Nadere regels voor subsidies aan het midden- en kleinbedrijf voor innovatie in de maritieme en industriële sector

Geldend van 01-01-2023 t/m heden

Intitulé

Nadere regels voor subsidies aan het midden- en kleinbedrijf voor innovatie in de maritieme en industriële sector

Het COLLEGE van BURGEMEESTER en WETHOUDERS van de gemeente DORDRECHT;

gezien het voorstel inzake nieuwe subsidieregeling MKB Katalysatorfonds;

gelet op de Algemene subsidieverordening Dordrecht;

B E S L U I T :

vast te stellen de navolgende

Nadere regels op grond van artikel 3 lid 2 van de Algemene Subsidieverordening Dordrecht voor subsidie aan het midden- en kleinbedrijf voor innovatie in de maritieme en industriële sector

AFDELING 1: ALGEMENE BEPALINGEN OVER DE SUBSIDIEREGELING

Artikel 1 Doelstelling

  • 1.

    Op grond van deze nadere regels kan het college uit het MKB-katalysatorfonds subsidie verstrekken aan startende ondernemingen en het midden- en kleinbedrijf voor innovatie en de ontwikkeling van nieuwe producten in de maritieme en industriële sector.

  • 2.

    Deze regeling is van toepassing op bedrijven en samenwerkingsverbanden tussen bedrijven waarvan er tenminste één is gevestigd in de regio Drechtsteden.

Artikel 2 Algemene bepalingen

Op deze regeling zijn de bepalingen van de Algemene Subsidieverordening Dordrecht van toepassing, voor zover daar niet van wordt afgeweken.

Artikel 3 Begripsbepalingen

In deze Nadere regels wordt verstaan onder:

  • a.

    Adviescommissie MKB-Katalysatorfonds Drechtsteden: de commissie die met het instellingsbesluit behorend bij deze regeling is ingesteld om advies uit te brengen aan het college over de toepassing van deze regeling;

  • b.

    college: het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Dordrecht;

  • c.

    Drechtraad: het Algemeen Bestuur van de gemeenschappelijke regeling Drechtsteden;

  • d.

    Drechtstedengemeenten: de gemeenten Alblasserdam, Dordrecht, Hardinxveld-Giessendam, Hendrik-Ido-Ambacht, Papendrecht, Sliedrecht en Zwijndrecht;

  • e.

    innovatiestrategie: het innovatiebeleid van de Drechtsteden dat op 1 december 2015 door de Drechtraad is vastgesteld;

  • f.

    fieldlab: open innovatie locatie;

  • g.

    kennisinstelling: onderzoeks- of onderwijsinstelling;

  • h.

    maritieme sector: sector in het bedrijfsleven die is gericht op activiteiten in en ten behoeve van de scheepvaart, waaronder de scheepsbouw, maritieme toeleveranciers, waterbouw en offshore.

  • i.

    industriële sector: geheel van de economische activiteiten waarbij grootschalig en machinaal materiaal tot nieuwe producten wordt verwerkt;

  • j.

    midden- en kleinbedrijf: bedrijven tot 250 werknemers;

  • k.

    MKB-katalysatorfonds: het fonds dat door de Drechtstedengemeenten is ingesteld waaruit de subsidies van deze regeling worden betaald;

  • l.

    regio Drechtsteden: het gebied dat wordt omvat door de Drechtstedengemeenten;

  • m.

    startende ondernemingen: bedrijven met één tot tien werknemers;

  • n.

    onderneming: een Startende onderneming of een onderneming in het Midden- en Kleinbedrijf.

Artikel 4 Soorten subsidie

Er worden vier soorten subsidie onderscheiden:

  • a.

    subsidie voor de inzet van een kennisinstelling ten behoeve van innovatie of de ontwikkeling van nieuwe producten, hierna genoemd "kennisvouchers".

  • b.

    subsidie voor de kosten van onderzoeken naar de economische, commerciële of technische haalbaarheid van nieuwe productontwikkeling, hierna genoemd "haalbaarheidssubsidie";

  • c.

    subsidie voor het ontwikkelen van prototypes, zijnde een proefmodel van of ten behoeve van een nieuw te ontwikkelen product, hierna genoemd " prototypingsubsidie".

  • d.

    subsidie voor de ontwikkeling van open innovatie-locaties met meerdere betrokkenen (bedrijven en/of kennisinstellingen), hierna genoemd "kwartiermakersubsidie".

Artikel 5 Subsidieplafond en wijze van verdeling

  • 1.

    Het subsidieplafond voor deze regeling wordt vastgesteld op een bedrag van € 500.000.

  • 2.

    Het college kan besluiten de toewijzing van het subsidiebudget over de looptijd van de regeling in tranches te verdelen.

  • 3.

    Aanvragen worden toegewezen op volgorde van binnenkomst van de volledige aanvragen.

  • 4.

    Een onderneming kan op grond van deze regeling in aanmerking komen voor in totaal maximaal € 50.000 subsidie.

  • 5.

    Het college kan besluiten een toegekende subsidie in meerdere tranches uit te keren.

Artikel 6 De hoogte van de subsidie

  • 1.

    Een kennisvoucher bedraagt 50% van de rekening van de kennisinstelling tot een maximum van € 10.000,-.

  • 2.

    Een haalbaarheidssubsidie bedraagt 50% van de begrote kosten tot een maximum van € 25.000,-.

  • 3.

    Een prototypingsubsidie bedraagt 50% van de begrote kosten tot een maximum van € 25.000,-.

  • 4.

    Een kwartiermakersubsidie bedraagt 50% van de begrote kosten tot een maximum van € 40.000,-.

AFDELING 2: CRITERIA OM VOOR SUBSIDIE IN AANMERKING TE KOMEN

Artikel 7 Algemene criteria

  • 1.

    Om voor subsidie in aanmerking te komen moeten de activiteiten aan de volgende criteria voldoen. De activiteiten:

    • a.

      zijn vernieuwend en kunnen nu of op langere termijn bijdragen aan een versterking van de maritieme of industriële sector in de regio Drechtsteden. De aanvraag bevat daarvan een duidelijke onderbouwing, waaruit ten minste blijkt dat de activiteit meer is dan alleen een technische verbetering en dat de baten van de activiteit de onderneming zelf overstijgen; en

    • b.

      hebben een duidelijke binding met de regio, wat tot uitdrukking komt in het effect ervan en in mogelijkheden tot verdere financiering ter versterking van de maritieme of industriële sector; of

    • c.

      zijn erop gericht om de samenwerking tussen regionale bedrijven onderling, en tussen midden- en kleinbedrijf of toonaangevende bedrijven, sectoren of onderwijsinstellingen te bevorderen; en

    • d.

      sluiten aan bij de innovatiestrategie van de Drechtsteden; en

    • e.

      zijn bij voorkeur gericht op duurzaamheid, bijvoorbeeld de ontwikkeling van (meer) milieuvriendelijke productiemethoden of het terugdringen van CO2-uitstoot.

  • 2.

    Uit de aanvraag dient inzichtelijk te zijn wie de uiteindelijke belanghebbende of "ultimate beneficial owner" van de onderneming is. De uiteindelijke belanghebbende betreft de houder van het uiteindelijke eigendom of degene die de uiteindelijke zeggenschap heeft via het houden van aandelen, stemrechten, eigendomsbelang of andere middelen.

Artikel 8 Criteria voor kennisvouchers

  • 1.

    Om voor subsidie voor een kennisvoucher in aanmerking te komen moeten de te onderzoeken activiteiten voldoen aan de criteria zoals genoemd in artikel 7 lid 1.

  • 2.

    De onderneming moet een kennisvraag hebben die niet door het bedrijf zelf kan worden beantwoord.

  • 3.

    Een kennisvoucher is drie maanden geldig. Als er na afloop van die periode geen overeenkomst tot stand is gekomen met een kennisinstelling wordt de subsidie ambtshalve op € 0,00 (nul) vastgesteld.

  • 4.

    De subsidie wordt achteraf toegekend op vertoon van de rekening van de kennisinstelling, met in achtnemen van de maxima zoals omschreven in artikel 6 lid 1.

  • 5.

    Een onderneming kan tijdens de looptijd van deze regeling maar één keer in aanmerking komen voor een kennisvoucher.

Artikel 9 Criteria voor haalbaarheidssubsidies

  • 1.

    Om voor subsidie voor een haalbaarheidsonderzoek in aanmerking te komen moeten de te onderzoeken activiteiten voldoen aan de criteria zoals genoemd in artikel 7 lid 1.

  • 2.

    Het haalbaarheidsonderzoek heeft een duur van maximaal 12 maanden.

Artikel 10 Criteria voor prototypingsubsidies

  • 1.

    Om voor een prototypingsubsidie in aanmerking te komen moeten de activiteiten voldoen aan de criteria zoals genoemd in artikel 7 lid 1.

  • 2.

    De ontwikkeling van een prototype duurt maximaal 12 maanden.

  • 3.

    Bij het ontwikkelen van een prototype wordt samengewerkt met de Duurzaamheidsfabriek, gevestigd in Dordrecht. Indien dat niet mogelijk is wordt dat in de subsidieaanvraag gemotiveerd.

Artikel 11 Criteria voor kwartiermakersubsidies

  • 1.

    Om voor subsidie voor een kwartiermakerproject in aanmerking te komen moeten de activiteiten voldoen aan de criteria zoals genoemd in artikel 7 lid 1.

  • 2.

    Er zijn minimaal twee bedrijven betrokken bij het project dat is gericht op het realiseren van een fieldlab, waarvan in ieder geval één uit de MKB-maakindustrie.

  • 3.

    De aanvrager van de subsidie is gevestigd in de Regio Drechtsteden en is verantwoordelijk voor het project.

  • 4.

    Het project is binnen 18 maanden gerealiseerd.

AFDELING 3: PROCEDURELE BEPALINGEN

Artikel 12 Het aanvragen van subsidie

  • 1.

    Aanvragen worden ingediend voor de aanvang van de activiteiten.

  • 2.

    Bij de aanvraag wordt vermeld welke soort(en) subsidie wordt (worden) aangevraagd.

  • 3.

    Na indiening van de aanvraag dient de aanvrager deze toe te lichten bij de adviescommissie.

Artikel 13 Advieskosten

  • 1.

    In de aanvraag wordt door de onderneming inzichtelijk gemaakt of er ten behoeve van de aanvraag advieskosten gemaakt worden die ten laste komen van het project.

  • 2.

    De in lid 1 van dit artikel genoemde advieskosten vormen geen onderdeel van de subsidiabele kosten van een project.

Artikel 14 Besluitvorming

Bij zijn besluitvorming laat het college zich adviseren door de Adviescommissie Subsidieregeling MKB-katalysatorfonds.

AFDELING 4: SLOTBEPALINGEN

Artikel 15 Slotbepalingen

  • 1.

    Deze regeling kan worden aangehaald als Subsidieregeling MKB-katalysatorfonds Drechtsteden.

  • 2.

    Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2020 en loopt tot en met 31 december 2023.

Ondertekening

Aldus besloten in de vergadering van dinsdag 17 december 2019.

Het college van Burgemeester en Wethouders

J. Scholten, A.W. Kolff

secretaris, burgemeester