marktgeld 2019

Artikel 1

Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

• a.

  Dag: de periode van 0.00 uur tot 24 uur, waarbij een gedeelte van die periode als een hele dag wordt aangemerkt;

• b.

  Week: een tijdvak van maandag tot en met de eerstvolgende zaterdag, waarbij een gedeelte van een week als een hele week wordt aangemerkt;

• c.

  Maand: een kalendermaand;

• d.

  Kwartaal: een kalenderkwartaal;

• e.

  Halfjaar: een kalenderhalfjaar;

• f.

  Jaar: een kalenderjaar;

• g.

  Standplaats: een standplaats markten of een standplaats APV.

• h.

  Standplaats markten: een standplaats als omschreven in artikel 1 sub i van de Marktverordening gemeente Dordrecht;

• i.

  Standplaats APV: een standplaats als omschreven in artikel 5:17 van de Algemene plaatselijke verordening Dordrecht;

• j.

  Staanplaats: een plaats, niet zijnde een standplaats, op of aan de weg of aan een openbaar water dan wel op een andere al dan niet met enige beperking voor het publiek toegankelijke en in de open lucht gelegen plaats, teneinde vanuit een verplaatsbare verkoopinrichting in de uitoefening van de ambulante handel goederen te koop aan te bieden, te verkopen of te verstrekken dan wel diensten aan te bieden, anders dan op het daarvoor aangewezen marktterrein;

• k.

  Ingenomen m2 oppervlakte: het aantal m2, dat verkregen wordt door vermenigvuldiging van het aantal meters van de grootste lengte van de stand- of staanplaats met het aantal meters van de grootste breedte van:

  • -

    de stand- of staanplaats;

  • -

    het opgestelde voertuig inclusief een aanhanger/aanhangwagen;

  • -

    de oppervlakte die wordt benut voor een overkapping;

  • -

    de ruimte die wordt benut voor opslag;

• l.

  Vergunninghouder:

  • -

    degene aan wie door of namens het college van burgemeester en wethouders een vergunning is afgegeven om een standplaats in te mogen nemen of

  • -

    degene aan wie door of namens het college van burgemeester en wethouders een vergunning is afgegeven en daarbij gebruik maakt of laat maken van één of meer staanplaatsen;

• m.

  Meldingplichtige: de organisator van een niet-vergunningplichtig evenement, als bedoeld in artikel 2:25 lid 2 APV en die daarbij gebruik maakt of laat maken van één of meer staanplaatsen;

• n.

  Centrummarkt: de markt die plaatsvindt op het Statenplein en de Sisarijs- of Sarisgang.

Artikel 2

Belastbaar feit

Onder de naam marktgeld worden rechten geheven ter zake van:

• •

  het gebruik van gemeentegrond door het innemen van een standplaats of staanplaats,

• •

  het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten voor het uitstallen, aanbieden of verkopen van goederen op markten en openbare plaatsen en daarmee verband houdende handelingen vanuit een standplaats markten,

• •

  het maken van reclame ten behoeve van de centrummarkt en

• •

  het verlenen van diensten verband houdende met de wachtlijst conform artikel 7 van de Marktverordening gemeente Dordrecht.

Artikel 3

Belastingplicht

Het marktgeld wordt geheven van de vergunninghouder van de stand- of staanplaats, de meldingplichtige van de staanplaats dan wel degene die het verzoek om inschrijving of verlenging op de wachtlijst heeft gedaan.

Artikel 4

Maatstaf van de heffing

De marktgelden worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

Artikel 5

Wijze van heffing

Het marktgeld wordt geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of ander schriftuur, vermeldende het verschuldigde bedrag. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 6

Termijnen van betaling

• 1.

  In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moet het marktgeld worden betaald ingeval de kennisgeving bedoeld in artikel 5:

  • a.

    mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

  • b.

    schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

• 2.

  De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 7

Vermindering

Indien van een standplaats, waarvoor het marktgeld per maand, kwartaal of jaar is betaald, door omstandigheden buiten de wil van de aanvrager geen gebruik is gemaakt dan wel door omstandigheden buiten de wil van de aanvrager gedurende een kortere tijd gebruik is gemaakt dan de betreffende maand, het betreffende kwartaal of jaar, wordt teruggave van het te veel betaalde marktgeld verleend, in dier voege, dat dan over de dagen gedurende welke de stand- of staanplaats wel is gebruikt, marktgeld geheven wordt naar het dagtarief.

Artikel 8

Kwijtschelding

Bij de invordering van marktgeld wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9

Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels stellen met betrekking tot de heffing en de invordering van marktgeld.

Artikel 10

Citeertitel en inwerkingtreding

• 1.

  Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2019.

• 2.

  De "Verordening marktgeld 2018", vastgesteld op 14 november 2017, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op belastbare feiten, die zich voor die datum hebben voorgedaan.

• 3.

  De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2019.

• 4.

  Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening marktgeld 2019".